Klompenbeurs te St. Oedenrode.
3)e £öid6cHe öou^cmt
Zijn ze me niet te groot? Een aardig snapshot van de bekende Brabantsche
klompenbeurs, welke jaarlijks te St Oedenrode gehouden wordt
De mijnramp ie Bochum. Op de
schacht hangt de vlag halfstok
In het lyceum aan
het Stokroosplein
te den Haag is
Woensdag een
luchtvaarttentoon
stelling, georgani
seerd door de ver-
eeniging .Stok-
roos-Aviatlek" ge
opend.
Nek aan nek tijdens de paardenrennen, welke deze week te
Lewes (Eng.) gehouden werden
Een door kogels zwaar beschadigd huis werd door nationalisten in allerijl
tot geïmproviseerd fort ingericht, vanwaar in den Guadarrama-sector de
Spaansche regeeringstroepen onder vuur werden genomen
Een zevenmijlsklomp op de bekende Brabantsche klompen
beurs, welke jaarlijks te St Oedenrode gehouden wordt
FEUILLETON
ZIJN LAATSTE AVONTUUR
Humoristische Roman
van
JOH. BRAND.
(Nadruk verboden).
Jk--
17)
Ik had het je al eerder willen zeggen,
Mabel, begon Caroline, toen hij weg was,
maar ik vind het toch niet erg verstandig
van je, dat je Josef zoo maar hebt ontsla
gen. Nu bemerk je pas, wat je aan zoo'n
man hebt!
Mabel wierp haar slechts een half geër-
gerden, half spottenden blik toe en wend
de zich daarna met een licht schouderopha
len van haar af. De zoo goed begonnen
rit scheen een ongezellig einde te zullen
nemen.
Even later kwam Henry hard loopend
van den straatweg terug. Hij denkte hen
reeds van verre toe.
Ik heb een taxi gevonden, hijgde hij,
geheel buiten adem. Hij wacht hier aan
het einde van den weg. Doe me een pleizier
en bel onderweg even den garagehouder
op, bij wien ik dezen wagen gehuurd heb.
Hij zal er dan wel verder voor zorgen.
De dames lieten Henry bij de defecte
auto achter en keerden zonder hem naar
huis terug. Zwijgend en in niet te beste
stemming. Het, voor een kwartier nog zoo
levendige discours, was plotseling afgebro-
ken.
Toen Rolf zijn kamer verliet, kwam Me-
bel's kamenier juist de gang in.
Wat gaat er gebeuren, Josef? Je hebt
je zoo netjes gemaakt. Heb je voor van
daag vrij gekregen?
Niet alleen voor vandaag, antwoord
de Rolf met een wrang lachje. Ik ga er
voor goed vandoor.
Neen toch?!
Er lag onmiskenbaar hevige schrik en te
leurstelling in haar stem. Op hetzelfde
oogenblik echter scheen het tot haar door
te dringen, dat Rolf's besluit vaststond,
want haar gedachten den vrijen loop la
tend, vervolgde zij:
Dat is natuurlijk weer de schuld van
dat ouwe mensch. Ze heeft nooit een haar
goed aan je gelaten. Nu heeft ze de juf
frouw eindelijk zoover gekregen. Maar
laat ze maar oppassen. Als ze nog één
woord zegt, zal ik haar eens vertellen hoe
ik over haar denk. Eigenlijk heb ik allang
meer dan genoeg van haar. En als jij weg
gaat, Josef
Zij aarzelde even, vond het blijkbaar
toch tegen haar natuur om zóó openhartig
te zijn, maar vervolgde, spoedig tot een be
sluit komend, op denzelfden heftigen toon:
Als je weggaat, dan ga ik ook. Weet
je wat, Josef? Een man als jij zal toch ze
ker niet lang zonder werk blijven. En als
je dan ook een betrekking voor mij kunt
krijgen, zij keek hem met smachtende
oogen aan, ik zal graag daarheen gaan,
waar jij bent.
Rolf staarde haar zwijgend aan; de lust
ontbrak hem naar een zijn rol passend
antwoord te zoeken. Dus reikte hij haar
slechts de hand ten afscheid.
Wij zullen zien, wat de toekomst
brenfit. iufrouw Rosy.
Laten we dan hopen tot ziens, Josef!
Rolf trad den salon binnen. Het was
zijn laatste gang in dit huis. Hij legde het
vijfmarkstuk op tafel. Daar zou zij het wel
vinden. Al zou zij er dan geen idee van heb
ben waar dat geld vandaan kwam, hij had
tenminste het rustige gevoel, dat hij eon-
tenminste het rustige gevoel, dat hij zon-
Nog eenmaal liet hij zijn blik door het
vertrek dwalen, als om afscheid te nemen
van alles, waarmee hjj zoo vertrouwd was
geraakt. In één der hoeken stond een vleu
gel, gesloten, zooals meestal. Slechts één
keer had Mabel er op gespeeld. Gruwelijk
slecht. Weliswaar niet valsch, maar zake
lijk, zonder het minste gevoel voor het in
nerlijke rhythme der muziek.
Rolf ging naar het instrument en opende
het deksel. Hoelang had hijzelf al wel niet
gespeeld? Of hij het nog zou kunnen? Zijn
vingers gleden zoekend over de toetsen.
Het klonk nog niet eens zoo slecht als
men na een pauze van jaren zou mogen
verwachten. Een Nocturne van Chopin ging
hem door het hoofd. Hij draaide de kruk
was lager en begon te spelen.
Toen het stuk uit was en hij zich omkeer
de, zag hij Mabel bij de deur staan. Verrast
sprong hij op. Het bloed steeg hem naar
het gelaat. Hij voelde zich als een misda
diger, die op heeterdaad betrapt wordt.
Wat zou Mabel nu doen! Zou ze hem een
terechtwijzing toedienen of uitlachen?.
Maar ze bleek noch boos, noch ironisch.
Ik wist niet, dat je piano kon spelen,
Josef, zei ze eenvoudig.
Neemt u mij niet kwalijk! stamelde
Rolf. Als ik geweten had.
O, dat hindert niet, antwoordde zij
vriendelijk.
Zii keek Rolf peinzend aan en verbaasde
zich er over, dat ze nooit eerder op de ge
dachte gekomen was, dat deze merkwaar
dige chauffeur uit een ander milieu moest
stammen dan de meesten zijner collega's.
Onwillekeurig sloeg zij een conversatie
toon aan:
Als je er pleizier in hebt, mag je wel
vaker spelen.
Rolf staarde haar verbluft aan.
Maar u hebt mij tochontslagen!
het laatste woord kwam slechts fluisterend
en aarzelend over zijn lippen.
Nu werd Mabel verlegen. Zij betreurde
het misschien, w.t al te heftig geweest te
zijn tegen iemand, wien waarschijnlijk
slechts treurige omstandigheden hadden
genoodzaakt deze betrekking te aanvaar
den. Haar goed hart kreeg de overhand.
Dat.... begon zij onzeker, ach, dat
was niet zoo gemeend.als je misschien
liever wilt blijven....
Of ik wil? riep Rolf. Miss Wilkins,
ik.... ik....
Hij zweeg plotseling om niet meer te ver
raden dan hij mocht. Hij was in staat ge
weest aan haar voeten te vallen en een
hartstochtelijke liefdesverklaring af te ste
ken.
Mabel zag zijn van vreugde schitterende
oogen. Impulsief stak zij hem de hand toe.
Toen kon Rolf zich niet langer beheer-
schen. Hij greep haar hand en overdekte
die met kussen. Mabel was zeldzaam bewo
gen. Dat was niet alleen dankbaarheid
van zijn kant; duidelijk voelde zij het on
toelaatbare van de situatie. De dame en
haar chauffeur! Zij had met een bruusk
gebaar haar hand terug moeten trekken en
hem nu eerst recht de deur moeten wijzen.
Maar zij kon het eenvoudig niet. Zachtjes
probeerde zij haar hand vrij te maken en
toen het niet onmiddellijk ging, gaf zij de
poging op.
Eindelijk kwam Rolf tot bezinning en
met schrik liet hij haar hand los. Met een
vuurrood gezicht richtte hij zich op. Hij
durfde haar niet aanzien. Om zijn mond
hoeken trok het nersveus, zijn keel was
hem als dichtgeschroefd.
Miss Wilkins, bracht hij er eindelijk
met moeite uit.... ik moet.... de banden
oppompen.... ik heb namelijk vergeten..
Verder kwam hij niet. Met een haastige
buiging verliet hij het vertrek.
Mobel keek hem na. Geen twijfel moge
lijk, de man was op haar verliefd, tot over
zijn ooren verliefd. Min of meer radeloos
stond zij voor deze erkenning. Onaange
naam was het niet direct. Integendeel. De
onverwachte huldiging streelde haar als
vrouw. Maar nochtans mocht zooiets niet
meer voorkomen. Enfin, waarschijnlijk zou
hij het zelf wel geen tweeden keer probee-
ren.
IX.
Kestenberg had, r.a het gedenkwaardige
onderhoud met den heer Emil Krause, zijn
vrees, dat Rolf's rente hem ontgaan zou,
langzamerhand overwonnen en, voor zoo
ver zijn wispelturigheid dat toeliet, leidde
hij nu een rustig en tevreden leven. De
bank had hem, toen hij de onderteekende
kwitantie presenteerde, het maandgeld zon
der verder voorbehoud uitbetaald en hij
was niet sentimenteel genoeg om zich ver
der over den toestand, waarin de werkelij
ke graaf Godau zich zou kunnen bevinden,
ongerust te maken.
{Wordt vervolgd)