ÜPIL* LICtlT m DUIlTfDMI) De Spaansche burgeroorlog VRIJDAG 29 JANUARI 1937 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 5 A Vraag 149. Is het niet onbillijk, dat de rijken altijd en overal de beste plaatsen hebben vóóraan in de kerk, terwijl de ar men zich maar met een plaats achter in de kerk tevreden moeten stellen? Antwoord. Een welkome vraag! Deze en dergelijke vragen zijn bij lange na niet origineel: ze komen aanvliegen als de be kende zwaluwen in de even bekende lente, en deze vraag komt even regelmatig terug als de vraag over de H. Missen voor rij ken en andere. En toch zijn ze welkom: want al kunnen we hier geen „onfeilbaar antwoord" geven om de eenvoudige reden, dat het geen eigenlijke vraag over ons ge loof is, en dus in deze kwestie geen onfeil bare uitspraak van de Kerk is gegeven, toch krijgt u hier in de vragenrubriek wel licht een beter antwoord dan in die krin gen, waar de vraag, en méér dergelijke vragen met minder leergierige bedoe lingen worden gesteld. Dat de rijken altijd en overal de beste plaatsen in de kerk hebben is in z ij n al gemeenheid niet waar. In de meeste landen, waar de kerken voldoende inkomsten hebben, dat het niet noodig is, om plaatsengeld te vragen, nemen de ge- loovigen plaats, waar zij dat willen, zon der onderscheid van rang en stand. In meerdere streken bestaat dan nog het ge bruik om, wanneer er geen banken zijn, tegen een geringe vergoeding een stoeltje te huren. In onze streken kunnen de kerken de inkomsten van het verpachten en ver huren der plaatsen in de kerk eenvoudig niet missen: dat is niet altijd zoo geweest; in de eeuwen vóór de hervorming hadden de kerken zeker wel zooveel bezittingen, dat het heffen van plaatsengeld niet noo dig was; maar toen de Kerk haar vele bezittingen verloor (wat ook haar goede zijde heeft gehad!) moesten wel maatre gelen genomen worden om te zorgen, dat* de kerken konden blijven bestaan. De-nood zakelijkheid van het verhuren der plaatsen heeft als gevolg, dat de „beter gesitueer den" zich een plaats konden verzekeren in het voorste gedeelte der kerk, terwijl degenen, die minder of in het geheel niets konden betalen, zich met een plaats in het achterste gedeelte moesten tevreden stel len. Dit is zoo in de meeste kerken. Nu ben ik de eerste om toe "te" geven, dat dit geen ideaal-toestand is, maar het .kan in de verste verte niet onbil lijk genoemd worden. Dat door dien toestand de naam „armen- banken" in gebruik is gekomen, is even min gelukkig; men vervange dien naam liefst door den term: „vrije plaatsen" (als met dezen term niet bedoeld wórden die plaatsen, die per keer verhuurd wor den). Ook hebben de bischoppen hier te lande bepaald, dat ook die z.g. banken voor de „armen" behoorlijk moeten gemaakt wor den, en voorzien ook van rugleuningen; en dit gebeurt feitelijk overal, waar de finan ciën het maar eenigszins toelaten. Het is eens gebeurd, dat een pastoor den ideaal-toestand in zijn kerk wilde invoe ren, en geen plaatsengeld meer hief. Het ge volg was, dat de parochianen daarna in die kerk juist dezelfde plaatsen innamen, waar zij tevoren zaten! Aan den feitelijken toe stand was dus niets veranderd; alleen zag de pastoor zich later toch weer ge noodzaakt, om plaatsengeld te heffen om zijn kerk voor den financieelen onder gang te bewaren. Nog moet worden opgemerkt, dat het soms aan den bouw van een kerk, of de onvoorziene plotselinge uitgroei van een parochie te wijten is, dat niet alle geloovi- gen een behoorlijke plaats met uitzicht op het altaar hebben. Vraag 150. Hoe kan men weten, of een boek mag gelezen worden of niet? Antwoord. Voor iederen katholiek geldt als regel, dat hij niet mag lezen de boeken, waarvan de lezing door de Kerk verboden is. Wanneer is een boek een verboden boek? Ten eerste: wanneer een bepaald boek of de boeken van een bepaalden schrijver geplaatst zijn op den Index, dat is: de lijst der verboden boeken, op last van den Paus samengesteld. B.v. bijna alle werken van Zola, Anatole France, Dumas (vader en zoon). Ten tweede: wanneer een boek be hoort tot een bepaalde klasse van de verboden boeken. Moesten alle gevaarlijke boeken op den Index geplaatst worden, dan zouden hun namen weldra boekdeelen vul len, gezien de massa lectuur, die dagelijks verschijnt. Daarom heeft de Kerk in haar wetboek twaalf klassen van boeken ge noemd, waarvan de lezing verboden is. We zullen slechts een paar klassen noemen en andere groepen samenvatten. Alsdan zijn verboden: 1. Boeken van de H. Schrift, die door niet-katholieken worden uitgegeven (b.v. de Statenbijbel) en ook, die niet voor zien zijn van Kerkelijke goedkeuring (te zien aan het woord Imprimatur (d.i het kan gedrukt worden) of Evulgetur (d.i.: het kan verspreid worden) vóór in het boek met den naam van den Bisschop of van een priester op last van den Bis schop. 2. Boeken, die door n i e t-K a t h o 1 i e- k e n zijn geschreven en merkelijk over den godsdienst handelen, tenzij het zeker is, dat daarin niets tegen het katho lieke geloof in wordt gevonden. 3. Boeken, die dien godsdienst of de ze den trachten te ondermijnen, Kerk, pries ters en kloosterlingen beleedigen, zelf moord, bijgeloof, echtscheiding, vrijmetse larij verdedigen enz. 4. Boeken, die merkelijk zedelooze of wellustige zaken behandelen, ver halen of leeren (met een onzuivere strek king). Onnoodig is het op te merken, dat met boeken bedoeld wordt alle lectuur, 'dus ook kranten, tijdschriften, losse blaad jes enz. Niet alleen het lezen van die boeken is verboden, maar ook het uitgeven, bewa ren, verkoopen of op eenigerlei wijze aan anderen mededeelen. Wanneer men om bepaalde reden (b.v. studie) een door de Kerk verboden boek moet lezen, dan heeft men daartoe verlof noodig van de Kerkelijke Overheid. Tot hier hebben we alleen gesproken over boeken, die door de Kerkelijke wet zijn verboden. Maar dit wil niet zeg gen, dat alle andere boeken zoo maar door iedereen mogen gelezen worden. De n a- tuurwet, de goddelijke wet ver biedt het lezen van boeken, ook al zijn die niet met name of met klasse door de Ker kelijke Wet verboden. Al is een boek niet bepaald slecht, al valt het niet onder de verboden boeken der Kerkelijke Wet, dan kan toch de lezing ervan voor bepaalde personen, vooral voor jeugdige menschen gevaarlijk zijn, en dit geldt vooral voor lichtzinnige romans. Daarom kan niet ge noeg worden gewezen op het ontzettend gevaar: de neutrale uitleenbibliotheek, en moet nog eens met nadruk gewezen wor den op het groote nut van de eigen E.K. uitleen-bibliotheken, waar voldoende con trole is betreffende schrijvers en boeken. En wanneer men dan nog twijfelt, of een bepaald boek voor een bepaald persoon geschikt is, raadplege men een E.K. Cata logus of winne advies in bij een geeste lijke. 'Vraag 151. De vorige keer werd naar aanleiding van een vraag over het Drie koningen-feest in het antwoord gezegd, dat de dl'ie Wijzen hoogstwaarschijnlijk het goddelijk Kind niet in de stal van Bethle hem maar in een huis te Bethlehem heb- ben gevonden. Maar dan is de voorstelling van de drie koningen bij de kribbe in onze kerken toch niet juist? Dan leeren wij in van jongsaf toch iets, wat niet waar is? Antwoord. In het Evangelie wordt verhaald, dat drie wijzen uit het Oosten naar het land der Joden reisden om den pasgeboren Koning der Joden te zoeken; God leidde hen daarheen door een teeken, een ster aan den hemel, en die ster bleef staan boven de plaats waar het Kind was. Verder wordt verhaald, dat zij het huis binnentraden, en daar het Kind met Zijn Moeder vonden, nedervielen en Het aanbaden. Deze gebeurtenis is dikwijls afgebeeld, vooral door de schilders van de latere Mid deleeuwen. Wat ze allen steeds afbeelden was: Maria (meestal in zittende houding) met het Jesuskind op Haar schoot of op de arm dragende; vervolgens de drie wij zen in aanbiddende houding (knielende en ook wel staande) met hun geschenken. Maar in het schilderen van de omge ving, van den achtergrond enz. lie ten zij vrij hun fantasie werken, en die omgeving vinden we dan ook heel verschil lend afgebeeld. Sommigen hebben ook de figuur van Sint Joseph daarbij, anderen niet; nu eens vinden we als omgeving een eenvoudig huis, dan weer een rijk paleis met marmer en zuilen, soms een heel mid- deleeuwsche omgeving met kleeding en ver siering uit dien tijd.- Dus: bij al die voor stellingen moeten we goed onderscheid maken tusschen de e ige n 1 ij ke ge beurtenis (de aanbidding van het Je suskind met Zijne Moeder door de drie wijzen) en de bij k o m s t i g h e d e n (de omgeving, de andere personen, de kleeding enz.). Wat dit laatste betreft: dit komt er zoo nauw niet op aan, en per slot van re kening weten we toch niet precies, hoe het er toen uitzag. En daarom mogen we ook gerust de Drie-koningen-groep bij de stal van Bethlehem plaatsen; door omstandig heden is dit in onze kerken en in onze huis kamers een gebruik geworden, en een vroom gebruik, dat we in eere moeten hou den. Zelfs laten we de herders met de schaapjes er gerust bij, en halen die niet weg. als we de beelden van de drie ko ningen erbij zetten, ook al kumien we vrij zeker zeggen, dat de herders al lang ver trokken waren, toen de drie wijzen het Kind vonden. Want het komt er heusch niet zoo op aan, waar de wijzen het Kind aanbeden heb ben. waar het wèl op aankomt: de drie wijzen uit het Oosten hebben het Kind ge zocht, gévonden en aanbeden; en om ons die wonderbare gebeurtenis duidelijk voor oogen te stellen, plaatsen we drie COMMUNIQUé VAN DEN VERDEDIGINGSRAAD In het communiqué, dat de verdedigings- raad gisteravond heeft gepubliceerd, wordt o.a. medegedeeld, dat de regeeringstroe- pen gisteren aan het front van Madrid in den vroegen ochtend bezit hebben geno men van. een loopgravenlinie der opstan delingen, gelegen op ongeveer 300 M. van het nationaal gezondheidsinstituut en het gesticht del Arno. De regeeringstroepen meester in het Westerpark te Madrid Na een in den afgelcopen nacht ontke tenden aanval zijn de regeeringstroepen nagenoeg in het geheele Westerpark mees ter. Zoodra zij het terrein veroverd had den, gingen zij tot de versterking hiervan over, niettegenstaande het vuur der mi trailleurs en het slechte weer. De bezetting van het Westerpark stelt de regeeringstroepen in staat, de verbin dingen der opstandelingen met de hospi taalkliniek te verbreken. Voor de bezet ting van de hospitaaikiiniek is de toestand na de operaties van vannacht kritiek. RECHTSCHE LUCHTMACHT BEDREIGT BILBAO Per radio werd medegedeeld, dat de luchtmacht der nationalisten boven Bilbao opnieuw proclamaties heet uitgegooid, waarin een vergelijking wordt gemaakt tusschen „de niet te omschrijven bombar dementen van de zijde der rooden" en de bombardementen der rechtochen, die „nimmer tegen burgerbevolkingen gericht 2ijn". De proclamatie vervolgt: „De welwil lendheid, welke wij steeds ten opzichte van de Basken hebben betoond, zal nu worden vervangen door een strikte nale ving van de krijgswet. Onze luchtmacht heeft de middelen Bil bao en het geheel industrieele gebied tot gehoorzaamheid te dwingen. Tot nu toe hebben wij deze middelen niet willen ge bruiken, maar het voortduren van misda den, zcoals zich juist weer hebben voor gedaan, zal onze goede bedoelingen kun nen wijzigen". DE STADBATAIN SPAANSCH GUINEA DOOR RECHTSCHEN BEZET Volgens mededeelingen van 53 Spaan sche communisten, die uit Bata (Spaansch Guinea) te Bordeaux zijn aangekomen, hebben rechtsche troepen zich bij verras sing van de stad Bata meester gemaakt. BE NON-INTERVENTIE-KWEST1E Mededeelingen van de Britsche regeering aan de mogendheden. De Britsche regeeririg heeft aan de re geeringen van Berlijn,. Rome, Lissabon, Parijs en Moskou medegedeeld, dat zij de antwoorden op haar voorsteilen van 9 Ja nuari inzake het zenden van vrijwilligers naar Spanje heeft ontvangen. De Britsche regeering verklaart, voldaan te zijn over de overeenstemming, welke in dit punt is bereikt. Zij stelt verder vast, dat geen ver zet is gerezen tegen het voorleggen van de correspondentie aan de sub-commissie van do niet-inmengings-commissie, ten einde den datum vast te stellen, waarop de maatregelen tot het beletten van het zenden van vrijwilligers van kracht zul len worden. De Britsche ambassadeurs te Rome en Berlijn hebben bovendien opdracht ont vangen mede te deelen, dat de regeering aandacht heeft geschonken aan de voor stellen van Duitschland en Italië inzake het verwijderen van alle niet-Spanjaarden, die deelnemen aan den burgeroorlog. De Brittï.he regeering is van oordeel, dat deze kwestie alleen door de niet-inmen gings-commissie kan worden beoordeeld. De besprekingen der commissie In een communiqué, dat gepubliceerd is na afloop van de zitting van de subcom missie der non-interventie-commissie wordt o.a. het volgende gezegd: Gezien den in houd van de jongste antwoorden der par tijen in Spanje betreffende het voorge stelde plan van toezicht op de Spaansche grenzen, is de suboemmissie onverwijld overgegaan tot het bestudeeren van het door haar technische adviseurs voorberei de plan inzake het uitoefenen van controle buiten het Spaansche grondgebied. De ver tegenwoordigers in de subcommissie kwa men overeen, het rapport, waarin dit plan vervat is, aan hun respectieve regeeringen vcor te leggen, met verzoek zoo spoedig mogelijk instructies te zenden, en tegelij kertijd een door de sub-commissie samen gestelde vragenlijst te zenden, waarin de voornaamste kwesties vervat zijn, waar omtrent men de zienswijze der betrokken regeeringen wenscht te kennen. De sub commissie kwam bovendien overeen, den leden der plenaire commissie aan te ra den, aan hun respectieve regeeringen de hiervoor genoemde vragenlijst en ranpor- ten te zenden. De eerstvolgende bijeen komst der sub-commissie zal op 2 Febru ari plaats vinden. beelden van rijk uitgedoschte koningen (met of zonder kameelen) bij Maria en het Jesuskind. Nog is een vraag binnengekomen zon der naam en adres van afzender, welke vraag niet geschikt is voor behandeling in deze vragenrubriek. Inzender doet goed, zich te wenden tot een priester, hetzij mon deling, hetzij (als het eerste bezwaarlijk is) schriftelijk. Correspondentie-adres: Mr. A. Diepen- brock, Pr., Seminarie Hagevèld, Heemstede. BUITENLAND VAN NET VAT1DAAN DE TOESTAND VAN DEN H. VADER. Audiëntie afgebroken wegens hevige pijn. De Heilige Vader heeft gisteren kardi naal Cremonesi, die de leiding heeft van de financieele zaken van het Vaticaan, in audiëntie ontvangen. Tijdens het onder houd kreeg Zijne Heiligheid hevige pijn in de beenen. zoodat de besprekingen mossten worden afgebroken. Ofschoon de toestand van Z. H. den Paus betrekkelijk goed is, heeft de H. Va der zich toch naar het advies van prof. Milani geschikt, die van oordeel is. dat het aantal audiënties niet te groot mag zijn en derhalve beperkt moet worden. BELGSE WAUTERS VOLGT VANDERVELDE OP. Verklaringen van minister-president Van Zeeland. Om twaalf uur gistermiddag heeft Van Zeeland koning Leopold rapport uitge bracht over den politieken toestand met het oog op het aftredsn van Vandervelde. De koning heeft het ontslag van Van- dervelde aanvaard en de benoeming van Arthur Wauters, directeur van „Le Peuple" als diens opvolger goedgekeurd. Het kabinet is vanmiddag te kwart voor twee onder presidium van Van Zeeland bijeengekomen. De minister-president heeft tijdens de zitting een verklaring afgelegd over het aftreden van ministei V' ndervelde. Hij zeide, dat er nooit een tegenstelling had bestaan tusschen Vandervelde en de regeering op belangrijke punten en dat alle door het kabinet genomen besluiten met algemeene stemmen waren aangeno men. Niettemin heeft minister Vandervelde, om in de lijn te blijven van de nationale eenheid, bij zekere maatregelen, waartoe door de regeering werd besloten, zijn ge voelens geweld moeten aandoen. De gewetenscrisis, waarmede Vander velde sinds verscheidene maanden te kam pen had, kon niet zonder gevolg blijven voor de wijze, waarop hij tegelijkertijd zijn eigen taak en de ontwikkeling van de re- geeringsactie zag. De schakeeringen, die aan den dag traden tusschen zijn eigen op vattingen en de gedragslijn, die spr. nood zakelijk achtte voor een nationale regee ring, werden duidelijker. Onder deze omstandigheden herhaalde Vandervelde zijn verzoek tot ontslag, dat hij tevoren reeds had "edaan. Voortgaande bracht de premier hulde aan Vandervelde, waaraan hij toevoegde, dat Vandervelde van opvatting is, dat niets is gewijzigd in de dieogaande redenen, die de drie groote partijen verplichten, haar samenwerking in het belang van het land voort te zetten. DUITSOKLAND DE SCHOOLSTRIJD IN BEIEREN. Een gouwleider aan het woord. In een druk bezochte vergadering van onderwijzers in de Beiersche Hoofdstad heeft de nieuwe Beiersche Minister voor Onderwijs en Eeredienst Gouwleider Adolf Wagner een redevoering gehouden, waar- ir hij zijn plannen voor de toekomst uit eenzette. Aan deze rede ontleenen wij de volgende belangrijke passage: Partij en Staat zijn het eens geworden. Ook partij en bestuur en eveneens partij en politie. Nu staat een nieuwe taak voor n.ij; <fe eenheid op te bouwen tusschen partij en school. Van deze plaats doe ik een beroep op de Kerken om zich niet tegen de zeker ko mende ontwikkeling te verzetten. De ge meenschapsschool waarborgt het Gods dienstonderricht evenzeer als de Belijdenis- school. Zij brengt de kinderen dezelfde geest, dezelfde stof. hetzelfde weten en hetzelfde kunnen. Wat willen de Kerken nog meer? Waarom willen zij een instel ling vasthouden die tot het verleden be hoort? Waarom willen zij zich blootstellen aan het verlies van prestige wat zeker gebeu ren zal als steeds meer ouders hun kinde ren van de Belijdenisschool naar de ge meenschapsschool zullen laten gaan? In dit probleem kunnen de Kerken hun po sitieve houding tegenover de nieuwe tijd bewijzen Wij gelooven aan het voortschrij dende leven, en daarom gelooven wij ook, dat de gemeenschapsschool zal komen, en dat de belijdenisschool zal verdwijnen als een laatste overbhjfsel van de confessio- neele schooldictatuur!" De bewering van den Minister, dat het godsdienstonderricht in de gemeenschaps school hetzelfde blijft, wordt wel scherp gelogenstraft in de verklaringen van Kar dinaal Faulhaber van Zondag 1.1, die wij reeds hebben gepubliceerd, en waarin de j Kardmaal onder meer zegt: ,.Het is niet waar. indien beweerd wordt, dat in de gemeenschapsschool het gods dienstig onderricht evengoed gewaarborgd is, als in de belijdenisschhool. In een ge meenschapsschool in Regensburg heeft men de katholieke kinderen verboden het Kruisteeken te maken en hun handen bij i het gebed te vouwen." ADMIRAAL FOERSTER ZAL EEN BEZOEK BRENGEN AAN AFRIKA. De vroegere commandant van de Duit- sche vloot, admiraal Foe-ster, zal Lmnen- kort een studiereis fnaiccn naar Af.-ika om de "estiging van Duitscbers te bestudee ren. Hij zal o.a. een bezoek brengen aan de vroegere Duitsche kolonies van Oost- en Zuid-W est-Afrika. ITALIË WIL ROME BREKEN MET MOSKOU GERUCHTEN DOEN DE RONDE. Verband met Spanje. De correspondent van de „Mi-tin" te Ro me meldt, dat in diplomatieke kringen te Rome zekere geruchten de ronde doen, volgens welke de Italiaansche regeering een ontwerp in studie zou hebben de di plomatieke betrekkingen tusschen Italië en Sovjet-Rusland te verbreken. Er zijn volgens den correspondent rede nen om te gelooven, dat dit ontwerp in overeenstemming zou zijn met de wenschen \an de fascistische regiering, gereed te zijn om snel op te treden, zoodra in haar oogen wijzigingen in het tegenwoordige diplomatieke bestel noodig zouden zijn. De slotbeslissing zou afhangen van ze kere gebeurtenissen in Europa met name van het conflict in Spanje. Wij vermelden dit bericht onder alle voorbehoud. Tijdens het nationaal-socia- listisch congies te Neurenberg werd door vooraanstaande leden der rijksregeering heftige critiek op Sovjet-Rusland uitge oefend en niettemin werden diplomatie ke betrekkingen gehandhaafd. Da politiek van Mussolini is verder nooit bijzonder anti-Russisch geweest, al heeft hij in eigen land iedere communistische propaganda vrijwel onmogelijk gemaakt. RUSLAND HET POLITIEKE PROCES TE MOSKOU. Tegen alle verdachten de doodstraf geëischt. In het politieke proces te Moskou heeft Wysjinski, de openbare aanklager, tegen alle zeventien verdachten de maximale straf, de doodstraf door den kogel, ge- eischt. Het requisitoir van den openbaren aanklager. In het politieke proces te Moskou heeft gisteren de openbare aanklager Wysjinski zijn requisitoir gehouden. Het proces, zei- de hij, heeft als een schijnwerper licht ge bracht in alle meest duistere en afschuw wekkende hoeken van de Trotzkistische onderwereld. Hij wees er op, in welk een verschrikkelijken afgrond het contra-revo lutionaire Hrotzkisme ten slotte onherroe pelijk verzonken is en hoe het reeds lang tot de ergste baanbreker van het inter nationale fascisme is geworden. Wysjinksi laat dan de verschillenre be klaagden de revue passeeren, eerst de min der belangrijke en daarna de leiders Pja- takow, Radek en Sokolnikow, waarvan hij een uitvoerige politieke biografie geeft. Na er op gewezen te hebben, dat de be klaagden zich voor ieder als een politieke partij trachtten voor te doen, verklaarde Wysjinski: Men kan zich er gemakkelijk van overtuigen, dat dit geenszins een poli tieke partij is, doch een bende misdadigers, die het agentschap van een buitenlandsche spionnagedienst vormt. Herinnerend aan de talrijke slachtoffers hunner sabotage, riep Wysjinski uit: Hier voor u zitten de moordenaars. Met deze bende moorde naars, brandstichter, roovers, spionnen, sa boteurs en documentenvervalschers kan wellicht de Middeleeuwsche Camorra ver geleken worden. Wysjinski geeft dan een opsomming van de verschillende punten van het program ma van het Trotzkistische anti-Sovjet cen trum, o.a. samenwerking met het fascis me, openlijke erkenning van de noodzake lijkheid der restauratie van het kapitalis me in de Sovjet Unie en de these betref fende den nederlaag der Sovjet-Unie in den oorlog. DE ARRESTATIE VAN DEN ZOON VAN TROTZKL De zoon van Trotzki, Sergej Sedof, wordt beschuldigd van industrieele sabo tage, d.w.z. een misdaad waarop de dood straf staat. Hoewel zijn arrestatie niet be vestigd wordt, is zij dus weinig twijfelach tig. CHINA DE OPSTANDELINGEN TREKKEN TERUG. In officieuse kringen te Sjanghai wordt verklaard, dat de troepen onder comman do van Yang Hoe Tsjeng en de overige re bellen, waaronder ook de communisten, overeenkomstig de opdrachten van de Nan- king-regeering begonnen zijn terug te trek ken. Een officieele meóedeeling dienaan gaande is evénwel niét ontvangen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 5