Naar de A.L.M.A. allemaal A. L. M. A. 28ste Jaargang DONDERDAG 22 OCTOBER 1936 No. 8553 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN DF ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling: Voor Leiden 19 cent pei weeki 2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post f 2.95j per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling vein 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, ko'op en verkoop: f 0.50 V Naar aanleiding van de Alma Hulde! Aan wie? Vandaag aan degenen, die zich hebben uitgesloofd en zich nog iederen dag uit sloven, om de Alma, om de Missie-ten toonstelling in de Stadsgehoorzaal te Leiden te doen slagen! Zonder menschen, die voor zulk een zaak veel over hebben, zonder menschen met veel toewijding slaagt een dergelijk ondernemen niet. Wij zijn nog niet aan het einde, maar wij mogen toch nu reeds zeggen, dat de Alma geslaagd is. En als wij dit constateeren, staan ons voor den geest vele personen, maar vooral enkelen, die van zichzelf zouden mogen getuigen, dat het bereikte resultaat zijn directe verklaring vindt in hun activiteit! De verleiding, om namen te noemen, is groot. Wij zullen er weerstand aan bie den. Eerstens, omdat wij misschien niet volledig zouden zijn, ieder gevend de eer, die hem toekomt. En, vervolgens, omdat wij het voorbeeld willen volgen van den voor zitter der Alma bij de opening op jl. Zon dag. Daar willen wij nog even wat van zeggen. De voorzitter van de Alma noemde geen enkelen naam van hen, die aan de tot standkoming van de Alma hadden gewerkt, behalve den naam van een persoon, die had zitting gehad in het dagelyksch be stuur en overleden was. Dit was een sym pathieke daad.... Met huldiging van le venden zijn wij nog al 'ns royaal, doch de dooden vergeten wij dikwijls maar al te gauw. „Wij kunnen niet leven met de dooden" is een ordinair gezegde in den volksmond; en men werpt, tegelijk met het zand over de .doodkist, ook zand over de herinnering! Wij kunnen wèl leven met de dooden. Wij gelooven immers in de heerlijke leer van de Gemeenschap der Heiligen. 't Is een ernstige fout, bezien in het licht van de Christel ij ke cultuur, dat er ook onder ons zoo weinig relatie met de dooden wordt gezocht in het gebed.... zoo weinig over hen wordt gedacht en ge sproken en hun nagedachtenis zoo weinig wordt geëerd! Wij zijn even een zijweg ingeslagen, en we keeren nu terug naar de Alma, om te besluiten met een woord van Mgr. Bekkers: „Moge de A. L. M. A. het groote blij vende succes bereiken, dat in alle paro chies de ijver van directeuren, zelateurs, zelatricen en geloovigen zóó geprikkeld wordt, dat Leidens Katholieken in hun al gemeenheid waarlijk een missionee- rend volk worden en blijven". Leide ns Katholieken èn de Katholie ken van héél het gewest! Het was geweldig druk Goud uit de bus Het hereenigingswerk Ongelukkie gebeurd, agent? Neen', meneer. Iets bizonders in de Gehoorzaal. Ik geloof 't wel, meneer. Wat is er aan 't handje? Iets van de Kattelieken, meneer. Mij niet gezien! Uw laimpie is uit, meneer. Naam als tublieft. Terwijl dit kleine drama zich op de tre den van de Stadsgehoorzaal afspeelde, wrongen wij ons de trappen op, de controle door, de zaal binnen. Wat een heerlijke drukte onder de hoo- ge witte koepel van nagemaakt suikergoed. Alle dialecten van stad en dorp dwarrelden dooreen, begeleid door een „hot jazz" uit de luidsprekers. De tevredenheid blaakte duimen-dik op de gezichten der organisa toren. De paters praatten het honderd-uit. Het publiek genóót. Zbo moet het ook hedenavond gaan, en morgen.en overmorgen. Naar de Alma alle maal. Het hoort tot de „bon ton" op de Alma geweest te zijn. Wie <fe Alma niet bezoekt, heeft een stuk van zijn opvoeding gemist. Het dagelijksch leven is zoo piet- Tutterig en bekrompen. Op de Alma voelt men zich wereldburger, wereld-Christen; tusschen de woelende menschenmenigte op de Alma onder het gehoor van de apostelen der heidenen welt er iets in ons op van het begeesterend woord, dat St. Paulus tot de stedelingen van Salonika meer uit schreeuwde dan uit s c h r e e f„dat het Woord des Heeren moge voortijlen'' de gansche aardbol om-en-om. DE HEREEN1GING DER KERKEN. „Griek met de Grieken". De lezingen, welke tijdens de Alma ge houden worden, verruimen onze kennis, doch nog meer onze blik. Speciaal de lezing, welke gisteravond werd gegeven, was als geknipt om ons van iedere eigen-dunkelij- ke en starre kerksheid te genezen. Pater Borromaeus van de Orde der Capucijnen sprak in de Kleine Zaal over het Hereeni gingswerk, over de pogingen de Grieksch- Katholieken te verzoenen met de Kerk van Rome. Er levëTi in het Oosten van Europa 175 millioen Katholieken, die de band met de Stoel van Petrus hebben verbroken. Veel te weinig aandacht wordt aan deze mil- lioenen Schismatieken, die veel dichter bij ens staan dan de Protestanten, besteed. On ze houding ten opzichte van de Schismatie ke Katholieken is, over het algemeen aldus Pater Borromaeus te eng en te be krompen. Wij gaan er gróót op, dat, waar wij ter wereld ook zijn, wij de priesters de PROGRAMMA VAN DONDERDAG. 7'A—10'A uur Tentoonstelling geopend. Entree 25 cent. Medische Mis sietentoonstelling. Entree 10 cent. 8 uur (dus niet om SA uur) Bijeenkomst van alle zelatricen van de 3 pauselijke Missiegenootschappen. (Zie gerectificeerde mededee- ling bij de berichten over de Alma). 8 en SA uur Missielilm „Bloed over Japan". Entree 35 cent. (Entree bewijs is tevens toegangsbewijs voor de tentoonstelling). PROGRAMMA VAN VRIJDAG. 1012 uur, IA$A uur en lAi10 A uur Tentoonstelling geopend. Entree 10 cent. Medische Missietentoonstelling ('s morgens ge sloten). Entree 10 cent. 8 en 934 uur Missiefilm. Entree 20 cent. (Entreebewijs is tevens toe gangsbewijs voor de tentoonstelling). 834934 uur Lezing door den weleerw. pater M. Bentener S.C.J. over het leven der zwarten in Belgisch Congo. Kosteloos toegankelijk voor bezoekers van de tentoonstelling. Zie voor programma van a.s. Zondag advertentie in dit nummer. H. Mis zien opdragen in een-en-dezelfde taal en volgens een-en-dezelfde ritus. Maar die trots is misplaatst. Wij moesten I er gróót op gaan, aan iedere volkeren-groep zijn eigen vormen-dienst te kunnen geven en deze vormen ook te. kunnen waardeeren. Wij stellen ons graag het ideaal van de Kerk voor als één in taal en gebruiken, doch de Kerk moet niet zijn, en is boven dien niet, één van ritus, maar veelvormig. Als Moeder van alle volkeren moet de Kerk erop uit zijn, aan iedere natie die eere- dienst te geven, welke het meest geschikt is om dat bepaalde volk tot God te voe ren. Wij zullen er nooit in slagen de Schisma tieken voor de Kerk te herwinnen, indien wij niet waardeeren de vormen-schoonheid en diepzinnigheid van hun eigen eeredienst, indien wij weigeren de Oostersche devoties in de Westersche Kerk over te nemen, in dien wij afwijzend blijven staan tegenover him eigen kerkelijk recht. Vijftien eeuwen reeds is het Oosten van Europa van de Kerk gescheiden: in ge loofspunten één, maar in het hart ver vreemd. Illustreerend met lichtbeelden, verhaal de Pater Borromaeus de historie van het Schisma en van de wreede vervolgingen, waaraan degenen, die aan de ééne Kerk trouw bleven, bloot stonden. Er zijn.onge veer 6 millioen Grieksch-Katholieken, die met de Kerk van Rome vereenigd bleven, hoofdzakelijk levende in Galicië, doch ve len ook in Amerika. Deze Geüunieerde Grieksch-Katholieken in Galicië (tegen woordig Zuid-Polen) vormen de basis voor het Hereenigings-werk. Dit werk gaat ech ter met bizonder groote moeilijkheden ge paard. Daarom is dringend noodig een hartelijk medeleven in gebed en offer van de Nederlandsche Katholieken, opdat het ideaal der Hereeniging, wat de groote wensch is van den Paus, toch eenmaal be reikt moge worden. Rector Reynen, die een inleidend woord had gesproken, heeft, aan het einde namens de vrij talrijke belangstellenden Pater Bor romaeus dank gezegd voor zijn voordracht. OUD-GOUD. „En toen ze het huis waren binnengetre den vonden ze het Kind met zijn moeder Maria; zij vielen ter aarde neer en aan baden Het. Zij openden hun schatten en boden Hem geschenken aan: goud, wierook en myrrhe". Aan deze beschrijving van het bezoek der drie Wijzen uit het Oosten, zooals Sint Mattheus dat geeft in zijn Evangelie, moest ik denken, toen gisteravond de bus „Oud- Goud" op de tentoonstelling der ALMA gelicht werd en daar een zware gouden ketting, gouden ringen, gouden snuisterijen te voorschijn kwamen. En ik hoop dat de milde gevers en geef sters zelf ook gedacht hebben aan de 3 Ko ningen. Want zooals 20 eeuwen geleden de Wijzen neerknielden met goud, wierook en myrrhe voor het Kind, zoo hebben zij ge offerd met hun goud óók hun wierook van gebed, waarmede deze gave omgeurd werd, en óók hun myrrhe van zelfverloochening om een misschien wel. dierbaar souvenir af te staan om de glorie van het Kind. Wat er in het stalletje van Bethlehem niet noodig was, was in de kamer van het ALMA-bestuur wèl noodig; want het ALMA-hestuur wordt gevormd door louter zwakke menschen, die daarenboven hun oogen niet konden gelooven. Zou 't.... ja.... zou 't echt zijn?!! Het was echt, het was werkelijk een gift van goud aan het Kind. Want in een ommezien van tijd was een kenner en taxateur aanwezig en hij heeft ons zijn deskundige verzekering gegeven! Ja, gisteren was het een dag, zooals er nog meer moeten komen. Een dag met meer dan 1600 bezoekers, met gezelligheid en vroolijkheid op de tentoonstelling; een dag van gulle milddadigheid; een dag vooral van besef en inzicht, dat Missiewerk een algemeen christelijk werk is, waaraan allen moeten medewerken naar vermogen. Ik weet niet of het zwarte of blanke handen geweest zijn, die te Bethlehem het Kind de gave van het goud aanboden. In ieder geval hoop ik dat hier in Leiden fijne en grove handen, schrijf- en werk handen, stads-handen en sterke boeren handen het offer van hun goud aan het Kind komen aanbieden, opdat Zijn Naam gekend worde van 't eene einde der aarde tot aan het andere. En waar het goud ont breekt in de hand van den kiemen, een- voudigen bezoeker, zal de aalmoes naar vermogen door het Kind beschouwd wor den als een gave van zuiver goud, omdat Het ziet dat de wierook van het gebed en de myrrhe van offerzin ook daar aanwezig zijn. G. DE ZELATRICEN. De zelatricen, die hun krachten gaven aan de voorbereiding van de ALMA, wor den verwacht hedenavond om 8 uur in de eerste filmvoorstelling. Daarna begeven zij zich naar de kleine zaal alwaar zij zullen worden toegesproken door den Weleerw. Heer Kapelaan G. Mudde. Vervolgens zal de Z.E. Pater Valem Wienk O.F.M., oud missionaris van China en tegenwoordig missionaris van Karachi, (Sindh), een lezing met lichtbeelden geven. MASSAAL BEZOEK. Het bezoek is gisteren overweldigend ge weest. Er kwamen 1627 betalende bezoe kers binnen, van wie 400 tevens een kijkje namen op de Medische Tentoonstelling em 732 de mooie film „Bloed over Japan" bij woonden. Totaal hebben gedurende de vier eerste dagen van de tentoonstelling 3434 betalen- den de Alma bezocht, van wie 1760 belang stelling toonden voor de film, en ongeveer 1200 voor de Medische tentoonstelling. Theologische gedachten over het Missie probleem In verband met de Missie week is het dub bel gewensciht onze gedachten te laten gaan over een der meest wezenlijke aangelegen heden der Kerk Gods: het werk in en voor de Missies. Wij willen dit doen aan de hand van een voor zeer velen onder ons toegankelijk br och uurtje: „Le Problème Theologique des Missions" par René Lange S.J. Xaveriana. N.3 (Série Générale). Met opzet willen wij ons grootendeels houden aan de bewijsvoering en gedachtengang daar gegeven, in de hoop, dat men zich er toe zal zetten, deze keurige, duidelijke brodhure nog eens te herlezen en zich gees telijk eigen te maken. Na eenige uitweidingen over de hoop volle teekenen eener meer intensieve be langstelling voor de Missie (geldt dit ook voor ons??), hier en daar waar te nemen, behandelt Père Lange de reeds lang be kende moeilijkheid tegen de aanspraak der Katholieke Kerk, dat zij de alleenzaligma kende Kerk zijn zou. Zouden dan alle bui ten de Katholieke Kerk verloren gaan? Aangezien 't niet uitgesloten is, dat onze apologetische kennis, wat betreft dit punt, eenige aanvulling kan gebruiken, moge hier herinnerd worden aan de drie prin ciepen, waarvan het eerste luidt: d e Katholieke Kerk is de alleenza- ligmakende, d.i. wie wetens en wil lens zijn overtuiging, dat de Kath. Kerk de ware is, zonder meer negeert of deze lang zaam verstikt en daarna opgeeft of aan een ernstig vermoeden, dat de Kath. Kerk de v/are Kerk is niet wil gehoor geven, om welke motieven dit dan ook allemaal ge- beure, 't is alles een zware schuld met zich meebrengende, daar het de ongelooflijke vrijpostigheid in zich sluit van een zich uit liefde openbarende God voorbij te gaan, als of Hij Zich niet liet kennen. Hierdoor (door deze schuld) worden niet getroffen de gewetens van hen, die een an dere overtuiging als de Katholieke in eer lijkheid aanhangen. Zooals Paus Pius IX schreef: Men moet als geloofspunt aanvaar den, dat niemand zalig kan worden buiten de Roomsche, Apostolische Kerk.... Van den anderen kant moet men evenzeer aan vaarden dat zij, die buiten hun schuld onwetend zijn ten opzichte van de ware godsdienst, geen enkele fout loopen in de oogen van onzen Zaligmaker. Hetgeen, zoo als Père Lange opmerkt, niets anders is als een aanknoopen aan de eeuwenoude Ka tholieke traditie, die spreekt over: 't behoo- ren tot de ziel van de Kerk, van allen die te goeder trouw dwalen. Zij behooren tot de ziel van de Kerk d.w.z. de genaden, die hun toestroomen óm hun goed gedrag en eerlijke pogingen, komen uit de genade schat, die Christus aan Zijn Kerk heeft toe vertrouwd. Deze menschen hebben het ver langen alles te doen wat noodig is om hun eeuwig heil te bewerken; zij ontvangen daarom Gods steun en welbehagen, ook al zien zij niet in wat dit „alles ter zaligheid Dit Rummer bestaat uit drie bladen. VOORNAAMSTE NIEUWS BUITENLAND. De voor a.s. Zondag aangekondigde Rex- opmarsch naar Brussel verboden. (2de blad) De regeeringsverklaring van den nieu wen Hongaarschen premier. (2de blad). Nieuwe arrestaties in Rusland. (2de blad) Algemeene aanval op Madrid begonnen. De regeering maakt toebereidselen om op Barcelona terug te trekken. (2de blad). Na de ramp van de „Van der Wijck". (Ned. O.-Indië, 2de blad). BINNENLAND. Het a.s. huwelijk van Prinses Juliana en Prins Bernhard. (2de blad). Landelijke vergaderingen van slagers. (2de blad). Verschillende verkeersongelukken. (Qem. Ber., 3de blad). Danszaal te Venlo door brand ver woest; tweemaal brand in een woning te Duivendrecht. (Gem. Ber., 3de blad). SPORT EN WEDSTRIJDEN. Het voorloopig Ned. elftal versloeg Don- castor Rovers met 72. (3de blad). De samenstelling van het Ned. elftal tegen Noonvegen. (3de blad). de Katholieke Kerk hier geen onmogelijke eisch en sluit zij zich daarmede niet aan bij noodige" omvat. Buiten de Kerk geen za ligheid wordt door een Fransch theoloog aldus omschreven: „dat wil volledig ver klaard dit zeggen: buiten de Gemeenschap „der rechtvaardigen, buiten de eerlijke „overtuiging, die trouw is aan de genade, „buiten het zoeken naar waarheid met een zuiver oprecht hart, geen zaligheid". He t 2e princiep: de noodzakelijkheid des Doopsels, wordt aldus toegelicht door het Concilie van Trente: Na de verkondi ging van 't Evangelie kan de overgang van de staat der erfzonde naar de staat der ge nade niet voltrokken worden, tenzij door het doopsel, of ten minste de begeerte naar het Doopsel. Praktisch kan men dus van alle veront waardigde aanvallen die geschieden tegen deze twee zgn. onverdraagzame princiepen der R.K. Kerk zeggen, dat zij opgezet wor den door menschen die hoogstwaarschijnlijk niet 't minste idee hebben van de mildheid en welwillendheid waarmede deze princie pen in de Katholieke Kerk ten allen tijde zijn verklaard. Ernstige moeilijkheden zou men kunnen maken tegen de absoluutheid van inter pretatie die bij ons gehouden wordt t.a.v. het 3e beginsel: zonder bovennatuur lijk geloof, geen zaligheid. Dat aan dit princiep heel sterk wordt vastgehouden in categorische zin, blijkt wel hieruit, dat de Katholieke theologie de strenge verklaring doet gelden, zelfs ten overstaan van ongedoopte kinderen, die uitsluitend en alleen door nalatigheid van anderen, vaak verbonden met een onge lukkige samenloop van physieke oorzaken, uitgesloten blijven van de bovennatuur; daarmede is ook voor hen immers het bo vennatuurlijk geluk des hemels onbereik baar; hetgeen op allen, die daar eenigszins mede te maken hebben: dokters, ouders, vroedvrouwen, verpleegsters, enz., enz., een ontzaglijke verantwoordelijkheid oplegt, aangezien het van hen kan afhangen of aan een ziel in eeuwigheid een bovennatuurlijk geluk: n.l. de zaligmakende aanschouwing Gods, of slechts een louter natuurlijk ge luk gegeven wordt. Is het geval met de ongedoopte kinderen wel 't moeilijkste, dat uitgedacht kan wor den, een zeer groote moeilijkheid schuilt eveneens in het geval van ongedoopte vol wassenen. Van hen immers wordt ook ge- eischt het bovennatuurlijke geloof: het ge loof dat God is en dat Hij vergelder is. (St. Paulus). Is dat dan wel mogelijk? Stelt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1936 | | pagina 1