WOENSDAG 11 MAART 1936
DE LEIDSCHE COURANT
EERSTE BLAD - PAG. 2
WEINIG VERANDERING.
DE BILT SEINT:
Zwakke tot matige wind, uit Oostelijke
tot Noordelijke richtingen. Nevelig tot
zwaar bewolkt, mogelijk eenige lichte
neerslag, weinig verandering in tempera
tuur.
Hoogste barometerst.: 762.2 te Stensele.
Laagste barometerst.: 737.7 te Isafjord,
Het hoogedrukgebied is sinds gisteren
nogal in beteekenis afgenomen. Nabij de
Britsche Eilanden werd het aangetast door
de IJslandsche depressie, welke sinds gis
teren vrij snel in diepte is toegenomen.
Over Duitschland daalde de barometer
regelmatig, waarschijnlijk onder depres
sie-invloed van het Zuiden uit. Slechts over
Scandinavië beteekent de hoogedruk wat
meer, aangezien de depressie over Lapland
wegtrok. Toch komen ook hier de barome
terstanden niet boven de 764 m.m. uit. De
depressie in het Zuiden nam over de Golf
van Biscaje in diepte af, terwijl zij thans
over de Middellandsche Zee weer in be
teekenis toeneemt. In bijna het geheele
waarnemingsgebied is het rustig weer,
slechts over Zuid-IJsland, Janmayen en
Noord-Noorwegen komen krachtige win
den voor. Over het vasteland strekken zich
weer uitgebreide mist- en nevelgebieden
uit. Verder is de lucht meest zwaar be
wolkt tot betrokken, slechts over Lapland
is het helder, waardoor daar dan ook de
strenge vorst kon blijven aanhouden. Ook
in het overige Scandinavië yroor het nog
streng tot matig, alleen langs de kusten
was daar de temperatuur boven nul gra
den.
LUC HTTEMPER ATUUR.
6.— gr. C.
LICHT OP VOOR FIETSERS e. a.
Van Woensdagnamiddag 6.26 uur tot
Donderdagmorgen 5.55 uur.
HOOG WATER.
Te Katwijk aan Zee op Donderdag 12
Maart voorm. 4.54 uur en nam. 5.12 uur.
RECTOR BOTS VOOR DE HANZE.
Over de Katholiek-sociale plichten van
den middenstander.
Gisteravond hield de Leidsche Hanze in
„Zomerzorg" een matig bezochte vergade
ring, waar rector Bots een rede hield over
bovengenoemd onderwerp.
Na opening der vergadering las de se
cretaris, de heer G. J. v. Deene, enkele in
gekomen stukken voor. Daaronder was een
schrijven van de Commissie van overleg uit
de Ned. Middenstandsbonden. Zulks naar
aanleiding van de thans tot standgekomen
wet inzake de Opruimingen en Uitverkoo-
pen. Er werd op gewezen, dat deze wet
thans ook dient te worden nageleefd, waar
van de Commissie adviseerde plaatselijke
Commissies van Toezicht te vormen.
De voorzitter deelde naar aanleiding hier
van mede, dat het bestuur zulk een com
missie zoo al niet noodig dan toch minder
gewenscht acht. Indien iemand nadeel van
ongeoorloofde handelingen van een con
current ondervindt, kan hij zulks altijd ter
kennis brengen van het bestuur of van de
Kamer van Koophandel.
Verder werd voorgelezen een schrijven
van het Centraal Bestuur, waarin werd
opgewekt mede te werken tot het doen sla
gen van de propaganda-maand ter verste
viging van de Katholieke stands- en vak
organisatie.
De voorzitter deelt naar aanleiding hier
van mede, dat de afdeeling op 25 Maart een
groote ledenvergadering zal houden.
Voorstellen voor den Centrale Voorjaar-
raad kunnen tot die vergadering worden in
gediend.
Hierna was het woord aan rector J. Bots,
die in zijn inleiding zeide, den geest der
aanwezigen te willen verfrisschen.
Als spr. dan de vraag stelt, wat er
van den middenstand kan verwacht worden,
dan antwoordt hij, dat de middenstand in
de laatste 20 jaar wel aan beteekenis heeft
gewonnen.
In Rusland kende men geen handeldrij
vende middenstand, wel een intellectueele
middenstand. De revolutionaire beweging
is daarvan gedeeltelijk het gevolg. Ook Mu-
solini en Hitier hebben op dien midden
stand gespeculeerd, terwijl het jongste re
volutionair succes in Spanje eveneens te
wijten is aan het niet opkomen van den
middenstand.
Deze feiten typeeren ten duidelijkste, dat
de middenstand een beteekenenden invloed
op de maatschappelijke samenleving kan
uitoefenen.
Men moet den sfeer van dezen tijd be
zien, om er van doordrongen te worden:
we kunnen iets beteekenen.
De huidige tijd is van zulk een angstwek
kende gestalte, dat hij begint te spreken tot
geest en hart.
Het zou geen kwaad kunnen, indien de
katholieken zich een wereldkaart aanschaf
ten, waarin ze het katholieke eenheidsfront
uitteekenden en daartegenover het front
van het holle materialisme, waarin het
communisme den boventoon voert.
Spr. wijst op de nieuwe wereld, waar in
Mexico het communisme den kop opstak,
daarna gevolgd door de verschillende an
dere staten van Zuid-Amerika. En Noord-
Amerika, gedrukt in het materialistisch
kapitalisme, is gereed dien rooden gloed
over te nemen, want van kapitalisme naar
communisme is de afstand niet groot.
Behalve in Amerika vindt men het com
munisme niet minder in Azië, waarbij Ja
pan aan den kop staat, zoodat Rusland be
kennen moet, dat daar de beste communis
tische cellen zijn gebouwd. En China doet
niet veel voor Japon onder.
Ook in Europa is het materialisme reeds
ver doorgekankerd. Het oude Katholieke
Spanje geeft daarvan het bewijs.
Dat is een wereldfront, dat de uitgespro
ken bedoeling heeft tot strijd. Hoe donker
het ideaal ook is, dat die groepeering zich
voor oogen stelt, het is een ideaal, waar
aan men heilig gelooft en dat men ondanks
alles wil bereiken.
Het moderne materialisme is van huis uit
terroristisch, kan ook niet anders zijn, want
zoo spoedig alle zedelijke normen wegval
len, blijft er slechts geweld over.
We hebben nu eeuwen van dwalingen
achter den rug en zij hebben allen een stuk
van de waarheid weggehaald. Het nieuwe
materialisme wil echter niet slechts een
stuk, maar wil het geheel. Het materialis
me wil geen compromis, wil slechts strijd,
een strijd zonder pardon, een strijd tegen
over den Christus, Die ook geen compromis
wilde. Dat materialisme wil de wereld be
zitten, wil den geheelen mensch, stoffelijk
en geestelijk.
Daarbij is het heelemaal niet uitgesloten,
dat dat materialisme zich in een schoone
gestalte voordoet. Het is niet uitgesloten,
dat Rusland, Mexico, Spanje en andere lan
den zich rijkdommen zullen verwerven. En
dat het dan voor de geloovige wereld een
hevige bekoring wordt orn niet te geloo-
ven aan dat donkere wereldfront.
Maar daarom is het ook de moeite waard
om uit te zien of er tegenover dat donkere
wereldfront niet een lichtend wereldfront
is te zien.
Daar kan maar één groepeering zijn, die
een sterke stellig kan innemen en dat is die
groep die gebaseerd is op de katholieke
wereldbeschouwing. De uiteindelijke strijd
om de wereldheerschappij zal tenslotte
aldus heeft Lenin zelf moeten erkennen
gaan tusschen Moskou en Rome.
Daarom heeft Pius XI niet voor niets
erop gewezen, dat het zoo dringend nood
zakelijk is het katholieke leven te verdie
pen om sterk te staan tegen het materia
lisme.
Daarna komt spr. tot het terrein van den
strijd.
Als Pius XI meent, dat ieder persoonlijk
den strijd moet aanbinden in den geest als
hij bedoelt, dan moet men sterk staan en
dit kan men alleen door de heilig makende
genade.
Een groote fout van de katholieken is
altijd geweest, dat zij een veel te veel ver
dedigende positie hebben aangenomen.
Het materialisme heeft de menschen van
elkaar verscheurd het heeft het leven zoo
onbarmhartig gemaakt, dat het gezin is uit
eengerukt, dat men is overgegeven aan het
gezag van den staat, die maar steeds meer
geld vraagt voor legers en verdediging.
Het materialisme heeft het leven hard en
barbaarsch gemaakt, zoo hard, dat men zich
zie Duitschland maar neerlegt bij den
wil der massa
Daartegenover moeten wij stelling ne
men. Dergelijke stelsels moeten wij aan
vallen en ons standpunt daartegenover dui
delijk uiteenzetten.
Spr. vraagt zijn gehoor af, of het nu geen
tijd wordt, dat men zich bewust wordt van
de ontzettende verantwoordelijkheid en of
het nu geen tijd wordt, dat men tegenover
dat materialisme stelt de beginselen van
het positieve christendom.
Over de practise he voorbeelden om daar
toe te komen sprak rector Bots in het
tweede gedeelte van zijn rede na de pauze.
Op voorbeeld van Sint Vincentius, die God
vroeg hem zijn tijd te doen kennen, wilde
spr. trachten zijn gehoor te doen kennen
de sfeer, waarin wy leven.
Paus Pius XI heeft in de laatste jaren
herhaaldelijk gewezen op de kracht van
het innerlijke leven en spr. noemt het op
merkelijk, dat God in dezen tijd zoo zicht
baar leekenheiligen verwekt, die temidden
van hun dagelyksche beslommeringen dur
ven opkomen voor deugd en heiligheid, die
de wereld tegemoet treden om het mensch-
dom te vergeestelijken.
Wanneer uit de bron van wereldmateria-
lisme, dat erger is dan ketterij want
deze verloochent slechts enkele waarheden
't materialisme alle zooveel ellende voort
komt, dan moet de strijd en het geweld
voor een vergeestelijking van het mensch-
dom met kracht worden aangepakt.
Spr. gelooft ondanks donkerte en be
klemming van dezen tijd, niet, dat we be
vreesd moeten zijn. Spr. meent, dat
er groeit een geloovend Godsvertrouwen,
dat zich bewust is sterk te zijn en hierop
zal ook de kracht van het materialisme ge
broken worden. Wanneer we uitgaan van
een innerlijk verdiept geloofsleven, dan
hebben we een ziel, waarvan een oude
Griek reeds zeide, dat de geest overwint.
Verdieping van geestelijk leven is het
uitgangspunt en, dit standpunt aanvaardend,
staan we, ineens heel anders tegen het
uiterlijk leven.
Daarmee wil spr. geenszins zeggen, dat
alle uiterlijke actie niet noodig is. Integen
deel. Wanneer men zich innerlijk heeft ver
sterkt, zal men zijn overtuiging ook beter
naar buiten kunnen uitdragen. Dan zullen
de tegenstellingen ook meer en meer ver
dwijnen. Dan krijgen we weer 'n nieuwe
sfeer van het bedrijfsleven, dan zal men
elkaar meer stutten en steunen om gemeen
schappelijk tot 'n bescheiden welvaart te
komen.
Want ordening moet er zijn. Ordening be
teekent zulk een maatschappelijke schik
king, dat ieder zijn aandeel krijgt. Orde
ning beteekent ook offerzin en daardoor
komt men tot vernieuwing van innerlijk
leven. Dat is de ziel van alles. Met enkele
voorbeelden toonde spr. zulks nader aan.
In verband met een en ander wees spr.
er nog op, dat men moet zorgen voor op
bouw van de standsorganisatie. Daar voelt
men, jammer genoeg, niet zooveel voor, om
dat de standsorganisatie voornamelijk werkt
aan verheffing van den geest. Alleen als
men streeft naar opbouw van den geest, dan
kan men verkrijgen wat de middeleeuwen
boden.
Alle wetten, bedrijfsraden en hoe die in
stellingen mogen heeten, zullen geen resul
taat opleveren, indien men niet zorgt, dat
zij worden aanvaard met de bedoeling den
geest te verheffen.
Resumeerend zeide spr., dat de midden
standers zich bewust moeten zijn. iets te
kunnen en verder, dat men eindelijk eens
moet durven uitkijken om z'n geheele leven
te bezien in den zin van geestelijk bewust
christen-leven. Dat hebben allen broodnoo-
dig. Want onze leer is mooi en onze Kerk
is Goddelijk, doch wij, menschen, zijn maar
menschelijk. Daarom hoopt spr. dat ieder
voor zich het maatschappelijk leven moge
tegemoet treden en bewust moge kiezen
tusschen kruis of munt.
Op de welsprekende, boeiende rede van
rector Bots volgde een hartelijk applaus der
aanwezigen, waarna de voorzitter den spre
ker hartelijk dank zegde voor zijn woor
den, waarbij hij den wensch uitsprak, dat
zij voor velen vrucht mogen dragen.
Hierna volgde sluiting der vergadering.
R.K. STUD. TOONEELVER. A.G.AJ5.
Zooals reeds eerder gemeld, heeft de R.
K. Studenten-Tooneelvereeniging A.G.A.B.
zich het eerst verzekerd van de opvoerings
rechten van „De Gendarm van Europa",
het jongste werk van den Nederlandschen
tooneelschrijver Ben van Eysselsteijn.
De regie is opgedragen aan Pierre Balle-
dux, directeur en artistiek leider van de
Vereenigde Haagsche Spelers.
De opvoering zal plaats vinden op 3 Mei
a.s. in de Stadsschouwburg te Leiden bij
gelegenheid van den 43sten diës natalis
van de R.K. Studentenvereeniging „Sanc-
tus Augustinus".
NED. BOND VAN HORLOGEMAKERS.
Jaarvergadering afdeeling Leiden..
De afdeeling Leiden van den Ned. Bond
van Horlogemakers heeft haar jaarverga
dering gehouden. Alle leden waren aanwe
zig. De voorzitter opende de vergadering
en memoreerde de moeilijke toestanden in
de maatschappij,welke ook den bond niet
ongemerkt voorbij gingen.
De secretaris bracht zijn jaarverslag uit,
waarna de penningmeester zijn financieel
verslag voorlas, dat met een matig voordee-
lig saldo eindigde.
Verschillende vakbelangen werden hier
na besproken.
Geconstateerd werd bij deze besprekin
gen, dat er den laatsten tijd vele uurwer
ken ter reparatie worden aangeboden, die
bij onderzoek geheel verknoeid werden be
vonden, en niet anders dan met hooge kos
ten konden worden hersteld.
Niet alleen vond dit zijn oorzaak in zelf-
reparatie, doch meerendeels is dit te wijten
aan zich noemende horlogemakers, die voor
z g. lage prijzen het uurwerk verknoeien.
Tevens bleek, dat de bepaalde prijzen veel
hooger waren dan bij de ter goeder naam
en faam bestaande vakgenooten.
Besloten werd het publiek hierop te wij
zen. Niets meer aan de orde zijnde sloot
de voorzitter de vergadering.
HET CONFLICT BIJ GEBRS. PEL.
Omtrent de besprekingen, die de Rijks
bemiddelaar, prof. dr. A. C. Josephus Jitta
gisterochtend met partijen, betroken bij
het dreigend conflict bij de N. V. Suiker-
werkenfabriek v.h. Gebrs. Pel alhier,
heeft gevoerd, kan worden medegedeeld,
dat de Rijksbemiddelaar een voorstel ge
daan heeft, waarop partijen Maandag as.
zullen antwoorden.
Handelsregister K. v. K.
W ij z i g i n g e n: fa. Gebrs. H. M. en W.
J. Pasman, Leiden, Heerenstraat 108a, schil
dersbedrijf. Vest. fil. (winkel): Leiden,
Heerenstraat 39, d.d. 7 Maart 1936.
1659. C. Oppelaar, Leiden, Haarlemmer
straat 283, boter- en kaashandel. Uittr. E.:
C. Oppelaar, d.d. 16 Maart 1936. Wijz. han-
delsn. in: L. M. Knegtel.
Niéuwe inschrijving: 6742. Bon-
bonfabriek „De Sleutels van Corlin", Lei
den, Scheepmakersteeg hoek Heerensteeg.
Venn.: P. Corba en P. C. v. d. Linden. Lei
den.
Gisteravond te kwart over acht is de 72-
jarige C. P. L. in zijn woning Da Costa-
straat 39 van de trap gevallen. De dokter
van den E.H.D. constateerde een hersen
schudding, waarna de man naar het Acad.
Ziekenhuis is vervoerd.
Het overzicht der vervoersopbrengsten
van de Noord Zuid Hollandsche Tramweg-
Maatschappij over 19361935 (ongecon
troleerd) geeft de volgende cijfers: Totaal
opbrengst in 1936 216.255 en idem in 1935
218.742.
Wij verwijzen naar een advertentie in
dit blad van het 2e Woningbureau, annex
pensionbureau, van den heer E. A. Frey-
ser, dat gevestigd is Stationsweg 45.
Ontslag kwestie
Prof. van Calcar
Voor het Ambtenarengerecht, onder pre
sidium van mr. H. van Haeringen, werd
heden behandeld.de klacht van prof. R. P.
van Calcar, directeur van het Laboratorium
van Hygiëne en Bacteriologie aan de Rijks
universiteit te Leiden, tegen het met in
gang van 1 Januari 1936 aan hem „wegens
opheffing van zijn betrekking en onder
dankbetuiging van de bewezen diensten"
verleende ontslag.
(Het laboratorium voor Hygiëne en Bac
teriologie is toen samengevoegd met dat
voor Tropische Hygiëne).
Klager heeft verzocht het ontslag nietig
te verklaren.
Gemachtigde van den minister van On
derwijs is mr. A. F. Teldens, terwijl als
raadsman van prof. mr. Calcar optreedt mr.
Gerlings Jr. uit Utrecht.
De president vraagt aan klager, die ver
moeden heeft, niet om bezuinigings- doch
om andere redenen te zijn ontslagen, welke
redenen dat dan zouden zijn.
Proi. van Calcar: Er was animositeit tus
schen curatoren en mij. Het gevolg daar
van was een voorstel van curatoren aan
den minister om mij bij de Kroon voor
ontslag voor te dragen, z.g. om bezuini
gingsredenen.
President: Heeft U zich toen tot den mi
nister gewend?
Prof. van C.: Neen.
Op een desbetreffende vraag van den
president verklaart prof. van Calcar op 28
September j.l. in de Curatorenvergadering
te zijn geweest en als zijn meening te heb
ben kenbaar gemaakt, dat de tropische hy
giëne zulk een gering onderdeel was, dat
hij zeer gevoegelijk als leider van het te
combineeren laboratorium kon optreden.
Toen was echter z.i. het ontslagvoorstel
reeds gedaan.
Mr. Teldens antwoordt op een vraag van
den president betreffende geschilpunten,
dat het eerste zich voordeed bij een decla
ratie van f 966.wegens leverantie van
linnengoed enz. aan het Laboratorium,
buiten het Rijksinkoopbureau om. De Rijks
dienst heeft later deze declaratie tot 634
weten terug te brengen. Een tweede geschil
deed zich vooi bij een assistenten-benoe
ming.
Voorlezing wordt gedaan van een brief
van minister Slotemaker de Bruine, mel
dende, dat hy, als zijnde party in deze
kwestie (vertegenwoordiger van de Kroon)
niet kan voldoen aan den oproep van mr.
Gerlings om als getuige-deskundige te ver
schijnen. Bovendien is de minister wegens
ambtsbezigheden verhinderd.
Mr. Gerlings is van oordeel, dat de mi
nister van Onderwijs, K. en W. hier wèl
had kunnen verschijnen als getuige-des
kundige.
Gehoord wordt vervolgens mr. H. P.
Marchant, oud-minister van Onderwijs, K.
en W. afgetreden 18 Mei 1935 die ver
klaart, dat volgens inlichtingen van cura
toren prof. van Calcar niet langer geschikt
was voor zijn ambt. Toen de vraag van op
heffing van een laboratorium wegens be
zuiniging ter sprake kwam, heeft getuige
als zijn meening te kennen gegeven dat dan
het Laboratorium voor Tropische Hygiëne
daarvoor in aanmerking kwam.
Get. schetst prof. van Calcar als een be
kwaam geleerde, die echter in zijn per
soonlijk eigenaardig optreden meermalen
aanleiding heeft gegevén tot moeilijkheden
met curatoren.
Get. achtte echter .reorganisatie" geen
behoorlijk motief om van een ambtenaar af
te komen. Dat heeft hij daarom niet voor
zijn verantwoording willen nemen.
Wel heeft get. een druk uitgeoefend op
curatoren om zooveel mogelijk te bezuini
gen. Get. noemt enkele voorstellen van die
strekking.
De vraag van de opheffing van een leer
stoel mag niet worden vertroebeld door per
soonlijke overwegingen van sympathie of
antipathie.
Mr. Van de Sande Bakhuyzen, burge
meester van Leiden en voorzitter van het
Colleges van Curatoren der Leidsche Uni
versiteit, daarna als getuige gehoord, ver
klaart, dat reeds sedert het begin van zijn
president-curatorschap (1929) moeilijkhe
den met prof. Van Calcar waren voorgeko
men. Get. erkent gaarne, dat hoogieeraren
in vele gevallen conflict hebben met ad
ministratieve instructies, doch van de zijde
der administratie wordt steeds het moge
lijke gedaan om die te overwinnen. Ten
aanzien van prof. Van Calcar is dit evenwel
niet gelukt.
Ten aanzien van de bezuiniging de
minister wilde op de Leidsche Universiteit
25.000 bezuinigen zijn eenige andere
suggesties gedaan door minister Marchant
en door diens opvolger, prof. Slotemaker de
Bruine, doch per saldo viel niet te ontko
men aan de samenvoeging van de beide
hygiënische laboratoria.
President: Indien bij een samenvoeging
van twee functies één functionaris zou
moeten worden opgeofferd, terwijl één
hunner aanleiding geeft tot moeilijkheden
van persoonlijken aard, acht u het dan niet
begrijpelijk, dat men, bij overigens gelijke
bekwaamheid, dengene ontslaat, met wien
men niet kan opschieten?
Get. Van de Sande Bakhuyzen: In het
onderhavige geval hebben persoonlijke
overwegingen geen rol gespeeld. Prof. Van
Calcar heeft evenwel op een vraag of hij
het directoraat van de samengevoegde la
boratoria op zich wilde nemen, een vier
kant weigerend antwoord gegeven.
Mr. Gerlings: Is over de vraag wie van
de twee hoogleeraren (prof. Van Calcar of
prof. Flu) zou moeten worden ontslagen,
met deze beide hoogleeraren overleg ge
pleegd door den president-curator?
Get. Van de S. B.: Neen.
Vervolgens wordt voorlezing gedaan van
AGENDA
LEIDEN.
Dinsdag, De Hanze, Rector Bots over: „De
Katholiek-sociale plichten van den
middenstander", Zomerzorg 8.30
uur.
D»»«dag. Leidsche Kunstkring voor Allen.
Budapester Kwartet, Stadsgehoor
zaal 8.15 uur.
Woensdag. R. K. Rijtuig- en Wagenmakers-
patroonsvereeniging „St. Joseph",
Kring Leiden, Café Bremmer, te
6 uur.
Donderdag. Residentie-orkest Noëla Cou
sin, violiste. Stadsgehoorzaal 8 uur.
Donderdag, R.K. Reclasseeringsvereeniging
„In den Vergulden Turk" 8 uur.
De avond-, nacht- en Zendagdienst der
apotheken wordt van Maandag 9 tot
en met Zondag 15 Maart a.s. waar
genomen door de apotheken: M. Boekwijt,
Vischmarkt 4, telef. 552 en C. van Zijp,
Wilhelminapark 8, Oegstgeest, telef. 274.
Losse nummers van
DE LEIDSCHE COURANT
zijn verkrijgbaar bij:
Sigarenmagazijn „INSULINDE"
Heerenstraat 2
Sigarenmagazijn J. G. v. ZWIETEN
v. d. Waalsstraat 1
Sigarenmagazijn SOMERWIL
Hoogewoerd 24
ZANDVLIET's Boekhandel
Haarlemmerstraat 117 a
KIOSK, Prinsessekade
Bureau DE LEIDSCHE COURANT
Papengracht 32.
notulen eener curatorenvergadering waar
uit blijkt, dat prof. Van Calcar wel bereid
was de tropische hygiëne mede te doceeren,
doch niet om de beide directoraten te com
bineeren. Voorts had prof. Van Calcar daar
in te kennen gegeven, geen bezwaar te
hebben tegen een tijdelijke vacantie, te ver-
leenen door den minister, waar hij in 20
jaren geen vacantie had genoten.
Dr. P. J. Idenburg, secretaris van het
curatorium der Leidsche Universiteit, geeft
enkele inlichtingen van formeelen aard.
Prof. dr. P. C. Flu, die sedert 1 Januari
1936 directeur van de samengevoegde la
boratoria is en sedert 1921 hoogleeraar in
de tropische hygiëne en in de parasitolo
gie, vervolgens als getuige-deskundige ge
hoord, zegt, sedert jaren cursussen te heb
ben gegeven in de bacteriologie voor de
studenten, die bestemd waren om naar In-
dië te gaan.
De vereeniging voor Tropische hygiëne,
waarvan get. secretaris is, heeft den mi
nister geadviseerd, den leerstoel voor Tro
pische Hygiëne niet op te heffen.
Combinatie achtte getuige een onge-
wenschten toestand, maar wanneer de nood
zaak dwingt, dan wordt de zaak anders.
Toen spr. daarvan overtuigd was, heeft hij
er in berust de beide leerstoelen op zich te
nemen.
Dr. J. R. F. Rassers, oud-conservator aan
het laboratorium van prof. van Calcar,
geeft eenige inlichtingen over het gebruik
van dat laboratorium.
Een gedeelte (de helft) van zijn salaris
werd door spr. afgestaan voor het verrich
ten van particuliere wetenschappelijke on
derzoekingen en om aldus het bij-laborato
rium aan den Nieuwe Rijn te helpen in
stand houden. Prof van Calcar was daarin
betrokken, doch dit ging officieel buiten
het departement om. Zulke constructies
komen wel vaker voor.
Mr. Marchant: Indien het departement
er in ware betrokken, dan zou de oplos
sing voor het Rijk duurder en minder
doelmatig zijn geweest.
Prof. dr. J. A. J. Barge, hoogleeraar in
de Anatomie en Embryologie en destijds
waarnemend voorzitter van de Medische
Faculteit te Leiden antwoordde op een des
betreffende vraag van den president, dat
de samenvoeging door de faculteit niet
wenschelijk werd geacht. Het college van
Curatoren heeft echter de meening van
de Medische Faculteit over de samenvoe
ging niet gevraagd, zoodat de Faculteit
besloot, ongevraagd te adviseeren. Spre
ker keurt het af, dat het Curatorium aldus
heeft verzuimd, advies te vragen. Alleen
was het oordeel der Faculteit ingewonnen
over de geschiktheid van prof. Flu voor de
samengevoegde leerstoelen.
Prof. dr. G. G. J. Rademaker, hooglee
raar in de psysiologie te Leiden, zou de
beide leerstoelen liever gescheiden gehou
den hebben gezien. De klinische bacterio
logie is onmisbaar voor a.s. medici; zij
werd door prof. van Calcar gedoceerd. De
tropische hygiëne kon desnoods tot één
bepaalde universiteit worden gereduceerd.
Get. noemt verschillende bekwame spe
cialisten, die leerling van prof. van Cal
car waren, wiens onderwijs op hoog peil
stond.
Te 1.15 wordt de zitting geschorst tot
kwart over twee.