0 i e 9 P H m i e 1f i H 3 9 i m u m ZATERDAG 2 JANUARI 1937 DE LEIDSCHE COURANT VIERDE BLAD - PAG. 14 RAYMOND BRAINE IN MOEILIJK HEDEN Sparta eischt hem op Raymond Braine, de bekende Belgische midvoor van internationale klasse, jaren lend, is in groote moeilijkheden gekomen, lend, is ing roote moeilijkheden gekomen. Men kent het geval: Braine kon geen ver gunning krijgen voor een langer verblijf in Tsjecho-Slowakije. Dientengevolge zou hij niet meer voor Sparta kunnen spelen en in België vertoevend ging hij een over eenkomst met Beerschot aan om met in gang van half Januari voor deze Belgische vereeniging uit te komen. Toen het bestuur van Sparta van deze overeenkomst hoorde, herinnerde het Braine aan zijn contract, hetwelk tot Juni 1938 duurde. Braine was van meening, dat hij daarvan ontslagen was omdat hij geen vergunning voor een langer verblijf had kunnen verkrijgen. Doch het bestuur van de Praagsche club wendde zich dezer da gen tot een der Tsjechische departementen en men kreeg gedaan, dat Braine wel ver gunning ontving. Braine is daardoor wel in ernstige moeilijkheden gekomen, hij heeft nu twee overeenkomsten. Vanzelf - sprakend zal Sparta het er niet bij laten, indien Braine mocht blijven weigeren naar Praag te komen. Dan komt de aangelegen heid zeker in het bestuur van de F.I.F.A. Men mag met spanning de oplossing van deze puzzle tegemoet zien. DE ENGELSCHE WEDSTRIJDEN. De uitslagen van de gisteren gespeelde League-wedstrijden zijn: Eerste afdeeling. Bolton W.Arsenal 05 EvertonPreston N.E. 22 Manchester U.Sunderland 21 MiddlesbroughW. Brom. Albion 41 Tweede afdeeling. Blackburn R.Doncaster R. 20 BurryBlackpool 23 ChesterfieldSwansea T. 40 Newcastle U.Bradford 11 Sheffield U.Leicester C. 31 De stand in de eerste afdeeling luidt thans: Arsenal 23 12 6 5 53—30 30 Brentford 22 12 4 6 44—35 28 Sunderland 23 13 2 8 50—40 28 Charlton A. 23 10 8 5 29—26 28 Middlesbrough 23 12 3 8 46—44 27 Derby C. 23 11 4 8 51—47 26 Huddersf. T. 23 9 7 7 43—ól 25 Portsmouth 23 9 7 7 3133 25 Everton 23 10 4 9 47—42 24 Manchester C. 22 8 7 7 4538 23 Stoke C. 23 7 9 7 35—31 23 Chelsea 23 9 5 9 31—34 23 Grimsby T. 23 9 4 10 48—49 22 Wolverh. W. 22 9 3 10 38—36 21 Bolton W. 23 6 8 9 26—39 20 Preston N. E. 23 7 6 10 33—43 20 Birmingham 23 6 7 10 3643 19 Liverpool 23 6 7 10 3946 19 Sheffield W. 22 5 8 9 33—34 18 Leeds U. 22 8 1 13 3544 17 W. Bromw. A. 22 7 3 12 37—51 17 Manchester U. 23 6 5 12 35—49 17 CRICKET DE DERDE TOETS WEDSTRIJD AUSTRALIë—ENGELAND Gisteren is te Melbourne de derde toets- wedstrijd begonnen tusschen Australië en Engeland. Zooals bekend won Engeland de vorige twee ontmoetingen. Australië won ditmaal den toss en ging het eerst batten. Bij het sluiten van den speeltijd had Australië op dezen eersten dag 181 runs voor 6 wickets gemaakt. De score luidde: Fingleton c. Sims. b. Robinse 38, Brown c. Ames, b. Voce 1, Bradman c. Robins, b. Verity 13, Rigg c. Verity, b. Allen 16, Mc. Cabe not out 63, Darling c. Allen, b. b. Verity 20, Sievers St. Ames, b. Aobins 1, Oldfield not out 21. extra's 8. totaal 181 voor 6 wiskets. RUGBY ITALIË—DÜITSCHLAND 3—6. De landenwedstrijd tusschen Italië en Duitschland, welke gisteren te Milaan werd gespeeld, is door de gasten met 63 gewonnen. Met de rust was de stand 33. WIELRENNEN Morgen peleton-rit. Samenkomst clublo kaal 8.J>. Start 9.05 PIJNENBURG—WALS WINNEN TE BAZEL De drie-uurs-koppelwedstrijd, welke op Oudejaarsavond te Bazel werd verreden, heeft een fraaie overwinning voor Pijnen burg en Wals opgeleverd, die met niet.min- der dan twee ronden voorspong op hun naaste concurrenten de eerste plaats be zetten. De uitslag luidde: 1. Pijnenburg Wals 48 p., afgelegd 128.60 K.M. Met twee ronden achterstand: 2. BühlerMalmesi 17 p.. Met drie ronden achterstand: 3. Zims Küuster 29 p. Met vijf ronden achter stand: 4. SaladinHeymann 9 p. Met zes ronden achterstand: 5. GilgenBuchwal- der 27 p. Met elf ronden achterstand: 6. LemoineDayen 14 p. ZWEMMEN 12-jarig meisje over het Kanaal? Een 12-jarig zwemstertje uil Bengalen komt in Mei a.s. naar Engeland, waar zij een poging wil doen het Kanaal over te zwemmen. Volgens de ..Madras Mail" is zij vol ver trouwen, dat zij in haar poging zal sla gen. HET DAMSPEL Damredacteur: W. J. v. d. Voort Rustoordstraat 3. Nieuw-Vennep. Alle correspondentie, deze rubriek be treffende, gelieve men te zenden aan bo vengenoemd adres. Bij de jaarwisseling. Bij de intrede van 1937 wenschen wij al onze damspelende lezers langs dezen weg een alleszins gelukkig en voorspoedig jaar toe. Wij wenschen gaarne onze groote waar deering uit te spreken voor de hartelijke verstandhouding, die in het afgeloopen jaar tusschen onze damspelende lezers en de redactie dezer rubriek heeft bestaan en geven onze oprechte verzekering, dat het ons een bijzonder genoegen zal doen, wan neer wij ook in 1937 deze aangename ver standhouding bestendigd zullen mogen zien. Moge gezondheid, geluk en voorspoed uw aller deel zijn. De Damredacteur. WEDSTRIJD-PROBLEEM no. 327 Auteur: Th. Zonneveld, Wassenaar. Eerste publicatie. Stand in cijfers: Zwart: 1 8, 12, 14, 17, 19, 20, 22, 26, 27, 35. Wit: 23, 28, 29, 31, 33, 36, 37, 39, 40, 42. 50. Wit speelt en wint. WEDSTRIJD-PROBLEEM no. 328. Auteur: Jac. v. Wezel, Leiden. Eerste publicatie. '"-m Stand in cijfers: Zwart: 7/10, 12, 17, 18, 22, 40, dam 13. Wit: 16. 19, 21, 24, 29, 37/39, '41, 42, 48, 50. Wit speelt en wint. Oplossingen der beide vraagstukken worden gaarne ingewacht tot Maandag 11 Januari a.s. bij den redacteur dezer ru briek. Oplossingen wedstrijd-pr. 320/23. No. 320: N. v. d. Kroft. Zwart: 7, 8, 10/13, 20, 22, 23. Wit: 16. 26, 31, 33, 36, 38, 39, 43, 49. Wit forceert de winst van een schijf of de partij door: 2621 (dreigt 2117 en wint op 1117 door 3329 en 29x9), 13 18 (is dus gedw.), 3126 (dreigt 2117), 11—17 (of?) 36—31! (dreigt 31—27, 26x37, 37—31, 38—32, 33x11), 8—13 (of?) 49—44! (dreigt 33—28, 43—38, 39x8, 21x1), 13—19 (of?) 31—27, 22x31, 26x37, 17x26, 37—31, 26x37, 38—32, 37x28 en 33x4. Een buiten gewoon fraai stukje, dat voor de meeste onzer oplossers te machtig bleek te zijn. No. 321: J. J. Wagenaar. Zwart: 4, 9/13, 15, 17/19, 21, 22, 25/27. Wit: 24, 30, 32/38, 40, 42, 43, 47, 49, 50. Wit: 3228 (1823?) nu wint wit door: 24—20. 38—32. 34x3, 50—44. 42—37, 36— 31. 44—40, 43—39, 49x9. No. 322: W. Krom Jr. Zwart: 7/9, 17/19, 24, 33. Wit: 25, 27, 28, 34, 36, 41, 48, 49. Wit wint zeer fraai door: 4842, 36 31. 27—21 en 21x1. No. 323: H. J. N. Winter. Zwart: 11. 13, 15, 17/19, 22, 23, 27, 35, 36. Wit: 24/26, 29, 31, 34, 37. 39, 43, 45, 48. Wit wint door: 3430, 3732, 4843, 25x21, 4540, 30x6 met gewonnen eind spel voor wit. Wijl nos. 320/23 tot 29 December inge zonden konden worden, moeten wij de lijst van onze lad der wedstrijd nog een week achterwege laten. Oplossing Eindspel (uit de partij v. d. VoortHilders). De stand luidde: Zwart (Hilders): schijf op 30 en dam op 24. Wit (v. d. Voort): schijf op 11 en 40 en 2 dammen op 6 en 7. Wit speelde in dezen stand: 72, op 2429 won wit door 2x35, (29x45), 61. (45—50 gedw.). 11—6, (50—28 of?) 35—44 en 1—12. Indien zwart na 72 van wit, 3025 gespeeld had, zou wit op de volgende wijze gewonnen hebben: 2x30, (35x44 gedw.), 11—7, (33—38 gedw.). 6—33, (38x29), 7—1, (29—33 gedw.), 1—34 en 34-^8. Correcte oplossingen ontvangen van G. Lemmens, Voorhout; J. C. Nebbeling, Nw. Vennep; L. B. Langelaan en A. J. Lange- laan, beiden Sassenheim; M. J. v. d. Kwar tel en Jac. v. Wezel, beiden Leiden en C. J. Otte, Nw. Vennep. EINDSPEL. i Vervolgens publiceeren wij voor onze eindspel-liefhebbers deze keer een bijzon der fraai en leerzaam eindspel, hetwelk is ontleend aan een verhandeling van den heer Gortmans in „Damspel Studio". Het is van Rodiegieha en overgebracht van het Russische naar het ..Poolsche" dam bord. Wij willen den lezers aanraden, al vorens zij de oplossing raadplegen, eerst naar de oplossing te zoeken, hetgeen een zeer nuttige oefening is. 0 i fc| Stand in cijfers: Zwart: 21, 36 en 41. Wit: schijf op 42 en dam op 22 en 45. De winst wordt als volgt verkregen: 4529! Op 4146 volgt nu verrassend 2227, 4237 en 29x47; op 4147 speelt wit 2233 en op 2127, 36x27 kan wit door 4237 en 2942 op tempo winnen. Zwarts gedwongen antwoord is dus 21 26. Thans volgt 42—37, 41x32, 29—23!, 3238 (gedwongen, want op 2631, 23x 26, 3641, 2637, wint wit op tempo!), 2239!! (Een prachtige zet!) 3842 gaat nu niet wegens 2327 en 3928. Ook 2631 leidt tot niets wegens 3948!! Het beste lijkt nog 3641, 23x46, 2631, doch nu volgt 4632 en 3928! CORRESPONDENTIE. Th. Z. te W. problemen in dank ontvan gen. Zooals u ziet reeds een van opgeno men. Wat pr. no. 3 betreft, zal ook t.z.t. geplaatst worden, doch voor onze ladder wedstrijd doe ik dit liever niet, vanwege de aanwezige dammen van beide kleuren. G. R. te A. 't was zoo wel in orde! J. v. D. te H. ik weet niet of ik dat als dan nog zal kunnen doen! J. v. W. te L. lokzet in dank ontvangen, zal 't nazien, en bij gebleken geschiktheid volgt plaatsing. J. M. te N. ja daar moet u abonné voor zijn. STUDIE. Hieronder publiceeren wij een prachtige studie van groote practische waarde, welke het naspelen overwaard is. Stand: Zwart: 1/4, 6, 8, 9, 11, 12, 14, 15, 17/19, 23/25. Wit: 26, 27. 30, 31, 33, 35/40, 42/45, 48, 50 Wit aan zet en forceert de winst van een schijf door 2722. Zwart mag nu niet 18x27 slaan, want dan volgt 31x22 en wit's 40x16 is niet te ontwijken. Slaat zwart in antwoord op wit's 27 22 met 17x28, dan wit 33x13 (zwart 9x18 gedwongen om den slag 40x16 te voorko men), 3732 (25x34), 40x9 en wit wint toch een stuk. Uit dit alles volgt, dat na wit's eersten zet 2722. zwart tot 25x34 gedwongen is;* nu slaat wit 40x20 en stelt zwart voor een vierdubbele keus, waarvan echter 14x25 en 17x28 onmiddellijk zichtbaar fout zijn wegens schijfwinst door resp. 22 en 33x24. Kiest zwart 18x27, dan wit 31x22 en on verschillig hoe zwart daarop slaat, dreigt steeds 2218, de z.g. brilstand met winst van een stuk. Na 2722 (25x34), 40x20 is derhalve (15x24) aangewezen en hierop voltooit wit in fraaien stijl den hoofdva riant met 22x13, (9x18), 35—30, (44-^10. 26—21, 37—32, 33x24 en 38x16. UIT DE PARTIJ. Stand: Zwart: 6, 9. 11/19, 24, 26. Wit: 22, 25, 27, 28, 30/32, 34/38, 46. In dezen stand had wit doorzien, dat hij de aangeboden damzet, door 2520, 2923 enz. niet mocht nemen, hij speelde 4641, waarna zwart de partij besliste door: 16—21. 18x27, 6x17, 13x31, 24—19 en 19x 46. „Le Jeu de Dames". HET SCHAAKSPEL Alle correspondentie, deze rubriek be- betreffende, gelieve men te zenden aan den redacteur dezer rubriek, W. H. van der Nat, Witte Rozenstraat 40A. Leiden. In de tot nog toe besproken openingen, zoowel die met 1. e2e4 als met 1. d2d4 begonnen, zagen wij een directe bezetting van het centrum. Reeos meester Zukertort (13421388) was van meening dat niet het zelf bezetten van de belangrijke centrum- velden wits eerste werk moest zijn, doch eerder het beletten, althans hinderen van den tegenstander om dit plan uit te voeren. Dit systeem vond echter in Zukertorts tijd geen verdere beoefening en werd vergeten. Maar na den wereldoorlog trad een nieuwe schaakmeestergeneratie op den voorgrond. Onder de hoogste-prijzen winnaars, vond men geregeld de namen van Breyerr, Réti, Aljechin, Bogoljubow. In de gedwongen rustperiode van 19141919 hadden deze de grondslagen van het schaakspel dieper on derzocht en demonstreerden in die eerste jaren na den oorlog hun nieuwe ideeën. En een van deze nieuwe opvattingen was: Laat mijn tegenstander zich een sterk, liefst ver vooruitgeschoven centrum vormen, om dit dan aan te vallen. Vooral Réti paste dit syteem veel toe en daar de elementen veel gemeen hadden met de vroeger door Zukertort gespeelde zetten, spreekt men van de z.g. Zukertort-Réti opening. Als voorbeeld kies ik een kortgeleden door mij gespeelde partij. Begrijpelijk zijn er betere voorbeelden in de schaaklitera tuur te vinden, maar in de onderstaande partij komt het principe van deze opening goed uit, n.l. het laten vormen van een sterk centrum, om dit dan aan te vallen, en bovendien een interessant eindspel. 5e matchpartij, gespeeld op 20 Novem ber en voortgezet op 9 December j.l. te Bodegraven. Wit: T. Scheer. Zwart: W. H. van der Nat. 1. Pgl—f3 d7d5 2. c2c4 Niet zelf, maar de tegenstander moet het centrum bezetten. 2e7e6 Als vermoedelijk beste zet geldt hier 2 d5d4. Ik wilde echter in kalm vaarwater blijven. 3. g2—g3 Pg8—f6 4. b2b3 g7g6 5. Lel—b2 Lf8—g7 6. d2d3 0—0 7. Lfl—g2 c7—c6 De witte loopers bestrijken de centrum- velden. Ook de volgende zetten zijn nog afwachtend en als 't ware uitnoodigend voor zwart om in het centrum naar voren te komen. 8. Pbld2 Pb8—d7 9. 0—0 Tf8e8 10. Tal—cl e6e5 De opmarsch is begonnen. 11. c4xd5 c6xd5 12. Tel—c2 Vermoedelijk was hier Ddlc2 sterker. De 14e zet van wit leert ons echter de be doeling van dezen torenzet. 1 2e5e4 Precies naar wits bedoeling gespeeld. 13. Pf3—el Na dezen zet werd ik mij terdege be wust van de zwakte véffi mijn centrum. Positioneel staat zwart verre minder, dus. besloot ik door tactische wendingen ver wikkelingen te brengen. 1 3b7—b6 Deze zet ziet er naar uit, alsof zwart door Lc8b7 zijn centrum wil gaan be-, schermen. De bedoeling is echter een an dere. 14. Ddl—al Een voor zwart gevaarlijke opstelling! 1 4Lc8a6 waarmee zwart het witte, achtergebleven centrum onder vuur neemt en 't even zoo verzwakt als 't zwarte zelf is. 15. Pd2—bl Ta8c8 16. Tc2xc8 Dd8xc8 17. Lg2h3 Dreigt stukverlies door Lxd7. 17e4xd3 Op Ld7: volgt nu Dd7:: Lf6:Lf6:: Df6: dxe2. Het witte „centrum" (d3) is nu zelfs zwakker dan d5. 18Pf6h5 19. Pbl—c3 Dc8c6 20. Lh3g2 Pd7—f6 Zwart staat weer veilig en wit moet zoe ken naar een voortzetting van zijn aanval. Dit doet hij ten koste van een pion. 21. Pel—f3 La6xd3 Niet zonder gevaar, maar het kan nog net. 22. Tfl—dl Ld3e4 Thans volgt een afruil, waarna zwart met een pion meer een heel gunstig eindspel ingaat. 23. Pc3xe4 Pf6xe4 24. Lb2xg7 Ph5xg7 .25. Pf3d4 Dc6c3 26. Dalcl Dc3xcl 27. Tdlxcl Pe4—f6 De stelling is nü zóó, dat beiden een koningszet moeten doen om het binnen dringen van de toren te verhinderen. 28. Kglfl Kg8—f8 29. Tel—c7 Te8e7 A BCDEFG H Nu komt een zeer lastige opgave voor zwart. Hoewel zwart een pion meer heeft en den beteren koningsstand, zal het toch uiterst moeilijk zijn dit voordeel in winst om te zetten. Want voortdurend moet zwart rekening blijven houden, dat wit op een gegeven oogenblik paard looper ruilt tegen de zwarte pionnen, waarna de partij toch remise zou zijn, daar 2 paarden geen mat kunnen geven. 31. Pd4c6t Ke7d6 32. Pc6xa7 Kd6—c5 Wit heeft een pion terug (tijdelijk) maar ten koste van een slechte stand van het paard. 33. a2—a3 Pg7—f5 Wit moet reeds oppassen, dat zijn paard niet verloren zal gaan. Iedere terugtocht is hem reeds afgesneden. 34. b3b4f Kc5c4 Om het paard vrij te krijgen, geeft wit weer een pion. 35. Pa7- -c6 Kc4—b3 36. g3g4 Pf5d6 Natuurlijk niet Pf6xg4 wegens Ld5:f en Lf7: 37. Kfle2 38. Ke2d3 39. Lg5xd5 40. Kd3—d4 Kb3xa3 Pf6xg4 Pg4xf2t f7—f6 Hier werd de partij afgebroken. Wit gaf den 41st en zet in couvert af. Bij de analyses bleek mij, dat alleen een uiterst zorgvuldig spel de partij zou kunnen doen winnen, ondanks de twee pionnen meer. Wits afgegeven zet was: 41. Kd4c3 Meer kansen op remise bood Ld5g8, maar de gespeelde zet houdt een gevaarlijke dreiging in! 4 1Pf2—g4 42. Pc6d4 Met de dreiging Lb3 en Pc2 mat! 4 2Pg4e3 Het zeer moeilijke samenspel van de paarden is begonnen. 43. Ld5—c6 f6—f5 Het aantal voor den looper beschikbare velden is tot vier teruggebracht. 44. b4b5 Ka3a4 Nu zijn beide witte stukken gebonden aan de verdediging van b5, terwijl één zwart paard vrij is. 45. Kc3d3 Pe3—g4 46. Pd4—f3 Ka4b4 Niet direct Pb5: omdat dan dit paard gepend blijft en er Pf3d4 op volgt. 47. Pf3g5 Pc6xb5 De voorsprong bedraagt thans drie pion nen want Ph7: gaat niet wegens Pe5f met verovering van den looper. 48. Pg5—f3 Kb4c5 49. Lc6—b7 Pb5d6 50. Lb7—a8 b6—b5 Het is een verloren zaak voor wit. Maar steeds nog zou iedere onvoorzichtigheid van zwart kans geven op ruil van paard en looper tegen de zwarte pionnen. Bij de beoordeeling der zetten 48 tot 54 van wit bedenke men, dat wit zich in grooten tijd nood bevond. 51. Kd3e2 b5—b4 52. h2h3 Pg4—f6 53. Pf3d2 Pf6—e4 54. Pd2—b3t Kc5c4 55. Pb3—a5f Kc4—c3 56. La8d5 Pe4—c5 57. Ld 5h7 h7—h6 Zonder dit zetje is de partij nog.... re mise. 58. h3—h4 b4b3 59. Pa5xb3 Pc5xb3 60. Lg8—h7 Pb3—d4t 61. Ke2e3 Pd6—c4f 62. Ke3—f4 Pd4—e6t 63. Kf4g3 Pc4e5 Het lijkt misschien overbodig dit paar- den-getrappel, maar men probeere zelf maar eens dezen stand op een andere wijze tot winst te voeren. Dat valt niet mee. 64. h4—h5 f5—f4f Op g6xh5 of zelfs g6g5 was de remise kans weer zeer groot. 65. Kg3—g2 66. Lh7—e4 67. Le4b7 68. Kg2—fl g6g5 Kc3d4 Kd4e3 Pe6—g7 Deze zet is niet noodg. Ook f4f3 was voldoende geweest. 69. Lb7—hl f4—f3 Wit geeft op. Partijstellingen. De onderstaande stellingen zijn eigenlijk meer problemen. Het overwicht van wit is immers op zich zelf al voldoende voor winst. Toch kunnen dergelijke stellingen zich wel in de partij voordoen en het is daarom wel van belang ze eens te bekijken. Silas Augas. 1842. A BCDEEG H Wit begint en geeft mat in drie zetten. R. A. Brown 1844. 8 Wit begint en geeft mat in vijf zetten. (Oplossingen worden niet ingewacht)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 14