28ste Jaargang DINSDAG 9 FEBRUARI 1937 No. 8644 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN 3)e £eid4ehe6oii/tai/ttt DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij voornitbet-sfings \7oor Leiden 15# cent pej week S 2.a0 per Kwartaal By onze Agenten 20 cent pei week 2.60 per kwartaal Franco per post 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I! GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeeiingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop: 0.50 Dit nummer bestaat uit drie bladen. Het is rnensch-onteerend Wij schreven gisteren naar aanleiding van de rede, gehouden door prof. dr. J. van der Hoeven, ter gelegenheid van het stich- tingsfeest, den 362sten Dies Natalis der Leidsche Universiteit. De Universiteiten zouden een voor treffelijk werk doen, als ze allen en elk afzonderlijk opwekten tot een diep-ge- gronde, een redelijk en zedelijk gefun deerde anti-oorlog-stemming. Maar dan niet alléén de Universiteiten in Neder land! Als wij bedoelde rede nog 'ns nalezen, dan wordt onze overtuiging bevestigd, dat inderdaad de anti-oorlogs-stemming, door prof. v. d. Hoeven gepropageerd, redelijk en zedelijk gefundeerd is. Geen sprake van een nationale ontwape- nings-hetze, geen sprake van nationale weerloosheid. Integendeel. Maar een krach tig en bruischend verlangen, om over heel de wereld een haat tegen den oorlog op te wekken. Wij ontleenen nog aan de rede deze-pas sage: „Ik heb mijn vaderland lief met hart en ziel, en ben bereid, waar noodig, met alle lichamelijke en geestelijke krach ten die mij resten, aan de verdediging daarvan deel te nemen, maar diep ben ik overtuigd, dat het rnensch-ontee rend (wij drukken vet. Red. „L. Crt.") is, dat er steeds in de wereld, geld be schikbaar blijkt te zijn voor het ver vaardigen van aanvalsmateriaal, waar door van jonge mannen het leven of de zoo prachtige organen vernietigd zul len worden; maar dat er geen geld is om een ziekte als trachoom, die tien tallen, .ja honderdtallen milioenen oogen met blindheid bedreigt,' op af doende wijze te bestrijden." Deze woorden liggen volkomen in den geest van de aansporingen tot vredeswerk, zoo herhaaldelijk tot de wereld gericht door den Paus van Rome. Dat de wereld van heden mocht luiste ren naar en leiding mocht willen aanvaar den van den grooten Stuwer naar vrede, die in Rome zetelt! De wereld in vogelvlucht Konden wij gisteren melden, dat de eer ste troepen van generaal Queipo de Llano de Zuidelijke havenstad Malaga bereikt hadden, thans blijkt, dat in den loop van den Maandagochtend geheel Malaga defi nitief door de rechtschen is bezet. Wat wij gisteren voor waarschijnlijk hielden, is ook gebleken juist te zijn, dat nl. de roo- den overhaast de vlucht hebben genomen. Een schip, waarop zich verscheidene lei ders, o.a. de Russische generaal Kleber, zouden hebben bevonden, is, naar gemeld wordt, door de oorlogsschepen der recht schen aangehouden. Het roode Malaga is nu wit geworden! De rooden hebben zich teruggetrokken op Almeria, dat binnenkort aan de beurt komt. De regeering van Va lencia moet den val van Malaga toegeven, maar teekent er stekelg en spijtig bij aan, dat de stad veroverd is door de Italianen, Duitschers en Marokkanen, die direct be gonnen te plunderen. Van de andere zijde wordt gemeld, dat de bevolking de solda ten als bevrijders begroette en hun de hand kuste. Van het Madrileensche front wordt ge meld, dat de weg van Madrid naar Valen cia is afgesneden. Gisteren werd reeds ge meld, dat deze weg over een lengte van 4 km. door de artillerie der rechtschen werd behandeld. Daar geen bijzondere krijgsbedrijven worden gemeld, is het waarschijnlijk, dat met de berichten van gisteren en vandaag hetzelfde wordt be doeld. De Duitsche ambassadeur te Londen von Ribbentrop, zal Woensdag of Donderdag besprekingen hebben met lord Halifax, den waarnemende Britschen minister van burtenlandsche zaken. Ofschoon het niet gezegd wordt, meent men- toch, dat dit on- dèrhoud de besprekingen over de terugga- Pepermunt-proef in Ter Aar Een loonende cultuur voor den tuinbouw Na een geruimen tijd van voorbereidend werk laat het zich thans aanzien, dat in onze gemeente eerlang een proef zal wor den genomen met de teelt van pepermunt- kruid een plant, waaruit de z.g. peper munt-olie wordt getrokken. Nu de teelt van verschillende tuinbouw- gewassen de laatste jaren zoo weinigloo- nen d is geweest, rees vanzelf de vraag, of deze prachtige, vocht-houdende cultuur gronden, waaraan deze gemeente zoo rijk is, niet op andere wijze waren te benutten althans ten deele. De heer Pieksma, leeraar in de schei kunde aan een H. B. S. te Amsterdam, die zich zeer voor deze vraag heeft geïnteres seerd, nam met de teelt van pepermunt- kruid gedurende een tweetal jaren proe ven in deze gemeente zij het op uiterst bescheiden schaal en het schijnt, dat deze proeven vrij goed slaagden, hoewel hier uit vanzelfsprekend nog geen conclusies omtrent verbouw op groote schaal te trek ken zijn. Het Nederlandsche klimaat is nu een maal geheel verschillend van dat in landen waar deze plant thuis hoort. In ieder geval hebben de resultaten van den heer Pieksma, waarvoor zich de voor zitter van het gemeentebestuur, een twee tal Rijkstuinbouwconsulenten en de Ka mer van Koophandel te Leiden geïnteres seerd hebben, geleid tot de vorming van een commissie, waarin naast genoemde instan ties ook de Veilingsvereeniging, de Raad van Toezicht op de Veiling, de L. T. B. en Chr. Boeren- en Tuindersbond door hun voorzitters vertegenwoordigd zijn. De commisie heeft benoemd een dage lij ksch bestuur, dat gevormd wordt door den burgemeester, den heer Hoogenboom, ir. Kers, rijkstuinbouwconsulent voor Zuid- Holland, en den heer Pieksma. De commissie heeft besloten een proef op een totaal oppervlakte van 1 H.A. te ne men. De .kosten hiervan zullen, naar berekend wordt, ruim 1000 bedragen en het laat zich aanzien, dat dit bedrag wel gevonden zal kunnen worden. Het behoeft geen be oog, dat de mede werking van verschillende tuinders een eerste vereischte is, want hoewel de mo gelijkheid bestaat, dat de proeven een on voldoende resultaat hebben, is het nemen er van in de eerste plaats een tuinders-be lang te achten. Naast de teelt van champignons, waar mede enkele tuinders de laatste jaren zijn begonnen, zal dus thans de verbouw van de pepermunt-plant worden aangevangen, zij het dan ook bij wijze van proef. Het uit de plant gewonnen product, de pepermunt-olie, bestaat gedeeltelijk uit menthol, dat gebruikt wordt bij de vervaar diging van suiker-pepermunt, likeuren, par fumerieën. geneesmiddelen enz. Amerika, Duitschland, Japan en Enge land produceerden tot dusver vrijwel de benoodigde hoeveelheden. De in Nederland .verwerkte hoeveelheid pepermunt-olie (on geveer 10.000 K.G.) is in hoofdzaak uit Duitschland afkomstig. Zal in de toekomst mogelijk blyken, dat de in ons land te gebruiken pepermunt-olie uit planten van eigen bodem wordt getrok ken? Een proef, om daartoe te geraken, schijnt ons volkomen gerechtvaardigd. Prof. dr. S.G. de Vriest Oud-bibliothecaris en oud- buitengewoon hoogleeraar te Leiden ve der Duitsche koloniën zal inleiden. Het heeft de aandacht getrokken, dat niet Eden maar lord Halifax, deze besprekingen voert. Eden is op vacantie en men weet niet of dit een echte dan wél een diplomatieke vacantie is. -Eden staat nl. op een meer gespannen voet met Duitschland dan lord Halifax! In den ouderdom van 75 jaar is gister avond hier ter stede overleden prof. S. G. de Vries, oud-bibliothecaris van de Leid sche Universiteitsbibliotheek en oud-bui tengewoon hoogleeraar in de middeleeuw sche handschriften. Scato Gocko de Vries werd den 10den Juni 1861 hier ter "stéde, geboren. Na het gymnasium aan de Doezastraat met goed gevolg doorloopen te hebben, werd hij den 29sten September 1879 als student in de faculteit des letteren ingeschreven aan de oude Alma Mater. Na zesjarige studie pro moveerde hij in 1885 tot doctor in de klas sieke letteren. Reeds spoedig na zijr promotie werd hij benoemd tot conservator der handschrif ten aan de universiteits-bibliotheek te Lei den, van welke instelling hij in 1897 tot bibliothecaris werd benoemd. In 1909 volgde zijn benoeming tot buiten gewoon hoogleeriar in de middeleeuwsche handschriftkunde, welk ambt hij den 5en Mei van dat jaar aanvaardde. Om zeer ernstige gezondheidsredenen moest prof. de Vries tegen het einde van 1923 aftreden als bibliothecaris. ïn 1931, bij het bereiken van den 70-ja- rigen leeftijd, heeft prof. de Vries ook af scheid genomen als buitengewoon hoog leeraar in de middeleeuwsche handschrift kunde, welk ambt hy sinds 1909 vervulde. Bij zijn aftreden als bibliothecaris werd hij bijde rectoraatsoverdracht door prof. mr. Hugo Krabbe met de volgende woor den herdacht: „Nog één man moeten wij hier vermel den, die weliswaar nog tot de onzen be hoort, maar die een post heeft moeten ver laten, welke hem me* ons en onze univer siteit in nauwe aanraking bracht. Ik be doel: Scato de Vries. In October van het vorige jaar verzond hij zijn adres om ont slag als bibliothecaris, dat hem, met be noeming tot ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw, ?rvol verleend werd. Begin Januari van dit jaar (1924) stonden wij tot afscheid in zijn werkkamer der bibliotheek. Wij beseffen allen de oor zaak van dit heengaan. Daarover uit te weiden is hier niet de p_aats. Slechts dit eene mag niet worden verzwegen, dat Scato de Vries koninklijk gedragen heeft en voortgaat te dragen de zware beproe ving die hem is opgelegd. Niet het minst door dit gevoel voortbewogen, stroomde men den vijfden Januari zijn studeerka mer binnen om te eeren en dank te zeg gen. Collega Knappert vertolkte onze ge voelens en van deze plaats zij andermaal aan de Vries onze warme waardeering ge bracht voor zijn arbeid als bibliothecaris der universiteitsbibliotheek, met verheuge nis dat hij in ons midden blijft als buiten gewoon hoogleeiaar in de middeleeuwsche Zeven jaar later sprak de rector-magni- ficus dr. J. Ph. Vogel de volgende woorden bij zijn aftreden als buitengewoon hoog leeraar „Dr. Scato de Vries is voor ons aller be wustzijn in de eerste plaats de oud-biblio thecaris, wiens voortreffelijke beheer der universiteits-boekerijons. nog even helder voor den geest staat als zijn tragische af scheid van die instelling.,Betrekkelijk wei nigen hebben :hem leeren kennen en waar- dèeren in een an,dere functie, welke hem aan de Leidsche universiteit, verbond, nl. 'die van buitengewoon hoogleeraar in de middeleeuwsche handschriftkunde. Niet zijn langdurig lichamelijk lijden, maar slechts het bereiken van den zeventigja rigen leeftijd heeft hem kunnen bewegen om thans ook af te zien van dién met zoo veel toewijding op de studeerkamer vol gehouden arbeid." Over den arbeid van den thans overle dene schrijft het „Hbld." o. m.: Lange jaren is professor de Vries lijden de geweest. Zijn gezondheidstoestand is oorzaak geweest, dat hij in Januari 1924 het ambt van bibliothecaris der Leidsche Universiteits-Bibliotheek neerlegde en hoewel hij tot zijn zeventigste jaar zijn buitengewonen leerstoel in de Middeleeuw sche handschriftkunde bezet heeft, waar door hij in voortdurend contact bleef met de universiteit en haar bibliotheek, moet het afscheid van den arbeid, die hem zoo lief was en waaraan hij gedurende tal van jaren zijn groote kennis en zijn geheele energie gegeven heeft, moeilijk voor hem geweest zijn.. Want prof. De Vries gaf zich met zijn geheele hart aan zijn taak, en on der zijn bestuur heeft d* boekerij der Leid sche universiteit een periode van grooten vooruitgang beleefd. Zeven en dertig jaar is hij aan deze instelling verbonden ge weest, eerst onder Du Rieu als conserva tor en elf jaar nadat hij benoemd was, als directeur. Hij heeft het catalogus- en controle-sys teem belangrijk verbeterd, hij heeft de practische waarde van de boekerij voor de studenten opgevoerd, door te zorgen, dat zij zich aan den tijd en aan de veranderde omstandigheden der studiosi aanpaste. On der zijn bestuur is de bibliotheek ook ver huisd naar het nieuwe gebouw aan het Rapenburg, dat volgens zijn o-p grond van uitgebreide studie van het-bibli-iheek- wezen verkregen aanwijzingen werd in gericht. Daarnaast breidde hij den boeken schat voortdurend uit met tal van zeldza me en kostbare werken. Ook door -egaten, oip. de bibliotheek ten^eel vielen vprkreeg zij uitbreiding o.a. door de reusachtige boekerij van prof. Fruyn en de genecle in richting van prof. Thiele's kamer en biblio theek en na den dood van diens weduwe nog een legaat, waaruit telkens theologi sche werken kon worden aangeschaft Me. behulp van minister Kuyper werden des tijds de gelden gevoteerd, die noodig weren om op de keizerlijke Japansche drukkerij afdrukken te laten maken van de thipi- thaca, de heilige boeken der Boeddhisten, in het Chineesch voor de Japanners lees baar gemaakt en die in Japan in tempels bewaard worden. Alleen Londen en Parijs btzitten, naast Leiden, exemplaren van dit werk. Andere aanwinsten op het gebied der Javaansche taal- en zedekunde, alsmede van het recht en de philosophie volgden, terwijl ook werken op het gebied van mo derne wetenschappen werden aangeschaft. In den loop der eeuwen is om de kern de aan de universiteit nagelaten boekerij van haar eersten hoogleeraar Holman, aan gevuld door belangrijke schenkingen van haar stichter prins Willem van Oranje en zijn zoon prins Maurits een bibliotheek gegroeid, die tot ver over zijn grenzen be kend is en geraadpleegd wordt. Het is de verdienste van professor De Vries geweest dat hij die faam heeft hooggehouden door vooral aan de groote handschriftenverza meling zijn toegewijde zorg te geven en die uit te breiden. Daartoe heeft hij ver schillende studiereizen gemaakt o.a. naar de Vaticaansche Bibliotheek, naar boeke rijen in Venetië, Florence, Oxford, Parijs en Weenen, waar hij persoonlijk onderhan delingen voerde over het fotografeeren van belangrijke origineelen. Al deze waar devolle documenten heeft hij bijeenge bracht onder den titel: „Codices Graeci et latini photografice depicti"." De begrafenis van het stoffelijk over schot zal plaats hebben a.s. Donderdagmid dag te 12 uur op de begraafplaats Rhijn- tiof. VOORDRACHT ANTON E. ZISCHKA. De bekende journalist Anton E. Zischka, schrijver van „Wereldverdwazing", „Japan wereldveroveraar", „Oorlog om Ethiopië", „Arabië ontwaakt" zal 11 Februari hier ter stéde een lezing houden op uitnoodi- ging van het Leidsche Studentencorps. Ofschoon pas 32 jaar oud zullen er wei nigen zijn die zooveel gereisd hebben als Anton E. Zischka. Hij reisde reeds vier maal de wereld rond per vliegmachine (hij bestuurt zijn machine zelf), per Pullman, per mailboot. Hij was redacteur van de „Neue Freie Presse" te Weenen, corres pondent van Politiken, Kopenhagen en van de World, New York. Hfj reisde o.a. VOORNAAMSTE NIEUWS BUITENLAND. Malaga thans definitief in handen dér rechtschen. Generaal Kleber zou gevangen genomen zijn. De weg van Madrid naar Valencia afgesneden? (2de blad). Dr. Stachnik te Danzig tot 6 maanden ge vangenisstraf veroordeeld. (2de blad). De kwestie der Duitsche koloniën weldra ter sprake in Engeland. (2de blad). De besprekingen in het conflict met de Generaal Motors dreigen te worden afge broken. (2de blad). BINNENLAND. Het ligt in de bedoeling, dat binnenkort in een Kon. besluit rood, wit en blauw als de nationale kleuren worden vastgelegd. (2de blad). Tegen „saneering" bloembollenvak. (2de blad). Marechausse te Eindhoven te water ge reden en verdronken. (Gem. Ber. 3de bl.). OMGEVING. Proef met de teelt van pepermunt-kruid te Ter Aar. (1ste blad). LEIDEN. Overleden is prof. dr. S. G. de Vries, oiuLbïbliothecaris der universiteitsbiblio theek en oud-buitengewoon hoogleeraar. (lste blad). Dr. M. Keij heeft zijn benoeming tot lid van den gemeenteraad aanvaard, (lste blad). als cameraman voor de Paramount News en vertrok in 1931 voor LTntransigeant te Parijs naar China, waar hij de overstroo mingen van de Jangtse Kiang beschreef. Hij pikte Lindbergh van den stroom op bij Hangkou en ontving de gouden me daille van het Amerikaansche Roode Kruis voor zijn werken onder de pestlijders van de verwoeste provinciën. Voor de „Paris Soir" bezocht hij Zuid-Amerika, Brazilië en den oorlog om de Gran Chako in 1932. PATER FRIGGE. Dat een kapelaan 20 jaar in onze stad werkzaam is, is een zeldzaam voorkomend geval. Zóó zeldzaam, dat er alle reden voor is, om 't in de courant te zetten! De weleerw. pater Frigge is vandaag 20 jaar kapelaan in Leiden. Bij zulk een jubileum is 't niet de gewoonte, om een breed huldigend feestartikel te schrijven. Maar een van harte gemeende korte ge- lukwensch is hier ongetwijfeld wél op z'n plaats. Pater Frigge mag terugzien op een lang tijdperk van harden veel-zijdigen en ver- dienstvollen arbeid in onze stad, in de Hartebrug-parochie een arbeid, hoog ge waardeerd door allen, die dezen hebben leeren kennen en er de vruchten van heb ben genoten. De gezondheidstoestand van pater Frigge heeft de laatste jaren veel geleden, maar dat lijden draagt pater Frigge met gelaten heid en blijmoedigheid. Moge dezen pries ter nog vele gezegende jaren geschonken worden!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 1