DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN 27ste Jaargang WOENSDAG 5 FEBRUARI 1936 No. 8335 DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling: Voor Leiden 19 cent per weekJ 2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop: S 0.50 V Meer werkl De besturen vain gemeenten staan voor zware zorgen, 't Is zoo uiterst moeieüjk, de begrooting sluitend te maken èn sluitend te houden. En toch moét dat, omdat het een der eerste eischen is, welke door het be lang der gemeente worden gesteld! Er mag niet meer worden uitgegeven, dan er in komt. En de uitgaven zetten zich steeds uit, terwijl de inkomsten steeds in krimpen. Wij kennen die moeielijkheden. En, door drongen daarvan, aarzelen we toch niet, den gemeentebesturen voor te houden den plicht, om te zoeken naar mogelijkheden voor arbeid nuttigen arbeid, natuur lijk door de ingezetenen. Op de uitga van voor dat doel mag niet worden be spaard, tenzij in de alleruiterste dwingende noodzakelijkheid; en er moet gezonnen worden op uitbreiding van het arbeidster rein, zoolang nog maar eenigszins mogelijk! Zóó kunnen de gemeentebesturen mede werken om den oeconomischen toestand te verbeteren; zóó ook kunnen zij medewer ken, om de moreele ellende van velen op te heffen of te verzachten. Ons bereikte vandaag een vraag van een onzer lezers, of in een genoemden gemeente lijken Dienst te Leiden veel werd overge werkt. Wij moeten deze vraag, helaas, bevestigend beantwoorden. In meerdere ge meentelijke Diensten wordt overgewerkt. Als zulks niet gebeurde, zouden er meer personen aan het werk kunnen worden ge steld!.... Dat is in dezen tijd een kwaad, hetwelk een gemeentebestuur niet mag toe laten! Een Paterspraatje over de film. v EEN MEDITATIE BIJ EEN YO-YO! We leven snel! We vergeten snel! Nie mand bijna denkt nog aan koning Albert, koningin Astrid, koningin Emma, alhoewel deze laatste, door een Engelsch journalist, nog wel genoemd werd: the lovest old lady, de liefste oude dame van Europa. Maar als niemand bijna meer denkt aan voorbije menschen, wie denkt er dan nog aan voorbije dingen? Wie denkt er nog aan de diabolo, waarvoor wij in onze jonge tijd zoo enthousiast waren; of wie denkt er nog aan de yo-yo? Tot voor korten tijd yo-yo-de alles: 't mannetje achter de ijs- wagen en de minister heel stilletjes 's avonds in de huiskamer, het meisje van Heek en de chef van Jansen en Tilanus; het kind van 9 en zijn grootvader van 90. En nu! Ze is verdwenen. Jammer. Want die yo-yo, die zoo onbarmhartig vrij plotseling van de aarde is weggevaagd, was een zeer voornaam ding. Je kon erbij mediteeren, dikwijls beter dan uit het beste meditatieboek, je kon erbij studee- ren en philosopheeren. Ja, dat doodeenvou dige, simpele dingetje, een paar schijfjes, met een soort spijker verbonden, en daar omheen een touwtje, kon ons in sommige oogenblikken meer kennis bijbrengen dan een academische these over staathuishoud kunde. Deze schijnbare prullen twee stukjes carton of blik plus 'n touwtje deden niet onder voor de zwaarwichtige of wel in watten verpakte taal van een sier- lijk-gebefte en imponeerende professor.. Tusschen de twee ronde schijfjes was voor menigeen meer wetenschap en wijsheid samengeperst dan tusschen de omslagen van dikke folianten: Zet u slechts in uw gedachte bij de yo-yo neer enmediteer! Wat deed de yo-yo leven, wat deed haar dansen en springen? 't Touwtje! Dat was het voornaamste. Als dit afknapte ofb rak, viel 't ding dood op den grond en was het zijn huppelende en regelmatige cadans kwijt. Dan was 't geen yo-yo meer, maar een dood stuk blik of carton. Welnu, zoo is het ook met de wereld. Die is een enorme, mooie, bontgekleurde yo-yo, maarzonder touwtje. De draad die haar met de nimmer falende en zekere hand van God verbonden moest houden om in beweging en in leven te blijven, heeft ze afgeknapt. Waanwijs als ze was, dacht ze, dat ze op eigen gelegenheid ook wel kon functioneeren. Gevolg: malaise, crisis, chaos, alles hopeloos in de war. 't Rhyth- me is eruit. De cadans weg! Als een ver treden, beschimmelde yo-yo, ligt ze in een hoek van de huiskamer van het heelal. Zoo'n trouwlooze yo-yo kon niet denken en kon niet praten. Maar als dat wel het geval geweest was, zou zij haar verdriet als volgt hebben uitgeschreid: „Hè, wat was dat toch fijn vroeger, zoo op en neer te dansen. Overal was ik bekend, geacht en gezien. Geen plein of straat waar ik niet kwam. Ik was in de stegen en in de deftige lanen, in de ziekenhuizen en in de sanatoria, ik was achter de toonbank van C. en A. en in de hand van de Pinda- Chineesch. Ik was de huisvriend van jong en van oud, van arm en van rijk. En op een 25-jarige bruiloft waren niet bruide gom en bruid, maar was ik het middel punt van het heele feest. En nu, och arm, lig ik achteloos, onbruikbaar, getrapt en geschopt, gedeukt en gebeukt in den vuil nisbak. En zij zou 't wel hebben kunnen uitschreeuwen: geef me toch het touwtje! Geef me toch het touwtje! Me dunkt, dat God toegelaten heeft dat de wereld ook op het oogenblik zoo gebeukt en gedeukt wordt, opdat zew ees des te harder zou gaan schreeuwen om de draad die haar met Zijn vingertoppen moet verbinden. De mensch immers dacht, dat hij het eenig- ste rad van het uurwerk was, dat alles draaide om en in de hand van de mannen der techniek en der wetenschap en van het kapitaal, in plaats van als een reuze- yo-yo in de hand van God. Zou de wereld er wijzer van geworden zijn? Had de yo-yo misschien een roeping te vervullen? Moest zij wellicht de menschen datgene bijbren gen wat duizend geleerde vertoogen en duizend wetenschappelijke bijdragen niet hebben klaargespeeld? Ja, in plaats van allerlei mogelijke acten en bescheiden en knappe koppen had men naar Genève veel beter een stelletje yo yo's kunnen sturen, niet zoozeer opdat de politici ermee zouden spelen, dan wel op dat zij er bij zouden mediteeren. 't Zou bovendien niet zoo prijzig en meer afdoen de geweest zijn. De wereld een yo-yo! Maar ook ons katholieke openbare leven een yo-yo, bont gekleurd misschien en uitwendig krachtig en gespierd, doch zonder touwtje, wanneer wij op het groote terrein van de film, of liever, in het groote filmbedrijf niets te veriellen hebben. Steunt daarom Gezins film „Roma". Want alles is boter aan de galg, wanneer wij dat terrein aan de han den van andersdenkenden overlaten. Denkt dus na en begrijpt! 't Gaat om groote en ernstige dingen! Pater AUX. v. SCHALEN, O.F.M., Voorz. Gezinsfilm „Roma", Franciscanenklooster, Woerden. N.B. Propagand a-predikaties, ter kennis making, zijn 26 Jan. en 2 Febr. reeds ge houden in de Hartebrug-kerk en in de kerk van O. L. Vrouw en St. Joseph, a.s. Zondag 9 Febr. zullen zij, eveneens door den voorzitter, gehouden worden in de Petruskerk (Lodewijkskerk) en 16 Febr. aan den Haagweg, te Leiden. De strijd in Oost-Afrika HET ITALIAANSCHE LEGERBERICHT. ROME, 5 Febr. (A. N. P.). Het 115e le- gerbericht luidt als volgt: „Aan het Somalifrónt hebben de troe pen van generaal Graziami den opma-sch naar de Webbi Gestro voortgezet. Een van Boecoerale vertrokken colonne verjoeg de Abessijnsche bezetting van Lamma Sjilighi en bezette dit dorpje, waar belangrijke voorraden graan werden gevonden. Een onzer verkenningskolonnes ontmoette nabij Malca Goebba aan de Dawa Parma sterke Abessijnsche detachementen De vijand, die hardnekk.'gen tegenstand bood, verd met zware verliezen op i vlucht gedre ven en hierbij vielen tal van krgijsgevan- genen, wapens en een levensmiddelenko- lonne in onze handen. Tijdens de gevech ten heeft een escadron lansiers van Aosta zich bijzonder onderscheiden. Van het Eritrea-front is niets belangrijks te mel den." Prof. Mr. Dr. H, Krabbe t ZES DOODEN TENGEVOLGE VAN GASVERSTIKKING. NEW-YORK, 5 Februari. (A.N.P.) Te Rankin in Pennsylvanië zijn zes leden van een gezin door gasverstikking om het leven gekomen. DOOR TREIN OVERREDEN EN GEDOOD. BERLIJN, 5 Febrüari. (A.N.P.) Vier mili tairen, die tijdens een velddienstoefening den spoordijk tusschen Staaken en Boebe- ritz hadden betreden, zijn door een trein gegrepen. Drie hunner werden gedood, de vierde werd zwaar gewond. Oud-hoogleeraar in het Staatsrecht aan de Leidsche Universiteit. In den ouderdom van 79 jaar is heden nacht na een langdurige ziekte hier ter stede overleden prof. mr. dr. H. Krabbe, oud-hoogleeraar in het Staatsrecht aan de Leidsche Universiteit. Hugo Krabbe, zoon van den Leidschen Herv. predikant Chr. Krabbe, werd den 3den Feruari 1857 alhier geboren, waar hij aan de H.B.S. en het Stedelijk Gymna sium zijn eerste opleiding ontving. Den 29sten September 1874 werd hij aan de Leidsche Universiteit als student in de rechten ingeschreven en deed zich aldaar al spoedig als een der beste leerlingen van zijn leermeester wijlen prof. J. Th. Buys kennen. Den 2den Juli 1883 verwierf hij den graad van doctor in de staatsweten schappen op een proefschrift, getiteld: „De burgerlijke staatsdienst in Nederland". Denzelfden dag promoveerde hij op stellin gen tot doctor in de rechtswetenschap. Spoedig na zijn promotie werd hij be- benoemd tot adjunct-commies 1ste klasse ter Provinciale Griffie van Gelderland, waarna in Februari 1886 zijn aanstelling volgde tot commies-chef ter Provinciale Griffie van Noord-Holland te Haarlem, al waar hij ruim twee jaar werkzaam was. Daarop werd hij naar den Haag geroepen, waar hij hoofdcommies werd aan het De partement van Binnenlandsche Zaken. Inmiddels had hij zich reeds een uitste kenden naam verworven als kenner van het staatsrecht, niet in het minst door zijn in dat jaar uitgegeven werk over de straf- wetgevende bevoegdheid der gemeente besturen. Het viel dan ook niet te verwonderen, dat hij in 1894, op 37-jarigen leeftijd, werd benoemd tot hoogleeraar in het Staats recht aan de universiteit te Groningen, welk ambt hij den 2den Februari van dat jaar aanvaardde met een rede: „De werk kring van den Staat". Toen hij dit ambt twee jaar had vervuld, verscheen van zijn hand het werk, waar mede hij den eersten stoot gaf aan de tra- ditioneele opvattingen omtrent de grond slagen van recht en staat. Het was: ,Die Lehre der Rechtssouveranitat", waarin hij als grondslag van de moderne staatsidee aanwees het gezag des rechts, uitsluitend wortelend in 's menschen rechtssgevoel en rechtsidee. In wetenschappelijke kringen trok dit geschrift, getuigend van scherp zinnigheid en helderheid van betoog, niet weinig de aandacht en het oog der Neder- landsche rechtswetenschappelijke wereld bleef voorgoed op hem gevestigd. Toen nu wijlen prof. mr. J. Oppenheim als hoogleeraar in het staatsrecht aan de Leidsche Universiteit aftrad, werd prof. Krabbe bij koninklijk besluit van 7 De cember 1907 tot zijn opvolger benoemd. Hij aanvaardde het hoogleeraarsambt te Leiden den 4den Maarta 1908 met een rede, getiteld: „De idee der persoonlijkheid in de Staatsleer". Gedurende zijn hoogleeraarsambt aan de oudste universiteit des lands heeft prof. Krabbe zich nog meer doen kennen als een man van gezag in het staatsrecht. In 1915 verscheen zijn hoofdwerk: „De Moderne Staatsidee". Hij telde tal van leerlingen en de invloed van den meester der staatswe- J. A. Bots f Dit nummer bestaat uit vier bladen. Op 80-jarigen leeftijd is overleden onze bekende stadgenoot de heer Joannes Aloy- sius Bots. De heer Bots verbleef den laatsten tijd met zijn echtgenoot in het St. Elisabeth- gesticht aan de Hooigracht te Leiden. Op 17-jarigen leeftijd is de heer Bots in 1856 te Nieuwkoop geboren naar Leiden gekomen, waar hij een leerlooierij is begon nen, welke zaak hij tot 1909 heeft gedreven. De heer Bots is vooral bekend als de oud wethouder Bots. In 1901 is hij lid van den gemeenteraad geworden, gekozen door de R. K. Staatspartij, en van 1911 tot 1923 is hij Wethouder geweest. Hij belastte zich in 1911 met de porte feuille van Financiën en het Marktwezen. In September 1918 wisselde hij genoemde portefeuille voor die van Fabricage en de Stedelijke Lichtfabrieken. In 1922 belast te hij zich met de zaken betreffende Fi nanciën, de Stedelijke Lichtfabrieken' de Burgerl. Armenzorg, de Arbeidsbeurs en de werkloosheidsverzekering. Tijdens zijn wethouderschap van Fabri cage en de Lichtfabrieicen werden o.m. de volgende belangrijke besluiten genomen: Herziening van het uitbreidingsplan hoek Rijnsburger weg en Warmonderweg; bij den Haarlemmerweg beoosten den Rijnsburger- weg en benoorden de Poelwetering; beoos ten den Zijlsingel in de Waard. Vaststel ling van een uitbreidingsplan voor het ter rein in de aard gelegen tusschen de voor malige gemeentegrens en het Rijn- en Schiekanaal. Verbreeding van de Joden- kerksteeg en verbetering van de Zijd gracht (Korevaaistraat). Aanleg van stra ten in het Kooikwartier en van straten ten oosten van den Zijlsingel, van de Ko- ninginnelaan. Bouw van een nieuwe Kraaierfcrug. Bouw van een nieuwe stoke rij voor de gasfabriek. Om gezondheidsredenen heeft hij zich in 1923 niet meer beschikbaar gesteld voor den gemeenteraad. In 1884 is hij gekozen tot regent van het R. K. Par. Armbestuur en het R. K. Wees- en Oude Liedenhuis. Zeer vele jaren is hij belast geweest met het financieel beheer van genoemde instellingen, hetwelk door hem werd gevoerd met een onovertrefbare accuratesse. Hij heeft ook een werkzaam aandeel gehad bij de fusie van het R. K. Parochiaal Armbestuur met het R. K. Wees- en Oudeliedenhuis in 1914. Verleden jaar herdacht de heer Bots zijn 50-jarig regentschap van het Armbestuur enz. en zijn 50-jarig huwelijk met Mevr. A. G. Blans. Tot voor enkele jaren was de heer Bots Bestuurslid van de Gemeentelijke Werk inrichting en Ambtenaar van den Burg. Stand. De overledene was begiftigd met het gou den kruis Pro Ecclesia et Pontifice en was Officier in de Orde van Oranje Nassau. Met den heer Bots is uit ons midden verdwenen een figuur, die den stempel droeg van ouwerwetsche gedegenheid in handel en wandel, een waardig, kalm, be zadigd man. n Dertig jaren gele den werd de heer Bots al reeds aangeduid als „de oude heer Bots", wat typeerend is voor de ernstige kalmte, waarmede hij op trad en zich in het maatschappelijke leven bewoog. De heer Bots was in de jaren, dat hij raadslid en wethouder was, geëerd bij alle leden van den Raad en bij allen, die met hem in relatie kwamen, om zijn eenvoud en eerlijkheid. Wij herinneren ons een voorval uit een vergadering van den Leid schen Raad, hetwelk kenschetst het ver trouwen, dat de heer Bots genoot. Een der Raadsleden, de heer v. Gruting (lid van de toenmaals bestaande Unie-liberale Par tenschap is op velen nog zeer goed merk baar. De begrafenis van het stoffelijk overschot zal a.s. Vrijdagmiddag te 3 uur plaats heb ben op „Rhijnhof VOORNAAMTE NIEUWS BUITENLAND. Er zouden nieuwe gevechten ontstaan zijn in het Noorden van Abessynië bij Hausien. De Ned. Ambulance gaat naar Korem. (2de blad). De Belgische minister-president dringt aan op militaire versterking. (2de blad). De Fransche Kamer spreekt zich uit vóór evenredige vertegenwoordiging. 2de blad). Leider der Duitsche nat.-socialisten in Zwitserland vermoord. (2de blad). BINNENLAND. Het Comité van actie voor versch brood heeft gisteren te 's-Gravenhage een verga dering gehouden waar vele sprekers het woord hebben gevoerd. (2de blad). Steun aan de griend- en rietcultuur, oogst 1935—1936. (2de blad). LEIDEN. Overleden is de oud-hoogleeraar mr. dr. H. Krabbe. (1ste blad). Overleden is de oud-wethouder J. A. Bots. (1ste blad). tij, welke partij later met de Vrij-liberale Partij is samengesmolten in den Vrijheids bond) had op een bepaald punt het' beleid van wethouder Bots becritiseerd. De heer Bots verdedigde zich, maar sprak, zooals vaak, heel zacht, zoodat de heer v. Gruting het meeste niet kon verstaan. En deze ant woordde toen ongeveer als volgt: Mijnheer, de voorzitter, ik heb den heer Bots niet verstaan, doch begrepen, dat hij de waar heid van het door mij genoemde feit, waar op mijn critiek was gegrond, ontkende. Welnu, als de heer Bots dat zegt, dan is dat voor mij afdoende, dan blijkt, dat ik verkeerd was ingelicht. Aan de waarheid van wat de heer Bots zegt kan niemand twijfelen". Dit voorval, dat ons in de herinnering schiet, nu wij het leven van den heer Bots vóór ons zien, is teekenend voor den man: hij was eenvoudig en eerlijk en daarom ge- eerd bij allen, die hem kenden. De heer Bots was echter niet, zooals men zich hem soms voorstelde: goedig, te veel vertrouwend in anderen. Hij kon scherp en raak in zijn opmerkingen treffen dengene, die zich op een naar zijn meening onbe hoorlijke wijze ongegronde critiek aanma tigde of zich in het openbare leven en op vergaderingen naar voren drong. Dat laat ste vooral kon hij niet verdragen, speciaal niet in jeugdige personen. En o.m. van ver gaderingen der R.K. Kiesvereeniging, wier vice-voorzitter hij is geweest en die hij en kele malen leidde bij ontstentenis van den voorzitter, mr. Aalberse, herinneren wij ons nog wel, hoe hij zelfs sarcastisch kon zijn, als daar b.v. een jong intellectueel naar zijn smaak een te hoogen eigendunk had. De heer Bots heeft in de posten, waarop hij de goede zaak heeft gediend, dat altijd gedaan op een zeer waardige wijze. Hij ruste in vrede. DE SNEEUWSTORM IN JAPAN HOUDT AAN. TOKIO, 5 Februari. (A.N.P.) Nog steeds raast over Japan een geweldige sneeuw storm. Op verschillende plaatsen is eht ver keer stilgelegd, en de licht- en telefoonlei- I dingen zijn hier en daar verbroken. In de groote steden, als Tokio, Osaka en j Kobe, lag de sneeuw vanmorgen vroeg reeds j een meter hoog. De bezoekers der amuse mentsgelegenheden waren door den j sneeuwstorm genoodzaakt, in de lokalitei- i ten te overnachten. Te Tokio zijn vanmor- I gen vroeg 13.000 sneeuwruimers met 1100 vrahtauto's aan het werk gezet, doch hun aantal was op lange na niet voldoende Meer dan 100 schepen konden niet uitvaren Talrijke visschersbooten worden vermist

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1936 | | pagina 1