De Olympische Spelen 1936 te Berlijn geopend. FEUILLETON DE STRIJD OM WEENEN Roman van HUGO BETTAUER. (Nadruk verboden). 98) Nu was de beurt aan Ralph om te ver tellen en hij verzweeg niets. Zondat dat de oude heer hem ook maar met een woord interrumpeerde, verhaalde hij van de valstrikken, die men hem gespannen had, van de hebzucht, welke hij overal en bijna in iedereen meende te bespeurne, van Korn, Kriegel en Hilde, en hoe hij er -ten slotte toe gekomen was zich te verbergen voor de overdreven en lastige belangstel ling en zich als verarmd voor te doen. Er speelde een vriendelijk glimlachje om de lippen van den ouden heer Holub, toen Ralph zijn biecht beëindigd had. „Je moet niet denken, dat de Weeners slechter zijn dan andere menschen. Het eenige is, dat zij, meer nog dan welk ander volk ook, htm evenwicht verloren hebben. Je moet bedenken, dat hun iets zeer ern stigs is overkomen. Misschien, dat ande ren zich vlugger aan de omstandigheden zouden hebben kunnen aanpassen. De vroe gere deugden der Oostenrijkes hun goedmoedigheid en heldere contemplatie zijn nu echter ondeugden geworden. Maar de hoofdschuldige van al die teleur stellingen ben je zelf. Je wilde nu eenmaal niet gelooven, dat twee maal twee vier is. Je komt me voor als iemand, die een ster vende, wien het onmogelijk is voedsel tot zich te nemen, een biefstuk voorhoudt met de aanmoedigende woorden: Hier, eet dat maar eens lekker op, dan zal je wel weer wat op krachten komen! Je hebt dezelfde fout begaan als alle regeeringen, die we in de afgeloopen vier jaar gehad hebben en die zich verbeeldden en nog verbeelden, dat we met geld en met crediet geholpen kunnen worden. Oostenrijk heeft echter noch geld noch crediet noodig. Wat ons alleen ontbreekt, is een nieuw organisme. Wij mogen niet worden opgebouwd, maar moeten ons zelf opbouwen. Eerst dan, wanneer alles, wat uitvloeisel is van den oorlog, vergaan en verteerd is, kan uit den met bloed en lij ken bemesten grond een nieuwe staat ver rijzen. Jij hebt een strijd o m Weenen willen voeren, mrar slechts een strijd t-e- gen Weenen gevoerd. Geef dat zieke orga nisme je geheele vermogen en het zal, in- plaats van gezond, nog zieker worden. Het zal je geld niet kunnen verteren en daar aan te gronde gaan. Doe goed aan den en keling, die je weg kruist, maar laat in het algemeen den dingen hun loop. Alles komt zooals het komen moet. Speel niet de Voor zienigheid, anders zal je meer schade aan richten dan zegen brengen om tenslotte misschien nog gekruisigd te worden." Ralph was door de woorden van den ouden heer Holub ten zeerste getroffen. Had deze hem eigenlijk niet heel in 't kort gezegd, wat hem zelf. reeds sinds weken onduidelijk voor den geest stond? Nu eerst drong het geheel tot hem door, dat het een grenzenlooze dwaasheid en een bewijs van zyn buitengewone pretentie was geweest den strijd om Weenen, om Oostenrijk te willen opnemen, alsof het een kleinigheid betrof en niet het gecompliceerd organis me dat uit zes millioen radertjes en veer tjes was samengesteld. In de provincie. De winter had met hernieuwde kracht ingezet en Ralph leerde op de gemeubileer de kamer van mevrouw Lunzer het genot van een Weensche kachel kennen, welks taak bestaat in het verslinden van ongeli miteerde hoeveelheden brandstof en het afgeven van zoo weinig mogelijk warmte. Waar hij tot dusver nooit anders dan cen trale verwarming gekend had, voelde hij zich bepaald onbehaaglijk en het liefst van al zou hij dan ook weer zijn intrek in een of ander hotel hebben genomen. Professor Holub, dien hij nu dagelijks ontmoette, gaf hem echter '11 goeden raad: „Als je geen kou wilt lijden, moet je er gens heen gaan, waar het nog veel kouder is dan in Weenen." „Wat moet dat nu beteekenen?" lachte Ralph, die steeds behagen schepte in de paradoxale opmerkingen van zijn achter oom. „Woordelijk dat, wat ik zeg. 's Winters is het slechts in ijskoude landen, zooals in Rusland, Zweden en Noorwegen, warm. In Italië loop je in Januari soms gewoon te bevriezen. Hoe dat komt? Eenvoudig, omdat ze in noordelijke landen weten, hoe men zich tegen de koude beschermen moet; zij hebben daar geweldige kachels, die dag en nacht gestookt worden. In Italië bestaan heelemaal geen kachels, omdat men daar den winter als een bagatel be handelt. En in Weenen, dat nog steeds niet precies weet, of het tot midden- Europa of tot den Balkan, tot Duitschland of tot Italië behoort, heeft men wel is waar kachels, maar alleen exemplaren die niet deugen. Als ik je een goeden raad mag geven, ga dan naar Tirol. Bind je een paar ski's onder de voeten, dat maakt een mensch flink warm en als je dan in de kamer komt, zul je eens zien hoe heerlijk gloeiend de kachel staat. Bovendien zal luchtverandering en wat sport je goed doen. Je begint er al zoo'n beetje als een cabaretridder uit te zien en dat staat je niet." Ralph bedacht zich niet lang, schafte zich een keurige winteruitrusting aan en de beste ski's, die in Weenen te krijgen waren en vertrok naar den Semmering, waar vele jaren geleden, toen zijn moeder nog een klein meisje was, slechts het hotel Stephanie gestaan had, maar waar nu een groot herstellingsoord en tal van andere hotels, café's en winkels verrezen waren. De Amerikaan nam kwartier in hotel Panhaus, dat al even luxueus was inge richt als andere soortgelijke inrichtingen. Ook hier omgaf hem weer het rijke, weel derige Weenen. Maar het was hem ook al spoedig duidelijk, hoe klein eigenlijk deze lering was van menschen, die zoo buiten- wone luxe ten toon spreidden. Hij meende van de gelegenheid gebruik te moeten maken de Oostenrijksche pro vinciesteden te leeren kennen en derhalve reisde hij van den Semmering naar Graz, ten tijde der monarchie de uitverkoren stad der gepensioneerde generaals en mi nisters, die er te zamen hokten, 's morgens in het park de musschen voerden, 's mid dags en 's avonds op goedkoope parket plaatsen in den schouwburg moorddadige critiek oefenden op spel en spelers. Nu was Graz een armzalige stad, bijna zoo duur als Weenen, bevolkt door een verbitterd menschenras, dat zich aan de veranderde omstandigheden met geen mo gelijkheid wist aan te passen. Graz droeg de lasten van de wereldstad, maar miste de voordeelen daarvan. Ralph beklom de ScMossberg, genoot van de fraaie ligging van deze aardige stad en nam den indruk mee, dat ook dit juweel niets van zijn kostbaarheid had ingeboet. De ondraaglijke toestanden mochten, het leven voor velen dan tot een kwelling maken de steenen bouwwerken bleven staan, de Mur ruischte nog steeds majes tueus door de stad en de bergen daarom heen zouden niet verdwijnen. Reeds na twee dagen werd Ralph zijn verblijf in Graz vergald. Een journalist had zijn naam in het vreemdelingenboek van het hotel gelezen, sloeg de Weensche bladen na en publiceerde toen het heele verhaal van O'Flanagan's missie en het onverwachte verlies van diens vermogen, om er ten slotte nog het volgende commen taar aan toe te voegen: „Zoo ontzettend slecht schijnt het Mister Ralph O'Flanagan overigens niet te gaan. Hij bewoont in Hotel Erzherzog Johann de duurste en beste appartementen en drinkt s' avonds bij zijn voortreffelijk sou per een flesehje champagne. Wellicht heeft de jonge Amerikaan thans ook de kunst geleerd met de lucht zaken te doen! Daar hij in Weenen veelal in die kringen ver keerde, welke men gewoonlijk met de „So ciety" aanduidt, zal het hem aan leermees ters wel niet ontbroken hebben." (Wordt vervol ad Het luchtschip .Hindenburg" kruiste ter gelegenheid van de Olympische Spelen te Berlijn boven de stad en het stadion. - De luchtreus boven een der versierde pleinen Berlijn in het teeken der Olympiade. Een der rijk met vlaggen versierde straten der Duitsche hoofdstad De Poolsche minister A. Roman, die in ons land vertoeft, bracht een bezoek aan de staatsmijn Maurits te Lutterade. - Bij het verlaten van een der gebouwen werd hij begroet door een groepje Polen in nationaal costuum De eedaflegging voor de Olympische Spelen 1936 te Berlijn. - Ismayr, Duitsch Olympisch kampioen 1932, legt den eed af. Rond het spreekgestoelte de leden van het I.O.C. Het nieuwe paleis-raadhuis te Tilburg is Zaterdag officieel geopend. Wethouder v. d. Mortel tijdens zijn rede Het Internationaal schaaktournool te Zandvoort werd ge wonnen door den Amerikaan Fine. De winnaar (links) wordt gelukgewenscht door dr. Euwe, die den tweeden prijs in het tournool behaalde De leider der landelijke rijvereeniging begroet den nieuwen burgemeester van Eibergen, den heer A. G. Delen, wiens installatie Zater- daa olaats vond

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1936 | | pagina 9