DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
27ste Jaargang
DINSDAG 28 APRIL 1936
No. 8465
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling:
Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week f 2.60 per kwartaal
Franco per post f 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel
Voor Ingezonden Mededeel in gen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be-
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkoop: S 0.50
Dit nummer bestaat uit
vier bladen.
V Oudere arbeidskrachten
er uit!
Van zeer actueele beteekenis is gewor
den het vraagstuk van de vervanging van
oudere krachten door jeugdige, om daar
door goedkooper te produceeren.
Actueel is dit vraagstuk geworden door
het nu opgeschorte ontslag aan een
groot aantal volwassen arbeiders, om deze
te vervangen door jeugdige wer'der achten,
aan de Kwatta-fabrieken.
Men mag daarvan genoemde fabriek geen
verwijt maken. De directie is tot genoem
de maatregel gekomen na lang aarzelen,
lang onderhandelen en met grooten tegen
zin.
Het haar dringende motief was, dat con-
curreerende fabrieken met 70 pet. jongens
en meisjes arbeiden, terwijl bij Kwatta dit
percentage 15 bedroeg, waardoor eerstbe
doelde fabrieken in den ooncurrentie-strijd
hun chocolade en biscuit goedkooper kun
nen produceeren en goedkooper onder de
consumenten brengen.
Het kwaad om een groot percentage ar
beidskrachten wisselend te doen zijn, n.l.
te vervangen door jongere, zoo gauw die
arbeidskrachten b.v. den leeftijd van twin
tig jaar bereiken, is funest voor de ge-
heele gemeenschap.
Natuurlijk in een onderneming kan
een bepaald percentage jongere arbeids
krachten werken, nog onvolwaardig, en 't
is volstrekt geen ongezonde oeconomie, om
deze, als zij een zekeren leeftijd hebben be
reikt, door and re te vervangen; al kunnen
andere dan oeconomische redenen onder
bepaalde omstandigheden nopen, daarvan
af te zien. Dezulken behoeven niet in de
onderneming te blijven „hangen". Maar
ongezond is 't, als het werken met jonge
arbeidskrachten een systeem wordt, waar
op een onderneming is gebaseerd; als er
in een fabriek in de chocolade en biscuits
branche de overgroote meerderheid der ar
beiders door jeugdige arbeidskrachten
wordt gevormd.
Als dit noodzakelijk is, om een onder
neming in het leven te houden, is 't be
droevend.
Maar alles moet worden gedaan, om die
droeve noodzakelijkheid te keeren. Een
bedrijfsordening, die dergelijke wantoe
standen in een bedrijf uitsnijdt en voor
komt, is hoogst gewenscht en hoogst' nood
zakelijk.
En, om tot een dergelijke ordening te
geraken, zal de Regeering zeker stimuilee-
rend en krachtig stimuleerend
moeten optreden. Overal, waar de behoef
te daaraan in 't oog springt en om voor
zieningen roept zooals nu, tengevolge
van wat aan de Kwatta-fabrieken drei
gend is, in de chocolade- en biscuitsbranche.
De opvatting van de liberale oeconomie,
dat de vrije onderlinge concurrentie
den toestand wel saneer en zal, is, zooals in
het besproken geval zonneklaar blijkt, uit
den booze.
Uit den booze, ook zelfs al beschouwt
men de oeconomie los van de moraal; al staat
men op het „zaken zijn zak«n"-stand-
punt. Maar meer en veel meer nog, als
men denkt en redeneert in het licht van
wat Christelijke beginselen eischen!
Als men op het standpunt gaat staan:
oudere arbeidskrachten (d.w.z. boven de
20) er uit dan wordt de chaos nóg groo-
ter en nóg droeviger! De regeerders
mogenwaakzaamzijn!
LEEST DE ADVERTENTIES
IN ÜW DAGBLAD.
Terugkeer naar het
volmaakt vrouwelijke
Bij de uitgeversmaatschappij Sijthoff te
Leiden is verschenen een boek, getiteld:
Audifilia. Een opwekking tot terugkeer
naar het volmaakt vrouwelijke, door mr. C.
L. Torley Duwel, met een inleiding van dr.
Jac. de Vreese S.J.
Het werk telt 40 bladzijden druks. De be
doeling van schrijver en inleider is, te be-
toogan, dat man en vrouw ieder de eigen
en geëigende plaats hebben in de samen
leving, dat met deze waarheid rekening
moet worden gehouden bij het onderwijs en
bij de opvoeding, wat in vele geval
len niet of niet voldoende ge
schiedt.
De schrijver stelt deze waarheid, in eigen
woorden en in citaten van anderen, kern
achtig voor en legt feiten bloot uit de hui
dige samenleving, die een dringenden roep
om terugkeer naar het „volmaakt vrouwe
lijke" alleszins wettigen en hoogst
noodzakelijk maken. De samenleving
verliest zoo ontzaglijk veel bij het verloren
gaan van dat .volmaakt vrouwelijke!
Van de 40 bladzijden druks beslaat de in
leiding van pater de Vreese er 9.
Wij willen ons gaarne veroorloven en
kele passages te citeeren uit deze ook zoo
lezenswaardige inleiding:
„Voor de opvoeding van de jonge vrouw
en van het meisje zijn wij sinds jaren wan
hopig den draad kwijt.
We hebben véél te veel onderwijs in Ne
derland, en véél te weinig opvoeding. We
hebben te veel vakken in Nederland; en
te weinig vorming. We hébben door al het
voorbereiden op examens geen tijd tot voor
bereiding op het leven.
Dit wreekt zich langs de heele lijn! Maar
heel bijzonder bij de vorming van het
meisje.
Men schijnt tegenwoordig den tekst uit
het Boek der Spreuken: „Mulierem
fortem quis inveniet" (Wie een
sterke vrouw ontmoet), letterlijk over den
voorraad van spoersterkte te verstaan.
Dit is humoristisch van eenzijdigheid.
Maar het is tragisch tevens. In werkelijk
heid staat het daar anders. Er volgen o.a.
de woorden: „Manum suam misit ad
fortia: Zij slaat haar handen aan groote
dingen;en hare vingeren grijpen het
spinrokken"
Ook de sterke Romeinen verstonden
het anders, als zij een vrouw wilden prij
zen. De eervolste grafspreuk is wellicht die,
welke de hoogadellijke Caecilius Metellus
voor zijn vrouw liet beitelen; zoo kort,
maar zoo prachtig: Domi mansit; lanam
fecit .(Zij bleef thuis en bewerkte de wol).
Dit stemt zeer opvallend overeen met de
beschrijving in Spreuken,' Hfdst. 31, waar
de lofrede op de sterke vrouw aldus door
gaat: „Quaesivit lanam et linum; zij schaf
te zich wol en vlas aan en werkte met het
overleg harer handen". Tegenwoordig zou
het heeten:„en hare vingeren grijpen
het stuurwiel"; en „het overleg harer han
den" zou alleen nog slaan op het hanteeren
van racket of van hockey-stick.
Maar dan zou er met deze lofprijzing
heelemaal niet iets specifiek vrouwelijks
genoemd zijn. En een vrouw verdient toch
eigenlijk maar lof als zij in het specifiek
vrouwelijke uitmunt.
Welnu: het specifiek vrouwelijke raakt
steeds meer verloren. Wat erger is: het spe
cifiek vrouwelijke wordt systematisch ver
stikt.
We hadden eindelijk een sohool-type, dat
heel bijzonder was ingesteld op den aard
van het meisje, de Middelbare Meisjes
school n.l., waarvan het program gunstig
aansloot bij het vrouwelijke karakter en
plaats liet voor werkelijk vormend on
derwijs. Had het daar nu eens bij mogen
blijven. Maar hoe zou het ook kunnen in
Nederland? Dus ook dit frissohe, jonge,
levensvolle moest weer verschraald en
verschroeid worden met een nieuw roos
ter. Het program moest verrijkt worden
met meer wiskunde-urem, met natuur- en
scheikune. Dit H.B.S.-import, dat al eerst
ons gymnasiumprogram radicaal heeft be
dorven, moest ook dit eigen, vrije, vrou
welijke program weer nivelleeren tot het
cliché, waarvan iedere Nederlander, die la
ter ontwikkeld wil heeten, een afdruk moet
zijn. En aan het al of niet aanvaarden van
deze wijziging werd het voorrecht van re-
geeringserkenning verbonden. De eenige
meisjesschool in het land, die den blijden
moed had voor dit voorrecht te passen en
haar program onaangetast te laten, moest
helaas wijken voor den drang van de
ouders, die meer hechten aan een diplo
ma, dan aan innerlijke waarde. Zoover zijn
wij gevaren.
Met luide instemming juich ik dan ook
toe de poging, die in deze brochure gedaan
wordt, om te alarmeeren tegen het steeds
verder afdwalen van de volmaakte vrouwe
lijkheid".
„Aangezien de taak van de vrouw bij
uitnemendheid een gezinstaak is, zal haar
opleiding meer centraal en concentrisch
moeten zijn, dan veelzijdig en diffusief; en
véél meer in de diepte, dan in de breedte.
Bovenal: het gaat bij het meisje meer om
de vorming van het gemoed, dan om het
scherpen van den geest; meer om het
doen ingroeien van waardeeringen, dan om
het verzamelen van kennis; meer om het
aanleeren van vaardigheden, dan om het
opstapelen van wetenschap. Het heden ten
dage in Nederland zoo schromelijk vergeten
principe van alle onderwijs: non multa,
sed multum, geldt in de tiende macht voor
de vorming van de vrouw en van het
meisje.
En het „multa", dat al zoo overvoerd is
by de opleiding van den jongen, is overge
slagen op het meisje waar gejaagdheid nog
veel nadeeliger werkt; omdat voor de mooie
uitbloei van het meisjeskarakter vóór alles
een sfeer van rust noodig is. Veel meisjes
lezen onnoemelijk veel boeken tegenwoor
dig; maar de kunst van een boek te lezen
leeren zij nooit. En het kostbaar geheim
van het „multum", dat alléén maar verrijkt,
ontgaat haar volkomen.
Men had toch eigenlijk van onzen rusti-
gen, soli eden Nederlandsohen volksaard
mogen verwachten, dat wij nooit het op
pervlakkige waardelooze multa zouden in
ruilen voor het alleen kostbare multum.
Daarheen moet het terug. Want het gaat,
om het zoo kort mogelijk te zeggen, om
het enorme verschil wat er ten allen tijde
blijft gelegen tussohen louter weten; en
Wij bevelen dit boekje gaarne ter lezing
aan, aan ontwikkelden. (Jammer dat geen
enkele citaat uit andere talen, ook niet
een der korte Latijnsche aanhalingen, ver
taald is).
Alileen deze opmerking: Dat er ouders
zijn, die „meer hechten aan een diploma,
dan aan innerlijke waarde", is in vele ge
vallen, droeve noodzaak! En, bovendien,
hoewel wij ook geen bewonderaars zijn van
het alleen-zaligmakende der diploma's
wij schreven er onlangs over er is toch
niet bepaald een tegenstelling tus-
schen „diploma" en „innerlijke waarde"
zooals uit de woorden van pater dr. de
Vreese natuurlijk tegen dienst bedoe
ling zou kunnen worden geconstateerd!
„Diploma" en „innerlijke waarde" gaan ook
vaak samen gelukkig!
Dat door den schrijver hier en daar
als hij schrijft over het meisje en de univer
sitaire studie wat „dik" wordt betoogd,
is als reactie verklaarbaar en vergeeflijk.
Van postduif tot
verretikker
Een oud-journalist schrijft ons:
Wat dat nu weer voor een ding is, die
verretikker?
Wel, niets anders dan de „telex"
Ja, zoover zijn we nu al gekomen, dat
zoo'n vreemd, eigenlijk nietszeggend woord
door ieder begrepen wordt zoo niet, dan
doet men toch graag alsof terwijl een
duidelijk Nederlandsch woord niet alleen
een vraag uitlokt, maar den vrager ook
doet denken: waar haalt ie dat nu weer
vandaan?
Minister De Wilde heeft bij de opening
van den telex-dienst een mooie gelegenheid
verzuimd om het woord verretikker in de
plaats van dien vreemdeling te schuiven.
Ik heb dan by „De Leidsohe Courant"
dien verretikker zien werken en ik moet
zeggen: 't is verbluffend. Men ziet daar
een gewone schrijfmachine, waarvan niet
alleen de toetsen vanzelf en snel him werk
doen, maar ook de wagen vanzelf terugloopt,
terwijl het papier onverstoorbaar naar bo
ven schiet. Geen redactioneele luistervink
meer noodig, zooals bij den afgeschaften
radio-dienst. Men gaat eenvoudig af en toe
eens kijken, wat er nu weer overgetikt is.
En den vindt men de kopy persklaar, soms
zelfs meer dan men gebruiken kan.
Naar dat wonder toestel kijkend het
mechaniek is voorzichtigheidshalve met een
kastje om timmer d, waarin een glasplaat
dacht ik onwillekeurig terug aan den tijd,
toen ik met postduiven op stap ging om
een verslag te verzenden, 't Was bij de
vloot-revue op 't Hollandsch Diep gehouden
in de dagen der Inhuldiging onzer Konin
gin. Op het einde der vorige eeuw dus.
Telegraaf en telefoon waren er toen na-
De wereld
in vogelvlucht
Van het Abessijnsche front valt vandaag
weinig nieuws te melden. Er wordt gewag
gemaakt van schermutselingen ten Zuiden
van Dessie en van grootere gevechten aan
het Somali-front. Volgens de Abessijnen
zouden de Italianen daar op sterken tegen
stand stuiten en zou Sassa Baneh nog altijd
niet zijn ingenomen.
Deze tijdelijke luwte in de berichten
stroom uit Afrika geeft nu gelegenheid we
derom meer aandacht te wijden aan de ge
beurtenissen in Europa.
Zoo heeft generaal Göring er wederom
een nieuw baantje bij gekregen (van cu
mulatie gesproken!Hij is economisch
dictator in Duitschland geworden, want hij
heeft thans de controle op alle uitgaven.
De president van de Rijksbank dr. Schacht,
die hoewel geen Nazi-man, toch feitelijk de
economische dictator van Duitschland was,
is door deze functie van Göring naar het
tweede plan geschoven. Of hij ook feitelijk
op den achtergrond is geraakt, staat nog
te bezien, want Schacht is de eenige man
in Duitsohland, die de moeilijke situatie der
Duitsche financiën beheerschen kan. Men
meent, dat de nieuwe macht van Göring
verleend is geheel volgens de wenschen van
dr. Schacht. Deze laatste zou het n.l. nood
zakelijk vinden om eenige impopulaire
maatregelen te nemen ten einde een deva
luatie van de Mark te voorkomen en hij
zou als met-partijlid het noodige overwicht
op de massa missen om deze door te zet
ten. Vandaar dat hij gedekt wil zijn door
de breede rug van Goring.
Men leidt daaruit af, dat Berlijn in elk
geval een devaluatie wil voorkomen.
Hoe het na de verkiezingen met de Fran-
sche franc zal gaan, is nog altijd twijfelach
tig. Het eenige wat de verkiezingen waar
schijnlijk zullen opleveren is een Kamer,
waarmede nog slechter te handelen zal zijn
dan met de oude.
Degenen, die de meeste winst hebben
kunnen boeken, zijn de communisten ge
weest. Wanneer de verwachtingen van de
herkiezingen op Zondag a.s. vervuld wor
den, keeren zij in de nieuwe Kamer terug
met 30 a 40 man in plaats van de 12 man
in de oude Kamer. Dat ziet er niet fraai uit
voor Frankrijk, dat alsdan een tijdperk van
groote onrust tegemoet gaat.
tuunlijk al, doch wat had men daaraan op
die groote watervlakte bij den Moerdijk?
Marconisten moesten nog geboren worden,
zoodat van het schip, waarop de pers voer,
de kopy met een roeibootje naar het tele
graafkantoor te Willemstad moest worden
gebracht, wilde het verslag nog in het
avondblad kunnen komen.
Ik had echter geen roeibootje noodig.
Mijn 12 postduiven brachten achtereenvol
gens mijn verslag, aan haar pootjes gebon
den, „veilig, vlug en goedkoop" naar haar
baas, bij wien de loopknecht van de krant
het kwam afhalen. En dat 's prachtig ge
gaan!
Zoo iets is nu volkomen uit den tijd,
meent u?
Och kom! Op ieder willekeurig schip, dat
„geen radio aan boord" heeft,, kan een post
duif nog goede diensten bewijzen. En als
de Duitsche gezant in Egypte op zijn
woestijntocht zoo'n dierjte bij zich had ge
had, wat zou men hem „veilig, vlug en
goedkoop" gevonden hebben
Neen, we behoeven de postduif nog niet
af te schrijven.
VOORNAAMSTE NIEUWS
BINNENLAND
VOLKENKUNDIG MISSIE-MUSEUM.
Te Tilburg geopend.
Gisteren om half vier werd in tegenwoor
digheid van den Bisschop van s'-Hertogen-
bosch, den Commissaris der Koningin en
de leden van Ged. Staten van N.-Brabant,
het dagelijksch bestuur der gemeente,
eenige Eerste Kamerleden, tal van raads
leden, het bestuur van het Natuurhistorisch
Museum, vertegenwoordigers van verschil
lende Katholieke missie-congregaties, en
een groote groep onderwijs-autoriteiten,
het Nederlandsch Volkenkundig Missiemu
seum officieel in gebruik genomen. Het mu
seum is gevestigd in het vroegere inten
dantshuis, van het voormalig paleis van
Koning Willem II, waarin verleden jaar
reeds aan het Natuur-Historisch Museum
huisvesting is verleend. Nadat de Bisschop
van 's-Hertogenbosch, mgr. Diepen, het
BUITENLAND.
Heden is koning Foead van Egypte over
leden. (2de blad).
Gevecht ten Zuiden van Dessie; een op
roep aan de wereldpers en een brief aan
Herriot van de 17-jarige dochter van den
Negus. (2de blad).
Göring economisch dictator geworden in
Duitschland. (2de blad).
De Fransche Kamerverkiezingen. (2de
blad).
BINNENLAND.
De Nederlandsche Ambulance in Abes-
sinië (1ste blad.)
Er is een Nederlandsche kampeer-cen-
trale opgericht. (1ste blad).
Amsterdam krijgt een luchtvaartgarni
zoen. (Luchtv., 2de blad).
Eenige wijzigingen in de treinenloop bij
de invoering van den zomerdienst. Het
nieuwe spoorboekje zal 9 Mei verkrijgbaar
zijn. (2de blad).
Aftreden van den Haagschen Wethouder
ir. Feber (R. K. Staatspartij) als Tweede
Kamerlid. Diens opvolger. (1ste blad).
museum had ingezegend, vond in de raads
zaal de openings-bijeenkomst plaats.
De voorzitter der stichting, de hoogeerw.
heer J. F. M. Sanders, deken van Tilburg,
heette hier de verschillende dignitarissen
welkom. De burgemeester van Tilburg, mr.
dr. F. Vonk de Both, gaf uiting aan zijn
voldoening over de vestiging van deze be
langrijke cultureele instelling te Tilburg.
Nadat ook de Commissaris der Koningin,
jhr. mr. dr. A. van Rijckevorsel het woord
had gevoerd, dankte de heer Sanders allen
voor de betoonde belangstelling en de mis
siecongregaties en particulieren voor de
schenkingen, die thans reeds de stichting
van dit museum hebben mogelijk gemaakt
en beval voorts de stichting en het museum
aan in de belangstelling van de bevolking.
Het Museum en zijn inhoud.
Vier zalen in. het voormalig Intendants-
huis van het koninklijk paleis zijn door de
gemeente Tilburg afgestaan voor het mu
seum, waarvan de secretaris der stichting
dr. H. W. G. Moller, voorloopig directeur
en conservator is. Een zaal bevat voorwer
pen, die betrekking hebben op het gods
dienstig leven in China en Japan; van veel
waarde is in deze afdeeling een bruidstoet
met uitzet der bruid meegegeven in het graf
van een jongen ongehuwden chinees, welke
beelden gevonden zijn in een oud-Chineesch
graf. Voor zooveT bekend, bezit alleen het
Vaticaansch Museum te Rome een soortge
lijke inzameling. De beelden zijn gemaakt
van geglazuurd aardewerk.
Een tweede zaal bevat voorwerpen, be
trekking hebbende op de meer primitieve
volken met name de negers van verschil
lende streken, Indianen in Suriname en de
Igorroten op de Philippijnen. In twee zalen
zijn voorts voorwerpen gerangschikt die
ethnografie van Ned.-Indië betreffen.
BELGISCHE SCHOLIEREN IN ONS LAND
Bezoek aan Haarlem en Hillegom.
Een aantal Belgische scholieren heeft
ons land bezocht.
Den laatsten dag van hun verblijf in Ne
derland vandaag hebben zij besteed
voor een bezoek aan Haarlem en Hille
gom.
Het gezelschap arriveerde te omstreeks
negen uur in Haarlem en begaf zich naar
het Frans Hals-museum, waar de directeur,
de heer G. D. Gratama d 2 scholieren rond
leidde en bij de voornaamste schilderijen
een toelichting gaf. Vervolgens ging men
naar de groote kerk, waar de stadsorga-
nist, de heer G. Roberte een concert op het
beroemde orgel gaf. Ten slotte werden de
bezoekers op het stadhuis ontvangen door
den wethouder van onderwijs, den heer
D. G. Bces.
Te twaalf uur vertrokken de scholieren
per trein near Hillegom, waar een wan
deling door de tulpenvelden werd ge
maakt en in een der bloembollenloodsen de
lunch werd gebruikt, na afloop waarvan
het gezelschap weer naar Brussel is ver
trokken.