Onweer boven Helmond. De wederopbouw van Addis Abeba. Een groot gedeelte der verwoeste Abessijnsche hoofdstad is door de Italianen herbouwd. Als bouwmateriaal wordt thans hout gebruikt Een houten huis De toren voor de boringen naar zink- en loodertsen, welke Tijdens een hevig onweer sloeg Donderdag de bliksem in den 50 meter thans aan de Belgische grens nabij Vaals onder deskundige hoogen schoorsteen van de Ned. schroefboutenfabriek te Helmond, welke over leiding plaats hebben geheele lengte in tweeën werd gespleten. De eene helft bleef overeind staan terwijl de andere neerstortte en groote schade aanrichte aan de fabriek T.T.-aspiraties. Wat zouden ze er van denken, als ik met dit karretje ook eens naar Drente ging om een rondje mee te rijden?! Minister mr. J. A. de Wilde bracht Donderdagavond een be zoek aan het Postkantoor in het Centraal Station te Amster dam, waar hij het sorteeren der post en het inladen daarvan in de nachttreinen gadesloeg, en vervolgens in den postwagen van den nachttrein naar Zwolle meereisde Het clubgebouw van de Rotter- damsche Zeilver- eeniging is totaal afgebrand, waar door verscheidene wedstriidzeilers. gedupeerd zijn FEUILLETON DE STRIJD OM WEENEN Roman van HUGO BETTAUER. (Nadruk verboden). 18) Hilde bracht verslag uit over het succes der gebroeders Krause en vertelde met trots, dat haar salaris van één tot ander half millioen verhoogd was. „Veel is het niet, maar het zal wel gaan, als mama maar niet voortdurend klaagt en den hongerdood voor oogen heeft." Ralph beet zich op de lippen om het niet uit te schreeuwen van verbazing. Anderhalf millioen per maand om te leven, zich te kleeden, te wonen, voor ver lichting en brandstof! Op dit oogenblik trad een oude, ver waarloosd uitziende vrouw, een vuurroo- den doek over het grijze, ongekamde haar en moeizaam op een stok leunend, op hen toe. Ralph, die er langzamerhand aan ge wend was geraakt, dat men in Weenen elk uur van den dag door een bedelaar wordt aangeklampt, grabbelde reeds in zijn vest zak en wierp een biljet van duizend kro nen op tafel. De vrouw schudde echter het hoofd, liep tot vlak voor het tafeltje en fluisterde met een vreem accent: „Ik bedel niet, ik lees de toekomst uit de lijnen van de hand. Tweede gezicht zegt me, dat het van belang is om u de toe komst te voorspellen! Geef mij uw linker hand, meneer!" Ralph, geërgerd over deze storing, wil de een afwerende beweging maken, maar Hilde verzocht hem uitgelaten de oude haar gang te laten gaan. Hij voldeed natuurlijk aan haar verlan gen en stak de vrouw zijn linkerhand toe. Eenige minuten staarde zij zonder een woord te spreken in de palm, dan sloeg zij een kruis, maakte een buiging en begon: „Meneer is over het water gekomen. Vele dagen gereisd. Heeft geen vader en moeder meer. Maar moeder leeft nog in hem, heeft nog invloed op zijn wil, be heer scht zijn gedachten. Ik zie goud, goud, goud. Een berg van goud. Ik zie, hoe u dat goud terzijde schuift en door een don kere poort gaat. En nu juichen u honderd duizenden toe, nemen u op de schouders en roepen: „Leve de bevrijder!" Ik zie u hoog boven op een troon en volkeren, die zioh buigen aan uw voeten. Ik zie een heer aan uw zijde, een invloedrijk persoon uit een nabuurstaat. U loopt met hem voort, de menschen werpen u bloemen toe en roepen: „Hoera!" U wordt koning, neen, geen koning. Ik zie geen kroon en geen scepter. Maar ik zie u toch als heerscher. Een gouden keten draagt u om den hals De laatste woorden waren nauwelijks te verstaan. De oude vrouw gaf teekenen van uitputting. Ralph, die doodsbleek was ge worden, wilde zijn hand wegtrekken, maar zij hield hem vast, richtte zich weer op en mompelde: „Neemt u in acht voor de menschen! U wordt door valsche vrienden omringd, door menschen, die het op uw geld hebben ge munt. Geeft u him niets, niets! Doet u slechts wat die heer uit den nabuurstaat zegt. Volgt u hem blindelings, dan zal alles terecht komen!" Weer schenen de krachten haar te be geven, maar nu liet ze Ralph's hand los, om daarna zonder nog één woord te spre ken, weg te waggelen. Ralph wreef zich met beide handen over het voorhoofd. Waakte of droomde hij? Hoe kwam die oude aan dergelijke voor spellingen? Hoe kon zij wetenBe stonden er dan misschien toch dingen tus- schen hemel en aardie, die met het nuch tere verstand niet te doorgronden waren? Het vroolijke lachen van Hilde wekte hem uit zijn overpeinzingen. „Nu is die vrouw weggeloopen, zonder mij de toekomst te voorspellen! En zonder geld aan te nemen. Maar 't was toch nog al vermakelijk, wat? Hoe kon ze nu weten, dat je van de overzijde van den Oceaan kwam. En dat verhaal van dien invloed rijken persoon wie kan ze toch daarmee bedoelen! 't Is werkelijk merkwaardig! Ralph was geërgerd en zijn gedachten dwaalden af. Wat moest dat alles betee ken en? Hilde voelde, hoe hij haar ontgleed en drong er op aan om weg te gaan. Op hetzelfde oogenblik, dat zij afscheid namen, zat de oude vrouw in de werkka mer van den privé detective Bar to en zei in het Tsjechisch: „Ik heb m'n rol goed gespeeld: Hij was heelemaal onder den indruk Maar gemak kelijk was het niet; ik heb drie dagen in de Mariahilfenstrasse staan wachten vóór ik ze eindelijk bij elkaar zag." Een nieuw plan. Ralph had besloten een particulier se cretaris aan te stellen. Hij ontving dage lijks honderden epistels, voor het meer en- deel bedelbrieven van brutale lieden, die voortreffelijk de kunst verstonden adres sen op te sporen van menschen, die wel licht bereid zouden zijn hen financieel te steunen en het psychologische moment te vinden, waarop zij met hun gebedel moes ten beginnen om kans van slagen te heb ben. Den Amerikaan was het bepaald pijnlijk al die brieven te moeten lezen, maar hij was te veel man van eer om ze ongeopend in de papiermand te werpen. Het kon immers toch ook zijn en af en toe bleek dat inderdaad wel eens het geval dat iemand die werkelijk de wanhoop nabij was en wiens bestaan zich nog liet oprichten, bij hem om steun aanklopte. Zoo kwam het dat Ralph zich door Korn, den dichter, dramaticus, bohémien en goed- hartigsten man ter wereld, Egon Kriegel als secretaris liet recommandeeren, die in de morgenuren bij hem de post zou sortee ren om het kaf van het koren te schei den. Egon Kriegel was een van de werkwaar- digste menschen, die er bestaan. In een geweldig lichaam van een machtig volume stak de fijnste en teeederste kunstenaars ziel, boosaardige humor vereenigde zich met oneindige goedheid en een scherp, de dingen tot op den bodem ziend ver stand werd ondersteund door een veel om vattende, schier polyhistorische ontwikke ling. En dezelfde mane, die, om zijn brood te verdienen, in de dagbladen den clown moest spelen en gedwongen was zijn ori- gineelen geest in apercus voor de menigte te werpen, schreef een tragedie, die wel eerst na zijn dood als klassiek werk zou worden bewonderd en werkte aan filisofi- sche schrifturen, waarin de diepzinnigste gedachten tot uiting kwamen. Ralph mocht den clean shaven man, die er als een jongen van onnatuurlijke dimen sies uitzag, van het eerste oogenblik af, graag, temeer, wijl hij voelde, dat hij hem alles kon toevertrouwen. En zoo aarzelde hij dan ook niet hem in te lichten over het avontuur met de oude waarzegster, wier voorspellingen hem, hoewel hij er zich eigenlijk voor schaamde dat te erkennen, danig hadden aangegrepen. Egon Kriegel vulde voor de zesde maal zijn glas met de kostelijke whiskey, welke de directie van het hotel uitsluitend voor haar Amerikaanschen gast had laten aan rukken en dacht na. „Voorspellingen", zei hij ten slotte, „houd ik niet voor absoluut onmogelijk. Waarom zouden er geen lieden zijn, die op trillin gen en uitstralingen geheel anders en in- tensiver reageeren dan andere menschen. Wie aan vermoedens, aan telepatische nei gingen, aan schijnbaar ongegronde sym pathieën en antipathieën jegens bepaalde personen, liefde op het eerste gezicht en dergelijke dingen gelooft, die zich niet zuiver mechanisch laten verklaren, die zal't niet vn de hand kunnen wijzen, dat er menschen bestaan, die een blik werpen in datgene, wat wij valschelijk toekomst noe men. Alleen vermoed ik, dat zulke bege nadigde menschen niet Café Casa Piccola binnen zullen trekken om hun gave te de- monstreeren: de heele geschiedenis lijkt me trouwens nogal vrij plomp. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1936 | | pagina 8