Iets over de Huwelijks
wetgeving der Katholieke Kerk.
VRIJDAG 7 AUGUSTUS 1936
DE LEIDSCHE COURANT
DERDE BLAD PAG. 10
VII.
De Dispensaties in huwelijksbeletsels.
De Kerkelijke Huwelijkswetgeving is
niet een „wet. van Meden en Perzen"
is niet een wet, die zóó onverbiddelijk
wordt gehandhaafd, dat. zij nooit een uit
zondering zou toelaten.
Neen: in vele gevallen worden onder
bepaalde omstandigheden som
mige personen om een goede reden
van de Kerkelijke Wet ontheven;
zulk een* ontheffing van de wet noemt
men dispensatie.
Meer bekend is dit woord in verband
met een andere Kerkelijke Wet: de Vas
te n w e t. Zoo heeft bijv. een Pastoor
het recht om een familie, die tot zijn pa
rochie behoort, in de vasten en onthou
ding te dispenseeren bij gelegenheid
van een zilveren bruiloft of een ander
groot feest, dat op een vasten- of onthou
dingsdag valt.
Zoo zal 't vanzelf duidelijk zijn, wat be
doeld wordt met „dispensatie in de huwe
lijksbeletselen" dit is dus de onthef
fing van de huwelijkswet door
de Kerkelijke Overheid in een
bijzonder geval en om een goede
reden. De Kerk kan in bepaalde ge
vallen die dispensatie verleenen, een hu
welijksbeletsel voor een bepaald persoon
opheffen; immers de Kerk, die de macht
heeft om beletsels voor het geoorloofd of
geldig ontvangen van het Huwelijkssacra
ment te stellen, heeft ook de macht om in
die beletsels te dispenseeren.
Twee gevolgtrekkingen kunnen wij hier
uit terstond maken. Ten eerste: omdat de
Huwelijkswetgeving is uitgevaardigd door
het hoogste Kerkelijke gezag, kan ook de
dispensatie slechts gegeven
worden door datzelfde hoogste Kerke
lijke gezag: den Paus. De Paus heeft
echter ook aan anderen, aan bisschoppen
en priesters sommige bevoegdheden mede
gedeeld, waarover straks meer.
Ten tweede volgt er uit, dat de Kerk
alléén kan dispenseeren in die
beletsels, die Zij zelf heeft
vastgesteld. Bij de behandeling der
beletsels hebben wij. om niet al te uit
voerig te worden, het onderscheid tus-
sechen de beletsels, welke wortelen in het
natuurrecht of het goddelijk recht eener-
zijds en anderzijds die welke alléén be
letsels zijn omdat het Kerkelijk Wetboek
ze als zoodanig vaststelde, niet aangege
ven. Uit 't volgende zal dit onderscheid
toch wel voldoende blijken.
De Kerk kan, zooals wij schreven, al
léén dispenseeren in de beletsels die Zij
zelf stelde, derhalve niet in die, welke
wortelen in het natuur- of goddelijk recht.
Zoo kan de Kerk niet dispenseeren in
het beletsel van lichamelijk onvermogen.
Want een huwelijk, waarin de eigenlijke
huwelijksdaad blijvend niet mogelijk is,
is volgens de natuur geen huwelijk en
kan dit ook nooit worden.
Zoo kan de Paus zelfs ook niet dis
penseeren in het beletsel van bloed
verwantschap in de eerste graad-rechte
lijn (vader en dochter, moeder en zoon)
omdat een dergelijke verbintenis, zooals
ieder dadelijk begrijpt, in strijd met de
natuurwet.
Ook niet in het beletsel van bestaande
huwelijksband (nog bestaand huwelijk
van twee katholieken, die, na hun beider
doopsel van het huwelijksrecht hebben
gebruik gemaakt) omdat dit in strijd is
met de natuurlijke eenheid van het Hu
welijk.
Ook in gevallen, waarbij geen zekerheid
bestaat of een huwelijksbeletsel voort
komt uit het natuurrecht, wordt nooit dis
pensatie gegeven bijv. in bloedverwant
schap eerste graad-zijlinie (broer en zus
ter).
En dan nog geeft de Kerk ook niet altijd
even gemakkelijk dispensatie in huwe
lijksbeletsels, die zeker slechts van kerk
rechtelijken aard zijn.
Zoo wordt zoo goed als nooit dispensatie
gegeven in de eerste graad van aan
verwantschap rechte lijn (bijv. we
duwe met schoonvader) of in het beletsel
van pr i e s t e r w ij d i n g.
Zelden wordt gedispenseerd in het be
letsel van plechtige kloosterge
loften of heilige wijding (diaken en
subdiaken); in het beletsel van te jeugdi
gen 1 e e f t d.
In andere huwelijksbeletselen kan dis
pensatie worden gegeven om een goede
reden, die min of meer ernstig moet zijn,
naarmate het beletsel minder of meer ern
stig is.
De Paus, Die uitsluitend de bevoegdheid
bezit om te dispenseeren, heeft die be
voegdheid overgedragen aan anderen, zoo
als wij reeds zeiden, en wel aan de Con
gregaties van de H. Stoel, aan de bis
schoppen, aan de pastoors en biechtvaders.
Het heeft weinig nut, om alle bevoegd
heden, die de Paus aan deze verschillende
kerkelijke instanties heeft medegedeeld,
alle op te sommen; wij kunnen volstaan
met enkele voorbeelden.
lo. D e Congregaties van de H. Stoel
zooals wij vroeger al eens uitvoeriger heb
ben uiteengezet, zijn deze Congregaties
van kardinalen, organen, die den Paus be
hulpzaam zijn in het bestuur; sommige
daarvan hebben ook de bevoegdheden tot
dispensatie in huwelijksbeletselen n.l.:
de Congregatie van het H. Of
ficie heeft de bevoegdheid tot dispen
seeren in het „gemengde huwelijk".
In alle geheime huwelijksbe-
letselen (bijv. die, welke alléén in de
Biecht aan den biechtvader bekend wor
den en zonder naamsvermelding ter be
handeling worden opgezonden) dispen
seert het gerechtshof der H. Peni-
tentiarie.
2o. Ook de Bisschoppen (en die dezelf
de rechtsmacht in deze bezitten, zooals,
bij openstaan van de bisschopszetel, de
Capitulaar-Vicaris) hebben zekere be
voegdheden tot dispenseeren, vastgelegd
in het Kerkelijk Wetboek of ook nog door
bijzondere gunstverleening.
Zoo bezitten zy de volmacht om, in
het dringende geval dat een huwe
lijksbeletsel pas ontdekt wordt, wan
neer alles reeds voor het huwelijk
gereed is (voor het huwelijk zelf en
voor de bruiloft), dispensatie te verlee
nen, als niet meer gewacht kan worden,
tot dispensatie vanuit Rome is verkregen.
Zij kunnen dan dispenseeren in alle ker
kelijke huwelijksbeletselen, behalve in
die uit de priesterwijding en uit aanver
wantschap in de rechte lijn.
En behalve deze volmacht krachtens de
Wet, bezitten de Bisschoppen ook naar
plaats en omstandigheden nog andere
speciale volmachten. De Bisschop
van Haarlem bijv., heeft bijzondere vol
macht om dispensatie te geven in het ge
mengde huwelijk, omdat dit huwelijksbe
letsel in onze streken (helaas!) zoo dik
wijls aanwezig is.
3o. Pastoors, biechtvaders en soms o*>k
andere priesters hebben volmacht om te
dispenseeren in geheime huwelyks-
beletselen bij een huwelijk, dat geen
uitstel kan lijden, wanneer de tijd ont
breekt om tijdig de dispensatie van den
Bisschop te. vragen en te krijgen.
In stervensgevaar hebben Bis
schoppen en priesters nog bijzondere vol
machten, waarover wij later nog zullen
handelen.
Voor iedere huwelijksdispensatie moet
een min of meer ernstige reden bestaan.
Immers dispenseeren" is een inbreuk
maken op de wet en dit mag niet geschie
den, zonder dat daarvoor een voldoende
reden is.
Verschillende redenen zijn denkbaar.
Tot die welke het meest voorkomen
behooren o.a.:
„Beperkte plaats". Wanneer een
meisje geen passende bruidegom kan vin
den in haar dorp (met minder dan c.a.
2000 inwoners) behalve een bloed- of aan
verwant, dan is dat bijna altijd voldoende
reden om dispensatie te vragen.
Ook: wanneer een meisje reeds den
24-j arigen leeftijd bereikt heeft en
het daarom voor haar moeilijk wordt om
tot een ander huwelijk te komen, dan het
gewenschte huwelijk waartegen een be
letsel bestaat.
Ook: onderhoud en opvoeding van kin
deren uit een vorig huwelijk, wettiging
van een onwettige samenleving, dreigend
gevaar voor een louter burgerlijk „huwe
lijk", gewichtige economische belangen
enz. enz.
Allerlei redenen, ook, die ieder op zich
niet voldoende zijn, kunnen tezamen wel
licht voldoende motieven voor een dispen
satie uitmaken; daarom wordt bij dispen-'
satie-aanvrage alles wat tot verlgening
kan meewerken opgegeven.
Een oogenblik willen wij nog stilstaan
by de dispensatie voor het huwelijk van
een Katholiek met een gedoopte-niet-Ka-
tholiek of met een ongedoopte, het z.g.
gemengde huwelijk.
Dat de Kerk in deze beletsels slechts
met droefheid en weerzfn en alléén om
zeer ernstige redenen, om erger kwaad te
voorkomen dispenseert, behoeven wij niet
nog eens te zeggen.
Doch voor deze dispensatie eischt zij nog
bijzonder „cautiones" of „waarborgen" te
gen geloofsbederf der katholieke partij en
ter verzekering van katholiek doopsel en
van katholieke opvoeding der kinderen.
Beide partijen moeten in deze een b e-
1 o f t e doen en van die belofte moet door
ieder der partijen afzonderlijk een
schriftelijke akte worden opgemaakt,
door haar geteekend alsmede door den
bevoegden priester en twee getuigen. De
akten moeten dan met het parochiezegel
worden bestempeld.
De akte der katholieke partij heeft
den volgenden inhoud:
„Ik N., hopend na bekomen kerkelijke
dispensatie in het huwelijk te treden met
N. N. verklaar en beloof plechtig (onder
eede) dat ik al de kinderen, die uit dat
huwelijk zullen geboren worden, zonder
onderscheid of uitzondering katholiek zal
doen doopen en katholiek zal opvoeden en
dat. ik mij noch vóór noch na de huwe
lijksvoltrekking, bij een protestantsch be
dienaar zal presenteeren Tot getuige waar
van ik teeken met eigen hand."
Die der niet-katholieke partij,
dezen:
Ik N.N. verklaar en beloof plechtig, dat
ik N., met wie(n) ik in het huwelijk hoop
te treden, nimmer en op geenerlei wijze
zal bemoeilijken in de trouwe vervulling
harer (zijner) katholieke verplichtingen en
dat ik alle kinderen, die uit dat huwelijk
zullen geboren worden, zonder onderscheid
of uitzondering katholiek zal laten doo
pen en katholiek zal doen opvoeden en dat
ik mij noch vóór, noch na de huwelijks
voltrekking bij een protestantsch bedie
naar zal presenteeren. Tot getuige waar
van ik teeken met eigen hand."
De Pastoor (of kapelaan), die voor de
dispensatie zorgt, moet ook moreele ze
kerheid hebben, dat de beloften zullen wor
den nagekomen.
Helaas komen zeer veel gemengd-ge
huwden deze zoo plechtig beloofde ver
plichtingen toch niet na!
Een enkel woord nog over het „gemengd
huwelijk" van vorstelijke personen. Men
hoort dan dikwijls zeggen: „als 't maar
vorsten zijn, dan is de Kerk wel cle
ment!"
Vooreerst eischt het kerkelijk gezag ook
van dergelijke personen precies dezelfde
„waarborgen" die hierboven zijn vermeld
en voorts zal de reden waarom derge
lijke dispensaties worden aangevraagd al
spoedig een dringende zijn, eenvoudig om
dat bij het gering aantal katholieke vorste
lijke personen, de keuze van een katho
lieke vorst(in) uit katholieke huwelijks-
candidaten onmogelijk of zeer beperkt is.
Ten slotte een paar gevallen uit de prac-
tyk.
Gesteld: Jan wil trouwen met Marie, zijn
achternicht. Natuurlijk is deze bloedver
wantschap publiek bekend. Dan zal de
Pastoor (bij voorkeur die van Marie) eerst
pogingen aanwenden om het huwelijk te
voorkomen.
Willen zij tóch trouwen en is er een vol
doende reden tot dispensatie, dan richt de
Pastoor uit naam van beide partijen een
„suppliek" (verzoekschrift) tot den Bis
schap (eigenlijk bestemd voor den Paus)
in het Latijn, ongeveer van dezen inhoud:
„Allerheiligste Vader,
Joannes Jansen uit de Parochie van den
H. Petrus te A. en Maria Pietersen, mijn
paroohiane, verlangend een huwelijk te slui
ten, vragen nederig aan Uwe Heiligheid
dispensatie in het huwelijksbeletsel van
bloedverwantschap in de derde graad zij
linie, welk beletsel een geldig huwelijk ver
hindert.
De reden is (bijv.) het feit, dat Maria
reeds den 24-jarigen leeftijd heeft bereikt.
En God enz. (begin van een slotformule,
die verder wordt weggelaten. D.).
N. N. Pastoor te B.,
Diocees Haarlem.
De Bisschop zendt (ingeval Hij zelf geen
bijzondere volmacht heeft om te dispen
seeren) deze aanvrage door naar den
Paus. Deze zendt dan de verleende dis
pensatie naar den Bisschop, die ze weer
naar den Pastoor doorzendt.
Deze laatste krijgt dan de opdracht om
de dispensatie daadwerkelijk toe te pas
sen, nadat nog eens aan den Bisschop is
verklaard, dat alles, wat in de dispensa
tie-aanvrage stond, waarheid bevat.
Wanneer de dispensatie is „toegepast"
kan het huwelijk gesloten worden.
Wanneer een huwelijksbeletsel alléén
aan den biechtvader bekend is
(byv. het vroeger besproken beletsel van
misdaad tegen den huwelijkstrouw) dan
schrijft de biechtvader rechtstreeks (of
via den Bisschop) zonder namen te
noemen, naar den Kardinaal-Peniten-
cier te Rome om dispensatie.
Bij het verleenen van dispensatie wordt
een geldbedrag een „taxa" vastge
steld te betalen door de aanvragers. Dit is
een redelijke vergoeding voor bureau-kos
ten; de rest wordt besteed aan goede wer
ken.
In het oog van velen is dit een erger
nis en in verband met deze redelijke ver
goeding (de kerkelijke ambtenaren moeten
toch ook leven, de bureaukosten moeten
toch worden voldaan!) vindt het praatje
„voor geld krijg je alles gedaan"
steeds gretige ooren!
Wij willen hieromtrent alléén dit zeg
gen, dat verreweg de meeste dis
pensaties geheel gratis wor
den verleend, op de enkele ver
klaring, dat de aanvragers niet in staat zijn
een vergoeding te geven. Anders wordt de
„taxa" vastgesteld in verhouding tot het
vermogen van de aanvragers; er is toch
niets op tegen dat zij, die 't kunnen beta
len, tot een vergoeding verplicht worden?
De volgende keer iets over de practijk
van het in orde maken van ongeldig geslo
ten huwelijken.
Correspondentie-adres: M. A., Diepen-
brock, Pr„ Hageveld, Heemstede.
UIT DE OMGEVING
ALKEMADE.
Werkloosheid. Bij het plaatselijk or
gaan der arbeidsbemiddeling stonden per 31
Juli 1936 als werkzoekende ingeschreven:
steenfabrieksarbeiders 1, bouwvakarbeiders
17, metaalbewerkers 9, bakkers 1, landar
beiders 54 winkelbedienden 1, transportar
beiders 5, kantoorbedienden 1, dienstboden
2, diverse arbeiders 3. Totaal 94. (Vorig jaar
74). Bij de werkverschaffing waren gedu
rende de afgeloopen week 31 arbeiders
werkzaam.
Geboren: Cornelia Antonia Maria, d.
v. S. C. Bakker en A. C. J. Volwater. Cor
nells Hu bert us Maria, z. v. A. Bouwmees
ter en P. A. Wesselman. Henricus Eras
mus, z. v. J M. Akerboom en M. A, van der
Meer. Sophia Adriana, d. v. H. van der
Hoorn en C. Braak. Adriana Maria, d. v.
W C. van der Geest en I. A. Koot.
Ondertrouwd: H. F. Schoonens jm.
oud 25 j. en A. J. Adema, jd. oud 23 j.
J. C. van Kins jm.'oud 27 j. en A. M. Borst
jd., oud 23 j.
G e t r o u w d: J. W. van der Meer en I.
M. van Rijn.
Overleden: Elizabeth Volwater, oud
69 j., echt gen. van Th. van der Meer.
Vertrokken: Apolonia M. van der
Geest naar Warmond. Agnes M. van der
Geest naar Warmond. C. J. A. Moons naar
Nijmegen. E. Bouwmeester naar Heem
stede. P .Bouwmeester en gezin naar
Woubrugge. A. J. van Wieringen naar
Amsterdam. C. de Prie naar Leiden.
M. H. de Jong naar Aalsmeer. P. Vlugt
naar Voorschoten. L. J. Vlugt naar War
mond. H. J. Ruiten naar Breukelen.
A. J. van der Meer naar Aalsmeer. E. M.
van Velzen naar Warmond. I. M. Klin
kenberg naar Hillegom. G. H. Hutten
naar Apeldoorn.
G e v e s t i g d: H. J. Cozijn van Leiden;
A. J. Rotteveel van 's-Gravenhage. J. W.
van der Meer van Ouder-Amstel. P. J. S.
Hoogenboom van Roosendaal. C. M. W.
Vermeulen van Culemborg. Wed. C. van
Vliet geb. de Vries van Haarlemmermeer.
L. de Janger en gezin van Wonseradeel.
C. Oudshoorn van Rotterdam.
LISSE.
P. J. SUIJKERLAND.
Bij zijn afscheid als gemeente-opzichter.
In de raadsvergadering van 30 Juni j.l.
werd aan den heer P. J. Suijkerland,
overeenkomstig zijn verzoek met ingang
van 15 Augustus 1936, eervol ontslag ver
leend uit zijn betrekking van gemeente
opzichter, zulks wegens het bereiken van
den pensioengereohtigden leeftijd.
In de raadsvergadering van 3 Augustus
1905 werd den heer Suykerland door den
toenmaligen gemeenteraad in deze func
tie benoemd. Op 15 Augustus 1905 trad
de heer Suijkerland in functie, zoodat hij
op 15 Augustus a.s. den gemeentedienst
gaat verlaten met achter zich een dienst
tijd van 31 jaren. In dezen tijd heeft hij
als gemeente-opzichter veel en zelfs heel
veel helpen tot stand, brengen, hetgeen
niet te verwonderen is als men in aan
merking neemt, dat het zielental der ge
meente Lisse in 1905 ongeveer 4700 be
droeg, terwijl het momenteel de 9000 zie
len reeds is overschreden, alzoo bijna een
verdubbeling van het aantal zielen.
Reeds bij zijn in diensttreding werd al
direct zijn aandacht gevraagd voor eenige
bouwwerken van beteekenis n.l. de stich
ting van een gasfabriek, waarover hij het
toezicht uitoefende, en het maken van de
plannen en de bouw van het tegen
woordige gemeentehuis, hetwelk in het
jaar 1906 tot stand kwam. Op de gedenk
steen in de hal van het raadhuis staat dan
ook terecht de heer Suykerland als archi
tect van dit bouwwerk vermeld. In den
loop van zijn diensttijd heeft de heer
Suykerland voorts nog het gebouw van
openbare werken, staande aan den Gracht-
weg, en eenige gemeentelijke dienstwo
ningen gebouwd.
Door de gestadige groei der gemeente
werden de werkzaamheden van den ge
meente-opzichter steeds omvangrijker en
moeilijker. Het bouw- en woningtoezicht
b.v. eischte, vooral in de jaren van hoog
conjunctuur, buitengewoon veel van de
persoon van den gemeente-opzichter. Im
mers met deze snelle uitbreiding van ge
bouwen moest het aanleggen van straten
en wegen gelijken tred houden. Door den
scheidenden gemeente-opzichter zijn dan
ook tal van straten nieuw aangelegd, ver
breed of van een nieuw wegdek voorzien.
In de jaren van hoogconjunctuur wist de
gemeente haar tijd te benutten en heeft
zij zich aangepast aan de geest van den
tijd, om de straten van trottoirs en de
buitenwegen van moderne wegbedekkmg
te voorzien. Onnoodig is het om te zeggen,
dat de heer Suijkerland, die hieromtrent
steeds zijn ambtelijk advitó gaf, er een
groot aandeel in heeft gehad.
Op het gebied van waterwerken was de
heer Suijkerland een uitstekende kracht.
Daardoor in staat gesteld door den ge
meenteraad, werd de haven dezer gemeen
te onder zijn auspiciën omgelegd en in
zeer belangrijke mate verbeterd. De be
schoeiing werd punctueel verzorgd en de
haven steeds op behoorlijke diepte ge
houden. Het rioleringsstelsel werd zeer
belangrijk uitgebreid en verbeterd. Dit
rioleeringiswerk is zoodanig, dat ninnmer
stagnatie wordt ondervonden in de af
voer van het hemel- zoowel als van het
huishoudwater. Daar waar zulks noodza
kelijk bleek werden kunstwerken, zooals
bruggen, duikers enz., gemoderniseerd en
verbeterd.
Ten slotte heeft de heer Suijkerland zich
op het gebied der werkverschaffing al
eveneens zeer verdienstelijk gemaakt en
werden verschillende groote werken in
werkverschaffing uitgevoerd, o.a. werd
de haven verbeterd en omgelegd; bouw
terreinen opgehoogd en geamoveerd; het
sportterrein aangelegd enz. enz.
Naar wij hebben vernomen zal van den
vertrekkenden gemeente-opzichter offi
cieel afscheid worden genomen op Vrij
dag, 14 Augustus a.s. des avonds om half
acht uur, ten gemeentehuize.
Aangehouden. Door de gemeentepo
litie alhier is aangehouden een persoon
genaamd A. P. M. uit Tilburg, als ver
dacht van diefstal van een rijwiel te
Voorschoten. Het rijwiel is in beslag ge
nomen en na bekend te hebben is deze
persoon overgebracht naar Voorschoten.
Geboren: Maria Lambertha Wilhel-
mina d. van G. C. Degger en C. Zandvliet
Catharina Juliana Maria d. van J. W.
van der Veer en G. M. van Diemen
Antonius Cornells Euzebius z. van A. F.
Schenk en G. H. van Dijk Janna Wil-
lemina d. van P. de Koning en E. M.
Schravendeel.
Getrouwd: J. Langelaan en M. M.
van Stijn, te Haarlemmermeer C. Th.
van der Meer en P. A. Heemskerk, te
Amsterdam F. Th. Jelierse en J. S. de
Groot P. de Peuter, te Haarlemmer
meer, en M. van Vliet.
Gevestigd: F. C. van Oord uit Wer
kendam J. Q. Zwetsloot uit Haarlemr
mermeer B. van der Wal uit 's-Gra
venhage A. van Stijn uit Grubben-
vorst Th. C. Grootjes uit Zuid^Schar-
woude P. M. Ruigrok uit Voorhout
H. D. Landwer uit Sassenheim A. J.
van Giezen uit Echt M. Manné uit Al
phen a. d. Rijn.
Vertrokken: N. J. J. van Velzen
naar Amsterdam M. A. Goddijn naar
Sassenheim Wed. G. Rotteveel naar
Bodegraven C. Stuhldreier en echtg.
naar Datteln (Duitschland).
KATWIJK AAN DEN RIJN.
Tuinbouw. Algemeen wordt in den
tuinbouw aangenomen, dat als het in de
zen tijd voor de badplaatsen bij uitstek
gunstig weer is, voor den tuinbouw het
tegenovergestelde gezegd kan worden. De
feiten die zich dezen zomer voordoen, be
vestigen den regel. Het is voor de bad
plaatsen en voor de badgasten nog niet
veel gedaan, men heeft van het strandle
ven nog zoo goed als niet kunnen genie
ten. Dit is voor een bepaalde groep van
mensohen die seizoenbedrijven op of nabij
het strand hébben, een financieele strop.
Niemand kan daar iets tfen doen: geluk
kig. Men heeft er in te berusten. De tuin
der is in het algemeen met dit najaars
weer vrijwel ingenomen, 't Is de tijd van
hard werken, het is de tijd van oogsten,
van geld ontvangen en schulden afdoen.
Er moet in een kort tijdsbestek veel ge
beuren. Landhuur geheel of gedeeltelijk
betalen, meststoffen die gehaald zijn voor
het planten en nu betaald moeten wor
den, divense rekeningen die tot dezen tijd
blijven liggen eniz. Het is daarom geluk
kig dat de gang van zaken bij de massa
hier en in naaste omgeving bevredigend
is. Peen, zoowel waschpeen als bospeen.
of peen voor conserven bracht tot heden
een goede prijs op. Deze week varieerde
de prijs van bospeen in de goede kwali
teit van 5.60 tot 8.10 per 100 bos. Was-
peen ging voor 0.85 tot f 1.35 per kist
van 20 K.G. Ook bloemkool ging vlug
weg voor loonende prijzen. Eerste soort
bracht van f 12.50 tot f 16.80 per 100 op.
Tweede kwaliteit van 5.60 tot 10.20.
Pootuien, waarvan het aangevoerde kwan
tum beperkt is. gaan voor goede prijzen
van 3.60 tot f 4.70 per 100 K.G. Rabar
ber 1.302.90 per 100 bos.
De aardappelen/handel heeft sinds vo
rige week een groote verandering onder
gaan. Sinds de heffing is vervallen en de
handel meer vrij is en ook geen minimum
prijzen bestaan, is de prijs nogal gezakt.
Toch is de afname niet grooter geworden
waaruit zou kunnen worden opgemaakt
dat een verhooging van b.v. f 0.20 per
kist voor heffing het verbruik niet doet
toenemen. De prijs varieerde voor eerste
lingen, groote, van f 0.40 tot f 0.65. drie
lingen 0.250.40, eigenheimers brach
ten van 0.40 tot 0.65 per kist op, drie
lingen 0.300.45.
KATWIJK.
Personalia. Voor het politie-clïploma
van den Chr. Politiebond zijn geslaagd de
heer G. Boes (met aanteekening) en de
heeren C. Schaap en P. van Duyn.
NOORD WIJK.
Jubileum. Dezer dagen herdacht de
heer W. Passchier, alhier, het feit, dat hij
25 jaar geleden als opzichter der alge-
meene begraafplaats in dienst der ge
meente is getreden.
NOORDWJKERHOUT.
Personalia. Tot onderwijferes aan de
R. K. school te Oegstgeest is benoemd
mej. Koekebier, thans onderwijzeres aan
de R. K. Meisjesschool, alhier.
I n g e k o m e n: A. M. A. A. v. d. Linden
uit Den Haag; B. J. Maas en gezin uit Ei
bergen; J. C. van der Werf uit Oudewater;
A. Mulder uit Amsterdam; P. A. van der
Velde en gezin uit Amsterdam; C. Warmer
dam en gezin uit Amsterdam; M. Hulsbosch
uosch uit Zand voort; A. H. J. Hesselink uit
Enschede; A M. C. Voorn uit Voorhout; M.
J. Langeveld uit Voorhout; N. Overschie
uit Delft; C. A. Berbee uit Voorhout; J. C.
M. Braun uit Den Haag; J. M. Smit uit
Noordwijk; Th. van der Ploeg uit Heem
stede; M. M. J. Kuilman uit Limmen; C. J.
M. Caspers uit Bennebroek; E. A. Schoon-
derwoerd uit Hillegom; C. J. Olde Wolters
uit Enschede; C. Jonkheer uit Sassenheim;
E. G. Neelen uit Fijnaart; M. C. A. van Ier-
sel uit Mook; A. Fraaij uit Hilversum.
V e r t r o k k e n: C. Langeveld naar Zoe-
terwoude; P. J. Ketelaar en gezin naar Ben
nebroek; C. van de Wereld naar Warmond;
M. E. Scheepmaker naar Hillegom; J. W.
Kessens naar Haarlem; G. A. Beijk naar
Sassenheim; M. A. de Winter naar Noord-
wijk' A. M Scheijde naar Amsterdam; A. L.
Brugman naar den Haag; A. A. Mens naar
den Haag; G. M. Smit naar Noordwijk; L.
van Berkel naar Hillegom; A. M. Welle
naar Amsterdam.
ZILK.
Arm gebroken. Toen v. D., wonende
aan Halfweg, op zijn fiets wilde stappen,
kwam hij zoo ongelukkig te vallen dat hij
een arm brak.
SASSENHEIM.
Verkooping. Ten overstaan van Nota
ris Romeijn te Warmond had gisteren in
„Het Bruine Paard" de afslag plaats van
een perceel Bloembollenland met schuren
en stellingen, gelegen aan de Zandsloot te
Sassenheim, groot 80 A. 90 c.A., ingezet op
ƒ3000, niet gemijnd. Kooper H. Buscher te
Hoofddorp q.q.
Aanrijding. Gistermorgen had een
jeugdige wielrijder uit Rotterdam het on
geluk beklemd te raken tusschen de tram
en een passeerende auto. De fiets werd ge
heel vernield, de beryder bekwam enkele
schaafwonden, welke door dr. Hueber wer
den verbonden.
Geboren: Jan, z. van J. Broer en D.
Haak Jan, z. van J. Philippo en D. G.
Schuilenburg Roela Trinette, d. van R.
de Boer en T. Ham Alida Theresia, d.
van W. Hoogeveen en C. J. van der Lin
den Maria Catharina, d. van P. Kooij
en C. van Ees.
Ondertrouwd: L. van Kesteren 25
j. en P. H. Weijers 23 j.
Getrouwd: J. van Duivenbode 28 j. en
T. H. Erzsébet 24 j.
Vertrokken: Ma. Ea. Blijleven naar
Oegstgeest W. A. A. Koppers en gezin
naar Haarlemmermeer T. Hanemaaijer
naar De Lier.