STADS V NIEUWS
VRIJDAG 6 MAART 1936
DE LEIDSCHE COURAN.
EERSTE BUD - PAG. 2
HOE WORDT HET WEER 7
WEINIG VERANDERING.
DE BILT SEINT:
Zwakke tot matige Zuid-Westelijke tot
Zuidelijke of Zuid-Oostelijke wind, neve
lig tot zwaarbewolkt, aanvankelijk weinig
of geen neerslag, wellicht later iets zachter.
Hoogste barometerst.: 770.3 te Ingö en
La Coruna.
Laagste barometerst.: 747.6 te Lerwick.
De kern van de depressie welke tus-
schen IJsland en de Britsche Eilanden is
gelegen verplaatste zich naar Schotland.
Over Groot-Brittannië en Ierland bleef
het bewolkte en eenigszins regenachtige
weer nog aanhouden; over Schotland werd
het iets zachter, terwijl de temperatuur er
elders iets daalde. Een secundaire strekt
zich nog steeds Zuid-Oostwaarts van de
kern uit en heeft thans over Oostenrijk
een afzonderlijk kerntje gevormd. Het
weer in deze secundaire, welke ons land,
België, Noord-Frankrijk, Denemarken,
Duitschland, Tsjecho-Slowakije en Polen
beslaat, is somber. Uitgestrekte nevenge-
bieden komen voor; sinds gisteren is er de
temperatuur een weinig gedaald. Het
hoogedrukgebied over Scandinavië ver
sterkte zich nog in zijn kern, over het al
gemeen werd er de vorst echter minder
streng. Het hoogedrukgebied over Spanje
versterkte zich in zijn kern eveneens, doch
verlpor aan zijn Noordzijde aan beteeke-
nis. Daar verschijnt namelijk thans een
depressie met flinke barometerdalingen.
Waarschijnlijk zal deze den wind ten on
zent doen la-impen, overigens is nog niet
veel verandering te wachten.
LUCHTTEMPERATUUR.
6.6 gr. C.
LICHT OP VOOR FIETSERS e. a
Van Vrijdagnamiddag 6.17 uur tot
Zaterdagmorgen 6.06 uur.
HOOG WATER.
Te Katwijk aan Zee: op Zaterdag 7
Maart voorm. 2.37 en nam. 2.52 uur.
jarigen landbouwer A. S. te Teteringen.
Deze bleek een der financiers van het com
plot te zijn en tegen hem is proces-verbaal
opgemaakt.
De tweede financier bleek te zijn de 26-
jarige J. G. uit Ghaan. Bij het complot is
ook betrokken de man, die de vorige week
Vrijdag op den Ouden Dijk was aangehou
den, de 26-jarige K. G. Hij had in het com
plot de functie van reiziger, verkooper van
de margarine.
C., „het blonde gevaar", had het gevaar
lijkste werk. Hij zorgde ervoor, dat de door
de financiers in België gekochte margarine
over de grens kwam. De 420 doozen marga
rine waren naar %ter is gebleken bij
Ulicoten over de grens gebracht. Men heeft
met de partij daarna per auto een rit door
Brabant en Gelderland gemaakt en is via
Z altbommel en Vianen naar Gouda geko
men. Dit alles, omdat smokkelaars de con
trole bij ponten of veerdiensten steeds ver
mijden. Bij dezen rit heeft ook de 26-jarige
L. R. in den wagen gezeten, die bestuurd
werd door C. In Gouda kreeg men pech en
R. is daarna naar Rotterdam gegaan om zijn
wagen te halen. Toen hij hiermede op weg
was naar Gouda, werd hij op den Ouden
Dijk, als gezegd, aangehouden. Daar hy
geen papieren bij zich had, werd de wagen
in beslag genomen.
Hiervan heeft hij mededeeling gedaan
aan zijn kameraden in Gouda, die daarop
hun wagen hebben gerepareerd en verder
reden naar Rotterdam via Hillegersberg,
waar zij bij een poging tot controleering van
de papieren, hard zijn doorgereden, wat
tengevolge had dat de motorbrigade te Rot
terdam op den wagen attent werd gemaakt.
C. is thans in het Huis van Bewaring op
gesloten.
Behalve wegens het smokkelen is ook
proces-verbaal tegen hem opgemaakt we
gens het doorrijden te Hillegersberg. De
man is in de grensstreek zeer gevreesd. Hij
staat er bekend als onverschrokken en
stoort zich niet aan het schieten van ma
rechaussee, terwijl hij als buitengewoon
goed chauffeur hindernissen die op de weg
worden gelegd, meestal meesterlijk weet te
passeeren.
Met zijn aanhouding heeft men dus wel
een zeer goede vangst gedaan.
ACADEMIENIEUWS
LEIDEN. Geslaagd:
doctoraal examen Rechtsgeleerdheid de
heer Th. J. H. van Geldrop, Roermond;
candidaats examen Rechtsgeleerdheid
de heer F. du Marchie Sarvaas, Den Haag;
Artsexamen 1ste gedeelte W. van Woer-
kom, Wassenaar, H. L. Plokker, Den
Haag;
Bevorderd:
tot arts B. Allaart, Oegstgeest.
KERKWIJDING
Het groote feest voor de parochianen der
St. Petrus-paroohie nadert met rasse schre
den. Nog weinige dagen en de statige,
nieuwe kerk aan de Kamerlingh Onnes-
laan zal worden ingewijd. Reikhalzend is
naar den afbouw der kerk uitgezien; aan
een periode van veel ongemak zal een ein
de komen; in de nieuwe kerk zal het pa-
rocieele leven opnieuw een middelpunt
vinden als het huisgezin rond het haard
vuur.
De inwijding van een nieuwe kerk ge
schiedt met groote en langdurige plechtig
heden. Het profane bouwwerk van steen,
hout en ijzer wordt door de wijding ver
heven tot het Huis van God de plaats,
waar God zijn woontent heeft opgeslagen
te midden van de menschen-menigte.
Door een weelderig ceremonieel, door
herhaalde zegening en bewierooking, wil
de H. Kerk aan de geloovigen de hooge be
stemming van het gebouw duidelijk ma
ken en het profane bouwsel ontdoen van
alles, wat onheiligs er aan kleven mocht.
De plechtigheden beginnen op den voor
avond en zijn te splitsen in vier deelen:
1. De inbezitneming van het kerkge
bouw door den Bisschop;
2. de zuivering en heiliging der kerk;
3. de overbrenging van de relikwieën
der martelaren en de zalving van het al
taar;
4 de pontificale Hoogmis, als bekro
ning van het werk.
De geloovigen mogen de kerk nog niet
ingaan, voordat het tweede deel, de wij
ding, is geëindigd.
De vigilie.
Op den dag vóór de Kerkwijding legt de
Bisschop de H.H. Relikwieën der Martela
ren met een perkamenten oorkonde in een
fraai kistje, hetwelk Hij met drie korrels
wierook dichtsluit en verzegelt.
Dit kistje met de Relikwieën wordt op
den vooravond geplaatst in de Sacristie op
een versierd tafeltje, waarbij des avonds
door de Geestelijkheid de Metten en Lau
den der Martelaren worden gezongen, en
gedurende den geheelen nacht twee kaar
sen blijven branden.
In-bezit-neming van het kerkgebouw.
In den vroegen morgen gaat de Bis
schop naar 't kerkgebouw en doet 12 kaar
sen ontsteken bij de 12 kruisen, die op de
binnenmuren geschilderd, zijn aangebracht.
Dan verlaat Hij de kerk, welke gesloten
wordt en waarin alleen achterblijft een dia
ken.
De gesloten kerk verbeeldt het heiden
dom; de 12 kruisen en kaarsen zijn de 12
Apostelen, die door het licht des Evange
lies het heidendom verlichten moesten. De
diaken stelt den duivel voor, die onder
schijn van recht als een sterke zijn hof be
waakt, maar door Christus overwonnen
wordt.
Bisschop en geestelijken begeven zich
naar de plaats, waar de Relikwieën be
waard worden.
Onder het bidden der zeven Boetpsalmen
bekleedt de Bisschop zich met de bisschop
pelijke gewaden. Daarna gaan zij naar de
gesloten kerkdeur, roepen den bijstand in
van de H. Drieëenheid, alsook de voorspraak
van alle Heiligen door het zingen van de
groote Litanie.
De Bisschop gaat met de geestelijke drie
maal rond de kerk, de buitenmuren met
wijwater besprenkelend, eerst van boven,
dan van onder en daarna in het midden.
Telkens wordt voor de hoofddeur stil ge
houden en slaat de Bisschop met Zijn staf
tegen den drempel, roepend om binnen ge
laten te worden. Eerst na den derden om
gang en na herhaald roepen door allen,
wordt de deur door den diaken geopend.
Eerst teekent de Bisschop met Zijn staf
den drempel met het kruisteeken, opdat
de booze geesten zullen vluchten; dan tre
den Bisschop en geestelijken met blijde
zangen binnen en knielen in het midden
der kerk neer, om door den lofzang „Veni
Creator" den H. Geest af te smeeken en
door de Litanie van alle Heiligen hun aller
voorspraak in te roepen.
Onder het zingen strooit een der diena
ren asch op den vloer in den vorm van een
Andreaskruis: van den linkerhoek by de
deur tot aan den rechterhoek vooraan en
van den rechterhoek bij de deur tot aan
den linkerhoek vooraan. Heeft de Bisschop
de oratie van de Litanie gezonden, dan
schrijft Hij met Zijn staf in de asch der lin-
kerbalk het Grieksche en in de asch der
rechterbalk het Latijnsche alphabet, ter
wijl het koor den lofzang „Benedictus"
zingt en achter ieder vers den antifoon:
Hoe ontzagwekkend is deze plaats! Hier
is waarlijk het huis van God en de poort
des hemels!
Door deze ceremonie wordt voorgesteld,
dat Christus nu bezit genomen heeft van
deze plaats door er Zijn zegel op te druk
ken. De vorm toch van het kruis is de be
ginletter van het Grieksche woord Chris
tus, en de begin- en slotletter van het
Grieksche alphabet drukken volgens Apoc.
I, 8 uit, dat Hij is „het Begin en het Ein
de". De monogram beteekent dus: „Chris
tus, de eeuwige God".
Zuivering en heiliging der kerk.
Na driemaal Gods zegen te hebben afge
smeekt, wijdit de Bisschop zout, water, asch
en wijn en vermengt deze. Dit wijwater
wordt gebruikt by de besprenkeling van
kerk en altaar..
(Dit water wordt Gregoriaansch water
genoemd, naar den H. Paus Gregorius, die
het voor kerkwijdingen voorschreef; het
water beteekent de menschheid van Chris
tus, de wijn Zijne Godheid, het zout Zijn
leer, de asch Zyn lijden).
Na deze wyding gaat de Bisschop naar
de kerkdeur en teekent deze van binnen
met Zijn staf met twee kruisen, één om
hoog en één omlaag, om alle aanvallen van
de booze geesten te verdrijven.
Terwijl een Psalm wordt gezongen,
doopt de Bisschop zijn rechter duim in
het water en maakt daarmede een kruis
op het midden en op de vier hoeken
van het altaar, en gaat daarna, zoo moge
lijk, zevenmaal rond om het altaar, be-
spreidt het met het gewijde water en zingt
zevenmaal Asperges me met telkens drie
verzen van de Miserere waarin David vol
berouw bidt om vergiffenis
Alhdan gaat de Bisschop driemaal de
kerk rond om de binnenmuren te bespren
kelen: omlaag, in het midden en omhoog;
en daarna besproeit Hij den vloer, gaande
van het altaar naar de hoofddeur en van
den eenen muur naar den andere. En
vervolgens staande in het midden van de
kerk besproeit Hij den grond naar de vier
windstreken.
(Deze veelvuldige besproeiingen dienen
tot zuivering en tot heiliging van altaar en
kerk).
Tot afsluiting van het tweede deel zingt
de Bisschop een plechtig dankgebed, waar
in God wordt geprezen om Zijn grootheid
en goedertierenheid, en gesmeekt om de ge
beden, daór gestort, te verhooren.
Overbrenging der Relikwieën.
Nu bereidt de Bisschop met het gewijde
water het cement en zegent het.
Het water was over is, wordt aan den
voet van het altaar uitgestort.
(Deze uitstorting geschiedt in navolging
van het Oud-Testamentisch gebruik, om
het offerbloed, dat na de bestrijking der
vier hoeken van het altaar over was, op
den grond uit te gieten).
De bisschop, voorafgegaan door het kruis
en de geestelijken, begeeft zich naar de
plaats, waar de Relikwieën worden be
waard. Door gebed en zang worden de Hei
lige Martelaren daar gehuldigd.
Nu worden de Relikwieën geplaatst op
een draagbaar; in plechtige processie wor
den zij voorafgegaan door lichtdragers
en voortdurend bewierookt door pries
ters gedragen onder het zingen van vreug
dezangen.
Eerst wordt een rondgang gehouden bui
ten om de kerk, terwijl voortdurend door
allen wordt geroepen: Heer, ontferm U
onzer!
Daarna vermaant de Bisschop de geloo
vigen steeds grooten eerbied te bewaren
voor het kerkgebouw en trouw te zorgen
voor het onderhoud van kerk en pries
ters.
Voordat men de kerk binnentrekt, wordt
eerst de buitendeur gezalfd met Chrisma,
opdat zij steeds moge zijn een ingang van
heil en vrede.
Nu worden de Relikwieën de kerk bin
nen gedragen. Ook de geloovigen gaan nu
binnen: zij willen gaarne de voetstappen
der Heiligen volgen, om ook eens met hen
in Christus te rusten.
De Relikwieën worden bij het Altaar ge
plaatst; de Bisschop heft de antifoon aan:
Oudstijds werden de Altaren opgericht
boven de graven der Martelaren. Geen
waardiger plaats kon daarvoor worden uit
gekozen. Toen het aantal kerken zich ver
meerderde, moest men van deze gewoon
te afwijken. De Kerk gaf toen haar voor
schrift, dat in den Altaarsteen een klein
graf voor de Relikwieën der Martelaren
zou worden uitgehouwen.
Zalving van het graf der Martelaren.
De Bisschop zalft met Chrisma het graf
op de vier hoeken en legt vervolgens de
Relikwieën in het graf en zingt.
Daarna bewierookt de Bisschop de Reli
kwieën en wijdt den sluitsteen van het
graf aan den onderkant en den bovenkant,
bestrijkt den steen met het gewijde ce
ment en sluit het graf.
Wijding van het Altaar
Nu bewierookt de Bisschop geheel het
altaar en heft de Antiphoon aan:
De Engel stond naast het altaar des
tempels, een gouden wierookvat in de
hand; en hem werden vele reukwerken
gegeven; en de rook der reukwerken steeg
op voor het aangezicht van God. Alleluja.
Vervolgens wordt het altaar gereinigd,
waarna het wederom door den Bisschop
wordt bewierookt, terwijl Hij den Anti
phoon aanheft.
Daarna wordt het Altaar voortdurend
door een priester bewierookt.
Hierna vervolgt de Bisschop: Jacob
richtte een steen op tot gedenkteeken, en
goot daarover olie; hij deed een gélofte
aan den God van Jacob.
Deze Antifoon wordt gevolgd door Ps.
83. David drukt daarin het verlangen uit
naar Gods heiligdom.
Onder het zingen zalft de Bisschop tot
driemaal toe met de H. Olie der doope-
lingen de vijf kruisen, die op den Altaar
steen zijn aangebracht.
Onder het zingen van de antifoon: „Ge
heiligd heeft de Heer Zijn woonplaats;
want dit is het huis van God, waarin Zijn
Naam zal worden aangeroepen, waarvan
geschreven staat: En daar zal Mijn Naam
zijn, zegt de Heer", stort de Bisschop de
H. Olie der doopelingen en het Chrisma
tegelijk op het Altaar uit, en zalft met
reed is gemaakt door hemlsche zegening
Na de zalving van het altaar worden
de 12 kruisen op de binnenmuren der
kerk gezalfd. Juist door het altaar ver
krijgt het kerkgebouw zijn hooge waarde.
(Christus, de Gezalfde (het Altaar),
bezit devolheid van genade en zond de
genade des H. Geestes het eerst aan de
Apostelen (12 kruisen), die het geheim
des kruises moesten verkondigen).
De Bisschop heft den antifoon aan: „Al
uw muren zijn van edelsteenen; en de to
rens van Jeruzalem zullen worden opge
bouwd van diamant". Deze antifoon wordt
gevolgd door Ps. 147, waarin lof gegeven
wordt aan den machtigen God van Israël.
Bij het altaar teruggekeerd heft de Bis
schop de antifoon aan:
„Mozes bouwde een altaar voor God,
den Heer, waarop hij brandoffers opdroeg,
en offerdieren slachtend, bereidde hy voor
God, den Heer, een avondoffer tot aange-
namen geur, in het bijzijn der kinderen
Israëls".
Hierna wijdt de Bisschop wierookkor-
rels.
Op elk der vijf kruisen, in den Altaar
steen uitgebeiteld, worden vyf wierook-
korrels gelegd, en op ieder kruis van
wierookkorrels een kruis van waschlicht-
jes gezet, welke door den Bisschop wor
den ontstoken.
(De verbranding van den wierook her
innert aan Jezus, die Zijn lijden en dood
aan den Hemelschen Vader als offer aan
bood, en op het Altaar dagelijks Zijn offer
op onbloedige wijze hernieuwt).
Vervolgens worden de voegen tusschen
altaarsteen en voet gezalfd.
De inwijdingsplechtigheid wordt beslo
ten met het volgende gebed:
Almachtige, eeuwige God, wij bidden U
ootmoedig door Uwen eeniggeboren Zoon,
onzen Heer, Jezus Christus, dat Gij dit
'Altaar, hetwelk tot een heilig gebruik ge
reed is gemaakt, door hemelsche zegening
t heiligt; en dat Gij, gelijk Gij de op
dracht van den Hoogenpriester Melchise-
dech met een wondervol welbehagen hebt
aangenomen, zoo ook de offergaven, die
op dit nieuwe altaar gebracht worden,
altoos genadig wilt aanvaarden; opdat het
volk, hetwelk in dit heilig bedehuis zal ko
men, door die offers geheiligd en behou
den, de eeuwige zaligheid hunner zielen
moge verwerven. Door denzelfden Chris
tus onzen Heer. Amen.
H. Misoffer
Nu het kerkgebouw tot offerplaats ge
wijd is, wordt het altaar gereinigd en, als
bekroning van het werk, het Misoffer door
den Bisschop plechtig opgedragen.
De Misgebeden worden genomen uit de
Mis van Kerkwijding.
DE VERKEERSKWESTIE: LEVENDAAL
OF HOOGEWOERD.
Sinds voor enkele maanden het Leven
daal van een stinkende stadsgracht tot een
ware boulevard omgebouwd is, heeft Lei
den een verbetering van beteekenis verkre
gen. De ongezonde atmosfeer van het stil
staande grachtwater was reeds jaren als
een ziek lidmaat in een stadsgedeelte, dat
zich bevond te midden van de nieuwe en
de oude stad. Dit is thans veranderd. De
smalle hobbelige grachtstraten zyn verdwe
nen, waarmee echter weer een karakte
ristieke stadsgracht met zijn forsche hoo
rnen en de pittoreske trapjesbrug was ver
dwenen. Nochthans is dit verlies aan stads-
schoon niet betreurd. Integendeel. Men
heeft jaren lang geen moeiten gespaard om
het Levendaal te doen dempen en zoo de
weid en zijd beroemde ontsiering weg te
nemen. Doch alvorens het zoover was
moest de demping een dubbel doel be
oogen, men wilde een zwaard smeden, dat
aan twee kanten sneed.
De Hoogewoerd beantwoordde sinds lang
niet meer aan de eischen die men aan een
modern snelverkeer mocht stellen. De zeer
nauwe inrij, bovendien nog bemoeilijkt
door het dubbelspoor van de stadstram,
welke bij het enkelspoor het groote nadeel
brengt van een ten deele links verkeer,
vormde een zware belemmering voor het
steeds drukker wordend autoverkeer. Men
hoopte nu door demping van het Leven
daal een verkeersverlichting te bewerken
van de overbelaste Hoogewoerd.
Inmiddels is de gracht veranderd in een
breede aan alle eischen beantwoordende
snel-vervoersweg, geflankeerd door ruime
trottoirs. Hiervoor was een verandering
noodzakelijk van een deel van het Plantsoen
om een gunstige aansluiting op den Hooge
Rijndijk en daarmee op den weg naar
Utrecht te vér krijgen.
Aan de publieke ergernis van het Leven
daal kwam een einde, het is inderdaad een
schitterende oplossing geworden, waardoor
de verbinding met Stadstuinwijk en de
enorme uitbreiding aan de Zeemanslaan
niet weinig gebaat is. Aan ethische eischen
van stadsschoon is ruim voldaan. Is nu ech
ter ook het verkeersprobleem opgelost?
Deze vraag werd reeds van verschillen
de zijden met twijfel beantwoord. Immers,
inplaats van een weg komen er nu twee,
zoodat van een algeheele ontlasting van de
Hoogewoerd niet gesproken kan worden.
Hiernaast staat vast, dat de Hoogewoerd in
de „verkeerslijn" ligt, en het Levendaal
„om" is. Bovendien is de bocht Levendaal
Korevaarstraat in de nieuwe verkeersweg
voor het snelverkeer niet gunstig.
We hebben een en ander van nabij in
oogenschouw genomen en de cijfers ge
rangschikt. De gegevens die hier volgen
zyn opgenomen op vier opvolgende spits
uren. Het bleek, dat ruim de helft, namelijk
53,5 pet. van het snelverkeer over het Le
vendaal gaat en de resteerende 46,5 pet.
over de Hoogewoerd. Het verkeer wordt
alzoo oogenschijnlijk over beide wegen ge
lijk verdeeld. Dit is echter oogenschijnlijk,
want een nadere beschouwing stelt boven
genoemde bezwaren in het gelijk!
In totaal observeerden we 742 snelver-
keersvoertuigen. Hiervan gingen er 315 in
de richting van de Breestraat en 427 in de
richting Hooge Rijndijk. Het hoogere „uit-
voer"-cijfer kunnen we toeschrijven aan het
transito-verkeer over Leiden in de richting
Utrecht.
Ontleden we bovengenoemde cijfers naar
het verkeer over Hoogewoerd en Leven
daal dan komen we tot de volgende getal
len:
Richting Breestraat 315, over Hoogewoerd
AGENDA
LEIDEN.
Vrijdag. Geloof en Wetenschap, lezing „Hoe
de Dempo gebouwd werd", den
Burcht, 8 uur.
De avond-, nacht- en Zondagdienst der
apotheken wordt van Maandag t tot
en met Zondag 8 Maart as. waarge
nomen door de apothekers: P. du Croix,
Rapenburg 9, tel. 807, E. B. de Metz, Ka
merlingh Onneslaan 28, tel. 3553 en C. van
Zijp, Wilhelminapark 8, Oegstgeest, tel.
274.
157 of 55,6 pet, over Levendaal 140 of
44, 4 pet.
Richting Hooge Ryndijk 427, over Hooge
woerd 171 of 40 pet., over Levendaal 256
of 60 pet.
Hieruit blijkt dat voor het verkeer rich
ting Breestraat een kleine voorkeur voor
de Hoogewoerd bestaat, voortkomende uit
het feit van gunstiger ligging, ruimer toe
gang en vanwege het vermijden van de
bocht Korevaarstraat-Levendaal, die voor
verkeer uit deze richting zeer lastig ligt,
door 'n volkomen ontbreken van uitzicht op
het verkeer van de Breestraat. Voor een
klein percentage mogen we deze voorkeur
toeschryven aan de nog onbekende verbin
ding over het Levendaal. We mogen du*
veronderstellen, dat dit verschil mettertijd
genivelleerd zal worden. Tot zoover komen
de bezwaren geheel tot hun recht.
Voor de richting Hooge Rijndijk springt
de voorkeur voor het Levendaal sterk in
het oog. Voor een groot deel is hier de
A.N.W.B. debet aan door de plaatsing van
duidelijke verkeersborden aan het split-
singspunt: HoogewoerdKorevaarstraat en
op de Korevaarstraat tegenover het Leven
daal. Echter voor het grootste deel de on
gelukkige nauwe inrij van de Hoogewoerd
aan deze zijde.
Hoewel het verkeer in één richting zoo
veel gunstiger geworden is, mag toch niet
tot éénrichtings-verkeer besloten worden:
over de Hoogewoerd voor de richting Bree
straat, over het Levendaal voor de rich
ting Hooge Rijndijk. Eenerzijds zou hier
door het verkeer over de Hoogewoerd
geenszins verlicht worden, anderzijds biedt
het Levendaal ruim voldoende gelegen
heid voor verkeer uit beide richtingen.
Voor het Levendaal moeten we nog een
frappeerende bijzonderheid meedeelen, na
melijk het groote verschil in richting. We
zien dat 72 pet. van het vrachtvervoer hier
over in de richting van den Hooge Rijndijk
gaat, terwijl dit cijfer voor het personen
vervoer 54 pet. bedraagt.
Plaatsing van eenige verkeersaanduiding
aan de splitsing PlantageLevendaal zal
ook hier verbetering brengen.
We mogen dus inderdaad van een verbe
terde verkeersverbinding spreken, temeer
daar bij meerdere bekendheid het Leven
daal verre verkieslijk zal zijn boven de
Hoogewoerd.
DREIGENDE STAKING BIJ DE
N.V. v.h. GEBRS. PEL.
Van werknemerszijde wordt ons bericht:
In een gisteren gehouden vergadering,
van personeel der N.V. v.h. Gebr. Pel, sui
kerwerkfabrikanten aan de Morschweg
5058 alhier, is besloten tegen de sedert
22 Februari 1936 toegepaste 5 pet. loons
verlaging door middel van staking op te
treden.
De loonen zijn sedert 1932 van 15 tot 45
pet. verlaagd, zoodat zeer lage loonen zijn
overgebleven. Het jongens- en meisjes-
personeel geniet een belooning zoo laag,
dat neit het minste uitzicht op bestaans
mogelijkheid meer overblijft, terwijl vele
volwassen, gehuwde personen van acht tot
16 gulden per week verlaging ondergingen,
waarvan nu weer 5 pet. is afgenomen.
Bovendien stelt de firma zich voor om
in de eerste week van April a.s. opnieuw
de loonen met 5 pet. te verlagen.
Hiertegen meenen de vakvereenigingen
van de arbeiders, de Algem. en Chr. bon
den in het Bakkers-, Chocolade- en Sui-
kerbewerkingsbedrijfte moeten opkomen.
DE DREIGENDE STAKING BIJ
VAN HOEKEN.
De Rijksbemiddelaar prof. mr. Josephus
Jitta heeft inlichtingen gevraagd aan de
partijen die betrokken zijn bij een drei
gende staking bij de firma Van Hoeken,
houthandel alhier.
ONGELUK MET DOODELIJKEN
AFLOOP
Dinsdag j.l. te 5.40 uur is de milicien
bij-kok D. de B. uit Katwijk aan Zee op
de binnenplaats van de Moschpoortka-
zerne alhier gestruikeld en in een kuip
heet water gevallen. Hij werd naar het
hospitaal overgebracht, waar hij gisteren
aan de gevolgen is overleden.
Zilveren medaille 24-jarige dienst.
Hedenmiddag omstreeks 12 uur heeft op
de cour van de Doelenkazerne alhier de
uitreiking plaats gehad van de zilveren
medaille voor 24-jarigen dienst aan den
fourier G. H. Broekema en den wachtmees
ter W. M. van Well, beiden van het 6e
Reg. Veld-Artillerie.
Voor het front der troepen, die onder
leiding stonden van kapitein Taconis, wer
den de besluiten voorgelezen, waarna de
majoor hoofdinstructeur Brasser beiden
militairen de medaille op de borst spelde.
Daarna sprak majoor Brasser hen in
hartelijke woorden toe en hoewel hij
moest erkennen door zijn nog korte ver
blijf bij het regiment, weinig van de ju
bilarissen te weten, had hij toch gehoord,
dat zij immer de hen opgelegde taak in
trouwe plichtsvervulling hadden verricht.
De muziek van het 6e Regiment luisterde
de plechtigheid op.