BUITENLAND
De zedelijkheidswet
geving voor minder
jarigen
NED. OOST-INDIE
RECHTZAKEN
Hoofdpijn, Kiespijn. £eroumn°S
DONDERDAG 2 APRIL 1936
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 6
TSJECHO-SLOWAKIJE.
EEN PROTEST TEGEN OOSTENRIJK.
Wegens de invoering van den
bondsdienstplicht.
In verband met het besluit tot invoering
van de bondsdienstplicht in Oostenrijk is
te Praag gisteren een buitengewone zit
ting van den ministerraad bijeengeroepen.
De ministerraad is volgens een extra
editie van den Tsjechisch-agrarischen ,Vo-
cor" in de middaguren bijeengekomen.
In politieke kringen te Praag is men
van meening, dat de Tsjecho-Slowaaksche
regeering in overeenstemming met de ge
allieerde en de bevriende mogendheden
een protest zal indienen tegen het door
deze maatregel van de Oostenrijksche re
geering eenzijdig buiten kracht stellen
van de bepalingen van het vredesverdrag
van St. Germain. De „Vocor" veronder
stelt, dat het Weensche besluit in verband
staat met de laatste besprekingen te Home.
JAPAN.
DE SPANNING AAN DE
MONGOOLSCHE GRENS.
Een gevaarlijk incident.
Naar uit Hsinking wordt gemeld, deelt
het Kwantoengleger mede, dat het giste
ren 12 vliegtuigen van Buiten-Mongolië
nabij de in de buurt van het Boeir-Meer
gelegen stad Taoelan, de Japansch-Mands-
joekwo'sche grenswachten hebben gebom
bardeerd.
De Japansch-Mandsjoekwo'sche troepen
openden het vuur op de vliegtuigen, die
zich terug moesten trekken.
Dinsdag is eveneens een gemotoriseer
de troepencolonne uit Buiten-Mongolië
overgegaan tot een aanval op Japansch-
Mandsjoekwo'sche troepen, die den vijand
zware verliezen toebrachten en noodzaak
ten terug te keeren. De Japansch-Mands
joekwo'sche troepen hebben eenige verlie
zen geleden, waarvan de grootte echter
nog niet vaststaat.
Er heerscht een guerilla.
De indruk, welken men in Sovjet-krin
gen krijgt van de voortdurende grensinci
denten in het Verre Oosten is, dat hier
weliswaar geen oorlog, doch wel een
guerilla heerscht, die zeer gevaarlijk is.
Het schijnt, dat Buiten-Mongolië op het
spel wordt gezet in een krachtmeting tus-
schen Sovjet-Rusland en Japan. Het is ech
ter de vraag of Rusland werkelijk ten ein
de toe door wil zetten, aangezien het voor
naamste doel van het verdrag met Buiten-
Mongolië was, tijd te winnen.
Niettegenstaande de ernstige incidenten
van de laatste dagen, schijnt het op het
oogenblik, dat geen van de partijen ern
stige complicaties wenscht.
Naar Tass meldt heeft Stomoniakov, de
plaatsvervangende commissaris van bui-
tenlandsche zaken op 31 Maart aan Ota,
den Japanschen ambassadeur, het ant
woord van de Sovjetregeering overhandigt
op het voorstel der Japansche regeering
van 16 Maart omtrent de instelling van
een commissie ter demarcatie van een
deel van de Oostelijke grens tusschen
Mandsjoekwo en de Sovjet-unie en een
andere commissie ter regeling van grens
conflicten bij dit gedeelte der grenslijn.
Stomoniakov verklaarde, dat de Sovjetre
geering de verzekering van den vrede in
het geheele gebied nastreeft en niet al
leen aan de oostgrens van Mandsjoekwo.
De Sovjetregeering acht het van groot be
lang voor het behoud van den vrede ook
aan de Mongoolsch-Mandsjoerijsche grens
grenscommissies te benoemen. De Sovjet
regeering is verrast, dat de Japansche re
geering zich niet wenscht in te laten met
besprekingen over Mongoolsch-Mandsjoe
rijsche grensquaesties, temeer daar Japan
zelf aan de Sovjetunie het voorstel deed
tot soortgelijke besprekingen met Mands
joekwo over te gaan. Voor zulk een afzij
digheid ziet Stomoniakov geen aanleiding.
BUITENLANDSCHE BERICHTEN
INSTORTING TE ANTI O C HIE.
Waarschijnlijk vele dooden.
Het nieuwe gedeelte van 't nationale mu
seum te Antiochië in Noord-Syrië is in
gestort. Vijftig arbeiders, die de laatste
hand aan de uitbreiding legden, werden
onder de puinhoopen bedolven. Tot dus
verre zijn zes mannen zwaar gewond te
voorschijn gebracht. Men vretsi, dat meer
dan twintig der bedolvenen om het leven
zijn gekomen.
VIJF BANDIETEN GEDOOD IN EEN
GEVECHT MET DE POLITIE.
Vijf Philippijnsche Moros, die deel uit
maakten van een bandietenbende, zijn ge
dood in een gevecht met een honderdtal
militairen. De soldaten omsingelden de
schuilplaats van de roovers, welke was ge
vestigd in een verlaten fort in de provinr
cie Lanoa op het eiland Mindanao.
DE ZAAK HAUPTMANN.
Opnieuw uitstel van de terechtstelling?
Reuter seint uit Trenton: De procureur
Erwin Marshall deelt mee, dat de jury van
het' district Mercer tot 2 April de zit
ting heeft uitgesteld, teneinde een onder
zoek in te stellen in de kwestie Wendel,
Ze gaf een nieuwe vorm aan de kleine be
schuitjes. Vierkant zijn zei Leuk! En lekker...
nèt zoo lekker, als Alle beschuit van Paul C.
Kaiser. 9 voor 6 cent. Met Paula-bon erbij.
N.V. Paul C. Kaiser
vierkante besdl/Wüt
N.V. PAUL C. KAISER, BESCHUITFABRIEKEN, ROTTERDAM
De strijd in Oost-Afrika
OVERLEG INZAKE DE
ONDERHANDELINGSPROCEDURE.
Brief van De Madariaga aan Italiaansche
regeering.
De voorzitter van de commissie van der
tien, de Madariaga, heeft een schrijven
gericht tot de Italiaansche regeering met
het doel in gezamenlijk overleg te komen
tot vaststelling van de procedure der on
derhandelingen, waartoe toestemming werd
gegeven in antwoord op den oproep van
de commissie met betrekking tot. oplossing
van het Italiaansch-Abessynische geschil.
Dit schrijven is gisteren te Rome aangeko
men. De Italiaansche regeering is thans
bezig met de bestudeering van den inhoud.
DE SLAG BIJ HET ASJANGI-MEER.
Uit Asmara wordt gemeld, dat de kei
zerlijke garde, welke de Italiaansche stel
lingen in het gebied van het Asjangi-meer
heeft aangevallen, op Europeesche wijze
was afgericht en was uitgerust met een
groot aantal mitrailleurs en veldkanonnen
van 75 m.M.
70 Italiaansche vliegtuigen hebben aan
de actie deelgenomen. Zij hebben 13 ton
zeer ontplofbare stoffen uitgestrooid.
Eenige vliegers werden gewond, doch alle
toestellen zijn naar hun bases terugge
keerd.
Weg naar Dessie thans vrij voor de
Italianen?
De Italiaansche overwinning kan van
beslissenden invloed zijn, in de eerste
plaats omdat de 100.000 man van den Ne
gus verslagen zijn door slechts een gering
gedeelte der Italiaansche effectieven
volgens de laatste berichten bevonden zich
slechts het derde en het eerste legercorps
in de omgeving van het Asjangi-mëer
en vooral omdat de nederlaag van den
keizer, die aan Abessynische zijde het be
vel voerde, niet zal nalaten in moreel op
zicht vérstrekkende gevolgen te hebben.
Indien, zooals het schijnt, het keizerlijke
leger geen tegenstand kan bieden, is de
weg naar Dessie thans vrij voor de drie
Italiaansche colonnes, waarvan de eene
zoo juist bij het Asjangi-meer de overwin
ning heeft behaald en naar het zuiden op
trekt, de tweede van het gebied van Aoes-
sa komt en de derde zich te Gondar be
vindt.
Een Abessynische tegenspraak.
Volgens Abessijnsche berichten is de
toestand aan het Noordelijk front sinds
eenige dagen volkomen onoverzichtelijk,
aangezien alle bijzonderheden omtrent de
troepenbewegingen en de gevechten ont
breken. In haar communiqué no. 187 de
menteert de Abessijnsche regeering dat de
steden Sokota en Debarek zouden zijn be
zet, gelijk is medegedeeld in het Italiaan
sche legerbericht 168. Ook de overige in
houd van dit Italiaansche legerbericht
wordt onjuist genoemd. Aan het Noorde
lijke front heerscht nog steeds een zeer
krachtige activiteit van de luchtmacht.
Aan het Somalifront komen vrij hevige
voorpostengevechten tot ontwikkeling,
voornamelijk in de streek ten Zuiden van
Daggahboer. Bijzonderheden zijn echter
nog niet bekend.
die eerst bekende het kind van Lindbergh
te hebben gedood, en later deze verklaring
weer introk. Deze beslissing van de jury
vergroot de waarschijnlijkheid van een
nieuw uitstel van de executie van Haupt-
mann buiten de 48 uur, welke Dinsdag
avond werden toegestaan.
Nader seinde Reuter:
Kimberling de gouverneur van de gevan
genis te Trenton heeft verklaard, dat Haupt-
mann morgenavond om 8 uur terechtge
steld zal worden.
Later ontvingen wij nog het volgende
Reuter-telegram
Kimberling zeide dat hij opnieuw de te
rechtstelling zou uitstellen, indien de grand
jury vóór Vrijdagavond niet tot een beslis
sing zou zijn gekomen in de zaak Wendel.
Kimberling voegde aan deze verklaring toe
dat een in staat van beschuldigingstelling
van Wendel hem geen machtiging zou
geven om de executie van Hauptmann tot
na het einde van deze week uit te stellen.
I Daartoe zou een bevelschrift; noodig zijn van
een of andere rechtbank of een beslissing
van een daartoe bevoegde autoriteit.
TWEEDE KAMER
De bezoldiging van rechters
De Tweede Kamer heeft gisteren behan
deld het wetsontwerp tot wijziging en
aanvulling van de bepalingen betreffende
de zeden in het wetboek van strafrecht ter
betere bescherming van minderjarigen.
Een amendement van den
heer Goseling.
De heer Goseling (R.-K.) verdedigt
een amendement op art. 5, volgens het
welk in art. 240 geschiedt, in art. 240bis
de daarin omschreven feiten eveneens straf
baar behooren te worden gesteld, indien
de dader ernstige reden heeft om te ver
moeden, dat het geschrift, de afbeelding of
het voorwerp aanstootelijk voor de eer
baarheid is, dan wel dat het een middel
betreft tot voorkoming of tot verstoring
van zwangerschap.
Minister v. S c h a i k merkt op, dat door
het amendement krachtiger kunnen wor
den bestreden uitleenbibliotheken, waar
van de houders de boeken zeiven niet heb
ben gelezen. Dezen zullen zich voortaan re
kenschap moeten geven, wat zij aan de
jeugd uitgeven. Zulks als gevolg van het
'amendement, dat spr. zeer aanvaardbaar
acht.
De heer Goseling (R.-K.) repliceert.
De Kamer neemt het amendement bij
zitten en opstaan aan en keurt het wets
ontwerp zonder hoofdelijke stemming goed.
Naturalisatie van den heer
Mannheimer.
De Kamer keurt goed een voorstel van
den voorzitter om nu eerst te behandelen
wetsontwerpen, houdende naturalisatie van
de heeren Braches en 20 anderen (onder
wie de bankier Mannheimer) en houdende
naturalisatie van A. Blom en 19 anderen.
De Kamer neemt vervolgens deze wets
ontwerpen zonder hoofdelijke stemming
aan.
De salarieering van de
rechterlijke macht.
Het wetsontwerp tot nadere wijziging
van de regelingen, houdende vaststelling
van de bezoldiging van den Raad van Sta
te, de Rekenkamer, de rechterlijke macht
en de militaire-rechterlijke macht
De heer Boon (Lib.) klaagt over de te
lage salarieering van de leden der rechter
lijke macht.
Wil de regeering de bezoldiging van de
leden der rechterlijke macht nog een be
zien? Zoo niet, dan zal het spr moeilijk
vallen, voor te stemmen.
De heer Steinmetz (R.-K.) zegt, dat
eenigen zijner politieke vrienden en hij te
gen het wetsontwerp stemmen, omdat zij
deze gelegenheid willen aangrijpen om ge
tuigenis af te leggen tegen de salarispoli-
tiek der regeering.
Mevrouw B a k k e rN o r t (VD.) merkt
op, dat de bezoldiging der rechterlijke
macht te laag is. Naar verhouding is die
van de ambtenaren bij de politie hooger.
Absoluut in strijd met de grondwet is
de terugwerkende kracht der salarisverla
ging tot 1 Januari. Spr.'s fractie zal stem
men voor het desbetreffende amendement-
Goseling.
De heer J. Ter Laan (S. D.) zegt den
heer Steinmetz, dat, wie tegen de loonpoli
tiek van de regeering zijn, dit hadden moe
ten uitspreken bij de behandeling van de
motie-Van den Tempel.
De Minister van Justitie, de heer Van
S c h a i k, zegt, dat de verlaging voor al
len meer dragelijk wordt gemaakt door de
gedachte, dat allen hetzelfde lot deelen en
er voor niemand een uitzondering wordt ge
maakt. Over de salarieering van de leden
der rechterlijke macht is met spr. wel van
gedachten te wisselen, maar niet bij gele
genheid van een algemeene korting, waar
bij geen uitzondering voor een bepaalde
categorie mag worden gemaakt. Ook spr.
acht de salarieering der rechterlijke macht
niet ideaal. Had de regeering de 11/2 mil-
lioen extra van de salariskorting gebruikt
voor correcties, dan zou spr. zijn deel heb
ben gebruikt ten behoeve van de leden der
rechterlijke macht Maar dit gaat nu niet
door.
Een amendement-Goseling tot
het doen vervallen van de
terugwerkende kracht.
De heer Goseling (R.-K) verdedigt
een amendement op artikel XII om in
plaats van de bepaling, dat de wet wordt
geacht te zijn in werking getreden met in
gang van 1 Januari 1936, te stellen een be
paling, volgens welke zij in werking treedt
met ingang van den dag na dien harer af
kondiging.
De bezoldiging van de rechterlijke macht
is gekomen op de grens van het toelaat
bare. De voorgestelde salarisverlaging ont
moet bij spr. ernstige bedenking, maar de
terugwerkende kracht is voor hem onaan
vaardbaar. Natuurlijk kunnen wij, hetgeen
geschied is, achteraf echten. Det wetgever
kan op dit gebied ongeveer alles, maar
het is de vraag, of hij het behoort te doen,
of hij het mag doen.
De regeering wil niet van de terugwer
kende kracht afstand doen, maar heeft wel
toegegeven, De terugwerkende kracht ech
ter is des te bedenkelijker, omdat het wets
ontwerp eerst is ingediend na de betaling
van het eerste reeds verminderde maand
salaris.
Minister v. S c h a i k antwoordde, dat de
salarisverlaging voor alle ambtenaren op 1
Jan. is ingegaan en er geen aanleiding is,
voor de bij het wetsontwerp betrokkenen
een uitzondering te maken. In 1934 is er
voorts ook een dergelijk wetsontwerp ge
weest en toen heeft de heer Goseling geen
bezwaar tegen de terugwerkende kracht
gemaakt. Waarom nu dan wel? Spr. ver
mag niet in te zien, dat waar is, wat de
heer Goseling zei, n.l. dat de terugwerken
de kracht de onafhankelijkheid zou aan
tasten van de positie er rechterlijke macht.
Men geve haar geen bevoorrechte positie
door voor haar de salarisverlaging later
te doen Ingaan dan voor de andere amb
tenaren.
De heer Schouten (A.-R.) zegt, dat
in het algemeen salarisverlaging met te
rugwerkende kracht moet worden voor
komen. Maar in dit geval wisten allen eeni
ge maanden voor 1936, dat hun salarissen
zouden worden verlaagd. De verlaging was
voor niemand een verrassing. Bovendien
moet niet een categorie in een bevoorrech
te positie komen in vergelijking tot al het
andere personeel in overheidsdienst.
Minister v. S c h a i k dupliceert. Hij
merkt nog op, dat er in 1929 een salaris-
verhooging heeft plaats gevonden, met te
rugwerkende kracht tot 1 November 1928.
De Kamer neemt het amendement bij zit
ten en opstaan met groote meerderheid
aan.
Het wetsontwerp keurt zij eveneens bij
zitten en opstaan goed.
Zonder debat en zonder hoofdelijke
stemming worden eenige contingentee-
ringsregelingen goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede, dat hij
de Kamer 5 Mei weer zal bijeenroepen.
Om kwart over vier wordt de vergade
ring verdaagd.
ZWARE AARDBEVING OP CELEBES?
Te Moskou geregistreerd.
Het seismografisch station te Moskou
heeft gistermiddag een aardbeving „van
catastrophalen omvang" geregistreerd. Het
epicentrum ligt op een afstand van 9.600
K.M. De bodemverplaatsing te Moskou be
droeg 450 micron. De aardbeving is ook ge
registreerd te Swerdlowsk. Volgens bere
kening der stations bevindt de haard der
aardbeving zich in het gebied van het eiland
Celebes.
Niet zóó erg, zegt de Bilt.
Prof. dr. E. van Everdingen, hoofddirec
teur van het Kon. Ned. Meteorologisch In
stituut in De Bilt, deelde ons mede, dat ook
in dit instituut een groote aardbeving is
geconstateerd. Volgens prof. Van Everdin
gen is deze echter niet zoo ernstig als het
bericht uit Moskou zou doen vermoeden en
zeker kan niet van catastrophalen omvang
gesproken worden. Bovendien heeft men in
De Bilt berekend, dat de aardbeving niet in
de buurt van Celebes doch meer in de om
geving van Japan moet worden gezocht.
De hoogleeraar-directeur vermoedde wel
dat Moskou en De Bilt dezelfde aardbeving
geregistreerd hebben, te meer daar ook de
tijpstippen overeenkomen. Het instituut be
schikte gisteravond nog niet over meer ge
gevens.
OPNIEUW BLOEDBAD IN MANOKWARI.
Acht inlanders gedood.
Aneta seint uit Manokwari:
Een deel van de bevolking uit het War-
kopische is, in verband met een hongitocht,
naar familie in Boven-Morey (achter An-
dai) gevlucht. Toen de rust wederom in het
Warkopische hersteld was, keerde de ge
vluchte bevolking naar haar kampongs
terug. Zij werden begeleid door Boven-
Moreyers. Deze vielen onderweg menschen
uit Warkoui aan. Zij doodden drie mannen
en vijf vrouwen. Een gewonde wist te ont-
snapen. De motieven tot deze daad zijn on
bekend.
MOORDAANSLAG OP N.S.B.-
COLPORTEUR.
De arrondissementsrechtbank te Amster
dam wees gisteren vonnis in de strafzaak te
gen den 46-jarigen vertaler, die op 30 Sep
tember van het vorige jaar op het Stations
plein een moordaanslag pleegde op een N.S.
B.-colporteur en veroordeelde hem wegens
poging tot moord tot een jaar gevangenis
straf met aftrek van zes maanden voorar
rest en ter beschikking stelling van de re
geering.
De rechtbank overwoog, dat bij de straf
maat rekening dient te worden gehouden
met het psychiatrisch rapport, waaruit
blijkt, dat verd. sterk verminderd toereke
ningsvatbaar is. Verd. zal na het ondergaan
van zyn straf ter beschikking van de re
geering worden gesteld om van harentwege
te worden verpleegd ter beveiliging van de
maatschappij.
Het O. M. had wegens poging tot moord
een gevangenisstraf van vijf jaar en ter be
schikking stelling van de regeering ge-
eischt. De man was op genoemden dag op
den niets kwaads vermoedenden colporteur
afgekomen en had op ongeveer twee meter
afstand drie schoten op hem gelost. De col
porteur werd niet ernstig gewond en kon,
na een week in het ziekenhuis te zijn ver
pleegd, naar zijn woning worden vervoerd.
De dader was onmiddellijk na den aan
slag gearresteerd; hij legde een volledige
bekentenis af. De man verklaarde, dat hij
anarchist van de daad was; voorts bleek,
dat hij dienzelfden dag ook op de Heeren-
pijnen te verdrijven is een Mijnhardt's Poeder.
Per stuk 8 ct.doos 45 ct. Bij Uw Drogist.
2180
gracht iemand met een revolver had be
dreigd. Het wapen ketste toen echter.
Gedurende het voorarrest is verd. door
een psychiater onderzocht. Deze verklaar
de hem sterk verminderd toerekeningsvat
baar.
Als verdediger is opgetreden mr. Joh. K.
M. Mathuisen
OSSCIIE STRAFZAKEN IN HOOGER
BEROEP.
Voor het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch
stonden gisteren in hooger beroep te
recht de 29-jarige W. A. Bloemers, schilder
te Oss, de 31-jarige F. de Reuver, landbou
wer te Oss en de 26-jarige J. M. Den Brok,
arbeider te Oss, die ter zake van roofover
val te Oss in de woning van J. Kuypers,
waarbij een bedrag van ongeveer 1000.
werd gestolen, door de rechtbank waren
veroordeeld, resp. tot vijf jaar, dri£ jaar en
vijf jaar gevangenisstraf.
De verdachte Bloemers, door den presi
dent ondervraagd, ontkende de echtge-
noote van Kuypers te hebben vastgegrepen.
Zfj zou hem in de slaapkamer uit eigen be
weging wat geld hebben gegeven. De rest
van het geld is door den Brok in de voor
kamer gevonden.
De verdachten de Reuver en den Brok
bleven bij hun vroeger afgelegde bekente
nis.
De advocaat-generaal mr. Massink meen
de, dat het vonnis van de rechtbank moet
worden bevestigd. Hier is weer een geval,
waarbij drie of vier mannen een overval
pleegden, toen de kans daartoe schoon was.
Hun- optreden is zeer gevaarlijk, al blijft
ernstig geweld dikwijls uit. Spr. somde de
straflijsten der verdachte op, waarna hij
tegen de Reuver bevestiging van het von
nis en tegen de beide anderen verhooging
van de straf door de rechtbank opgelegd
eischte, n.l. zeven jaar gevangenisstraf voor
Bloemers en zes jaar gevangenisstraf voor
den Brok.
Het Hof deed heden eveneens uit
spraak in de zaak tegen den 25-jarig en land
bouwer F. N. van de Wetering, die terecht
stond wegens den roofoverval in de woning
van den 72-jarigen C. van der Burgt te
Veghel, gepleegd in den nacht van 6 op 7
Mei 1933.
Van dér W. werd veroordeeld tot vijf jaar
gevangenisstraf met aftrek van voorarrest.
Veertien dagen geleden stond in hoo
ger beroep terecht de 43-jarige assuradeur
A. Snabel uit Nijmegen, die door de recht
bank tot vijf jaar gevangenisstraf was ver
oordeeld wegens medeplichtigheid aan de
in Mei 1933 in het Gemeentehuis te Gasselt
gepleegde inbraak en de inbraak bij G. van
Huiseling te Langenboom in Januari 1934
gepleegd, voor welke beide misdrijven hij
inlichtingen had verstrekt. Tevens was hij
veroordeeld wegens heling. In hooger be
roep eischte de advocaat-generaal zeven
jaar gevangenisstraf.
Het Gerechtshof veroordeelde S. thans
tot zes jaar gevangenisstraf met aftrek van
voorarrest.
Ook werd voor het Hof te den Bosch
in hooger beroep behandeld de zaak tegen
den 44-jarigen Osschen arbeider N. H.
Schreyers, die reeds 9 vonnissen heeft on
dergaan, en wegens de brandstichting in het
sportpark te Oss door de rechtbank tot 1 ft
jaar gevangenisstraf is veroordeeld. Verd.
S. bleef bij zijn reeds vroeger voor de
rechtbank afgelegde bekentenis. Inspecteur
v. Kempen, als getuige gehoord, verklaarde,
dat de branden te Oss geheel hebben opge
houden. Dit jaar is er nog geen brand te
Oss geweest. Wel een bewijs, dat zij vroeger
werden aangestoken. De advocaat-genaral
eischtte bevestiging van het vonnis der
rechtbank, doch verzwaring van de straf
tot 2 jaar.
In hooger beroep stond verder te
recht de 47-jarige koopman T. te H^esch,
die door de rechtbank te Den Bosch ver
oordeeld werd tot een jaar en zes maan
den gevangenisstraf, omdat hij" omstreeks
einde April 1931 te Heesch met het oog
merk zich op een ander wederrechtelijk
te bevoordeelen, de NV. Arnhemsche Ver
zekeringsmaatschappij tegen Brandschade
heeft bewogen tot afgifte van een gelds
bedrag van 375.door het doen van val-
sche aangifte van inbraak.
Verdachte zeide in appèl te zijn gekomen
in de hoop een mildere straf te krijgen en
bleef volharden bij de verklaringen, wel
ke hij voor de rechtbank had afgelegd.
De advocaat-generaal requisitoir ne
mend eischte bevestiging van het vonnis.
De verdediger mr. E. van Zinnicq Berg-
mann vroeg aan het Hof den verdachte, die
niet ongunstig bekend staat een voorwaar
delijke straf op te leggen.
Terecht staat vervolgens de 32-jari-
ge J. W. Lagarde, arbeider te Oss, die door
de Bossche rechtbank tot twee jaar gevan
genisstraf was veroordeeld, omdat hij in
den avond van 5 Januari 1929 in de wo
ning van L. Smulders een bedrag van ƒ20
had gestolen na geweldpleging tegen Smul
ders en diens echtegenoote.
Verdachte zeide in appèl te zijn geko
men, omdat hij gaarne een voorwaardelijke
straf zou willen hebben. Inspecteur van
Kempen verklaarde, dat de verdachte na
zijn bekentenis het geld aan Smulders
heeft teruggegeven. Raadsheer mr. van
Bartel geeft den verdachte een terechtwij
zing. Hij vindt het schandelijk dat een
weerlooze man door drie gemaskerde ban
dieten was aangevallen.
De advocaat-generaal requisitoir ne
mend vond het misdrijf zeer ernstig. Hij
eischte een hoogere straf, n.l. drie jaar en
zes maanden.
De verdediger, mr. van der Eerden drong
op diverse gronden op voorwaardelijke ver
oordeeling aan.
heeft
Paula gedaan: