Kerstklokken luiden donderpotten knallen! Een Kerstdiner onder den grond DONDERDAG 24 DECEMBER 1936 DE LEIDSCHE COURANT VIERDE BLAD - PAG. 15 OP DE PH1IJPPIJNEN Zon, maan en staartsterren zweven door de Kerk. Witte duifjes en witte engelen Liturgisten zouden bezwijmen. De Philippijnen zijn een Christen eilan dengroep, waar sinds vier eeuwen door de Spaansche missionarissen de Katholieke Kerk gepredikt en gevestigd werd. Geen wonder dus, dat de Dag der Dagen, het Christelijk feest bij uitstek, door de Philip pines in groote eer gehouden wordt. Dit wil evenwel niet zeggen, dat het Kerstfeest door allen in dezelfde Christe lijke geest gevierd wordt. Voor een zeker aantal toch, is het vieren van het Kerst feest niets meer dan het vasthouden aan een oude gewoonte of traditie en omdat de vreugde van het Kerstfeest in vele zin nebeeldige voorstellingen tot uiting komt, is dit feest voor hen niet meer dan een uiterlijk vertoon, waarvan de beteekenis niet tot hen doordringt Een woordje vooraf over de Aglipiaansche scheurmakers. Aan vele onzer lezers is het bekend, dat door het Aglipiaansche schisma, dat ongeveer een veertig jaren geleden door den thans nog levende Gregorio Agli- pay begonnen werd, duizenden zielen voor de Katholieke Kerk verloren gin gen. Met zijn pure uiterlijkheden en na-aperijen, met zijn slechte organi satie gaat het Agiipianisme reeds met rassche schreden den ondergang tege moet, maar het betreurenswaardige ge volg van deze scheuring is, dat velen in onwe'endheid en zelfs in haai tegen de Katholieke Kerk werden opgevoed, zoodai het arme misleidde volk thans een gemakkelijke prooi wordt aan de bednegelijke aanvallen van het Pro testantisme, waarvan sinds de vestiging van het Amerikaansche bestuur bijna alle secten vertegenwoordigd zijn. Het resultaat van al dat.gedoe is een toe nemende laksheid en onverschilligheid op godsdienstig gebied, en daarom moet het den lezer geenszins verwonderen, dat zelfs in de Philippijnen, hèt Chris ten land in het verre Oosten, de Ka tholieke Kerk op sommige plaatsen een waren strijd te voeren heeft tegen materialisme en ongeloof. Ilog is één der plaatsen, waar in 1903 de beruchte afgevallen inlandsche priester, Gregorio Aglipay, met enthou siasme werd ontvangen en begroet. DE KERSTKLOKKEN LUIDEN.... HET LAWAAI BEGINT! Wanneer op Kerstnacht om half twaalf de klokken beginnen te luiden en voor het publiek de kerk geopend wordt, stroomt een groote menigte net heiligdom binnen. Sommigen hebben reeds om negen of tien uur bij de kerkdeur post gevat om zeker te zijn van zich een geschikt plaatsje te kunnen veroveren. Anderen, die vreezen dat hun net gestreken broek en mooie witte jas in het gedrang der menigte schade zullen leiden, wachten geduldig totdat de eerste drukte wat voorbij is en zoeken zich dan een staanplaatsje uit in de opengeble ven ruimte bij de kerkdeur, waar zy tege lijkertijd genieten van de opwekkende toonen der muziek, waardoor eenige mu zikanten op het kerkplein onder de toe- stroomende menigte de feeststemming tracht te brengen of te verhoogen. Tegen twaalf uur is de kerk stampvol en zij, die zich door de massa geen weg meer kunnen banen 'zijn genoodzaakt buiten de kerk of bij de zijdeuren plaats te nemen. Een groot gedeelte dezer klaarblijke lijk devote menigte zijn.... Agl.pia- nen en Protestanten, of ook wel luidjes die Katholiek zijn maar zóó „philo- sophisch" aangelegd, dat zij het op andere tijden de moeite niet waard achten om van Kerk of Kerkelijke ge boden eenige notitie te nemen. Met den eerbied in God's huis moet men het nu zoo nauw niet nemen. Een half dronken te laat komer is in staat de heele menigte in beruering te bren gen; een vrouw, die in het gedrang haar sandaal of pantoffel verliest, ver oorzaakt een paniek; heeren en dames presenteeren elkander de inlandsche pruim door en pruimen, kouwen en spuwen, alsof zij op de publieke markt waren. Afgezien echter van deze en andere kleine ongeregeldheden is de aanwezigheid van zulk een verrassend aantal kerkbezoekers op dezen emotievollei. nacht wel in staat om den nieuweling met geestdrift te ver vullen. Ik herinner mij hoe ik het eerste jaar, dat ik het Kerstfeest in Ilog vierde tot enthousiasme werd opgevoerd Ik dacht, dat de diepe godsdienstzin van dit volk of het sprankje geluof dat nog in hunne zielen leefde hen met onweerstaanbaren aandrang in dezen plechtigen nacht terugdreef naar de Moederkerk, die zij in onwetendheid versmaad en verstooten hadden Nu ik de taal wat nauwkeuriger bestu deerd heb en de intrigues van de spraak kunst min of meer onaer den duim heb, nu begrijp ik, dat niemanc der aanwezigen een woord van mijn „pittige" preek verstaan kan hebben en misschien dachten zij wel, dat ik de gelegenheid waarnam om hen even op geduchtige wijze de les te lezen, want de Philippino, die iemand met ver heffing van stem hoort spreken in een taal die hij niet verstaat, is geneigd te zeggen: door f. P. J. TIMP. „mangaquig sia" d.w.z. hij is kwaad, alias: ontoerekenbaar. De ondervinding heeft mij trouwens ook ontnuchterd en ik weet nu, dat het niet zoo gemakkelijk gaat de Philippinos er toe te krijgen met God's genade mede te werken. De meesten komen er om een pretje. Uitgezonderd een handjevol goed meenende geloovigen; uitgezonderd misschien degenen die tenminste op de groote feestdagen nog eens Katholiek willen zijn, komer. de meeste daar uit pure menschelijkt beweegredenen. De kerk is versierd als een bruiloftszaal. Voor sommigen is het het ongewone; een in het midden-nachtelijk uur nel verlichlte kerk, die gewoonlijk bij zonsondergang (ongeveer zes uur) voor het publiek ge sloten is; de aantrekkelijke versiering met veelkleurige guirlandes, lampions, zonnen, manen en sterren, de muziek, de kerst kribbe, dat alles prikkelt hun nieuwsgierig heid. Anderen vinden de plechtigheden in de kerk wel een aardig uurtje pauze in het bal, dat door een neutrale vereeniging in het publieke schoolgebouw of elders gegevens wordt. Om twaalf uur of kwart over twaalven (met den tijd neemt men het zoo nauw niet) begint de gezongen plechtige H. Mis. De zuigelingen zingen óók mee! Als het koor de Kyrie inzet, davert de kerk van de schelle tonen van koperen in strumenten en klarinetten. De zangers en zangeressen die dien nacht, ik weet niet waar en hoe, bij elkander getrommeld zijn, doen hun best de scherpe orkestgeluiden met galmend stemgeluid te overschreeuwen en een honderdtal zuigelingen, door het lawaai wreed aan den slaap der onschul- digen onttrokken, stemmen in de algemeene feestvreugde. Zooals de lezer ziet, wordt het in de Phi lippijnen ook met de voorschriften der Li turgie in betrekking tot kerkmuziek en kerkzang, niet zoo nauw genomen. DE KRACHTEN DER HEMELEN WORDEN GESCHOKT.... EEN WITZIJDEN ENGELTJE DAALT NEER. Als de priester het Gloria aanheft ontrolt zich een schitterend schouw spel. Onder het gerinkel van alle aan wezige bellen, onder het klokkenge lui en geknal var donderpotten zien we plotseling de zon, maan en ster ren door de kerk zweven 't Zijn reus achtige lampions, kunstig gemaakt van goud- en zilverpapier en een combi natie van een tiental andere kleuren. Vanaf het zangkoor glijden zij langs staaldraden langzaam over de hoofden der godvruchtigen, al zwaaiende en draaiende totdat zij boven het hoofd altaar hebben stand genomen. Uit één der sterren daalt op teêre vleugel tjes een engeltje naar beneden, in wit zijden japonnetje en zilveren kroontje op het hoofd en in de handen draagt het de blijde boodschap „Gloria in Excelsis, vrede op aarde aan de men- schen van goeden wil". Ook valt dan plotseling het doek weg dat tot nu toe zorgvuldig de kribbe voor de oogen van het publiek verborgen hield en reikhalzend staren kinderen en vol wassenen op de kribbe, waar het „Nino Jesus" het Kindeke Jesus ter wereld komt. WITTE DUIVEN VLIEGEN DOOR DE KERK. Onder het groote aantal sterren is er een komeet, die vooral de aandacht trekt Boven de kribbe gekomen ont vouwd zij haren staart en twee helder witte jonge duifjes komen naar be neden vallen. Halverwege hun val slaan de dierjes echter instinctmatiger wijze de vleugeltjes uit en vladderen of vliegen eenige oogenbiikken door het kerkruim, waarna zij ten spoedigste een veilig schuilplaatsje zoeken. In deze loopt de Philippino het Ker kelijk Feestjaar eenige dagen of weken vooruit. De lezer zal al reeds begrepen hebben, dat de korr.eet de ster voorstelt, die de Drie Koningen naar Bethlehem j begeleidde (6 Jan.) en de witte duifjes j zijn de nederige offergave der Aller- 1 heiligste Maagd bij haar plechtige Zui vering, dat op den feestdag van Maria Lichtmis door de Kerk herdacht wordt. (2 Febr.). Men is geneigd de naïviteit en tevens het zinrijke van dat alles te bewonderen. O, zeker, in die plaatsen waar het Katholi cisme in den heerlijken Kerstnacht hoogtij viert, moet dit schouwspel op de geloovige harten, die zoo vatbaar zijn voor uiterlijk vertoon, elk jaar wel nieuwen indruk maken! De zangers en het orkest, die natuurlijk onder al die .bedrijven hun aandacht niet op de muziek gevestigd hebben kunnen houden, slagen er in het Gloria ten einde te brengen en de priester slaakt een zucht van verlichting bij het tot stand komen van het firmament, want ware één der mei kaarsen verlichtte zon, maan of ster- TJ1T NTEV W-ZK EL A AZ>: Met een volle maag naar de paarden-rennen DE ZOMER IS IN 'T LAND ren in brand gevlogen, een paniek in het kerkgebouw zou moeilijk te voorkomen zijn geweest. Consecratie onder trompet geschal. De H. Mis wordt verder onder de bege leiding van het gemengd koor en orkest voortgezet. Op het oogenblik der h Con secratie hoort men weer het klokkegelui en belgeschel terwijl de fanfare bij de op heffing der H. Hostit en de kelk onder trompetgeschal aan den Koning der Konin gen het eeresaluut brengt, zooals men dit hier op alle groote feestdagen pleegt te doen. Na de H. Mis keeren allen huiswaarts om straks weer ter kerke te komen, wanneer het klokkengelui hen uitnoodigt tot het bij wonen der volgende H. Missen. Ditmaal zijn het uitsluitend Katholieken die naar de kerk komen en de plecht.gheden ver- loopen als op Zondag of andere groote feest in familiekring wordt het Kerstfeest door de Philippinos gevierd als in Holland en op andere plaatsen in Europa Hier ook bestaat als in vele landen in Europa de gewoonte dat vrienden en familieleden elkander Kerst-geschenken aanbieden. De pastoor komt hiervooi echter maar zeer zelden in aanmerking en op een groote af stand van vriend en familie is de Kerstdag voor den missionaris meestal de eenzaam ste dag in het jaar. EEN VROOM EN MOOI GEBRUIK. De lezer moet echter niet den indruk krij gen, dat het vieren van het Kerstfeest slechts een kwestie is van een paai- uren of slechts één dag. De Philippinos hebben de vrome gewoonte om alle groote feest dagen, hetzij in privé, hetzij in publiek, van een novene te deen voorafgaan. Niet het minst dus het Kerstfeest Den 16den December, negen dagen dus vóór den Kerstdag, beginnen de z.g. „Aguinaldo" Missen. Nog lang vóór het opkomen der zon, om vier, ja zelfs het liefst om drie uur, komen de geloovigen naar de kerk om het H Misoffer bij te wonen. De H. Mis wordt opgedragen ter eere van de H. Maagd en de geloovigen vereenigen zich met de On bevlekte Moeder, die in heilige en blijde afwachting bij het aanbreken van de dage raad optrok naar Bethelhem waar Haar Goddelijke Zoon geboren moest worden. De groote menigte die bij deze h. Missen tegenwoordig is, getuigt van de liefde en devotie tot Maria, die het religieuse levén oer geloovige Philimmer Kerstnacht. Nog vóór het luiden der klokken ver zamelen zich velen, vooral de jeugd rond om eenige muzikanten en huppelend, zin gend en schreeuwend trekt men in optocht door de voornaamste straten van de stad of dorp met de klaarblijkelijke bedoeling de geheele gemeente uit den slaap te schud den. De kinderen dragen gekleurde lam pions in den vorm van sterren. Soms wel aardig om met half slapende oogen aan te zien, maar minder aangenaam is het aan- hooren van het nachtelijk lawaai, het schreeuwen en tieren, dat bij het eerste ontwaken telkens weer den indruk geeft of stad en straat in lichter laaie staat. Morgen-muziek tijdens de „don kere dagen", die niet donker zijn. Reeds een dag of veertien van te voren worden wij aan het aanbreken van het Kerslgetij herinnerd door kleine groepjes volwassenen en kinderen van beider ge slacht, die onder begeleiding van viool of guitaar van huis tot huis, van dorp tot dorp, van stad tot stad de rondte doen en de z.g. „daigon" of volksliederen zingen. Deze liederen zijn een greep uit de Philippijn- sche volksoverleveringen, zijn meestal van godsdienstigen aard en doen herinneren aan de tijden dat het Katholieke leven diep geworteld was in de harten van volk en huisgezin. In het donkere van den tropi- schen avond kan men de zangers reeds van verre hooren aankomen en de zachte me lancholische accoorden stemmen tot inge togenheid. Gave God, dat de Zoete namen van Jesus en Maria, die zoo gemakkelijk en bij herhaling over hunne lippen komen, hier in Ilog althans, een weinig dieperen indruk mochten maken op de harten van zangers en toehoorders. Deze rondgangen duren tot aan het feest van Driekoningen en om voor variëteit in programma te zorgen, verwisselen de zan gers onderling van dorp en stad. Helaas, zijn bij deze vrome gewoonte ook al misbruiken binnengedrongen en als de Philippinos het „Stille Nacht, Heilige Nacht" zingen, zouden zij in vele gevallen het „Stille" met veel succes er af kunnen laten. Ik hoop, dat mijne Katholieke oud-stad- genooten, die dit artikel lezen, op den Kerstdag de arme paroch e van Ilog in een vurig en hartelijk gebedje indachtig zullen zijn. Kerstmis in Nieuw-Zeeland! Hoe totaai verschillend van het Kerstmis uit den tijd toen ik nog een joggie was, toen ik met moeder naar de nachtmis ging. Alles droeg ertoe bij om aan de Kerstmis een bizon- dere beteekenis te geven. Sneeuw over de velden, bevroren van de koude. De don kere nacht, waarin de verlichte ramen vriendelijk straalden. Kerstmis in het hartje van den zomer. Hoe geheel verschillend is Kerst mis hier in Nieuw-Zeeland! De pohutukaw a-boomen staan vol op in bloesem. Roode bloemen, waarin het oog zich vergasten kan. Deuren en vensters in de kerk allen wijd-open om de verkoelende nacht-lucht binnen te laten. De ce lebrant warm en transpireer end tij dens het opdragen van het H. Of fer. Zóó is de Middennacht-mis op Nieuw-Zeeland. Kerstmis m Holland tenminste toen ik een jongen was is hoofdzakelijk een huiselijk leest; feestelijkheden in den fa miliekring rond de gloeiende kachel. Hier in Nieuw-Zeeland zou ik 't een straatfeest kunnen noemen. Duizenden en duizenden begeven zich naar de befaamde badplaat sen, levend in en nabij het water. Daar alle kantoren etc. gesloten zijn van Kerstavond tot den tweeden Maandag in Januari, kan men wel begrijpen, dat met .Kerstmis er een algemeene uittocht is van de steden naar de badplaatsen en naar de bosschen. Let wel, ik spreek nu over de P a k e h a, d.w.z. de blanke bevolking. Met de Maori (de inlandsche bevolking) is het anders. Wij hier in het verst afgelegen deel van de nederzettingen vermaken ons ocè:, maara la Maori. Daar één priester in den regel de zorg heeft voor een zeer groot district, wordt eén dorp na behoorlijke besprekingen uit gekozen als d e plaats voor de Kerst-fees telijkheden. Gedurende drie of vier dagen is de bevolking van dat aangewezen dorp druk bezig alles voor te bereiden ten be hoeve van de groote bijeenkomst, welke daar op Eerste en Tweede Kerstdag zal gehouden worden. De groote vergaderzaal wordt schoongemaakt door de vrouwen. Biezen of varens worden over de vloer uit gespreid, waaroverheen schoone vlas-mat- ten worden gelegd, waarop de bezoekers kunnen slapen. Voor vee en varkens is het een slechte tijd. Vee en varkens worden in een speciaal hok of afrastering geplaatst om „bij de hand" te hebben voor het slachten: Oud en jong zijn bezig in opperbest humeur. De dag vóór Kerstmis komen de gasten aan. sommigen te voet, sommigen te paard, anderen in een auto meestal heel oude ratelende en rammelende karretjes, maar desalniettemin: rijdend: Een of andere smachtende vrijer heeft zich een motor fiets aangeschaft; op de duo zit de uitver korene van zijn hart. De priester is reeds bezig biecht te hooren, wat zal voortdu ren, met korte onderbrekingen, tot onge veer een uur voor de nachtmis. De misgebeden worden door allen mede-gebeden. En dan begint de nachtmis! Hoe vurig worden de Mis-gebeden door allen mee-gebeden. Iedere handeling van den priester, die het hoogverheven offer op draagt, wordt gevolgd door de menigte, terwijl zij passende gebeden reciteeren: epistel, graduale, handwassching, Orate fratres, Domine non Sum dignus. Bij iede re handeling van den priester wordt zulk een gebed luidop gebeden. De catechist intoneert het gebed en de geheele me nigte bidt hardop na. Den anderen morgen laat ons zeg gen om 10 uur v.m. wordt de derde Mis gelezen, waarna het middagmaal.... Groo te goden, wat kunnen zij eten! Na de Mis eten, eten, eten! Den dag tevoren waren troepen inboor lingen* bezig geweest met het slachten van het vee en het in stukken snijden van het vleesch, om het in een oven in den grond te koken. Intusschen hebben vrouwen en meisjes de groenten klaargemaakt en de aardappelen geschrapt (dat doen zij ver draaid handig met een mosselschelp). An dere vrouwen hebben kleine, vierkante mandjes van vlas vervaardigd, welke dienst moeten doen als schalen. Het eten wordt op de volgende manier gekookt. Het maal wordt in den grond gestopt. Een gat wordt in den grond gegraven, vier voet in doorsnede en drie voet diep. Brandhout wordt kruiselings in dit gat op gestapeld, zoodat de lucht er doorheen kan spelen. Stukken rots worden ophetbrand- i hout gelegd, hetwelk dan aangestoken j wordt. Geleidelijk brandt al het hout op I en de geweldig hêete steenen komen dan door f. E. BRUNNING. op den bodem van het gat te liggen. Groe ne varens worden uitgespreid boven-op deze rood-heete steenen en boven-op de varens een mat van vlas. Op deze mat worden aardappelen, vleesch en groenten opgestapeld en daar- over-heen een mat of schoone zakken. Probeert u dat ook eens, mevrouw Abonné! Water wordt nu overvloedig over deze hoop gesprenkeld, wat, natuur lijk een zware stoomwolk veroor zaakt. Tenslotte wordt vlug droge aarde geschept over het allegaar tje en vastgeslagen. De stoom kan nu niet ontsnappen. Op deze wijze zal alles in een uurtje prachtig gekookt zijn, onge acht de grootte van de oven of de hoeveelheid van het voedsel. Ik kan den lezer verzekeren uit persoon lijke ervaring gedurende mijn verblijf on- de Maori's, dat dat vleesch enz. gekookt op deze manier het zachtste, sappigste en smakelijkste is van alle kook-methodes, welke dan ook. Na een uurtje worden de ovens bloot gelegd; dit werkje wordt gemakkelijk en handig klaargespeeld door de mat of zak bij zijn uiterste puntjes op te lichten en weg te wippen, zcodat het gekookte eten, schoon en smakelijk, aan het daglicht komt. Met wonderlijke vaardigheid worden de vlassen mandjes gevuld en verdeeld onder de inboorlingen. Na dit overvloedig maal, worden heel dikwijls sportwedstrijden uitgeschreven. Een van deze wedstrijden herinner ik me levendig. Het is nu reeds jaren gele den, maar als ik eraan terugdenk, moet ik nóg lachen! Het was Kerstmis-race op paarden. Naar de rennen! De renbaan was een vlakte, begroeid met struikgewas en gras-pollen. In wijde ring was de baan schoongemaakt, maar geen jockey zou deze „baan" hebben dur ven rijden, want struikgewas en diepe gaten waren over 't hoofd gezien. Doch Maori-paarden zijn gewoon aan alle soor ten land. De paarden waren wilde paarden, een week tevoren bijeengedreven en in aller ijl afgericht. Een weelde van zotte costumes. Twee Maori's hadden de leiding, de een gestoken in de roode jas van een sergeant (ongetwijfeld afkomstig uit den tijd van de Maori-oorlogen) en de andere, een eer biedwaardig oude rangatira (opperhoofd) een man, die zelfs gekleed in een ver schoten „gekleede jas" met op het hoofd een hooge hoed met witte veeren, nog den indruk maakte een echte heer te zijn. Ook de dames waren prachtig uitgedost; de mooiste van alle costumes was een groene nachtpon met gele bandjes. Een oude heeren-hoed en bruine schoonen zon der kousen voltooiden dit interessante toi let, dat groote opgang maakte. De jury was gezeten op zeepkisten; de startvlag bestond uit een stuk hemd aan een stok gebonden en als bel diende een leeg blik, wacrin met een stok werd ge rommeld. Nadat de races door mannen onder lui de aanmoedigingen en hevige protesten waren gehouden, werd de feestelijkheid met een race voor dames besloten. De vrouw met de pijp won het van allen. Er waren drie deelneemsters: een grof- gebouwd, lang meisje met wonderlijk donkere oogen en weelderig haar, een meisje in rose en witte mouseline, welker paard tamelijk teugelloos was en de derde een oude vrouw, die een pijp rookte. Na eenig oponthoud reden de dames af, gevolgd door een schreeuwende menig te, eveneens te paard en door een troep gillende en blaffende honden. Het lawaai en het rumoer was in staat om de dooden ten leven terug te roepen! De oude vrouw met de pijp won de race en werd gedecoreerd met een groen lint. Tot slot was er „dancing in the moon light" op de muziek van een mond-orgel. De maan scheen kalm en onbewogen neer op de rumoerende inlanders.... Dat was het Kerstfeest bij de Maori's van Nieuw-Zeeland.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1936 | | pagina 15