DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
Nagedachtenis van Koningin-Moeder geëerd
Onthulling gedenkteekcn in het Rosarium te Den Haag
27ste Jaargang
DONDERDAG 4 JUNI 1936
No. 8435
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt brj vooruitbetaling:
Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal
By onze Agenten 20 cent per week S 2.60 per kwartaal
Franco per post 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, by
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent.
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 1
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be-
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en va-koop: S 0.50
Dit nummer bestaat uit
vier bladen.
V De hedendaagsche onder
schatting van het Geloof
De schat van ons Geloof. Mogen we een
héél ernstig woord neerschrijven? En wel
dit: dat God ons de genade sohenke, om
altijd in onze overtuiging levend
te houden, dat ons Geloof is in den volsten,
diepsten en rijksten zin een schat. Als
wij daarvan overtuigd zijn, zullen wij alle
winst en allé verlies in het leven bezien
en beoordeelen op een veel verhevener en
veel verstandiger wijze, dan zij, die de
schat van het Geloof niet bezitten....
Wij schrijven dit neer, niet om 'ns te
gaan „preeken" ova het Geloof, maar naar
aanleiding van actueele dingen, naar aan
leiding van wat a gedacht en geschreven
en gedaan wordt rondom ons op den dag
van heden.
In het jongste nummei' van de sociaal
democratische „Vooruit" lezen we:
De Haagsche briefschrijva van de
anti-revolutionnaire „Standaard" ver
telt van het zea verarmde gezin van
een waklooze, waarin hij geweest is
en waar hij, trots him ellende, toch
een schoon Godsvertrouwen vond. On
getwijfeld vaheffend, zulk een onge
broken geloof in de ergste druk, on
verschillig of het calvinistisch dan
wel socialistisch geloof is.
Dat is erg, ergerlijk! Het Geloof van den
geloovigen Protestant, het Geloof in God,
die een Vader is, in een Goddelijke Voor
zienigheid, in een eeuwig bestaan na dit
korte leven dit Geloof wordt gesteld op
één lijn met „socialistisch geloof', met het
vertrouwen in een sociaal en politiek stel
sel! Dat schrijnt tegen onze sterkste
overtuiging en tegen onze teederste gevoe
lens aan als een bonkige godslastering.
Wie zóó schrijft, wie zóó den geest van het
socialisme uitdrukt, bewijst meteen, dat
in die gedachten-sfeer, in die levens-be
schouwing de Christen, de Katholiek zijn
plaats niet kan vinden! Dat staat in die
paar woorden in-eens helderder en klaar
der vóór ons, dan in menige breede uit
eenzetting.
Dezelfde onderschatting van het Geloof
en over-schatting van een menschelijk stel
sel hindert en pijnigt 't kan niet anders
den geloovige telkens en telkens in
woorden èn in daden van de nationaal-so-
cialistische regeerders en leiders in Duitsch-
land. En, evenals in het socialisme, zoo is
ook in het nationaal-socialisme die onder
schatting van het geloof en over-schatting
van een menschelijk stelsel een gevolg van
dat stelsel zelf, van het beginsel en den
opzet, welke aan dat stelsel ten grond
slag liggen. Wij beweren niet, dat er geen
geloovige en godsdienstige socialisten en
geen geloovige en godsdienstige nationaal-
socialisten zijn. De 1 e e r van het socialisme
en van het nationaal-socialisme geeft aan
het Geloof, aan den Godsdienst niet de
plaats, welke de geloovige, de godsdiensti
ge mensoh daarvoor moet opeischen en
daarvoor natuurlijk ook van ganscher harte
wil opeischen!
Reisbelasting in ont
werp gewijzigd.
Tegemoetkoming aan
bezwaren.
De ernstige bezwaren, welke uit de
Tweede Kamer tegen het ontwerp-reisbe-
lasting zijn gerezen, hebben de regeering
aanleiding gegeven een aantal belangrijke
wijzigingen in het ontwerp aan te bren
gen. Deze zijn:
Het tarief van 75 cent vervalt; de belas-
De wereld
in vogelvlucht
De stakingsbeweging in Frankrijk breidt
zich uit als een epidemische ziekte, waar
door de heele Fransche industrie dreigt te
worden aangetast. Het is begonnen in de
metaal-industrie, bij de groote autofabrie-
ken van Renault en Citroën en bij de vlieg
tuigfabrieken in dc omgeving van Parijs.
Daar hebben de stakende arbeiders hun
zin gekregen en nu gaat iedereen het pro-
beeren. Overal worden de fabrieken be
zet, ook in de provincie.
Te Rouaan wordt in de meeste groote
chemische fabrieken St. Gobain, Male-
tra, Kulman gestaakt. De arbeiders heb
ben ten deele eischen gesteld, die soms op-
loopen tot loonsverhooging met niet min
der dan 50 procent. In de meeste gevallen
hebben de arbeiders de fabrieken bezet en
verklaard, dat zij niet eerder daaruit zou
den vertrekken, dan wanneer hun eischen
ingewilligd zijn. De textielindustrie in Rijs-
sel is sinds gisteren in grooten omvang
door de stakingsbeweging aangetast. In
een meubelfabriek eischen de arbeiders 35
procent loonsverhooging. Ook de groote
staalfabrieken Forges et Actières de Denain
et Anzin, die 3700 arbeiders in dienst heb
ben, liggen sinds gistermiddag stil. De lei
ding dezer fabrieken heeft ter bestudee
ring van de eischen der arbeiders een be
denktijd van 24 uur gevraagd. De stakings
leiding heeft hierop doen weten, dat wan
neer de arbeiders niet zonder verwijl ge
noegdoening krijgen zouden, zij de hoog
ovens zouden laten dooven.
De Fransche regeering, die tot nu toe de
ontwikkeling van de beweging lijdelijk
heeft aangezien, begint zich nu ongerust
te voelen daar ook de overheidsbedrijven
worden aangetast. Zoo is de stakingsbacil
reeds doorgedrongen tot Nanterre, waar in
de gasbedrijven wordt gestaakt. De gede
tineerden te Parijs worden niet meer door
de gewone chauffeurs vervoerd, het kran
ten-vervoer is gestagneerd.
Hedenavond zou de nieuwe regeering
van den socialistenleider Blum worden ge
formeerd. Het opknappen van deze sta
kingsbeweging zal de eerste moeilijkheid
zijn, waarmede de nieuwe regeering zal
•hebben te kampen. Dat de overheid meer
energiek zal moeten optreden, wordt hoe
langer hoe duidelijker, want stakingen in
de overheidsbedrijven zijn ontoelaatbaar,
evenals het bezet houden van de fabrie
ken een onduldbare aantasting van het
eigendomsrecht is.
tirig zal dus worden 50 cent per dag ge
durende de eerste twaalf dagen en vervol
gens een gulden per dag.
Een maximumtarief van 24 gulden
wordt ingevoerd voor:
a. zakenreizen (reizen „ondernomen uit
sluitend uit hoofde van een beroep of een
bedrijf");
b. gezondheidsreizen. Ook begeleiders
en verplegers behoeven slechts het maxi
mum te betalen;
c. reizen voor familiebezoek.
Duren deze reizen dus langer dan dertig
dagen, dan is voor dien verderen duur
geen belasting verschuldigd. Studiereizen
van kunstenaars e.d. zullen in vele geval
len als beroepsreizen kunnen worden be
schouwd.
De bepaling omtrent vrijstelling voor
reizen aan boord van een Nederlandsch
zeeschip, wordt teruggenomen.
De minister is bereid, onder nader te
stellen voorwaarden een vrijstelling in de
wet op te nemen, zoowel voor het verblijf
in de overzeesche gebiedsdeelen als voor
den normalen duur van de rechtstreek-
sche uit- en thuisreis.
Ook worden vrijgesteld: reizen van
openbare en consulaire ambtenaren, als
mede voor personen die voor de regeering
conferenties in het buitenland bijwonen.
Ten behoeve van het gezin komt de me
morie op vier punten aan bezwaren tege
moet:
1. Vermindering van het tarief tot de
helft voor jeugdreizen, georganiseerd door
bepaalde vereenigingen;
2. Een maximumtarief van 12 voor rei
zen ten behoeve van studie voor universi
taire, middelbare en daarmee gelijk te
stellen examens.
3. Het afzonderlijk tarief voor kinderen
van grensbewoners, die 10 verschuldigd
zouden zijn, vervalt.
4. Verlaging van d$ tarieven voor grens
bewoners, in het bijzonder voor gehuwden.
De Koningin sprak een hartelijk dankwoord
Onder overgroote belangstelling van
autoriteiten en publiek heeft hedenmiddag
in het Rosarium aan het Jozef Israëlsplein
te 's-Gravenhage, in tegenwoordigheid
van de Koninklijke familie en haar vor
stelijke gasten, de plechtige onthulling
plaats gehad van het gedenkteeken, ont
worpen en vervaardigd op initiatief van
de Vereeniging voor Handel, Nijverheid
en Gemeentebelangen te 's-Gravenhage,
door den beeldhouwer Toon Dupuis en
den bouwmeester Co Brandes.
Tegenover het te onthullen gedenktee
ken, aan het einde van een breed gazon,
was een eenvoudig paviljoen opgericht
volgens ontwerp van den heer Co Bran
des. Dit paviljoen was uitsluitend bestemd
voor Koningin en Prinses met de negen
vorstelijke gasten en ongeveer 54 dames
en heeren van de hofhouding van H. M.
de Koningin en de gewezen hofhouding
van H. M. de Koningin-Moeder.
Rechts van het paviljoen, tusschen dit
gebouw en het monument hadden ver
scheidene regeeringsautoriteiten, benevens
andere hooge genoodigden, plaats geno
men. Onmiddellijk links van het paviljoen
was gezeten het volledige eerecomité,
waarvan o.m. de Minister-President dr. H.
Colijn en de Minister van Binnenlandsche
Zaken, mr. J. A. de Wilde, deel uitmaak
ten. Onder de genoodigden waren voorts
de andere Ministers.
In de richting van het monument zaten
vervolgens de vertegenwoordigers van
280 vereenigingen, die hebben medege
werkt om het gedenkteeken tot stand te
brengen. Ter hoogte van dit laatste, aan
de rechterzijde, was gezeten het hof-per
soneel van H. M. de Koningin en wijlen
H. M. de Koningin-Moeder. Benevens
stond daar opgesteld de Koninklijke Mi
litaire Kapel, onder leiding van den di
recteur, Kapitein C. L. Walther Boer. Het
koor der afdeeling 's-Gravenhage der
Maatschappij tot Bevordering der Toon
kunst, dat eenige liederen ten gehoore
zou brengen, stond ter andere zijde van
het monument opgesteld onder leiding van
dr. Johan Wagenaar.
Zoo had ieder de voor hem of haar be
stemde plaats ingenomen, toen precies
half 3 bazuingeschal de komst der vorste
lijke gasten aankondigde. Koningin en
Prinses hadden met de familieleden van
wijlen Koningin Emma ten paleize Noord
einde het noenmaal gebruikt en waren
om 10 minuten voor half drie in een ne
gental auto's, waarvan vier voor het ge
volg der Koningin bestemd, langs het
Voorhout, de Maliebaan en het" Haagsche
Bosch en door de Jozef Israëlslaan naar
het Rosarium gereden, aan den ingang
waarvan het comité voor de ontvangst ge
reed stond.
waarvan het comité voor
de ontvangst gereed stond.
De koninklijke familie
en haar gasten begaven
zich vervolgens naar het
paviljoen, waarin, zooals
reeds gezegd, tevens de le
den der hofhoudingen
plaats namen.
Rede
K. I. B. A. de Coster.
De voorzitter van het co
mité, de heer K. I. B. A.
de Coster, nam het eerst
het woord, allereerst de
eerbiedige dankbaarheid
van het comité vertolkend
voor de aanwezigheid der
vorstelijke personen.
Spr. gaf vervolgens een
overzicht van de tot stand-
koming van dit monument
en wees erop, dat de druk
der tijden het niet wen-
schelijk deed achten een
nationaal monument te
stichten, zóó aanzienlijk en
zóó kostbaar, als in over
eenstemming zou zijn met
de groote dankbaarheid,
dat het geheele Nederland-
sche volk aan de hooge
overledene is verschuldigd.
Dat kostbare gedenktee
ken moge aldus spr.
de Koningin-Moeder, die
vrouwe zonder vijand,
reeds lang te voren zich
zelf hebben opgericht in de
harten van al onze land-
genooten, de burgers van
's-Gravenhage wisten, dat zij in 't bijzon
der een eereplicht hadden te vervullen.
Die eereplicht drong ons ertoe, hier in
haar eigen woonstad voor haar een ge
denkteeken te stichten, tot stand gebracht
uitsluitend door haar eigen stadgenooten.
Niet minder dan 300 Haagsche organisa
ties en vereenigingen, uit de meest uiteen-
loopende kringen, namen de inzameling
ter hand.
Herdenkingswoord Jhr. v. Karnebeek.
Hierop voerde de Minister van Staat,
Jhr. mr. dr. H. A. van Karnebeek, Com
missaris der Koningin in Zuid-Holland,
het woord als beschermheer van het eere
comité. Hij zeide, dat de tegenwoordigheid
van Koningin en Prinses en de vorstelijke
verwanten, die tot de Koningin-Moeder
in nauwe betrekking hebben gestaan, wel
een zeer sprekend licht werpt op den die
peren zin van deze plechtigheid. Toen, na
haar heengaan, nu twee jaar geleden, dui
zenden en tienduizenden eerbiedig en diep
bewogen in eindeloozen gang, zwijgend
aan haar baar voorbij geschreden zijn, is
wel zeer duidelijk gebleken, welk een
plaats in het hart der bevolking zij had in
genomen. Spr. schetste het leven van Ko
ningin Emma en vroeg zich af, hoe het ons
vaderland zou zijn vergaan, indien deze
vorstin destijds niet tot ons gekomen ware,
dan wel op andere wijze haar roeping had
vervuld. In de vereering, die haar werd
toegedragen, kwam nimmer verandering.
Thans behoort dit rijke leven tot het ver
leden, maar aldus spr. hier en over
zee klinkt van dit leven de stem nog na
met teederen klank in de harten van mil-
lioenen.
Alvorens tot de onthulling van het ge
denkteeken over te gaan, hield H. M. de
Koningin de volgende rede.
REDE VAN H. M. DE KONINGIN.
Op dezen voor my weemoedigen en toch
zoo gelukkigen dag wensch ik u, mijnheer
de voorzitter van het comité tot oprichting
van dit gedenkteeken, de verzekering te
geven, dat ik diep getroffen ben door den,
na het overlijden mijner geliefde Moeder,
algemeen bij de Haagsche burgerij opge
komen wensch de herinnering levendig te
houden aan Haar persoon door de oprich
ting van een gedenkteeken, dat Haar ge
heel weergeeft, zooals Zij bij Haar volk
hekend en geliefd was, gelijk u zooeven
heeft gezegd.
Niet minder getroffen ben ik door de
eendrachtige wijze, waarop alle kringen
hun steun en medewerking daartoe gaven.
Dank zij de onvermoeide ijver en toewij
ding van het comité zullen, straks, als het
doek gevallen is, de trekken, die ons allen
bekend en lief waren, als levend voor ons
staan.
De gevoelvolle woorden, waarin u, zoo
wel de genegenheid mijner Moeder en
Hare onverflauwde belangstelling voor al
len en alles, wat Den Haag betrof, ge
schetst heeft, als de aanhankelijkheid en
vereering van de ingezetenen der residen
tie voor Haar persoon heeft vertolkt, als
mede de wijze, waarop u gewezen heeft
op de hechte banden, die tusschen Haar
en de stad, die meer dan vijftig jaren de
stad harer inwoning geweest is, zijn onge
twijfeld de juiste weergave van hetgeen
in de harten leeft.
Onze bloedverwanten, die door hunne
aanwezigheid op dit plechtig oogenblik ge
tuigenis afleggen van him medeleven met
mijn volk, met mijne dochter en met mij,
stellen de oprichting en wijze, waarop dit
monument tot stand gekomen is, even
eens op hoogen prijs.
De beschermheer van het eere-comité
heeft zooeven op schoone en welsprekende
wijze voor onzen geest teruggeroepen, het
geen mijne Moeder voor ons volk zoowel
in het moederland als in de overzeesche
gewesten geweest is gedurende Haar lang
en gezegend leven, en de veelzijdige ga
ven van hart en van verstand, welke Zij
bij de vervulling van Haar meer dan eens
gewijzigde taak in zoo ruime mate ont
plooid heeft. Van ganscher harte vereenig
ik mij met den wensch, waarmede hij
zijne rede besloten heeft, dat juist in deze
moeilijke tijden Haar vaderlandsliefde,
plichtsbetrachting en naastenliefde, Haar
groote opvatting van het leven, ons allen
moge blijven bezielen.
Gaarne geef ik thans gevolg aan uw
verzoek, mijnheer de voorzitter, om het
gedenkteeken te onthullen.
De onthulling.
Hierna drukte H. M. op een knop, waar
op de Koninklijke Militaire Kapel de ont-
hullingsmuziek inzette, welke bestond uit
het Volkslied van Waldeck.
Een 6-tal Haagsche meisjes uit verschil
lende kringen, zorgde er voor, dat het mo
nument zichtbaar werd.
Na dit ontroerend moment zongen alle
aanwezigen uit volle borst het Wilhelmus.
Koningin en Prinses, de vorstelijke ver
wanten en vervolgens de verdere aanwe
zigen hebben hierna het gedenkteeken be
zichtigd, waarna onderscheidene kransen
werden gelegd, o.a. namens de Koningin,
de verwanten, de hofhouding, het personeel
van wijlen Koningin Emma en de Neder-
landsche Regeering.
Gedurende de plechtigheid heeft het
Toonkunstkoor onder leiding van dr. Wa
genaar eenige liederen gezongen.
De burgemeester aanvaardt het
monument.
De burgemeester van den Haag, mr. o.
J. R. de Monchy, heeft ten slotte het mo
nument namens de Haagsche burgerij aan
vaard. Hij zeide, dat ook zonder dit mo
nument 's-Gravenhage niet spoedig Ko
ningin Emma zou hebben vergeten. Daar
voor was de liefde, die uit alle kringen
der stad naar haar uitging, te oprecht en
te algemeen.
De vertegenwoordigers der vereenigin
gen kregen vervolgens gelegenheid, even
eens een krans te leggen.
Nadat de koninklijke personen en haar
gasten waren vertrokken, was er voor alle
verdere aanwezigen gelegenheid, het ge
denkteeken te bezichtigen. Na afloop hier
van trok de Haagsche burgerij, die in
grooten getale was toegestroomd, eerbie
dig langs deze groote aanwinst voor de
koninklijke residentie, een aanwinst, waar
naar zoo sterk verlangd was, een fraai
monument ter nagedachtenis van H. M. de
Koningin-Moeder.
De plechtigheid werd uitgezonden door
A.V.R.O. en N.C.R.V.