GEMEENTERAAD VAN LEIDEN
DINSDAG 10 NOVEMBER 1936
ut LE1DSCHE COURANT
VIERDE BLAD - PAG. II
TOT EEN GEMEENTELIJKE WERKINRICHTING VOOR BLINDEN BE
SLOTEN. DE COMMISSA RIS VAN POLITIE KRIJGT ZIJN 500
NADERE HERZIENING VAN LOONEN EN SALARISSEIj VAN
GEM^NTEPERSONEEL. EEN INTERPELLATIE, DIE UITGING
ALS EEN NACHTKAARS.
15o. Voortzetting van de behandeling
van het voorstel inzake het bij wijze van
proef oprichten van een werkinrichting
voor blinden in de v.m. bewaarschool aan
de Groenesteeg en tot vaststelling van de
desbetreffende begrootingsregeling.
De heer Goslinga (A.-R.) merkt op,
dat de heer v. Stralen als raadslid 16 jaar
lang critiek heeft uitgeoefend op diverse
wethouders van Soc. Zaken. Voor elke
kwestie had hij de oplossing in zijn zak.
Thans ziet hij als wethouder geen kans
om in een half jaar een dergelijke kwestie
op te lossen.
De heer Vos (V. D.) adviseert het le
dental der commissie niet te groot te ma
ken.
De heer v. W e 1 ze n (C. P.) komt er te
gen op dat de blinden worden ingedeeld
bij de z.g. onvolwaardigen. Bij de blinden
moet in zeer sterke mate de psychologische
factor in acht worden genomen. Vandaar
dat hij het door B. en W. ondernomen ex
periment toejuicht.
De heer v. Eek (S. D. A. P.) noemt de
aanval van den heer Goslinga onbehoorlijk.
Spr. protesteert.
De voorz.: Als u aan die opmerking
het karakter van een persoonlijk feit gaat
toekennen, is de heer v. Stralen mans ge
noeg om zich zelf te verdedigen.
De heer v. Eek (S. D. A. P.): Het geldt
niet alleen den heer v. Stralen. Nimmer is
door ons een dergelijke korte termijn aan
een wethouder gesteld.
Mevr. de Cl er-—de Bruyn (S. D. A.
P.) meent, dat de invloed van den raad
wel degelijk zal stijgen met het aantal
raadsleden in de commissie.
Wethouder v. Stralen (S. D. A. P.)
zegt, dat er een misverstand bestaat. Men
heeft het oog op de plannen voor reorga
nisatie van de Stedelijke Werkinrichting
en verwart dat met de centralisatie van
werkgelegenheid voor onvolwaardige ar
beidskrachten. Dat zijn twee zaken, welke
wel eens met elkaar in verband zijn ge
bracht, maar toch wel dienen te worden
onderscheiden. Bij de Stedel. Werkinrich
ting heeft men te doen met a-sociale ele
menten, aus met maatschappelijk onvolwaar
digen, die niet gelijk otaan met de licha
melijk onvolwaardigen. Het Leger des
Heils interesseert zich alleen voor de a-so
cialen, zoodat de overige onvolwaardigen
daarbij niet kunnen worden ondergebracht.
Op de financieele bezwaren van den heer
v. d. Kwaak antwoordt spr. dat bij een
uitgebreider afzet een grooter loon kan
worden uitgekeerd. Daarnaar dient ge
streefd te worden en de blinden zijn daar
bij het meest geinteresseerd. Den heer Vos
antwoordt spr., dat het de bedoeling is, het
aantal commissieleden zoo laag mogelijk te
houden.
Dé heer Beekenkamp (A.-R.) hoopt,
dat het college bereid zal zijn, de kwestie
van de lichamelijk onvolwaardigen onder
de oogen te zien. Spr. is bereid de termijn
van een half jaar te laten vallen.
De voorz.: Is u niet bereid de heele
motie te laten vervallen? De maatschap
pelijk onvolwaardigen en de lichamelijk
onvolwaardigen hooren niet bij elkaar; dat
is uit het betoog van den wethouder toch
wel gebleken.
De heer Beekehkamp (A-R.) trekt
zijn motie in.
De motie-d e C1 e r (drie raadsleden in
de commissie in plaats van twee) wordt
verworpen met 17 tegen 15 stemmen.
Vóór: de S. D. A. P. en de heeren v. d.
Kwaak en v. Weizen.
Het vo.orstel van B. en W. wordt z.h.st.
aangenomen.
De 500voor den
commissaris van politie.
16o. Voorstel inzake het toekennen van
een vergoeding aan den Commissaris van
Politie, in verband met het onderbrengen
van de brandweer by de Politie.
De heer v. Eek (S. D. A. P.) zegt dat
de minister de raadsmeerderheid in een
zeer moeilijke positie heeft gebracht. De
meerderheid had bezwaar tegen deze ver
goeding, wegens de slechte tijden. De mi
nister heeft gemeend, dat geen dienstbe
langen zich verzetten tegen de verzwaring
van den taak van den commissaris. Wan
neer de minister echter een vergoeding
daarvoor gaat vaststellen, gaat hy zijn
boekje te buiten en spr. protesteert er te
gen, dat de minister den raad aldus in een
dwangpositie plaatst.
De soc.-democraten zijn evenwel voor
standers van orde in den Staat en wanneer
wij door het afstemmen van die ƒ500.
wanorde zouden scheppen, kunnen wij dat
niet op onze verantwoording nemen.
Spr. handhaaft derhalve zijn standpunt,
doch geer onder protest toe.
De heer v. Weizen (C. P.) sluit zich
daarbij niet aan. Ofschoon hij daarmee
niet zeggen wil, dat hij een voorstander
van wanorde is.
Met aanteekening, dat de heeren v. Wei
zen en Tobé tegen zijn, wordt het voorstel
van B. en W. z.h.s. aangenomen.
Herziening salarisregeling.
17o. Voorstel inzake herziening van de
loonen en salarissen van het personeel in
dienst der gemeente.
De heer v. d. Voort (S. D. A. P.) merkt
op, dat bij deze salarisverlaging geen re
kening is gehouden met de inmiddels plaats
gevonden devaluatie.
Spr. heeft verder bezwaren tegen de
voorgestelde regeling voor de gemeente
werklieden, het politie-personeel en de ge
meente-boden. Het is spr. bij vergelijking
gebleken, dat de gemeente-werklieden per
centsgewijze meer in loon achteruit zullen
gaan dan met de ambtenaren het geval is.
Spr. adviseert derhalve deze nieuwe re
geling althans voor de gemeentewerklie
den af te wijzen..
Wat de boden betreft, herinnert spr. er
aan, dat de minister een vergelijking heeft
gemaakt met het rijkspersoneel, wat z.i.
niet opgaat. Het werk van een bode bij een
departement is niet hetzelfde als van een
gemeentelyke bode, Waarom moeten hun
loonen dan gelijk zijn?
Ook met de voorstellen inzake de sala-
rieering van het politie-personeel is spr.
het niet eens. Tegenover het voorstel van
de heeren Lombert en Eikerbout, die
slechts een kleine verbetering van het
voorstel van B. en W. inhouden, beveelt
spr. het voorstel van den Alg. Ned. Bond
van Politie-personeel aan. Spr. dient een
voorstel in om de periodieke verhoogingen
met 25 ct. op te voeren en de looptijd te
rug te brengen van 5 op 4 jaar.
Wat betreft de salarieering der hoofd
agenten adviseert spr. den raad deze rege
ling niet aan te nemen.
De heer M a n d e r s (R.-K.) verzet zich
eveneens tegen de voorstellen-van B. en W.
omdat hij niet accoord kan gaan met al
die loonsverlagingen. De devalutatie is
daar thans nog bij gekomen. Spr. geeft in
overweging de voorstellen aan te houden
totdat men een beter overzicht heeft van
de gevolgen der devaluatie.
De heer Eikerbout (A.-R.) begint
met een woord van lof voor B. en W. voor
de wijze waarop overleg is gevoerd en
voor de resultaten, welke bereikt zijn, spe
ciaal dankt hij Wethouder Tepe.
Spr. heeft een amendement ingediend om
voor 't politie-personeel een overgangstijd in
te voeren. Dat was noodgedwongen, want
't amendement-v. d. Voort (reeds vermeld)
is onuitvoerbaar, en een half is is altijd nog
beter dan een leege dop. Wat de hoofd
agenten betreft, moet men er op rekenen,
dat geen verandering in den Haag zal wor
den toegestaan. De devaluatie behoort thans
niet in het geding gebracht te worden. Als
de devaluatie eenige afmetingen aanneemt,
moet daarmee over de geheele linie reke
ning worden gehouden.
Wethouder Tepe (R.-K.) brengt in het
midden, dat men bij zijn beoordeeling van
de voorstellen rekening moet houden ten
eerste met de geschiedenis van deze voor
stellen en ten tweede met het algemeene
standpunt, dat de regeering inneemt t.o.v.
de salarieering van het gemeente-perso
neel.
De in Februari j.l. goedgekeurde salaris
regeling kon de goedkeuring van den mi
nister niet wegdragen en wel in verband
met algemeene voor het heele land gelden
de gedragslijn, dat de salarissen der ge
meente-ambtenaren over 't algemeen in
overeenstemming moeten zijn met die van
de rijksambtenaren, dat de salarieering van
het politie-personeel gelijk moet zijn in
overeenkomstige gemeenten en dat de sala
rieering van de gemeentewerklieden in
overeenstemming moet zijn met het loon
peil in het particulier bedrijf. Spr. gaat in
details de besprekingen met den minister
na ten opzichte van de bepalingen voor de
diverse categorieën en verdedigt de voor
gestelde regeling als de eenig practisch
mogelijke.
De minister is ingegaan op argumenten,
die werkelijk hout sneden en heeft zich op
die punten royaal gedragen. Het zou de
loyaal zijn, te verlangen, dat de minister
ook op andere punten zal toegeven, hoewel
hij de aangevoerde argumenten gemak
kelijk kon weerleggen. Zou ons trouwens
toch niet baten.
B. en W. zijn bereid het amendement
Lombert en Eikerbout over te nemen. Wat
de heer v. d. Voort voorstelt is door den
minister niet aanvaard, zoadat diens amen
dement doelloos is Vetegenwoordigers van
alle richtingen hebben in het G. O. ver
klaard, dat zij zeer tevreden waren met de
resultaten. De devaluatie zal zeer zeker in
vloed uitoefenen, maar kan thans niet wor
den aangegrepen om incidenteel een wijzi
ging te brengen voor één enkele ge
meente.
De heer Lombert (R.-K.) zegt, dat het
onbegonnen werk is, on veranderingen te
willen aanbrengen die toch niet zullen wor
den aanvaard in den Haag. In het Georg.
Overleg is tevredenheid betuigd met de
resultaten. Er is dus geen aanleiding om
de voorgelegde regeling te wijzigen of te
verwerpen.
Gerepliceerd wordt nog door de heeren
v. d. Voort (S. D. A. P.), v. d. R e ij d e n
(C.-H.) en Eikerbout (A.-R.), waarop
wethouder Tepe (R.-K.) antwoordt.
De desbetreffende verordeningen wor
den nu artikelsgewijs behandeld.
Art. 1 van de verordening inzake de sa
larieering der ambtenaren wordt aangeno
men met 1716 stemmen.
Tegen de S. D. A. P. en de heeren Man-
ders, v. Weizen en Vos.
Over art. 3 (salarissen gemeentebode)
wordt eveneens hoofdelijke stemming ver
langd. Het artikel wordt aangenomen met
dezelfde stemverhouding.
Bij art. 1 van de verordening betreffen
de de wedden van hc Politiepersoneel
komt in stemming het amendement v. d.
Voort, dat wordt verworpen met 18 te
gen 15 stemmen.
Vóór: de S. D. A. P. en de heeren Vos
en v. Weizen.
De geheele verordening met de overge
nomen amendementen-Elkertout en Lom
bert wordt vervolgens z.h.st. goedgekeurd.
Uitstel.
18o. Voorstel tot wijziging van de Ver
ordening op de Wateren in de gemeente
Leiden.
De De v o o r z. stelt namens de Com
missie voor de Strafverordeningen voor dit
punt aan te houden.
Aldus wordt besloten.
19o. Voorstel inzake aanhouding van de
uitvoering van het aangenomen voorstel
van de heeren Beekenkamp c.s. betreffen
de de voorbereiding van een regeling met
betrekking tot de vestiging van nieuwe
winkelbedrijven.
Goedgekeurd.
Interpellatie-Schüller.
20o. Interpellatie van den heer Schül-
ler inzake de circulaire van den Minister
van Sociale Zaken van 31 Juli 1936, betref
fende woninghuren.
Bij afwezigheid van den heer Schril
ler (S. D. A. P.) neemt zijn partijgenoot
de heer Hessing de interpellatie en de toe
lichting der vragen over.
Op 31 Juli j.l. is een ministerieele cir
culaire rondgezondeh inzake de mogelijk
heid van huurverlaging van Woningwetwo
ningen. Daarop hebben de volgende 3 vra
gen betrekking.
1. Hebben B. en W. kennis genomen
van de Ministerieele circulaire d.d. 31 Juli
1936 Afdeeling Vh. No. 6650 M.P. betref
fende woninghuren.
2. Indien bovenstaande vraag bevesti
gend wordt beantwoord, willen B. en W.
den Raad dan mededeelen, welke maatre
gelen zij reeds genomen hebben, of voor
nemens zijn te nemen, om aan het gestel
de, vervat in vernoemde circulaire tege
moet te komen.
3. Indien B en W. van oordeel zijn, dat
voor wat betreft de Gemeente Leiden aan
het verzoek van den Minister niet kan of
behoeft te worden voldaan, willen B. en
W. den Raad dan mededeelen, welke mo
tieven en feiten nen daartoe hebben ge
bracht?
De vierde vraag heeft betrekking op de
mogelijkheid van het vormen van een
fonds uit de reserves der Woningbouwver-
eenigingen, eventueel te bestemmen voor
huurverlaging.
Vandaar de volgende vraag:
4. Willen B. en W. den Raad mededee
len welke omstandigheden, respectievelijk
overwegingen er toe hebben geleid om nog
geen uitvoering te geve:: aan het bepaal
de in art. 29, 29a, 29b en 29c van het wo-
ningbesluit (K. B. d.d. 9 Januari 1935,
Staatsblad 7).
Wethouder S jlin'er (C.-H.) ant
woordt:
Ad vraag 1: Ja.
Ad vraag 2 en 3: B. en W. zien geen aan
leiding om daarop verder in te gaan, daar
de omstandigheden zich inmiddels gewij
zigd hebben.
Ad vraag 4. Deze zaak is in behandeling.
De voorz. wijst er op, dat deze zaak
op het oogenblik aanhangig is bij de Comm.
v. Fabricage.
RONDVRAAG.
De voorz. antwoordt thans op een in
de vorige vergadering gestelden vraag van
den heer Coster inzake de mogelijkheid van
aanwijzing van een halte voor autobussen
op de Steenstraat, dat dit niet doenlijk is
met het oog op de drukte en het tramver
keer. De halte bij Amicitia is ruim genoeg.
De heer W r t z (Nat. Herstel) vraagt
of er geen maatregelen tegen luchtgevaar
genomen worden.
De voorz.: Deze zijn in voorbereiding.
Daarna sluiting.
=a
UIT DE OMGEVING
ALKEMADE.
Gemeenteraad De Raad dezer gemeen
te vergadert Donderdag, des namiddags
om 7 ure.
Onderwerpen ter behandeling: 1. Inge
komen stukken. 2. Vaststelling vergoeding,
els bedoeld bij artikel 101 der Lager On
derwijswet. 3. Vaststelling pensioensgrond
slagen. 4. Vaststelling suppletoir kohier
Hondenbelasting. 5. Reclames schoolgeld.
6. Voorstel om over te gaan tot verbou
wing gemeentehuis, (arrestantenlokalen).
7. Vaststelling van een verordening op de
heffing en invordering van schoolgeld ten
behoeve van het bijzonder lager onderwijs
in de gemeente. 8. Vaststelling capitulanten
verordening met wijziging Ambtenaren
reglement. 9. Wijziging gemeente-begroo
ting, dienst 1936. 10. Vaststelling gemeen-
te-begrooting, dienstjaar 1937.
KATWIJK.
Weldoen is plicht. Aan het jaarver
slag der St. Elisabethvereeniging is het vol
gende ontleend:
Alweer een jaar van charitatief werk
verstreken en we kunnen daar met tevre
denheid op terug zien. In de wintermaan
den werd weer om de 14 dagen en in de
zomer eens per maand vergadert. Deze
hadden altijd weer plaats ten huize van
onze gastvrije presidente die ondanks haar
hoogen leeftijd altyd nog de stuwkracht is
onzer vereeniging. Moge het de Godde
lijke voorzienigheid behagen haar nog me
nig jaartje te sparen tot heil van onze ver
eeniging.
In het afgeloopen jaar werden op de eer
ste plaats onze zieken en kraamvrouwen
geholpen, benevens vooral in den winter
de noodlijdende groote gezinnen kleeding-
stukken verschaft. In 't geheel werden 322
stuks uitgereikt, o.a. 12 wollen dekens, 5
baby-uitzetj^? met het noodige bedden- en
vrouwenondergoed, als 6 lakens en 12 slo
pen, Verder 24 paar kousen en sokken, 12
paar schoenen, en nog verscheidene wol
len jurken en truien. Dit alles voorzeker 'xv
welkome gift in onze arme gezinnen. Dat
de gift van het Armbestuur, waarvoor bij
dezen nogmaals onzen hartelijken dank,
grif besteed kon worden aan uit te deelen
goederen, behoeft geen betoog. Voegt men
hierbij de extra uitdeelingen van ons ac
tief Armbestuur, dan kunnen we niet an
ders dan met blijdschap concludeeren: Er
wordt veel goed gedaan en vele nooden ge
lenigd onder onze armen. Ook onze collec
ten werken hiertoe vee' mee. Onze Kerst
collecte 1935 bracht de niet onaardige som
op van 206.20, terwijl we in het badsei
zoen een collecte boekten van 189.85. Voe
gen we hierbij de donateursgelden, het
maandvergaderingbusje en de giften in klee
dingstukken en natura (aardappelen) die
we ongemerkt altijd toegestopt krijgen, dan
kunnen we oprecht getuigen: de parochie
leeft mee met de St. Elisabethvereeniging
en laten we hopen, waardeert het ook wat
er gepresteerd wordt. Er wordt veel ge
geven, maar ook heel veel uitgereikt, zoo
dat het vaak moeilijk is om ieder te hel
pen. Als ik u zeg, dat we het geheele jaar
door zieken verzorgen die versterkende
middelen en medicijnen noodig hebben,
dan begrijpt u wel dat deze blijvende uit
gaven maandelijks onze kas plunderen en
veel zorg te weeg brengen. Daarom doe ik
een beroep op ons aller meeleven in gebed
en ook in giften, opdat het ons gegeven
zij op het ingeslagen pad van onzen vorigen
herder, pastoor Buys, voort te gaan!
Immers hij was de man, die zoo goed in
gezien heeft dat deze vereeniging in Kat
wijk noodig was, en onder leiding van onze
presidente veel goeds zou kunnen uitwer
ken! Jammer genoeg heeft Z.H.Exc. de
Bisschop dien eminenten priester, dezen uit-
nemenden werker op liefdadig gebied, van
ons weggehaald, uit ons midden gerukt.
Mogen we met onzen nieuwen geest. adv.
op den ingeslagen weg voort blijven gaan
om zoodoende veel nooden te lenigen, veel
zieken en kraamvrouwen bij te staan en al-
zoo een steun en weldaad voor de paro
chie moge blijven.
Geboren: Willem z. van J. Haasnoot
en G. Dubbelaar Gerirt z. van A. Hoek
en A. Haasnoot Jacob z. van W. van
Rhijn en C. van Rijn Cornelia d. van H.
van der Plas en P. Hoek Arie z. van J.
Zwaan en J. van Duyn Wim z. van T.
Schaap en K. Erhardt Jacob z. van J.
v. d. Oever en A. v. d. Oever Adrianus
z. van J. van Duyvenbode en D. Kuyt,
Ondertrouwd: E. Smit en T. van
Duyvenbode S. Wijnends en D. van
Beelen A. de Best en J. Schippers.
RECHTZAKEN
KANTONGERECHT TE LEIDEN.
Een groot aantal zaken werden gisteren
weer voor den Leidschen kantonrechter ge
bracht en berecht.
Gevaarlijke en onsportieve
wielrenners.
Een groepje Haagsche wielrenners G. A.
R., J. R.. F. M. R., J. M. S., L. v. d. M. en
P. G. v. d. H. hadden op 17 Juli een oefen-
rit gehouden van den Haag naar Bussum
en terug. Op den terugweg hadden zij, rij
dende met een snelheid van 30 K.M., op
den Hooge Rijndijk te L e i d e n een meisje
omvergereden, dat reed op het rijwielpad.
Niet alleen het meisje was komen te vallen,
maar ook de wielrenners waren over en
op elkaar terecht gekomen zoodat zich op
een moment een groot kluwen personen
op den grond bevond. Het meisje werd ge
wond aan gelaat en handen. De wielren
ners waren weer opgestapt en verder ge
reden zonder zich om het meisje te bekom
meren.
Een tweetal getuigen legden verzwarende
verklaringen voor de verdachten af.
De ambtenaar nam een zeer scherp re
quisitoir en zeide, dat wielrenners het ge
vaar niet inzien, dat zij veroorzaken. De rij
wielpaden zijn er niet voor aangelegd om
snelheidswedstrijden te houden terwijl ook
de wegen niet voor z.g. oefenritten mogen
gebruikt worden. Zulke sport behoort op
de baan thuis. Trots het feit, dat een van
hen een meisje omver heeft gereden heb
ben de heeren het zoo sportief opgevat, om
maar gauw weg te rijden. Dit is het meest
afkeuringswaardige van het geval. Deze op
vatting van sportiviteit is misselijk te noe
men. Van ware sportmenschen verwacht
men andere opvattingen. Een zware straf
is hier dan ook op zijn plaats. Eisch voor
elk een boete van 25 subs. 14 dagen.
De kantonrechter vond evenals de amb
tenaar het rijden van een groep wielrenners
op een rijwielpad zeer gevaarlijk. De om
standigheden van de verdachten in aan
merking nemende was de uitspraak voor
ieder 10 subs. 4 dagen.
Dronken autobestuurder.
Een inwoner van Sassenheim moest
vervolgens verschijnen wegens het onder
invloed besturen van een auto nabij het
Haagsche Schouw te Voorschoten. De ver
dachte, die verdedigd werd door Mr. Nord
Thomson, had een aanrijding veroorzaakt
bij het Haagsche Schouw. Een drietal ge
tuigen a charge legden verzwarende getui
genissen af voor den verdachte, zooals drank
lucht, een waggelende gang en onzeker op
treden. Een drietal getuigen a décharge
probeerden deze verklaringen te ontzenu
wen.
Het O.M. achtte het feit echter wettig en
overtuigend bewezen door de verklaring
van den verbalisant. Door de verklaringen
van de getuigen a décharge is niet het
tegendeel bewezen. Wel zijn er verschillen
de verzachtende omstandigheden aanwezig.
De verdachte staat heel gunstig bekend en
is voordien nog nooit met de politie in aan
raking gekomen. Verder wil spr. in aanmer
king nemen, dat het feit is gepleegd op 12
September, de verloving van Prinses Ju
liana, een nationale feestdag dus. (Gezien
de drie Oranje bittertjes, die de verdachte
heeft gedronken, aldus de verdediger). Er
zijn echter grenzen meent de ambtenaar.
Wanneer toegestaan werd, dat er bij na
tionale feesten niet gekeken werd naar
zulke overtredingen, dan was op 7 Januari
de omtrek van den Haag onbegaanbaar.
Eisch 1 week principale hechtenis en intrek
king van het rijbewijs voor den tijd van een
jaar.
Na een uitvoerige verdediging van Mr.
Nord Thomson, waarin daar het feit niet
bewezen werd geacht tot vrijspraak subs,
een voorwaardelijke veroordeeling werd ge
concludeerd, werd de uitspraak bepaald op
8 dagen.
Munitie vervoerd zonder ver
gunning.
W. S. teKatwykaandenRijn heeft
daar ter plaatse en hoeveelheid munitie
vervoerd zonder in 'het bezit te zijn van de
voorgeschreven vergunning. Verdachte
zeide tot zijn verdediging, dat hij de mu
nitie gevonden had, wat niet werd geloofd
aangezien deze verdachte wel eens meer
voor een dergelijke overtreding veroordeeld
is. Eisch 15 subs. 8 dagen. Uitspraak 10
subs. 4 dagen met verbeurdverklaring van.
de inbeslaggenomen munitie.
Op een groep menschen inge
reden.
H, G. v. D. teWarmond heeft te War
mond het verkeer ernstig in gevaar ge
bracht door met zijn auto op een groote
groep menschen in te rijden, die naar een
muziek-uitvoering stonden te luisteren. De
verdachte, die een garage daar in de om
geving heeft, had van een agent een stop-
teeken gekregen. Dit was niet naar den zin
van verdachte geweest en hij was, na eerst
even gestopt te hebben, onverstoorbaar
doorgereden trots het feit dat de agent zich
nog voor zijn wagen bevond. De agent was
toen opzij gesprongen, waarna verdachte
met een snelheid van 20 KM. op de luiste
rende menschen was ingereden. Deze waren
uiteen gestoven waardoor erger werd voor
komen. Voor 'het in gevaar brengen van
het leven van den agent was verdachte
reeds in den Haag veroordeeld. Nu was
hem ten laste gelegd, het in gevaar brengen
van het verkeer.
Na den agent als getuige gehoord te heb
ben, waren eisch en uitspraak 15 subs. 5
dagen.
Gevochten in den trek
C. v. d. B., metselaar te Leiden heeft
in den laatsten trein van den Haag naar
Leiden oneenigheid gekregen met eenige
medepassagiers. Deze oneenigheid was toen
op den vuist verder voortgezet met het ge
volg: bloedneuzen en verdere aanverwante
artikelen.
Het slot van deze boksmatch speelde zich
voor het beruchte hekje af, waar de ambte
naar de meest aankomende klap toebracht,
n.l. 7.50 subs. 3 dagen. Uitspraak 5 subs.
2 dagen.
Geteeld zonder vergunning.
L. v. D. te R ij n s b u r g heeft daar ter
plaatse kool geteeld zonder de benoodigde
vergunning. De oppervlakte bedroeg 10 Are,
waarvan de opbrengst werd geschat op 30.
De bedrijfsonkosten werden echter geraamd
op 56, zoodat verdachte er geld bij had
gelegd.
Eisch daarom 7.50 subs. 3 dagen. Uit
spraak conform.
Voor een dergelijke overtreding moest
verschijnen C. H. te Katwijk. Ook deze
had te Rijnsburg geteeld zonder vergun
ning en wel peen, waarvan opbrengst werd
geschat op 60. De bedrijfskosten waren
hier 50.
Eisch en uitspraak 7.50 subs. 3 dagen.
Overtreding arbeidswet.
H. L. V. te Leiderdorp, die verstek
liet gaan, heeft daar ter plaatse als hoofd
van een bakkerij zijn knecht te lang laten
werken.
Eisch en uitspraak 10 subs 4 dagen.
Verkeersovertredingen.
G. J. H. te N o o r d w ij k heeft een bocht
links genomen nabij den Javaweg te Noord-
wijk, waardoor een tegenligger werd aan
gereden en omvergeworpen.
Eisch en uitspraak 20 subs. 8 dagen.
C. v. O. te Leiden heeft op de Bree-
straat te Leiden links een tram willen pas-
seeren, terwijl verdachte bovendien zon
der licht reed.
Eisch 8 subs. 4 dagen. Uitspraak 12
subs. 4 dagen.
G. H., die niet verschenen was, heeft te
R ij n s 'b u r g een wielrijder aangereden
en aan de hand verwond. De fiets werd
daarbij voor 8 beschadigd.
Eisch en uitspraak 15 subs. 5 dagen met
toewijzing van een schadevergoeding van
8.—.
T. H A. te Amsterdam heeft met een
snelheid van 80 K.M. een andere auto aan
gereden en beschadigd te O e g s tg e e s t.
Eisch 15 subs. 8 dagen. Uitspraak over
8 dagen.
J. M. te Amsterdam heeft op de Beeklaan
te N o o r d w ij k de tram in haar loop be
lemmerd door tegen deze tram op teryden
toen deze den overweg passeerde. Ver
dachte voerde tot zyn verdediging aan, dat
er daar een heg is van twee meter hoogte,
die het uitzicht belemmerde. Ook den amb
tenaar is deze heg bekend, die ook erkende,
dat het een sta in den weg is. Daarmede
rekening houdend was de eisch 10 subs
4 dagen. Uitspraak over 8 dagen.