WOENSDAG 11 MAART 1936 DE LEIDSCHE COURANT EERSTE BLAD - PAG. 2 WEINIG VERANDERING. DE BILT SEINT: Zwakke tot matige wind, uit Oostelijke tot Noordelijke richtingen. Nevelig tot zwaar bewolkt, mogelijk eenige lichte neerslag, weinig verandering in tempera tuur. Hoogste barometerst.: 762.2 te Stensele. Laagste barometerst.: 737.7 te Isafjord, Het hoogedrukgebied is sinds gisteren nogal in beteekenis afgenomen. Nabij de Britsche Eilanden werd het aangetast door de IJslandsche depressie, welke sinds gis teren vrij snel in diepte is toegenomen. Over Duitschland daalde de barometer regelmatig, waarschijnlijk onder depres sie-invloed van het Zuiden uit. Slechts over Scandinavië beteekent de hoogedruk wat meer, aangezien de depressie over Lapland wegtrok. Toch komen ook hier de barome terstanden niet boven de 764 m.m. uit. De depressie in het Zuiden nam over de Golf van Biscaje in diepte af, terwijl zij thans over de Middellandsche Zee weer in be teekenis toeneemt. In bijna het geheele waarnemingsgebied is het rustig weer, slechts over Zuid-IJsland, Janmayen en Noord-Noorwegen komen krachtige win den voor. Over het vasteland strekken zich weer uitgebreide mist- en nevelgebieden uit. Verder is de lucht meest zwaar be wolkt tot betrokken, slechts over Lapland is het helder, waardoor daar dan ook de strenge vorst kon blijven aanhouden. Ook in het overige Scandinavië yroor het nog streng tot matig, alleen langs de kusten was daar de temperatuur boven nul gra den. LUC HTTEMPER ATUUR. 6.— gr. C. LICHT OP VOOR FIETSERS e. a. Van Woensdagnamiddag 6.26 uur tot Donderdagmorgen 5.55 uur. HOOG WATER. Te Katwijk aan Zee op Donderdag 12 Maart voorm. 4.54 uur en nam. 5.12 uur. RECTOR BOTS VOOR DE HANZE. Over de Katholiek-sociale plichten van den middenstander. Gisteravond hield de Leidsche Hanze in „Zomerzorg" een matig bezochte vergade ring, waar rector Bots een rede hield over bovengenoemd onderwerp. Na opening der vergadering las de se cretaris, de heer G. J. v. Deene, enkele in gekomen stukken voor. Daaronder was een schrijven van de Commissie van overleg uit de Ned. Middenstandsbonden. Zulks naar aanleiding van de thans tot standgekomen wet inzake de Opruimingen en Uitverkoo- pen. Er werd op gewezen, dat deze wet thans ook dient te worden nageleefd, waar van de Commissie adviseerde plaatselijke Commissies van Toezicht te vormen. De voorzitter deelde naar aanleiding hier van mede, dat het bestuur zulk een com missie zoo al niet noodig dan toch minder gewenscht acht. Indien iemand nadeel van ongeoorloofde handelingen van een con current ondervindt, kan hij zulks altijd ter kennis brengen van het bestuur of van de Kamer van Koophandel. Verder werd voorgelezen een schrijven van het Centraal Bestuur, waarin werd opgewekt mede te werken tot het doen sla gen van de propaganda-maand ter verste viging van de Katholieke stands- en vak organisatie. De voorzitter deelt naar aanleiding hier van mede, dat de afdeeling op 25 Maart een groote ledenvergadering zal houden. Voorstellen voor den Centrale Voorjaar- raad kunnen tot die vergadering worden in gediend. Hierna was het woord aan rector J. Bots, die in zijn inleiding zeide, den geest der aanwezigen te willen verfrisschen. Als spr. dan de vraag stelt, wat er van den middenstand kan verwacht worden, dan antwoordt hij, dat de middenstand in de laatste 20 jaar wel aan beteekenis heeft gewonnen. In Rusland kende men geen handeldrij vende middenstand, wel een intellectueele middenstand. De revolutionaire beweging is daarvan gedeeltelijk het gevolg. Ook Mu- solini en Hitier hebben op dien midden stand gespeculeerd, terwijl het jongste re volutionair succes in Spanje eveneens te wijten is aan het niet opkomen van den middenstand. Deze feiten typeeren ten duidelijkste, dat de middenstand een beteekenenden invloed op de maatschappelijke samenleving kan uitoefenen. Men moet den sfeer van dezen tijd be zien, om er van doordrongen te worden: we kunnen iets beteekenen. De huidige tijd is van zulk een angstwek kende gestalte, dat hij begint te spreken tot geest en hart. Het zou geen kwaad kunnen, indien de katholieken zich een wereldkaart aanschaf ten, waarin ze het katholieke eenheidsfront uitteekenden en daartegenover het front van het holle materialisme, waarin het communisme den boventoon voert. Spr. wijst op de nieuwe wereld, waar in Mexico het communisme den kop opstak, daarna gevolgd door de verschillende an dere staten van Zuid-Amerika. En Noord- Amerika, gedrukt in het materialistisch kapitalisme, is gereed dien rooden gloed over te nemen, want van kapitalisme naar communisme is de afstand niet groot. Behalve in Amerika vindt men het com munisme niet minder in Azië, waarbij Ja pan aan den kop staat, zoodat Rusland be kennen moet, dat daar de beste communis tische cellen zijn gebouwd. En China doet niet veel voor Japon onder. Ook in Europa is het materialisme reeds ver doorgekankerd. Het oude Katholieke Spanje geeft daarvan het bewijs. Dat is een wereldfront, dat de uitgespro ken bedoeling heeft tot strijd. Hoe donker het ideaal ook is, dat die groepeering zich voor oogen stelt, het is een ideaal, waar aan men heilig gelooft en dat men ondanks alles wil bereiken. Het moderne materialisme is van huis uit terroristisch, kan ook niet anders zijn, want zoo spoedig alle zedelijke normen wegval len, blijft er slechts geweld over. We hebben nu eeuwen van dwalingen achter den rug en zij hebben allen een stuk van de waarheid weggehaald. Het nieuwe materialisme wil echter niet slechts een stuk, maar wil het geheel. Het materialis me wil geen compromis, wil slechts strijd, een strijd zonder pardon, een strijd tegen over den Christus, Die ook geen compromis wilde. Dat materialisme wil de wereld be zitten, wil den geheelen mensch, stoffelijk en geestelijk. Daarbij is het heelemaal niet uitgesloten, dat dat materialisme zich in een schoone gestalte voordoet. Het is niet uitgesloten, dat Rusland, Mexico, Spanje en andere lan den zich rijkdommen zullen verwerven. En dat het dan voor de geloovige wereld een hevige bekoring wordt orn niet te geloo- ven aan dat donkere wereldfront. Maar daarom is het ook de moeite waard om uit te zien of er tegenover dat donkere wereldfront niet een lichtend wereldfront is te zien. Daar kan maar één groepeering zijn, die een sterke stellig kan innemen en dat is die groep die gebaseerd is op de katholieke wereldbeschouwing. De uiteindelijke strijd om de wereldheerschappij zal tenslotte aldus heeft Lenin zelf moeten erkennen gaan tusschen Moskou en Rome. Daarom heeft Pius XI niet voor niets erop gewezen, dat het zoo dringend nood zakelijk is het katholieke leven te verdie pen om sterk te staan tegen het materia lisme. Daarna komt spr. tot het terrein van den strijd. Als Pius XI meent, dat ieder persoonlijk den strijd moet aanbinden in den geest als hij bedoelt, dan moet men sterk staan en dit kan men alleen door de heilig makende genade. Een groote fout van de katholieken is altijd geweest, dat zij een veel te veel ver dedigende positie hebben aangenomen. Het materialisme heeft de menschen van elkaar verscheurd het heeft het leven zoo onbarmhartig gemaakt, dat het gezin is uit eengerukt, dat men is overgegeven aan het gezag van den staat, die maar steeds meer geld vraagt voor legers en verdediging. Het materialisme heeft het leven hard en barbaarsch gemaakt, zoo hard, dat men zich zie Duitschland maar neerlegt bij den wil der massa Daartegenover moeten wij stelling ne men. Dergelijke stelsels moeten wij aan vallen en ons standpunt daartegenover dui delijk uiteenzetten. Spr. vraagt zijn gehoor af, of het nu geen tijd wordt, dat men zich bewust wordt van de ontzettende verantwoordelijkheid en of het nu geen tijd wordt, dat men tegenover dat materialisme stelt de beginselen van het positieve christendom. Over de practise he voorbeelden om daar toe te komen sprak rector Bots in het tweede gedeelte van zijn rede na de pauze. Op voorbeeld van Sint Vincentius, die God vroeg hem zijn tijd te doen kennen, wilde spr. trachten zijn gehoor te doen kennen de sfeer, waarin wy leven. Paus Pius XI heeft in de laatste jaren herhaaldelijk gewezen op de kracht van het innerlijke leven en spr. noemt het op merkelijk, dat God in dezen tijd zoo zicht baar leekenheiligen verwekt, die temidden van hun dagelyksche beslommeringen dur ven opkomen voor deugd en heiligheid, die de wereld tegemoet treden om het mensch- dom te vergeestelijken. Wanneer uit de bron van wereldmateria- lisme, dat erger is dan ketterij want deze verloochent slechts enkele waarheden 't materialisme alle zooveel ellende voort komt, dan moet de strijd en het geweld voor een vergeestelijking van het mensch- dom met kracht worden aangepakt. Spr. gelooft ondanks donkerte en be klemming van dezen tijd, niet, dat we be vreesd moeten zijn. Spr. meent, dat er groeit een geloovend Godsvertrouwen, dat zich bewust is sterk te zijn en hierop zal ook de kracht van het materialisme ge broken worden. Wanneer we uitgaan van een innerlijk verdiept geloofsleven, dan hebben we een ziel, waarvan een oude Griek reeds zeide, dat de geest overwint. Verdieping van geestelijk leven is het uitgangspunt en, dit standpunt aanvaardend, staan we, ineens heel anders tegen het uiterlijk leven. Daarmee wil spr. geenszins zeggen, dat alle uiterlijke actie niet noodig is. Integen deel. Wanneer men zich innerlijk heeft ver sterkt, zal men zijn overtuiging ook beter naar buiten kunnen uitdragen. Dan zullen de tegenstellingen ook meer en meer ver dwijnen. Dan krijgen we weer 'n nieuwe sfeer van het bedrijfsleven, dan zal men elkaar meer stutten en steunen om gemeen schappelijk tot 'n bescheiden welvaart te komen. Want ordening moet er zijn. Ordening be teekent zulk een maatschappelijke schik king, dat ieder zijn aandeel krijgt. Orde ning beteekent ook offerzin en daardoor komt men tot vernieuwing van innerlijk leven. Dat is de ziel van alles. Met enkele voorbeelden toonde spr. zulks nader aan. In verband met een en ander wees spr. er nog op, dat men moet zorgen voor op bouw van de standsorganisatie. Daar voelt men, jammer genoeg, niet zooveel voor, om dat de standsorganisatie voornamelijk werkt aan verheffing van den geest. Alleen als men streeft naar opbouw van den geest, dan kan men verkrijgen wat de middeleeuwen boden. Alle wetten, bedrijfsraden en hoe die in stellingen mogen heeten, zullen geen resul taat opleveren, indien men niet zorgt, dat zij worden aanvaard met de bedoeling den geest te verheffen. Resumeerend zeide spr., dat de midden standers zich bewust moeten zijn. iets te kunnen en verder, dat men eindelijk eens moet durven uitkijken om z'n geheele leven te bezien in den zin van geestelijk bewust christen-leven. Dat hebben allen broodnoo- dig. Want onze leer is mooi en onze Kerk is Goddelijk, doch wij, menschen, zijn maar menschelijk. Daarom hoopt spr. dat ieder voor zich het maatschappelijk leven moge tegemoet treden en bewust moge kiezen tusschen kruis of munt. Op de welsprekende, boeiende rede van rector Bots volgde een hartelijk applaus der aanwezigen, waarna de voorzitter den spre ker hartelijk dank zegde voor zijn woor den, waarbij hij den wensch uitsprak, dat zij voor velen vrucht mogen dragen. Hierna volgde sluiting der vergadering. R.K. STUD. TOONEELVER. A.G.AJ5. Zooals reeds eerder gemeld, heeft de R. K. Studenten-Tooneelvereeniging A.G.A.B. zich het eerst verzekerd van de opvoerings rechten van „De Gendarm van Europa", het jongste werk van den Nederlandschen tooneelschrijver Ben van Eysselsteijn. De regie is opgedragen aan Pierre Balle- dux, directeur en artistiek leider van de Vereenigde Haagsche Spelers. De opvoering zal plaats vinden op 3 Mei a.s. in de Stadsschouwburg te Leiden bij gelegenheid van den 43sten diës natalis van de R.K. Studentenvereeniging „Sanc- tus Augustinus". NED. BOND VAN HORLOGEMAKERS. Jaarvergadering afdeeling Leiden.. De afdeeling Leiden van den Ned. Bond van Horlogemakers heeft haar jaarverga dering gehouden. Alle leden waren aanwe zig. De voorzitter opende de vergadering en memoreerde de moeilijke toestanden in de maatschappij,welke ook den bond niet ongemerkt voorbij gingen. De secretaris bracht zijn jaarverslag uit, waarna de penningmeester zijn financieel verslag voorlas, dat met een matig voordee- lig saldo eindigde. Verschillende vakbelangen werden hier na besproken. Geconstateerd werd bij deze besprekin gen, dat er den laatsten tijd vele uurwer ken ter reparatie worden aangeboden, die bij onderzoek geheel verknoeid werden be vonden, en niet anders dan met hooge kos ten konden worden hersteld. Niet alleen vond dit zijn oorzaak in zelf- reparatie, doch meerendeels is dit te wijten aan zich noemende horlogemakers, die voor z g. lage prijzen het uurwerk verknoeien. Tevens bleek, dat de bepaalde prijzen veel hooger waren dan bij de ter goeder naam en faam bestaande vakgenooten. Besloten werd het publiek hierop te wij zen. Niets meer aan de orde zijnde sloot de voorzitter de vergadering. HET CONFLICT BIJ GEBRS. PEL. Omtrent de besprekingen, die de Rijks bemiddelaar, prof. dr. A. C. Josephus Jitta gisterochtend met partijen, betroken bij het dreigend conflict bij de N. V. Suiker- werkenfabriek v.h. Gebrs. Pel alhier, heeft gevoerd, kan worden medegedeeld, dat de Rijksbemiddelaar een voorstel ge daan heeft, waarop partijen Maandag as. zullen antwoorden. Handelsregister K. v. K. W ij z i g i n g e n: fa. Gebrs. H. M. en W. J. Pasman, Leiden, Heerenstraat 108a, schil dersbedrijf. Vest. fil. (winkel): Leiden, Heerenstraat 39, d.d. 7 Maart 1936. 1659. C. Oppelaar, Leiden, Haarlemmer straat 283, boter- en kaashandel. Uittr. E.: C. Oppelaar, d.d. 16 Maart 1936. Wijz. han- delsn. in: L. M. Knegtel. Niéuwe inschrijving: 6742. Bon- bonfabriek „De Sleutels van Corlin", Lei den, Scheepmakersteeg hoek Heerensteeg. Venn.: P. Corba en P. C. v. d. Linden. Lei den. Gisteravond te kwart over acht is de 72- jarige C. P. L. in zijn woning Da Costa- straat 39 van de trap gevallen. De dokter van den E.H.D. constateerde een hersen schudding, waarna de man naar het Acad. Ziekenhuis is vervoerd. Het overzicht der vervoersopbrengsten van de Noord Zuid Hollandsche Tramweg- Maatschappij over 19361935 (ongecon troleerd) geeft de volgende cijfers: Totaal opbrengst in 1936 216.255 en idem in 1935 218.742. Wij verwijzen naar een advertentie in dit blad van het 2e Woningbureau, annex pensionbureau, van den heer E. A. Frey- ser, dat gevestigd is Stationsweg 45. Ontslag kwestie Prof. van Calcar Voor het Ambtenarengerecht, onder pre sidium van mr. H. van Haeringen, werd heden behandeld.de klacht van prof. R. P. van Calcar, directeur van het Laboratorium van Hygiëne en Bacteriologie aan de Rijks universiteit te Leiden, tegen het met in gang van 1 Januari 1936 aan hem „wegens opheffing van zijn betrekking en onder dankbetuiging van de bewezen diensten" verleende ontslag. (Het laboratorium voor Hygiëne en Bac teriologie is toen samengevoegd met dat voor Tropische Hygiëne). Klager heeft verzocht het ontslag nietig te verklaren. Gemachtigde van den minister van On derwijs is mr. A. F. Teldens, terwijl als raadsman van prof. mr. Calcar optreedt mr. Gerlings Jr. uit Utrecht. De president vraagt aan klager, die ver moeden heeft, niet om bezuinigings- doch om andere redenen te zijn ontslagen, welke redenen dat dan zouden zijn. Proi. van Calcar: Er was animositeit tus schen curatoren en mij. Het gevolg daar van was een voorstel van curatoren aan den minister om mij bij de Kroon voor ontslag voor te dragen, z.g. om bezuini gingsredenen. President: Heeft U zich toen tot den mi nister gewend? Prof. van C.: Neen. Op een desbetreffende vraag van den president verklaart prof. van Calcar op 28 September j.l. in de Curatorenvergadering te zijn geweest en als zijn meening te heb ben kenbaar gemaakt, dat de tropische hy giëne zulk een gering onderdeel was, dat hij zeer gevoegelijk als leider van het te combineeren laboratorium kon optreden. Toen was echter z.i. het ontslagvoorstel reeds gedaan. Mr. Teldens antwoordt op een vraag van den president betreffende geschilpunten, dat het eerste zich voordeed bij een decla ratie van f 966.wegens leverantie van linnengoed enz. aan het Laboratorium, buiten het Rijksinkoopbureau om. De Rijks dienst heeft later deze declaratie tot 634 weten terug te brengen. Een tweede geschil deed zich vooi bij een assistenten-benoe ming. Voorlezing wordt gedaan van een brief van minister Slotemaker de Bruine, mel dende, dat hy, als zijnde party in deze kwestie (vertegenwoordiger van de Kroon) niet kan voldoen aan den oproep van mr. Gerlings om als getuige-deskundige te ver schijnen. Bovendien is de minister wegens ambtsbezigheden verhinderd. Mr. Gerlings is van oordeel, dat de mi nister van Onderwijs, K. en W. hier wèl had kunnen verschijnen als getuige-des kundige. Gehoord wordt vervolgens mr. H. P. Marchant, oud-minister van Onderwijs, K. en W. afgetreden 18 Mei 1935 die ver klaart, dat volgens inlichtingen van cura toren prof. van Calcar niet langer geschikt was voor zijn ambt. Toen de vraag van op heffing van een laboratorium wegens be zuiniging ter sprake kwam, heeft getuige als zijn meening te kennen gegeven dat dan het Laboratorium voor Tropische Hygiëne daarvoor in aanmerking kwam. Get. schetst prof. van Calcar als een be kwaam geleerde, die echter in zijn per soonlijk eigenaardig optreden meermalen aanleiding heeft gegevén tot moeilijkheden met curatoren. Get. achtte echter .reorganisatie" geen behoorlijk motief om van een ambtenaar af te komen. Dat heeft hij daarom niet voor zijn verantwoording willen nemen. Wel heeft get. een druk uitgeoefend op curatoren om zooveel mogelijk te bezuini gen. Get. noemt enkele voorstellen van die strekking. De vraag van de opheffing van een leer stoel mag niet worden vertroebeld door per soonlijke overwegingen van sympathie of antipathie. Mr. Van de Sande Bakhuyzen, burge meester van Leiden en voorzitter van het Colleges van Curatoren der Leidsche Uni versiteit, daarna als getuige gehoord, ver klaart, dat reeds sedert het begin van zijn president-curatorschap (1929) moeilijkhe den met prof. Van Calcar waren voorgeko men. Get. erkent gaarne, dat hoogieeraren in vele gevallen conflict hebben met ad ministratieve instructies, doch van de zijde der administratie wordt steeds het moge lijke gedaan om die te overwinnen. Ten aanzien van prof. Van Calcar is dit evenwel niet gelukt. Ten aanzien van de bezuiniging de minister wilde op de Leidsche Universiteit 25.000 bezuinigen zijn eenige andere suggesties gedaan door minister Marchant en door diens opvolger, prof. Slotemaker de Bruine, doch per saldo viel niet te ontko men aan de samenvoeging van de beide hygiënische laboratoria. President: Indien bij een samenvoeging van twee functies één functionaris zou moeten worden opgeofferd, terwijl één hunner aanleiding geeft tot moeilijkheden van persoonlijken aard, acht u het dan niet begrijpelijk, dat men, bij overigens gelijke bekwaamheid, dengene ontslaat, met wien men niet kan opschieten? Get. Van de Sande Bakhuyzen: In het onderhavige geval hebben persoonlijke overwegingen geen rol gespeeld. Prof. Van Calcar heeft evenwel op een vraag of hij het directoraat van de samengevoegde la boratoria op zich wilde nemen, een vier kant weigerend antwoord gegeven. Mr. Gerlings: Is over de vraag wie van de twee hoogleeraren (prof. Van Calcar of prof. Flu) zou moeten worden ontslagen, met deze beide hoogleeraren overleg ge pleegd door den president-curator? Get. Van de S. B.: Neen. Vervolgens wordt voorlezing gedaan van AGENDA LEIDEN. Dinsdag, De Hanze, Rector Bots over: „De Katholiek-sociale plichten van den middenstander", Zomerzorg 8.30 uur. D»»«dag. Leidsche Kunstkring voor Allen. Budapester Kwartet, Stadsgehoor zaal 8.15 uur. Woensdag. R. K. Rijtuig- en Wagenmakers- patroonsvereeniging „St. Joseph", Kring Leiden, Café Bremmer, te 6 uur. Donderdag. Residentie-orkest Noëla Cou sin, violiste. Stadsgehoorzaal 8 uur. Donderdag, R.K. Reclasseeringsvereeniging „In den Vergulden Turk" 8 uur. De avond-, nacht- en Zendagdienst der apotheken wordt van Maandag 9 tot en met Zondag 15 Maart a.s. waar genomen door de apotheken: M. Boekwijt, Vischmarkt 4, telef. 552 en C. van Zijp, Wilhelminapark 8, Oegstgeest, telef. 274. Losse nummers van DE LEIDSCHE COURANT zijn verkrijgbaar bij: Sigarenmagazijn „INSULINDE" Heerenstraat 2 Sigarenmagazijn J. G. v. ZWIETEN v. d. Waalsstraat 1 Sigarenmagazijn SOMERWIL Hoogewoerd 24 ZANDVLIET's Boekhandel Haarlemmerstraat 117 a KIOSK, Prinsessekade Bureau DE LEIDSCHE COURANT Papengracht 32. notulen eener curatorenvergadering waar uit blijkt, dat prof. Van Calcar wel bereid was de tropische hygiëne mede te doceeren, doch niet om de beide directoraten te com bineeren. Voorts had prof. Van Calcar daar in te kennen gegeven, geen bezwaar te hebben tegen een tijdelijke vacantie, te ver- leenen door den minister, waar hij in 20 jaren geen vacantie had genoten. Dr. P. J. Idenburg, secretaris van het curatorium der Leidsche Universiteit, geeft enkele inlichtingen van formeelen aard. Prof. dr. P. C. Flu, die sedert 1 Januari 1936 directeur van de samengevoegde la boratoria is en sedert 1921 hoogleeraar in de tropische hygiëne en in de parasitolo gie, vervolgens als getuige-deskundige ge hoord, zegt, sedert jaren cursussen te heb ben gegeven in de bacteriologie voor de studenten, die bestemd waren om naar In- dië te gaan. De vereeniging voor Tropische hygiëne, waarvan get. secretaris is, heeft den mi nister geadviseerd, den leerstoel voor Tro pische Hygiëne niet op te heffen. Combinatie achtte getuige een onge- wenschten toestand, maar wanneer de nood zaak dwingt, dan wordt de zaak anders. Toen spr. daarvan overtuigd was, heeft hij er in berust de beide leerstoelen op zich te nemen. Dr. J. R. F. Rassers, oud-conservator aan het laboratorium van prof. van Calcar, geeft eenige inlichtingen over het gebruik van dat laboratorium. Een gedeelte (de helft) van zijn salaris werd door spr. afgestaan voor het verrich ten van particuliere wetenschappelijke on derzoekingen en om aldus het bij-laborato rium aan den Nieuwe Rijn te helpen in stand houden. Prof van Calcar was daarin betrokken, doch dit ging officieel buiten het departement om. Zulke constructies komen wel vaker voor. Mr. Marchant: Indien het departement er in ware betrokken, dan zou de oplos sing voor het Rijk duurder en minder doelmatig zijn geweest. Prof. dr. J. A. J. Barge, hoogleeraar in de Anatomie en Embryologie en destijds waarnemend voorzitter van de Medische Faculteit te Leiden antwoordde op een des betreffende vraag van den president, dat de samenvoeging door de faculteit niet wenschelijk werd geacht. Het college van Curatoren heeft echter de meening van de Medische Faculteit over de samenvoe ging niet gevraagd, zoodat de Faculteit besloot, ongevraagd te adviseeren. Spre ker keurt het af, dat het Curatorium aldus heeft verzuimd, advies te vragen. Alleen was het oordeel der Faculteit ingewonnen over de geschiktheid van prof. Flu voor de samengevoegde leerstoelen. Prof. dr. G. G. J. Rademaker, hooglee raar in de psysiologie te Leiden, zou de beide leerstoelen liever gescheiden gehou den hebben gezien. De klinische bacterio logie is onmisbaar voor a.s. medici; zij werd door prof. van Calcar gedoceerd. De tropische hygiëne kon desnoods tot één bepaalde universiteit worden gereduceerd. Get. noemt verschillende bekwame spe cialisten, die leerling van prof. van Cal car waren, wiens onderwijs op hoog peil stond. Te 1.15 wordt de zitting geschorst tot kwart over twee.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1936 | | pagina 2