DE STAD IRUN GEVALLEN
Een nieuw herderlijk schrijven
der Duitsche Bisschoppen
Ernstige vermaning tot vrede
De Heldenmoed der Spaansche Katholieken
Een stormloop begunstigd door
den nevel
VRIJDAG 4 SEPTEMBER 1936
DE LE1DSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 5
Eensgezindheid in den strijd tegen
het Bolschewisme
Geloofshernieuwing onder Roode Terreur.
Op de Bisschopsconferentie in Ful-
da is nog een tweede herderlijk
schrijven van het Duitsche Epis
copaat opgesteld, dat op Zondag 6
September bij wijze van „Verkla
ring" van af den kansel zal worden
den voorgelezen.
Wij laten hieronder de voornaam
ste passages van deze belangrijke
verklaring volgen.
De Bisschopsconferentie van Fulda heeft
Eich ook bezig gehouden met het proces te
gen de zoogenaamde Franciscanerbroeders
in Waldbreitbach, en de Duitsche bisschop
pen hebben stelling genomen tegen de ten-
dentieuse wijze van voorstelling, die door
bepaalde bladen over deze aangelegenheid
■werd gegeven.
Uitvoerig bewijzen de Duitsche Bisschop
pen, dat zij niet minder streng dan de we
reldlijke rechters de fouten veroordeelen,
die zijn voorgekomen.
Vervolgens constateeren de bisschoppen,
dat de beklaagden geen lid waren van de
orde der Franciscanen. Op één enkele uit
zondering na heeft geen enkele priester in
dit prooes tegen de leekenbroeders terecht
gestaan. Vandaar is het lijnrecht in strijd
met de waarheid en gerechtigheid, wanneer
de beklaagden en veroordeelden in de pers
telkens weer opnieuw als ordesgeestelijken
worden bestempeld en wanneer telkens
weer opnieuw heel de priesterlijke stand
beschuldigd wordt.
Alle beleedigingen en beschimpingen van
den priesterlijken stand in verband met de
processen van Koblenz of met welke an
dere vergrijpen ook, moeten wij op de
meest besliste en scherpe wijze afwijzen.
Ook de Broeders van Waldbreitbach zijn
niet altijd en ook thans voor het overgroo-
te meerendeel nog geen volks-parasieten.
Zij staan voor een heel moeilijk en ook
voor de zedelijkheid heel gevaarlijk beroep.
Zij moeten omgaan met menschen die in
ieder opzicht, ook op zedelijk gebied ab
normaal en ziekelijk zijn. Er behoort veel
offervaardigheid toe om zich te wijden aan
de verpleging van zulke arme verwaarloos
de en soms ook zeer laagstaande menschen.
Iedereen die dit moeilijk werk kent, zal
niet zoo onbarmhartig over deze Broeders
oordeelen, zooals thans vaak geschiedt.
De Broeders van Waldbreitbach hebben
tijdens den oorlog zich volledig van him
taak gekweten. Vijf en twintig Broeders
zijn op het veld van eer gesneuveld. Het
kwaad, dat hen thans noodlottig geworden
is, hebben zij vóór den oorlog nauwelijks
gekend.
Wij willen echter de daders deswege niet
verontschuldigen, maar wij beschouwen de
door hen aangerichte schade zelfs bij bena
dering niet zoo groot, als het nadeel dat
ontstaan is door het feit, dat vele bladen
deze treurige geschiedenis aan heel de we
reld hebben bekend gemaakt en zelfs aan
de jeugd op een zeer in het oogloopende
wijze hebben verkondigd, rijkelijk voor
zien van hatelijke bemerkingen en gemeene
spotprenten.
De rechtbank is aan deze schade die "be
rokkend werd, onschuldig, want volgens
oud gebruik heeft zij er naar gestreefd om
vooral met het oog op de jeugd, de bericht
geving in de pers zoo kort en zakelijk mo
gelijk te houden.
Jammer genoeg hebben vele kranten,
waaronder ook bladen voor de Jeugd, deze
oude traditie bij het proces van Koblenz
niet toegepast. Zij hebben de jeugd op de
hoogte gebracht van fouten en zonden, die
zij vroeger wel niet gekend hebben. Welk
onheil daaruit ontstaat, weet iedereen die
ondervinding heeft en die de jeugd kent.
Bijzonder treurig en afschuwwekkend is
het wel, wanneer berichten en foto's over
dergelijke gebeurtenissen in heel het land
op openbare aanplakborden en in uitstal
kasten worden opgehangen, vaak zeifis bij
den ingang van kerken en scholen. Het is
alsof men de ziekte juist daardoor wil be
strijden, dat men de ziektekiemen overal
heen verspreidt.
Velen, die in het geval van Waldbreitbach
als strenge zedenmeesters optraden, zijn
anders niet steeds de zoo wel bespraakte en
bezorgde verdedigers der zedelijkheid ge
weest.
Wij hebben bij hen haast nooit een van
instemming getuigende weerklank gevon
den, wanneer wij opkwamen voor de hei
ligheid van het Huwelijk en het bewaren
der goede zeden in het openbare leven. Wij
hebben dikwijls genoeg tevergeefs gewaar
schuwd voor het onheilspellend verder
voortschrijden van de vernietiging en ont
binding van het gezinsleven, tengevolge
van grove misslagen tegen de huwelijks
plichten en de huwelijkstrouw. Wij hebben
weinig steun gevonden bij ons protest te
gen de, ook in den jongsten tijd weer vei
lig opbloeiende handel in de vuilste platen
en tegen den openbaren handel in zekere
middelen waardoor de onzedelijkheid juist
in de hand gewerkt wordt. Wij hebben te-
vergeefsch getracht paal en perk te stel
len aan de vreesdij ke duizendvoudige kin
dermoord, en wij hebben tevergeefsch ge
tracht die misdaden te voorkomen, waar
aan ieder volk ten gronde moet gaan. Hier
betreft het toch zeker dusdanige treurige
en rampzalige mistoestanden en gevaren,
dat allen in de bestrijding daarvan eensge
zind moesten zijn.
Waarom heeft nu een gedeelte der pers
bij het proces van Koblenz een heel andere
houding aangenomen als anders bij derge
lijke zware vergrijpen en mistoestanden
gebruikelijk was? Blijkbaar omdat men
deze treurige gebeurtenissen als een strijd
middel wilde uitbuiten tegen kloosterorde,
priesters en kerken. Het is jammer genoeg,
dat er in deze moeilijke ure voor velen
niets gewiohtigers te doen schijnt als strijd
te voeren tegen Kerk en Christendom, een
strijd, die door woord en geschrift voort
gezet wordt onder de jeugd, in de huisge
zinnen, in de werkplaatsen, in de verschil
lende organisaties en kampen. En wat stelt
men zich voor van dezen strijd, wanneer
zij succesvol gevoerd wordt? Het ongeloof
is toch 6teeds overal de wegbereider en
bondgenoot van het Boljewisme geweest.
En de strijd tegen kloosterlingen en pries
ters is toch overal een voorbode en een be
geleidend verschijnsel van de Bolsjewisti
sche wereldrevolutie. Daarom wordt ieder
een, die tegen het geloof en de kerkstrijd,
of hij wil of niet, medewerker van het
Bolsjewisme.
Wij zouden gaarne besluiten met een
vermaning tot vrede. De toestand waarin
de wereld verkeert, is zóó ernstig, dat wij
op de meest besliste wijze waarschuwen
voor een verderen feilen strijd tegen het
Christelijk geloof en de Katholieke Kerk
en geen staatsinrichtingen te benutten voor
anti-godsdienstige doeleinden. Wij, Bis
schoppen, onze trouwe geestelijkheid en
het Katholieke volk wenschen niets vuri
ger als de vrede en de eenheid van het
Duitsche volk en daarom ook het einde
van den strijd, die onmogelijk zegenrijk of
nuttig kan zijn voor ons vaderland. Zooals
steeds, wanneer het Vaderland ons geroe
pen heeft, zijn wij ook thans bereid om
ons met opgewektheid in zijn dienst te stel
len en den Führer te ondersteunen bij zijn
afweer van het Bolsjewisme, dat de heele
wereld bedreigt, bij het streven om den
vrede te behouden, bij den arbeid voor den
heropbouw van ons vaderland. De eenheid
des geLoofs kan men nooit of te nimmer
mét geweld en met onderdrukking van een
geloofsovertuiging verkrijgen, doch slechts
alleen kan deze bereikt worden door de ge
nade Gods, en daarom behoeft de eenheid
van het Duitsche volk en de eenheid van
geest slechts zoo weinig te lijden, als zij
in een wereldoorlog daaronder geleden
heeft.
Niet wij hebben dezen rampzaligen strijd
onder ons volk verwekt, maar wel die on
christelijke mannen, die wellicht meenen,
dat zij een nieuw geloof zaaien, doch die
daarvoor slechts ongeloof en godloosheid
zullen oogsten. Terwijl zij oogensehijnlijk
de tweespalt bestrijden, vermeerderen z\j
die juist tot in het oneindige. God behoede
ons voor het ongeluk van een nieuwe ge
loofsverdeeldheid en nog voor het grooter
ongeluk van een volslagen ongeloof.
LUCHTVAART
EEN GESLAAGDE OCEAANVLUCHT.
Vliegers maken noodlanding in Wales.
De Amerikaansche vliegers Dick Merrill
en Harry Richman, die Woensdagmiddag
van New York vertrokken, met de bedoe
ling in 36 uur naar Londen en terug te vlie
gen, hebben hun plan niet kunnen volvoe
ren. Benzinegebrek heeft hen gisteren ge
noopt op een weide bij Llandilo in Wales
een noodlanding te maken.
De vliegeniers deelden mede, dat hun ge
middelde snelheid boven den Oceaan 210
mijl per uur bedroeg. De noodlanding werd
veroorzaakt door een defect aan het ra
diotoestel, waardoor zij hun koers kwijt
raakten.
De Oceaanvliegers hebben verklaard, dat
het mogelijk is, dat zij vandaag weer zullen
starten. Wat de retourvlucht naar Amerika
betreft, die zal afhangen van het weer.
VLIEGTUIGONGELUK.
Uit Anchorage (Alaska) wordt geméld:
Op het schiereiland Kanai is een vliegtuig
neergestort, tengevolge waarvan de be
stuurder en vijf passagiers om het leven
zijn gekomen. Kanai ligt op een 60-tal mij
len van Anchorage in Alaska. De inzitten
den waren vertrokken voor een vischtoer.
DE WEDSTRIJD OM DEN GORDON
BENNET-BEKER.
Omtrent zes van de tien deelnemende
ballons geen nieuws.
In luchtvaartkringen te Warschau
heeischt ongerustheid aangaande het lot
van zes der tien ballons, \Vslke deelnemen
aan den Gordon Bennet-bekerwedstrijd.
Van bedoelde zes ballons heeft men in 96
uur niets vernomen. Aangezien deze soort
ballons ten hoogste 70 uren in de lucht
kunnen blijven, acht men het waarschijn
lijk, dat zij zijn terechtgekomen in afge
legen gebieden van Noord-Oost-Sovjet Rus
land
Zal het bloed der Martelaren ook
in Spanje weer het zaad blijken te
zijn voor een Christenheid en voor
een opbloei van het Katholisisme?
Reeds nu is over het geheele land
een godsdienstige herleving merk
baar, en in de afgeloopen week
heeft het Vaticaan de aandacht
van de geheele wereld getrokken
op dit feit, door een gedocumen
teerde rede die voor Radio Va-
ticana werd gehouden en die wij
hier laten volgen:
„lederen dag maken de nieuwsbladen van
alle landen melding van de ongehoorde
wreedheden, die de Rooden tot nu toe in
Spanje hebben begaan. De barbaarsche
tafereelen zijn een schande voor de mensch-
heid en voor onze beschaving. Zoo ziet de
wereld, wat het van de godloozen te ver
wachten heeft.
Toch is het goed, om temidden van de
bloedige tafereelen en temidden van de ver
woestingen ook te zien naar de schitteren
de geloofshernieuwing bij het Spaansche
yolk, zoo heerlijk, dat zij de verwondering
moet wekken van de Katholieken der ge
heele wereld.
Terwijl op sommige plaatsen de kerken
en kloosters in brand staan, ziet men el
ders een groot aantal geloovigen, die God
om vergiffenis smeeken en bidden voor de
overwinning van de goede zaak; terwijl
aan de eene zijde de priesters en klooster
lingen vermoord worden, kust men hen
aan de andere zijde openlijk de hand, als
een teeken van eerbied; terwijl de een
sterft met een verwensching op de lippen,
gaat een ander den dood in met de heer
lijke uitroep: „Leve Christus, leve Spanje!"
Wij hebben onweerlegbare bewijzen over
de opbloei van de katholieke geest in
Spanje.. Het zijn historische feiten, die
zoowel zijn geschied in de streken, waar
het katholieke geloof het levendigst be
waard was gebleven, als daar, waar het
verstikt was door de communistische en
atheistische propaganda, wel een bewijs,
dat er een algemeene opbloei valt te con
stateeren.
Een jongeman van 16 jaar, die op het
punt stond naar het front te vertrekken,
zeide tegen zijn moeder bij het afscheid:
„Moeder, gij moet niet bidden voor mijn
terugkeer en dat ik niet sterve: bid liever,
dat het Communisme vernietigd moge
worden, en dat O. L. Heer nooit meer in
Spanje zal beleedigd worden Hiervoor zou
ik gaarne mijn leven geven."
Dit is geen alleenstaand geval, zooals
men wellicht zou kuröien meenen. Integen
deel, men kan zeggen, dat deze eenvou
dige woorden van dezen jongeman de ge
voelens vertolken van duizenden nationa
listen. Bijna allen, die de wapenen opne
men ter verdediging van den godsdienst
en van het vaderland tegen de Rooden
hebben denzelfden kreet op de lippen: „De
godsdienst voor alles, en daarna 't overige.
Men zou vele gevallen kunnen aanhalen
van families, die graag en met vreugde
zelfs vijf zonen hebben afgestaan, om voor
het vaderland te strijden en het geloof te
redden. Jongens van 14 en 15 jaar drin
gen er bij hun ouders op aan, dat zij toch
toestemming zouden geven, om mee te
mogen gaan strijden-in de gelederen van
de Nationalisten, en zij kregen toestem
ming. Velen zijn vertrokken, om nooit
meer terug te keeren, weggemaaid in de
bloei van him jeugd door vijandelijke mi
trailleurs.
Een huisvader van zeven jongens, ver
trok eveneens naar het front, en zeide: „Ik
ben bang, dat deze jongens zonder vader
zullen blijven; toch zou het veel verschrik
kelijker zijn, wanneer heel het nageslacht
zonder catechismus bleef".
Kort daarop stierf hij als een held in den
strijd met de Roode troepen.
Een andere arbeider, een weduwnaar en
vader van vier zoons, sloot zijn bescheiden
winkeltje, en beval zijn jongens aan bij de
buren, omdat hij naar het front ging.
Vier jongens, wier oude moeder nog
leefde besloten naar het front te gaan,
maar zij wilden hun moeder niet geheel al
leen laten, zoodat een van hen zou achter
blijven. Toen de dappere vrouw hoorde,
dat een van haar zoons thuis zou blijven,
zeide zij hem verontwaardigd, dat zij hem
niets Je eten zou geven, wanneer hij thuis
durfde blijven, terwijl zijn broers in den
strijd waren voor hun geloof.
„Welk een heerlijk schouwspel bieden
de jonge soldaten zoo schrijft men ons
uit Pamplona. Zij loopen met het tee
ken van het H. Hart op hun borst, anderen
met het Scapulier van den Carmel, ande
ren met de medaille van een Maria-Con-
gregatie. Twintig priesters zijn een gehee
le nacht bezig geweest met biechthooren in
de kwartieren; zeer velen biechtten bui
ten op het trottoir of wandelen onder de
boomen van het plein, terwijl zij openlijk
neerknielden op het oogenblik, dat zij de
H. Absolutie ontvingen."
Wanneer de mannen zich laten aanwer
ven, dan zingen zij dikwijls het volgende
lied: „Ween niet, moeder, ween niet, want
ik ga onder de wapenen. Het lichaam heeft
geen waarde, de ziel is alles waard."
Te Salamanca is het godsdienstig enthou
siasme onbeschrijflijk; de kerken zijn over
vol, allen bieden zich aan als vrijwilli
ger, zelfs jongens van 14 en 16 jaar. Een
commandant, die medailles van het H.
Hart had ontvangen, deelde deze uit, en
zeide tot zijn soldaten, dat zij veel moes
ten bidden: aan het front hadden zij ge
daan, wat zij konden, maar zij moesten
hun mede-strijders helpen door het ge
bed, daar volgens zijn eigen woorden
„het gebed niet alleen de geest, maar ook
het lichaam versterkt."
Vanuit Cadiz schrijft men ons: „Ook hier
is een troostvolle godsdienstige opleving
waar te nemen. In de straten hoort men
voortdurend: „Leve Christus Koning" en
„Leve het Katholieke Spanje", zelfs daar,
waar men vroeger zooveel scheldwoorden
hoorde en waar de H. Naam zoo dikwijls
beleedigd werd. In de kwartieren wordt nu
het Angelusklokje geluid, en op het hoo-
ren daarvan blijven de soldaten zelfs op
straat staan, om het Angelus te bidden.
Toen deze gewoonte hersteld werd, sprak
een der generaals tot de soldaten, dat dit
een groet was aan de Allerheiligste Maagd,
en hij herinerde hen aan den tijd, dat deze
gewoonte werd ingevoerd; hij zelf bad het
Angelus met hen mee, en men vertelt, dat
velen tranen in de oogen hadden van ont
roering.
Te Sevilla geven het volk en de soldaten
niet alleen in de kerk maar ook op straat
uiting aan hun eerbied voor den priester;
men nadert ook veel meer tot de H. Sa
cramenten.
Een vliegtuig van de Rooden, dat boven
Saragossa vloog, en zelf niet werd be
schoten, liet drie bommen vallen van 50
K.G. op de kerk en de Madonna del Pilar.
IRUN BIJ VERRASSING
INGENOMEN.
Naar de speciale correspondent van
het Duitsche Nieuwsbureau meldt, zijn
de troepen van generaal Mola er van
morgen om 7 uur in geslaagd, de stad
Irun, om het bezit waarvan zoo ver
bitterd gestreden is, te veroveren.
Gebruikmakend van het nevelachtige
weer konden de rechtsche troepen
door een vèrrassende manoeuvre tot
de ongeveer 800 meter voor de stad
gelegen voorloopige stellingen door
dringen. Na een kort geweer- en mi-
trailleurvuur gelukte het den opstan
delingen de regeeringsaanhangers te
rug te dringen, die zich daarop in wil
de vlucht over de internationale brug
bij Hendaye op Fransch gebied in vei
ligheid trachtte te brengen.
De nationalisten hebben daarop een ge
deelte van Irun bezet. De bevolking ont
vlucht de stad en slechts enkele Volks
frontaanhangers handhaven zich in hun
stellingen.
De gevluchte bevolking van Irun, Beho-
bia en Fontarabie wordt verdeeld over de
Zuid-Westelijke streek van Frankrijk. Gis
teren was te Bordeaux de eerste groep van
164 vluchtelingen aangekomen, welke on
middellijk ondergebracht werd in de stad.
Het gemeentebestuur van Bordeaux neemt
hulpmaatregelen, bijgestaan door de mi
litaire autoriteiten, die voor bedden zor
gen. Geleidelijk zullen de uitgewekenen
naar het centrum van Frankrijk worden
gebracht.
KOGELS OP FRANSCH GEBIED.
Zes gewonden.
Het Italiaansche agentschap Stefani
meldt, dat nabij Behobie een regen van
verdwaalde kogels op Fransch gebied is
neergekomen, waardoor zes personen zijn
gewond, onder wie zich twee leden van de
mobiele garde bevinden.
DE TOESTAND TE MALAGA.
Omtrent den toestand in Malaga meldt
de „Daily Telegraph" uit Gibraltar, dat de
aanhoudende bomaanvallen der opstan
delingen op Malaga en de overige nog in
handen der regeering zijnde kustplaatsen
een zoodanige paniek hebben gewekt,
dat de vrijwillige strijdkrachten der re
geering niets liever zouden willen dan
zich zoo spoedig mogelijk uit de voeten te
maken. De autoriteiten van Malaga heb
ben te Gibraltar geïnformeerd, of de Brit-
sche autoriteiten een aantal vluchtelingen
zouden kunnen opnemen, ingeval de stad
zou worden ontruimd. Er bestaat echter
niet de minste kans, dat op dit voorstel
zal worden ingegaan, daar het in Gibral
tar reeds stampvol vluchtelingen is.
DE REGEERING BLIJFT
OPTIMISTISCH.
Uit Valencia wordt gemeld, dat men
daar den val van Teruel aanstaande acht.
Gisteren is onder voorzitterschap van
Azana een ministerraad gehouden, na af
loop waarvan ministerpresident Giral ver
klaarde, van alle fronten uitstekende be
richten te hebben ontvangen.
Het ministerie van oorlog deelt officieel
Geen enkele bom ontplofte. De bevolking
schrijft dit toe aan een nieuw wonder van
haar Patrones; terstond werd een groot-
sche processie georganiseerd, waaraan
meer dan honderdduizend personen deel
namen, waaronder ook de kerkelijke, mi
litaire en burgerlijke autoriteiten, om de
Moeder en de Patrones van Saargossa te
bedanken.
De toeloop der geloovigen was zoo groot,
dat men volgens de getuigenis van een
van de burgers nog nooit een dergelijke
geloófsmanifestatie heeft gezien.
In de kerk van Tribaldos te Murcia werd
een professor vermoord, omdat hij altijd
een voorman was geweest der Katholieke
actie. Een broer van dezen martelaar deel
de het bericht als volgt aan een anderen
broer mede: „Moeder heeft haar leed met
bewonderenswaardige sterkte gedragen;
denk er aan, dat wij gereed zijn om alles
te lijden, wat God ons overzendt, want het
is een ware eer voor de familie een mar
telaar te bezitten en dat is onze broer,
want geheel zijn leven heeft hij dapper
de zaak van Christus verdedigd."
Bij de intocht van de Nationalisten te
Bajadoz waren de kerken overvol met ge
loovigen, om God te bedanken voor de be
vrijding van de tyrannie en van het ver
derf.
Ook in die streken van Spanje, waar de
roode terreur nog heerscht, sterven dui
zenden martelaren, zooals in de eerste tij
den der Kerk, maar ook zeer veel andere
heldendaden getuigen, dat het geloof na
twintig eeuwen nog dezelfde onoverwinne
lijke kracht bezit, ook, al zijn de vervol
gers wreeder dan ooit. De tijd zal komen,
dat ook zij zullen moeten uitroepen: „Gal-
lileeeï, Gij hebt overwonnen!"
mede, dat de regeeringstroepen thans voor
de poorten van Huesca staan. In Asturie
hebben de regeeringsstrijdkrachten vol
gens dit communiqué een colonne opstan
delingen teruggedreven. Na gevechten in
de provincie Badajoz werden de opstan
delingen tot den aftocht gedwongegn. Rond
Madrid blijft de toestand onveranderd. Aan
het Estremadura-front heeft de luchtmacht
der regeering drie vliegtuigen der opstan
delingen neergehaald.
MEER DAN HONDERDUIZEND DOODEN
TÈ BETREUREN?
Volgens schattingen van leden van het
Spaansche roode kruis zou het aantal doo-
den, dat in den Spaanschen burgeroorlog
is gevallen, honderdduizend bedragen, ter
wijl 300.000 personen zouden zijn gewond.
Alleen reeds in den slag bij Irun zouden
aan beide zijden, tot nu toe, 1600 man zijn
om het leven gekomen.
DE NON-INTERVENTIE.
De Engelsche financieele secretaris van
de schatkist, Morrison, heeft een zitting
gepresideerd van het inter-departemen-
taal comité, dat is samengesteld uit ver
tegenwoordigers van verschillende depar
tementen der regeering en gevormd is met
het oog op de instelling van een interna
tionale commissie, die zich moet bezig
houden met de kwestie der non-interven
tie. Dit interdepartementale comité zal de
doelmatigheid bespreken der reeds van
kracht zijnde maatregelen ter verhindering
van het leveren van wapenen en vliegtui
gen aan Spanje. Het comité zal ook de
mogelijkheid bespreken van toepassing
van andere maatregelen, welke door de
internationale commissie kunnen worden
aanbevolen.
ITALIë ZENDT STRIJDKRACHTEN.
Ter bescherming van zijn onderdanen?
In „verantwoordelijke kringen" is be
richt ontvangen, dat een Italiaansch on
derdaan, Umberto Fasanella, ketellapper
van beroep, te Barcelona is gedood. Hij
laat een vrouw en zeven kleine kinderen
achter. Dit is het zesde Italiaansche slacht
offer sedert het begin van de wanordelijk
heden.
De Italiaansche consul-generaal te Bar
celona heeft wederom energieke protes
ten ingediend, maar in den huidigen toe
stand lijken deze niet voldoende. Er be
vindt zich reeds een Italiaansche kruiser
in de wateren van Barcelona en het is
waarschijnlijk, dat nog andere strijdkrach
ten derwaarts zullen worden gezonden.
De kruiser „Pola" is uit Italië vertrok
ken met bestemming naar Barce. lona, waar
hij zich zal voegen bij den lichten kruiser
„Attendolo" in de wateren van Barcelona.
De „Pola" is een groote kruiser van 10.000
ton.
ITALIAANSCHE VLIEGTUIGEN
TE VIGO.
De Fransche regeering heeft van de
Spaansche regeering te Madrid bericht
ontvangen, dat 24 vliegtuigen van Italiaan
sche herkomst te Vigo zouden zijn aange
komen.
Aan alle mogendheden is deze zelfde
mededeeling gezonden.
Italiaansche strijdkrachten naar Spanje