STADS
NIEUWS
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
£7ste Jaargang
WOENSDAG 2 SEPTEMBER 1936
No. 8511
Gcki^eh^Soii^iit
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij Tooroitbetaliog:
Voor Leiden 19 cent per weekf 2.50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week f 2.60 per kwartaal
Franco per post f 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent.
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be-
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkoop: f 0.50
Dit nummer bestaat uit
vier bladen.
Leugens en laster
Het „blijkt, dat ons volk nog niet ver
leerd heeft, zelf uit de oogen te kijken en
zich trots alle leugens en laster uiteinde
lijk af zal keeren van hen, die zich die
leugens en laster als wapens jegens poli-
tiek-anders-denkenden hebben aangegord"
aldus in het orgaan van de N.S.B. voor
den Kring Leiden.
Dit naar aanleiding van een verslag van
de Leidsche Processie naar Kevelaar, waar
in worden tegengesproken verontrustende
berichten over hindernis in Kevelaar, wel
ke in eenige Nederlandsche bladen (niet
in ons blad) waren opgenomen: maar
waarvan ook alreeds in diezelfde bladen
een tegenspraak was gepubliceerd. Wij
hadden van meet af aan van bedoelde be
richten weinig of niets geloofd; dat de
Duitschers zich in Kevelaar aan dergelijke
domheden zouden schuldig maken, scheen
ons uitgesloten.
Intusschen willen wy gaarne met den
schrijver aanvaarden, dat ons volk zich
uiteindelijk „af zal keeren van hen, die
zich die leugens en laster als wapens je
gens politiek-anders-denkenden hebben
aangegord"!
En: leugens en laster brutale en grove
leugens en laster zijn de beweringen,
die worden gedaan in een artikeltje in
hetzelfde blad vlak boven het reeds
geciteerde!
Daarin staat, dat de R.K. Staatspartij
zweert (ja: zweert!!) bij een bondge
nootschap met het Marxisme. Dat is: las
ter. Geen enkele uitspraak en geen enkele
daad geen enkele! van de R.K.
Staatspartij kan daarvoor ook maar zelfs
als schijn van bewijs worden aangehaald!
Daarin staat, dat de voormannen der
R.K. Staatspartij verklaren, dat de keus
tusschen communisme en nationaal-socialis-
me niet twijfelachtig zijn kan. Ook dat is
ergerniswekkende laster! Ook daarvoor
kan zelfs geen schijn van bewijs worden
aangehaald! Er wordt aangehaald een
uitspraak van dr. Möller, üit een persver
slag van een door dit Tweede Kamerlid
gehouden redevoering, waarvan de spreker
zelf al lang een rectificatie heeft gegeven.
Dat zijn leugens en laster.
Aan het slot van hetzelfde artikeltje
worden aan het adres onzer Bisschoppen
woorden gebezigd, die zeker voor-iederen
volstrekt iederen katholiek grof-kwet-
send zijn. Wij willen er niets meer van
zeggen, 't Is in-droevig.
De wereld
in vogelvlucht
„Het uur der overwinning is nabij" ver
klaarde generaal Mola gisteren in een
radio-rede, maar het kon wel winter wor
den voor de burgeroorlog in Spanje ten
einde zou zijn. Wanneer men tenminste
op dezelfde manier opschiet als tot nu toe,
wordt het zeker winter.
De nationalisten zyn nog altijd bezig
Irun te veroveren. De aanvallen zijn
moordend en al het moordtuig van den
modernen oorlog neemt er aan deel. On
ophoudelijk wordt de stad gebombar
deerd en pantser-auito's doen aanval op
aanval, maar telkens worden ze door het
mitrailleurvuur der belegerden terugge
dreven. De aanvallers hebben de beschik
king over tanks en vliegtuigen; de rooden
hebben een pantsertrein, waarmee zij uit
vallen doen. Voorts hebben zij eenige gij
zelaars naar het gebombardeerde gebied
overgebracht, onder wie, naar men zegt,
den aartsbisschop van Valladolid.
Het gaat er fraai naar toe.
Terwijl de Europeesche staten zich ac-
coord hebben verklaard wat betreft niet-
inmenging in de Spaansche aangelegen
heden, wordt thans uit Mexico gemeld,
dat dit land wapens levert aan de Spaan
sche regeering. Zal dit aanleiding worden
voor sommige Europeesche regeeringen,
om him neutraliteit eveneens te verbre
ken?
Ver. van Oud-leerlingen
van M.S.G.
Bij het 25-jarig bestaan.
Toen vele oud-leerlingen van M.S.G., na
de luisterrijke herdenking van het 125-jarig
bestaan van het destijds geheeten Genoot
schap „Mathesis Scientiarum Genitrix", op
20 en 21 September 1910 te kennen gaven
het plan te hebben om te komen tot stich
ting van een Vereeniging van Oud-Mathe-
sianen, om aldus den vriendschapsband,
welke er tijdens de herdenking onder de
oud-leerlingen heerschte, te bestendigen,
werden door de toen inmiddels ontbonden
feestcommissie stappen daartoe gedaan.
De leden dier commissie, de heeren O. S.
Knottnerus, wonend te Rotterdam, P. J.
Niesten, H. H. Verhulst, J. A. Verhoog, J.
Koene, A. A. Schreuder, H. A. Blom, D. v.
Lith en H. J. Planjer, allen alhier woonach
tig, kwamen eenige malen daartoe bijeen
en in een dier bijeenkomsten werd beslo
ten de oud-leerlingen van Mathesis tot een
vergadering uit te noodigen in het Nuts-
gebouw hier ter stede.
Op 18 September 1911 werd de oprich
tingsvergadering gehouden en verscheide
ne oud-leérlingen gaven zich als lid op. De
leden der ontbonden feestcommissie wer
den tot bestuur gekozen, waarbij de func
ties als volgt werden verdeeld: O. S. Knott
nerus voorzitter, P. J. Niesten vice-voorz.,
H. H. Verhulst secretaris, J. A. Verhoog 2e
secretaris, J. Koene, penningm. en A. A.
Schreuder 2e penningm. De overige leden
kregen geen bijzondere functie.
Hierna toog het bestuur aan den arbeid,
hetgeen er toe leidde, dat een jaar na den
datum der oprichting, op 17 Sept. 1912,
118 oud-leerlingen zich als lid hadden la
ten inschrijven, terwijl 10 personen de ver
eeniging door een jaarlijksche bijdrage
wenschten te steunen. Dit was zeer zeker
een klein percentage van het groote aantal
oud-leerlingen, hétgeen ten. zeerste be
treurd werd. Wel liep het aantal leden in
de eerstvolgende jaren nog eenigszins op en
bedroeg dit in 1921 een totaal van 244 met
26 donateurs, doch na dien tijd verminder
de het weer. Er kwam weer opleving, ge
volgd door nieuw verlies, maar de herden
king van het 150-jarig bestaan bracht ge
lukkig weer meerdere oud-leerlingen op de
ledenlijst.
Thans bij het 25-jarig bestaan hopen 26
leden en 1 donateur hun zilveren jubileum
mede te herdenken.
Bij tusschenpoozen, hetzij door overlij
den of bedanken, verkregen andere leden
voor korter of langeren tijd zitting in het
bestuur. De leden O. S. Knottnerus, H. H.
Verhulst, D. v. Lith en A. A. Schreuder zijn
vanaf de oprichting af steeds bestuurslid
geweest, de heer Knottnerus als voorzitter,
de heer Verhulst als secretaris. De heer v.
Lith is nu vice-voorzitter, de heer Schreu
der penningmeester.
Van de overige eerste bestuursleden is de
heer P. J. Niesten in Mei 1918 en de heer
H. J. Planjer in 1928 overleden. De heer
Koene was genoodzaakt zijn bestuursfunc
tie neer te leggen wegens vertrek naar
Oost-Indië, terwijl de heeren Verhoog en
Blom eveneens bedankten.
Van de talrijke gehouden vergaderingen
waren er vijf van buiten gewon en aard, n.L
drie ter huldiging van den heer Dikshoorn
bij diens aftreden als directeur van M.S.G.,
één voor de herdenking:van het 135- en
één voor die van het 140-flarig bestaan.
Onder art. 1 sub c van het reglement der
vereeniging wordt gezegdi „Herdenken van
den Stichtingsdag (17 September) van het
Genootschap". Behalve in de jaren 1914 en
1935 is de verjaardag van M.S.G. steeds
herdacht, 't eene jaar luisterrijker dan 'het
andere. De herdenking in 1914 verviel van
wege den wereldoorlog, het vorig jaar werd
de herdenking georganiseerd door een co
mité uit de oud-leerlingen met geldelijken
steun van de Vereeniging. Deze feestviering
ligt bij véle stadgenooten ongetwijfeld nog
versch in het geheugen.
Het doel der vereeniging wordt in art. 1
sub a van het reglement als volgt omschre
ven: „Steunen van het fonds, door Oud-
leerlingen in 1910 gesticht". Behalve in de
jaren 1930, '33, '34 en '35 heeft de Vereeni
ging daartoe steeds gelden aan het bestuur
van M.S.G. overhandigd. Een bedrag van
1175 tot versterking van de rente van het
fonds werd aldus afgedragen. Bovendien
werden tusschentijds nog enkele bedragen
voor bijzondere doeleinden geschonken. Na
1932 werd het steunen van het fonds stop
gezet, wijl er door het bestuur van M.S.G.
in de laatste jaren geen- boek- of plaat
werken ten dienste van het onderwijs uit
de rente van het fonds zijn aangeschaft. De
rente van het fonds bedraagt sinds 1930
meer dan de hoofdsom.
De vereeniging heeft tenslotte getracht
steeds een andere bepaling van het regle
ment, n.l .art. 1 sub b, trouw na te komen.
Dit artikel schrijft voor: „Belangstelling
toonen en opwekken voor alles wat het Ge
nootschap betreft".
Deze belangstelling kwam o.m. telken
male tot uiting bij het uitschrijven der vijf
jaarlij ksche prijsvragen en door de organi
satie in samenwerking met het M.S.G.-
b es tuur van een tentoonstelling van tee-
ken- en werkstukken van Oud-Mathesianen
bij gelegenheid van het 150-jarig bestaan.
Gedurende de 25 jaren van haar bestaan
heeft de vereeniging ook veel tegenslag
ondervonden. Steeds werden alle pogingen
aangewend om de oud-Mathesianen in de
vereeniging ingelijfd te krijgen, doch in de
Vereeniging van Mathesianen, leerlingen
dus van M.S.G., ondervond zij hierbij een
ernstige concurrente, toen deze vereeniging
het mogelijk maakte, dat oud-leerlingen
zich ook bij haar aansloten. Pogingen om
ten deze tot een bevredigende oplossing te
komen hebben steeds gefaald. Hetgeen te
betreuren valt, omdat wij overtuigd zijn,
dat de Vereeniging van Oud-leerlingen, ge
dreven door liefde tot de school, steeds op
alle mogelijke wijze de belangen der school
heeft voorgestaan.
Dat niet meerdere oud-leerlingen het be
stuur van de Ver. van Oud-Leerlingen in
dit loffelijk streven steunden valt evenzeer
te betreuren.
Aan het slot van dit kort historisch over
zicht der thans jubileerende vereeniging
mogen we hier ongetwijfeld wel een woord
van lof brengen aan de heeren O. S. Knott
nerus en Hi H. Verhulst, die vanaf de op
richting, resp. als voorzitter en secretaris,
de groote stuwkracht der Vereeniging zijn
geweest.
J. B. MEYNEN. t
Overleden is in den ouderdom van 78
jaar een zeer bekende en zeer gerespecteer
de stadgenoot, de heer J. B. Meynen.
De heer Meynen is 33 jaar hoofd geweest
van de ulo-school van de Ned. Herv.
Schoolvereeniging aan. het Noordeinde,
welke school onder zijn leiding een uitne
mende reputatie heeft verworven. Als on
derwijzer, als opvoeder stond de heer Mey
nen in bijzonder hoog aanzien bij de
ouders, die gaarne hun kinderen aan zijn
zorgen en leiding toevertrouwden.
Na zijn pensionneering als hoofd der
school is de heer Meynen in 1920 lid van
den gemeenteraad geworden als afgev. van
de Chr. Hist., welke functie hij tot 1935
heeft vervuld; van 1923 tot 1927 is de heer
Meynen wethouder van onderwijs enz. ge
weest.
En als wethouder èn als Raadslid genoot
de heer Meynen aller hoogachting en waar
deering om zijn eerlijk en consciëntieus
handelen. Hij had altijd de volle aandacht
van hen, die naar zijn immer uiterst kalm
en bezadigd woord luisterden, omdat men
wist, dat hij uitsluitend sprak over zaken,
die hij kende, en na te voren het pro en
contra met de grootste nauwkeurigheid te
hebben gewikt en gewogen. In elke zaak
het onderwijs betreffende, was hij d e auto
riteit in den gemeenteraad.
In het kerkelijk leven van de Ned. Herv.
Kerk heeft de heer Meynen ook een zeer
belangrijk aandeel gehad; hy is geweest
voorzitter van het College van notabelen,
voorzitter van de Commissie voor den Eere-
dienst.
Verder is de overledene eenige jaren
voorzitter geweest van de Chr. Hist. Kiesv.
en bestuurslid van den Staten-Kieskring
der Chr. Hist.; bestuurslid van de Wijkver-
eeniging „Phébe", enz.
De herinnering aan dezen zeer ver
dienstelijken mensch zal bij allen, die hem
hebben gekend, in eerbied blijven voortle
ven.
De begrafenis heeft plaats Zaterdag om
12 uur op Rhijnhof.
De heeren O. S. KNOTTNERUS en H. H. VERHULST,
die gedurende 25 jaar resp. als voorz. en als secretaris de Vereeniging van Oud-
Leerlingen leidden.
PROF. DR E. C. WIERSMA.
Zooals wij gisteren in een gedeelte onzer
oplage reeds meldden, is dr E. C. Wiersma,
Conservator aan het Kamertlingh Onnes
Laboratorium hier ter stede, benoemd tot
hoogleeraar in de afdeeling der algemeene
wetenschappen aan de Technische Hooge-
school te Delft, om onderwijs te geven in
de theoretische en toegepaste natuurkunde.
Eliza Cornells Wiersma werd den 29sten
September 1901 te Naaldwijk geboren. Hij
bezocht aldaar de lagere school en toen hij
in de vierde klas zat, verhuisden zijn ouders
naar Den Haag, zoodat hij de verdere lagere
schooljaren in Den Haag maakte. Daarna
bezocht hij de H.B.S. met 5-jarigen cursus
te Den Haag.
Den 24sten September 1920 werd hij aan
de Leidsche Universiteit ingeschreven als
student in de wis- en natuurkunde, waar
hij de colleges volgde van prof. dr J. P.
Kuenen
Hoewel de heer Wiersma zijn doctoraal
examen nog niet, had gedaan, werd hij op
1 Jan. 1924 reeds aangesteld als assistent
van prof. dr H. Kamerlingh Onnes, die ir
hem zijn laatsten assistent had.
Den 8sten October 1926 legde hij zijn doc
toraal examen in de wis- en natuurkun
de af.
Met ingang van 1 Juli 1927 werd dr
Wiersma benoemd tot waarnemend conser
vator aan het Kamerlingh Onnes Labo
ratorium, toen dr Woltjes naar Indië ging.
Toen deze in 1930 benoemd werd tot hoog
leeraar te Bandoeng werd dr Wiersma be-
VOORNAAMSTE NIEUWS
BUITENLAND.
De strijd om Irun wordt voortgezet. Ook
Malaga in een benarde positie. Mexico le
vert wapens aan de Spaansche regeering.
(2de blad).
Een voorstel van Nieuw-Zeeland inzake
hervorming van den Volkenbond. (2de
blad).
Koning Edward ook naar de Zwarte Zee.
(2de blad).
Menschensmokkel in Stiermraken voor
de Spaansche roode militie. (2de blad).
BINNENLAND.
Belgische touringcar te Haarlem door
tram aangereden. Zes inzittenden liepen
verwondingen op (Gem. Ber., 3de blad).
Bij een autobotsing in België veroor
zaakte een Ned. auto een nieuwe botsing,
waarbij vijf personen werden gewond
(Gem. Ber., 3e blad).
Twee Friesche families te Staphorst bij
auto-ongeluk gewond (Gem. Ber., 3e blad).
Drie gewonden bij autobotsing te Amers
foort (Gem. Ber., 3e blad).
Felle brand té Loon bij Assen (Gem.
Ber., 3e blad).
Bij de wereldkampioenschappen der
stayers te Zürich wonnen Lacquehaye en
Metze hun series. De Hollanders Snoek
en Alkema werden uitgeschakeld (3de
blad).
De schaak-olympiade te München door
Hongarije gewonnen. Nederland op de der
tiende plaats (3e blad).
noemd tot conservator, nadat hij in 1929
reeds als hoofd-assistent was aangesteld.
Den 23sten Februari 1932 promoveerde
dr Wiersma aan de Leidsche Universiteit
op proefschrift getiteld: Eenige onderzoe
kingen over paramagnetisme.
Hoewel dr Wiersma reeds toen onder de
natuurkundigen bekendheid had verwor
ven, dateert zijn groote naam van den tijd
(Januari 1933), toen hij in nauwe samen
werking met en onder leiding van prof. W.
J. de Haas en andere medewerkers aan het
Kamerlingh Onnes laboratorium, zijn on
derzoekingen begon over de magnetische
afkoeling. Aan de triomfen, die het Kamer
lingh Onnes Laboratorium de laatste jaren
op het gebied van den weg naar het abso
lute nulpunt heeft gevierd, is de naam van
dr Wiersma onafscheidelijk verbonden,
doch bij elke stap in deze richting afgelegd
wees dr Wiersma er herhaaldelijk op, dat
hij ten deze ten nauwste met prof. W. J.
de Haas heeft samengewerkt.
Dr Wiersma heeft bovendien nog aller
lei andere vraagstukken op het gebied der
natuurkunde behandeld en vele plannen
wachten nog op uitvoering.
Voor Leiden beteekent zijn vertrek naar
Delft een groot verlies, maar gehoopt
wordt, dat ook na zijn vertrek de nauwe
samenwerking, die er tusschen dr Wiersma
en prof. De Haas sinds jaren heeft bestaan,
niet geheel verbroken zal worden.
Van de hand van dr Wiersma zijn tal van
1 artikelen verschenen.