ONDERJURKEN
VRIJDAG 27 MAART 1936
UE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 7
BINNENLAND
Onze Katholieke Lagere
Scholen
BEZUINIGING OP DE VERGOEDING
EX ART. 205 DER L. O. WET
Bij dezen vestigen Wij de aandacht van
alle Ons rekenplichtige Kerk- en School
besturen op de publicatie in dit nummer
van St. Bavo op blz. 198 omtrent de be
zuiniging op de vergoeding ex artikel 205
der L. O. Wet.
In verband hiermede schrijven Wij voor,
dat alle Ons rekenplichtige Besturen in eene
bestuursvergadering, te houden in de
maand April a.s., dit punt tot een onder
werp van ernstige bespreking zullen ma
ken, om dan vóór 15 Mei as. bij Ons „per
Decanum" gedetailleerde voorstellen in te
dienen, inhoudende of naar htm oordeel:
lo. een verzoek kan en moet worden in
gediend, nader omschreven onder letter A
der bedoelde publicatie;
2o. óf wel een voorstel bij het respectie
velijke Gemeentebestuur moet worden in
gediend, nader omschreven onder letter B;
3o. óf wel zonder meer genoegen kan
worden genomen met de verlaging der
rentevergoeding tot 5 pet.
Voor een juiste keuze tusschen deze drie
Blogelijkheden, zal het vooral nooddg zijn
te overwegen, of de terugbetaling van 80
pet. der geschatte waarde dusdanige schuld
aflossingen mogelijk maakt, dat de Bestu
ren aan hunne overige verplichtingen kun
nen blijven voldoen. In dat geval zal ze
ker het indienen van een voorstel onder
2o. aanbeveling verdienen, niet echter wan
neer aldus de schuldenlast niet voldoende
kan worden gereduceerd. Bij het indienen
van een voorstel zullen zoodnaige gege
vens moeten worden bijgevoegd, dat over
de gegrondheid daarvan door Ons een ge
fundeerd oordeel kan worden gevormd.
Ten einde Ons in staat te stellen, al de te
verwachten voorstellen aan een grondig en
ernstig onderzoek te onderwerpen, verzoe
ken Wij met allen aandrang en met
den meesten ernst, dat alle Besturen
zich houden aan den door Ons gestelden
termijn van 15 Mei a.s., opdat bij de resp.
Gemeentebesturen alle voorstellen vóór 1
Augustus 1930, den wettelijk gestelden ter
mijn, zonder overhaasting kunnen zijn in
gediend.
De betreffende Kerkbesturen, welke zijn
gesteld onder de "controle van de Commis
sie tot Regeling van het Kerkelijk Crediet
in het Bisdom van Haarlem zullen van deze
Commissie hieromtrent een aanschrijving
ontvangen en vallen derhalve niet onder
deze bepaling.
Haarlem, dl Maart 1936.
t JOANNES PETRUS,
„St. Bavo". Bisschop vap Haarlem.
DE GEMEENTE VERGOEDING
voor de schoolgebouwen, welke wordt uit
gekeerd voor de L.O.-scholen, die vóór
1921 zijn gebouwd
Bij de jongste wet tot bezuiniging op het
onderwijs zijn ook wijzigingen aangebracht
in de j aarlij ksche uitkeering krachtens ar
tikel 205 der L.O.-wet, tot vergoeding van
rente voor de L. O.-scholen, die vóór 1921
zijn gebouwd.
De wijzigingen kunnen aldus worden sa
mengevat.
A. De rentevergoeding is m. i. v. 1 Ja
nuari 1936 teruggebracht tot 5 pet. van de
geschatte waarde. Op een daartoe strek
kend verzoek van een schoolbestuur kan de
Kroon beslissen, dat in verband! met de op
de schoolvereeniging rustende geldelijke
verplichtingen gedurende een door de
Kroon vast te stellen termijn de vergoe
ding naar een hooger percentage zal wor
den berekend.
B. De besturen van scholen, als bedoeld
in artikel 205 der wet, kunnen vóór 1 Aug.
1936 aan het gemeentebestuur verzoeken
om, ter vervanging van de jaarlijksche
rentevergoeding, een uitkeering-ineens te
ontvangen ten bedrage van 80 pet. van de
geschatte waarde (eventueel verminderd
wegens het buiten-gebruik-blijven of bui-
ten-gebruik-stellen van een gedeelte van
het gebouw). De besturen, aan wie deze
uitkeering in-eens wordt toegekend, blij
ven tot den dag, waarop de uitkeering
plaats heeft, het hoogere rentepercentage
ontvangen.
Op het verzoek van een schoolbestuur
om die uitkeer iing-in-eens te mogen ontvan
gen moet het gemeentebestuur vóór 1 Nov.
1936 beslissen.
Van een afwijzend besluit, dat met rede
nen moet zijn omkleed, kan het schoolbe
stuur binnen 30 vrije dagen, nadat het be
sluit te zijner kenis is gebracht, bij Gede
puteerde Staten in beroep komen, terwijl
van een eventueel afwijzend besluit van
Gedeputeerde Staten wederom beroep
openstaat op de Kroon.
Met betrekking tot de uitkeering-in-eens
merkte de Minister in zijn Memorie van
Toelichting o.a. het volgende op: „Het
schijnt wenschelijk, het aanvaarden van
deze uitkeering in-eens voor de schoolbe
sturen niet dwingend voor te schrijven.
Het is gewenscht rekening te houden met
de rechten, welke tot dusver voor deze
gelden. Aan de schoolbesturen wordt de
keuze gelaten. Intusschen zal het voor de
gemeenten in sommige gevallen mogelijk
moeten zijn op het verzoek van een school
bestuur om de uitkeerin in-eens afwijzend
te beschikken. Het geval kan zich b.v. voor
doen, dat een schoolgebouw in een zooda-
nigen slechten toestand verkeert, dat als
zeker mag worden aangenomen, dat binnen
enkele jaren een nieuw gebouw zal moeten
worden betrokken. In een diergelijk geval
bestaat er geen aanleiding de schoolbestu
ren in het genot van uitkeering te stellen"
NIEUWE BACONREGELING.
Met ingang van 30 Maart e.k. in werking.
Van bevoegde zijde vernemen wij, dat met
ingang van 30 Maart a.s. de nieuwe bacon-
regeling in werking zal treden.
Voor en aleer tot een individueele in
schrijving zou worden overgegaan heeft de
Minister van Landbouw en Visscherij aan
de baconfabrieken de gelegenheid gege
ven, gezamenlijk in te schrijven op de door
hem vastgestelde voorwaarden. De over-
groote meerderheid der baconfabrieken
heeft hieraan voldaan en er is een over
eenkomst bereikt op een bedrag van 2.80
per 100 K.G. geslacht gewicht, waarbij
voorts aan de fabrieken geen belemmeren
de bepalingen ten opzichte van hun bedrij
ven meer zijn opgelegd.
Het bedrag kon lager zijn dan het tot
nu toe geldende, omdat geen rekening ge
houden wordt met de vermindering van de
slachtingen ten gevolge van de uitvoer-
belemmeringen en de daardoor vrijgeko
men capaciteit. Bij het bedrag is in aan
merking genomen een bezetting van de fa
brieken, die het uiteindelijk noodzakelijk
zal maken, wil men met deze bedragen
rondkomen, dat concentratie van slachtin
gen bij verschillende bedrijven zal plaats
hebben, waardoor de noodzakelijke sanee
ring wordt verkregen.
Dit zou bij een individueele inschrijving
ook bereikt zijn, maar daar op de thans
gekozen wijze een geleidelijker saneering
kan worden bereikt, heeft de Minister ge
meend, aan deze wijze van behandeling
de voorkeur te moeten geven. Voorts kon
een verlaging van het oorspronkelijk door
de Nederlandsche Veehouderij-Centrale in
uitzicht gestelde bedrag in overweging
worden genomen, omdat besloten is, geen
bijzondere vergoeding voor het exportrecht
te geven. Door deze twee veranderingen
zal het mogelijk zijn, een zeer aanzienlijke
besparing te verkrijgen op de kosten van
slachting.
RUNDVEETEELTREGELING 1936.
De toe te wijzen aantallen kalveren.
De Staatscourant van Donderdagavond
bevat het Reglement Rundveeteeltregeling
1936. De ten hoogste door elke landbouw
crisisorganisatie in totaal toe te wijzen aan
tallen kalveren binnen het tijdvak aanvan
gende met ingang van 1 November 1935
en eindigende met ingang van 1 Novem
ber 1936 bedragen voor de landbouwcrisis
organisaties voor: Groningen 18.600; Fries
land 55.132; Drente 24.804; Overijsel 43.627;
INoord-Holland 25.064.. Zuid-Holland
35.739; Zeeland 14.091; Utrecht 20.038; Gel
derland 50.527 Noord-Brabant 43.431; Lim
burg 19.068.
GOUDSCHE KAMER KOOPHANDEL.
De Boskoopers en de reisbelasting.
In de gistermiddag gehouden vergade
ring van de Kamer Van Koophandel en Fa
brieken voor Gouda en Omstreken werd
besloten aan de Tweede Kamer een adres
te zenden, waarin bezwaren worden ken
baar gemaakt tegen het invoeren der voor
gestelde Reisbelasting.
De Kamer heeft hierbij bijzonder het
oog op de Boskoopsche kweekers van- en
handelaren in boomen en planten, die
voor 90 pet. zijn aangewezen op export,
terwijl daarnaast ook de kaashandelaren
in haar district uit den aard van hun be
drijf regelmatig de grens moeten passee-
ren.
Vele malen per jaar en gedurende lange
tijdvakken begeven b.v. de Boskoopsche
kweekers zich naar overzeesche landen.
Wanneer men nagaat, dat in 1934-'35 alleen
in Boskoop 363 Ned. paspoorten zijn afge
geven, behalve de bewijzen van Nederlan
derschap, dan wil dit toch wel iets zeggen
voor een kleine gemeente als Boskoop.
Gaat men voorts na, dat het meermalen
voorkomt, dat deze handelslieden geduren
de 3 maanden achtereen en langer nog
buitenslands vertoeven, dan valt gemak
kelijk te berekenen, dat deze nieuwe be
lasting inderdaad weer zal zijn een hef
fing, die voor deze bedrijven, waarvoor
aan de andere zijde steunmaatregelen in
het leven zijn geroepen, moeilijk aanvaard
baar is. Bovendien zullen ook deze Neder
landsche handelaren ongetwijfeld in hun
zaken den invloed gevoelen van de ongun
stige stemming, welke door de nieuwe be
lemmering van het internationale verkeer
in het buitenland zal worden gewekt
zal dit tot uitdrukking komen op de ver
strekking van orders aan Nederlandsche
firma's. Het behoud van den export is een
der levensvoorwaarden voor vele Neder
landsche bedrijven en dit behoud kan in
zeer vele gevallen en Boskoop behoort
daartoe o.m. met zijn cultures slechts
worden in stand gehouden en bevorderd
door persoonlijk contact. Elke belemme
ring daarvan dient, vooral op dit oogen-
blik, te worden vermeden, aldus besluit
het adres.
De Kamer van Koophandel en ook het
gemeentebestuur van Gouda hebben kort
geleden den Minister van Handel, Nijver
heid en Scheepvaart gewezen op den be
narden toestand, waarin de Aardewerk
industrie verkeert, mede ten gevolge van
den invoer van buitenlandsch aardewerk.
Maatregelen .zijn verzocht ten einde de
Ned. aardewerkindustrie en meer in het
bijzonder die in het district der Kamer,
voor ondergang te behoeden. De minister
heeft toegezegd, dat een onderzoek zal
worden ingesteld. De heer Goedewaagen
kon hieraan toevoegen, dat een deputatie
van den minister reeds in Gouda is ge
weest en zich in enkele bedrijven van den
gang van zaken op de hoogte heeft laten
brengen.
VERBLIJF IN WERKELIJKEN DIENST.
Over korps Motordienst nog
niets beslist.
In sommige dagbladen is vermeld, dat de
dienstplichtigen van den motordienst, voor
wie de eerste oefening begin April eindigt,
voorloopig in werkelij'ken dienst moeten
blijven. Bij het departement van Defensie
wordt echter verzekerd, dat hieromtrent
nog geen beslissing is genomen. Zoodanige
beslissing zal vermoedelijk eerst in het be
gin van de volgende week verwacht kun
nen worden. Hetzelfde geldt ten opzichte
van andere dienstplichtigen, wier eerste
oefening eveneens in het begin van April
eindigt.
Kostwinnersvergoeding.
Er zijn verscheidene dienstplichtige
grootverlofgangers, die gaarne in werkelij-
ken dienst willen komen ter vervanging
van anderen, voor wie het verblijf in wer
kelijk en dienst is verlengd. Bij sommigen is
evenwel de vraag gerezen, of hun verwan
ten kostwinnersvergoeding zouden kunnen
ontvangen. In het algemeen kan worden
gezegd, dat toekenning van zoodanige ver
goeding in dergelijke gevallen niet vol
strekt uitgesloten is.
Evenmin is het uitgesloten, dat de gezin
nen, waartoe de dienstplichtigen behooren,
die nu langer onder de wapenen zijn ge
houden, voor kostwinnersvergoeding in
aanmerking komen.
Wie vergoeding wil vragen, moet zich
daarvoor wenden tot den burgemeester.
Deze stelt dan een onderzoek in en ver
meldt de noodige gegevens in een staat
van inlichtingen, die aan den minister van
Defensie wordt gezonden. De beslissing ligt
in handen van den minister.
DE INVOER VAN AARDAPPELEN IN
ENGELAND.
Reuter meldt uit Londen, dat de Engel-
sche Vereeniging voor den Aardappelhandel
zich krachtig verzet tegen het besluit van
de regeering om den invoer van aardappe
len in Engeland vrij te laten.
De vereeniging acht den maatregel voor
barig, gezien de bestaande voorraden.
Reeds is een verzoek ingediend om het in
voerrecht te herstellen.
COÖP. CENTRALE BOERENLEENBANK.
Winst over 1933 en 1934 710.000;
totale reserve 8.663.000.
Verschenen is het jaarverslag van de
Coöperatieve Centrale Boerenleenbank te
Eindhoven over het boekjaar 1935.
Blijkens de statistiek over 1934 waren
aangesloten 565 plaatselijke boerenleen
banken. Het aantal spaargelden bedroeg
121.564.100.60, hetgeen een afneming be-
teekent van 586.495.29, sedert het vorige
jaar. Het aantal spaar- en depositoboekjes
vermeerderde intusschen met 2020 en
kwam zoo op 161401. Het aantal boekjes
in loopende rekening bedroeg 9936 en be
draagt dus minder dan het vorig jaar: 101.
Het bedrag van het tegoed der gezamen
lijke crediteuren in loopende rekening be
droeg 3.807.639.72, hetgeen een vermeer
dering aanwijst van 198.662.55.
Het aantal voorschotboekjes bedroeg
40232 en dus minder dan het vorige boek
jaar 1548 terwijl het bedrag der voor
schotten was 48.310.230.61, of minder
f 3.870.674.59. Het bedrag der schuld van
de gezamenlijke debiteuren in loopende
rekening bedroeg 21.648.084.08 of min
der 2.264.950.
De gezamenlijke reserves van de plaat
selijke banken aangesloten bij de Centrale
Coöperatieve te Eindhoven bedroeg op 31
December 1933 7.953.000 waaraan kan
worden toegevoegd wegens behaalde winst
over 1933 en 1934 710.000, zoodat de ge
zamenlijke reserves op 31 December zul
len bedragen 8.663.000.
Op 31 December 1935 bedroeg het totaal
aan spaargelden 119.300.000 of minder
dan op het eind van 1934 een bedrag van
f 2.300.000. Het totaal der voorschotten be
droeg 46.700.000, zoodat daarin een te
ruggang is te constateeren van f 1.600.000.
Het totaal der loopende rekeningen, de
biteuren min crediteuren liep in 1935
met ongeveer 1.000.000 terug.
RECHTZAKEN
HAAGSCHE RECHTBANK
Verordening op de straatpolitie te Lelden
Op den eersten April van het vorige jaar
heeft voor het kantongerecht te Leiden te
recht gestaan J. N. W. ter zake, dat hij in
strijd met art. 22 in verband met art. 1 der
Leidsche verordening op de straatpolitie
zonder schriftelijke vergunning van B. en
W. op den voor ieder toegankelijken weg,
de Braassemerstraat met een koffietent
(een handwagen met omtimmering) een
standplaats had ingenomen. Art. 1 der
Leidsche verordening op de straatpolitie
luidt:
Onder openbaren weg wordt in deze ver
ordening verstaan alle straten enz. die, zij 't
ook met eenige beperking, voor ieder toe
gankelijk zfjn, enz. Art. 22 luidt: Het is
verboden tenzij met schriftelijke vergun
ning van B. en W. op den openbaren weg:
a. met eenig vervoermiddel een stand
plaats in te nemen;
b. met een tafel, kraam of eenig ander
voorwerp, geen vervoermiddel zijnde, een
standplaats in te nemen enz.
De gemachtigde van verdachte, mr. L.'
Weijl uit Leiden, betoogde toen, dat het
ten laste gelegde niet strafbaar was. Im
mers, de Braassemerstraat is particulier
eigendom en niet een voor ieder toeganke
lijke weg en art. 4 van de Wegenwet somt
van prima kwaliteit charmeu-'
se tricot, uitsluitend le keus;
gegarneerd met diverse fraaie
passen of kant, brengen wij in
de verkoop tegen m
de zeer lage prijs
van. -
MODEMAGAZIJNEN
Ziet onze etalages Passage Botermarkt.
de voorwaarden op, waaraan een weg
moet voldoen, wil deze onder het begrip
openbare weg vallen. De gemeente vermag
aan deze omschrijving geen ruimere uit
breiding te geven.
De kantonrechter te Leiden heeft toen op
deze en andere gronden den verdachte van
rechtsvervolging ontslagen. Van dit vonnis
was de ambtenaar O.M. in Leiden in hoo
ger beroep gekomen.
Gistermiddag heeft de zaak voor de
Haagsche rechtbank gediend. De officier
van justitie, mr. Rouffaer, was het met het
vonnis van den Leidschen kantonrechter
eens, doch was bovendien van oordeel, dat
de Leidsche verordening op dit punt na de
inwerkingtreding van de Wegenwet niet
meer verbindend was. Hij eischte daarom
ontslag van rechtsvervolging. De verdedi
ger sloot zich hierbij aan. Uitspraak
9 April.
HAARLEMSCHE RECHTBANG.
Zijn oom bestolen.
Voor de Haarlemsche rechtbank stond een
31-jarige arbeider uit Lis se terecht, die
ervan verdacht werd ten nadeele van zijn
oom rijwielonderdeel en te hebben ont
vreemd. De oom heeft te Lisse een rijwiel
handel en wist, ondanks het feit dat hij
bijna blind is, steeds het beheer over zijn
eigen zaak te voeren. In het begin van dit
jaar viel het hem op, dat er steeds kleine
partijen onderdeelen uit zijn goedgevuld
magazijn verdwenen, zonder dat het hem
aanvankelijk mocht gelukken den dader
van deze diefstallen op te sporen. Op het
laatst viel de verdenking op zijn neef, die
reeds jarenlang bij hem over de vloer
kwam. Ten huize van den neef stelde de
politie een onderzoek in en inderdaad wer
den op zolder een aantal voorwerpen ge
vonden, die de rijwielhandelaar als zijn
wettig eigendom herkende.
Ook voor de rechtbank gaf de gedupeer
de oom een technische en zeer gedetailleer
de verklaring, hoe hij door het betasten
van de pedalen, fietskettingen en spaken,
deze voorwerpen met zekerheid als behoo-
rende tot zijn magazijn herkende. Hij ver
telde nog, dat de neef zeer dikwijls bij hem
aan huis kwam en dat hij aan zijn neef en
zijn huisgezin steeds vriendelijkheid had
bewezen.
De verdachte, die geruimen tijd ontkend
heeft iets van, de diefstallen af te weten,
heeft ten laatste toegegeven, dat hij de pe
dalen en de kettingen had gestolen. De rest
had hij gekocht van een bediende van zijn
oom. Volgens de verklaring van den rijwiel
handelaar was dit onmogelijk. Volgens zijn
schatting bedroeg het inbeslaggenomene
waarschijnlijk slechts 't twintigste deel van
het gestolene.
De Officier van Justitie merkte in zijn
requisitoir op, dat verdachte zich tijdens
het proces zeer onsympatiek heeft gedra
gen, zelfs heeft hij gedreigd, dat zijn oom
„zyn trekken wel thuis zal krijgen". De
oom heeft zijn neef steeds in alles terzijde
gestaan, zoodat ook van dezen kant geen
enkel motief voor den diefstal kan wor
den aangegeven. De Officier wilde niet zoo
zeer letten op de hoeveelheid van het ge
stolene alswel op het schandelijke feit, dat
iemand zijn blinden oom besteelt, van wien
hij niets dan goeds heeft ondervonden. Hij
eischte tien maanden gevangenisstraf met
aftrek van voorarrest.
De verdediger van verdachte, Mr. Is.
Coopman, wees op de goede getuigschriften
van verdachte. Verdachte is een persoon
met een zwakken wil, die te gemakkelijk in
verleiding komt. Pleiter drong aan op een
voorwaardelijke straf. Zijn verzoek tot on
middellijke invrijheidstelling van den ver
dachte werd door de rechtbank afgewezen.
UITSPRAAK TEGEN VOVA-REDACTIE
Dr. Verviers en mr. Reydon veroordeeld
Het Gerechtshof te Amsterdam wees gis
teren arrest in de strafzaak tegen de drie
redacteuren van „Volk en Vaderland" en
dr. E. Verviers, redacteur van „Nieuw Ne
derland", die in hooger beroep terecht heb
ben gestaan wegens beleediging van de
regeering en van regeeringspersonen.
Het Gerechtshof bevestigde bij verstek
het vonnis van de Rechtbank te Utrecht,
waarbij verdachte Verviers is veroordeeld
tot 100 gulden boete, subs. 50 dagen hech
tenis wegens beleediging van minister Co-
lijn en van den Ministerraad.
De procureur-generaal had drie maanden
geëischt.
Voorts bevestigde het Hof de vrijspre
kende vonnissen ten aanzien van de ver
dachten J. Hollander* en mr. S. A. v. Lun-
teren. De procureur-generaal had tegen
hen resp. 100 gulden boete en een maand
gevangenisstraf gevorderd.
Het Gerechtshof veroordeelde mr. H.
Reydon tegen wien het O.M. vier maanden
had geëischt tot 100 gulden boete, subs. 25
dagen hechtenis.
De Rechtbank had hem 200 gulden boete
subs. 30 dagen hechtenis opgelegd.
Het Hof overwoog, dat wat de adver-
tenie betreft het laatste op de Regeering
slaat en een opzettelijke uitlating in be-
leedigenden vorm is, daar de indruk wordt
gewekt, dat de Regeering een gedragslijn
zou volgen, welke te vergelijken zou zijn
met „verdeeling van den buit", welke sug
gestie voor het gezag zeer beleedigend is.
Wat het eerste deel van de advertentie
betreft, waarin „een Minister van Defen
sie wordt gevraagd" is het Hof van mee
ning, dat het hier geld een uiting iif spot-
tenden vorm, welke uiting echter niet de
grens van het toelaatbare overschrijdt. (Dit
is ook onze meening geweest. Red. L. Crt.).
Betreffende het artikel over de Crisis-
centrale overweegt het Hof, dat het hier
betreft vereenigingen en stichtingen, die
geen organen van het gezag zijn, hoewel
met de uitoefening van 't gezag belast. Wat
verdachte over deze centrale heeft geschre
ven, is daarom voor het gezag niet belee
digend, zoodat hij van dit deel van de ten
lastelegging moet worden vrijgesproken.
Waarop? Nu, natuurlijk op do
verkeersfouten, die de ge
achte lezer van deze regelen
maakt als hij weet, dat er geen
agent in de buurt is