STADS
NIEUWS
DE ZIEKTE VAN KONING GEORGE.
27ste Jaargang
MAANDAG 20 JANUARI 1936
No. 8321
S)e Ccid^eli^Soii/^a/rit
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling:
Vooi Leiden 19 cent per week 2.50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week S 2.60 per kwartaal
Franco per post 1 2.95 per kwartaal
Het Geïllustj eerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
vooruitbetaling Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent.
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be-
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkoop: S 0.50
Onveranderd ernstig
REGENTSCHAPSRAAD WORDT INGESTELD.
ONRUSTIGE NACHTEN.
Zondagmiddag werd te Sandringham,
waar de Engelsche koning ziek ligt, het
volgende officieele bulletin gepubliceerd:
„Hoewel de Koning een onrustigen nacht,
heeft gehad, zijn de krachten van Zijne
Majesteit niet verder afgenomen".
Later werd bekend, dat de koning gis
teren eenige uren heeft geslapen.
Zondagavond tegen 8 uur (G.M.T.) heb
ben de drie lijfartsen van koning George
het volgende officieele bulletin uitgegeven
over zijn gezondheidstoestand:
„De Koning heeft een rustigen dag ge
had. In den toestand van Zijne Majesteit
is geen wijziging getreden".
Vanmorgen vroeg werd te Sandringham
medegdeeld, dat de toestand van den ko
ning onveranderd is. Men meent te we
ten, dat de vorst weer een onrustigen
nacht heeft gehad.
Nu ook de hertog van Kent is aangeko
men, heeft koning George al zijn kinderen
met uitzondering van den hertog van Glou
cester, die zelf ziek is, gezien.
Koningin Maud van Noorwegen, de
eenige nog in leven zijnde zuster van ko
ning George wordt voortdurend van zijn
toestand op de hoogte gehouden.
DE KROONRAAD KOMT HEDEN
BIJEEN.
De leden van den kroonraad zijn tegen
heden naar Sandringham ontboden om te
besluiten over de benoeming van een re
gentschapsraad, welke den Engelschen ko
ning tijdens dien ziekte zal vertegenwoor
digen.
Het besluit tot instelling van een re-
gentschapsraad moet niet worden be
schouwd als een teeken dat de toestand
van den koning slechter is geworden.
Veeleer gelooft men, daaruit te moeten
concludeeren, dat een lange duur der
ziekte wordt verwacht. De instelling van
den regentschapsraad zal heden geschie
den in den Kroonraad, die bijeen zal ko
men in de ziekenkamer of in een aanslui
tend vertrek. Aan de zitting zal waar
schijnlijk worden deelgenomen door den
prins van Wales, den hertog van York,
den hertog van Kent, den minister-presi
dent, den lord privy council Ramsay Mac
Donald, den minister van binnenlandsche
zaken Simon, den lord-kanselier Hailsham
en den aartsbisschop van Canterbury.
De regentschapsraad, die gedurende de
ziekte van den koning diens functie zal
waarnemen bestaat uit de koningin, den
prins v*in Wales, den hertog van York,
den minister-president, den lord kanselier
en den aartsbisschop van Canterbury.
VORIGE REGENTSCHAPPEN.
Dit zal de derde maal zijn, dat tijdens
het bewind van koning George V een re
gentschapsraad de bevoegdheden der
Kroon overneemt.
De eerste maal werd hiertoe in 1925
overgegaan, toen de koning zich tot her
stel van zijn gezondheid voor geruim en
tijd naar de Riviera begaf. De tweede maal
moest men tot dezen maatregel besluiten
tijdens de zware ziekte, welke de koning
in 1928—'29 doorstond. Destijds bestond de
regentschapsraad uit zes leden, t.w. de ko
ningin, den prins van Wales, den hertog
van York, den premier, den lord-kanselier
en den aartsbisschop van Canterbury. Deze
raad kreeg de bevoegdheid, de privy coun
cil bijeen te roepen, documenten namens
den koning te onderteekenen en de overige
staatsfuncties van den vorst te vervullen.
De benoeming der leden kwam op 4 De
cember 1928 af. Eerst op 11 Juni 1929 kon
de koning een decreet onderteekenen,
krachtens hetwelk het grootste deel der
functies van de Kroon weder door hem
zelf werd waargenomen.
STRENG DIEET.
Omtrent het verloop van 's konings
ziekte werd heden vernomen, dat de hem
behandelende geneesheeren den vorst een
streng dieet hebben voorgeschreven. Reeds
sinds drie dagen heeft de vorst geen vast
voedsel tot zich genomen, doch op voor
schrift der artsen uitsluitend warm, vloei
baar voedsel genuttigd, dat hem bij kleine
hoeveelheden wordt toegediend. Hiertoe
behooren o.a. gerstewater, arrowroot, ci
troensap, melk en bouillon. Heden werd
den koning tevens toegestaan, een weinig
warmen cognac te drinken.
Zorgvuldig wordt er voor gewaakt, dat
in de spijsvertering van den zieke geen
storingen intreden, daar dit nadeelig zou
zijn voor de werking van het hart. Spe
ciaal toebereide melk wordt eiken dag van
de modelboerderij van het landgoed naar
Sandringham House gebracht. Om beurten
waken bij den zieken vorst zijn vertrouw
de verpleegster, zuster Black, die den ko
ning, naar men weet, ook tijdens zijn le
vensgevaarlijke ziekte van zeven jaar ge
leden ter zijde heeft bestaan en zuster
Davis.
HET KONINKLIJK GEZIN.
Ook koningin Mary vertoeft bijna onaf
gebroken aan het ziekbed. Sinds de ziekte
van haar gemaal een ernstige wending
heeft genomen, heeft de vorstin in totaal
slechts vijf uur geslapen. Zij heeft een ka
mer voor zich laten inrichten naast die
van den koning. In de onmiddellijke nabij
heid is eveneens een kamer voor "prinses
Mary, de Princess Royal, ingericht.
Gisterochtend had zich de geheèle ko
ninklijke familie gedurende korten tijd in
de ziekenkamer verzameld. De koning
sprak tot ieder enkele woorden, waarna
hij nog een kort onderhoud had met den
prins van Wales, alvorens deze samen met
den hertog van York naar Londen vertrok.
BENOEMINGEN IN HET BISDOM
HAARLEM.
Z. H. Exc. Mgr. J. P. Huibers, gekozen
Bisschop van Haarlem, heeft benoemd:
tot Plebaan der Kathedrale Kerk „Sint
Bavo" te Haarlem, den Zeereerw. heer F.
B. J. M. Filbry;
tot Pastoor te Amsterdam (O. L. V. Ko
ningin v. d. Vrede) den Weleerw. heer B.
H. C. Hosman;
tot Pastoor te Oud-Vossemeer den Wel
eerw. heer F. J. Bemelman, thans Kapelaan
te Amsterdam (H. Willibr. binnen de V.).
De nieuw-benoemde plebaan der Kathe
drale Kerk, onze oud-stadgenoot pastoor
Filbry, die de opvolger is geworden van
den hoogeerw. heer Westerwoudt, is te Led
den geboren in 1883, priester gewijd in 1907
en was sedert 1926 pastoor van de „Vredes-
kerk" te Amsterdam.
Eervol is de benoeming van pastoor Fil
bry tot pastoor van de hoofd-kerk van het
bisdom en tot opvolger van de in alle op
zichten voortreffelijken priester en zielen
leider den hoogeerw. heer Westerwoudt.
Pastoor Filbry heeft als pastoor van de
Vredeskerk te Amsterdam een zeer bijzon
dere activiteit ontwikkeld, hij stond bij alle
parochianen in hoog aanzien en was bij al
len zeer bemind.
PLEBAAN FR. FILBRY
V Nog eens het Plan van
den Arbeid.
Een redactielid van de socialistische pers
heeft met de ministers Deckers en Gelis-
sen bij hun terugkeer uit Polen een trein
dgesprek gehad.
De socialistische pers maakt nu naar aan
leiding van dit gesprek de volgende op
merking:
In het treingesprek van een onzer re
dactieleden met de uit Polen teru-gkee-
rende ministers Deckers en Gelissen
komt een uiterst belangwekkende me-
dedeeling van den laatste voor. Hij zei-
de naar Polen te zijn gegaan, om te
onderzoeken, of daar emplooi te vinden
is voor Nederlandsch kapitaal, dat hier
te lande braak ligt.
Tegen ons Plan van den Arbeid is
van regeeringszijde aangevoerd en in
vele persorganen druk nagepraat, dat
het volslagen onmogelijk zou zijn, de
ten behoeve daarvan in zes jaren be-
noodigde zeshonderd mdllioen gulden
te leen en.
Na de interessante inlichting van mi
nister Gelissen omtrent de ruimte hier
te lande van aanwezig kapitaal, dat
geen emplooi kan vinden, is dit verle
genheidspraatje wel ineens morsdood.
Die laatste conclusie is niet juist.
Wij herhalen, wat wij reeds schreven:
Indien vast staat, dat de uitvoering
van het Plan van den Arbeid een maat
schappelijk nuttig effect zal hebben van niet
spoedig voorbij gaanden, maar van min of
meer blijvenden aard, dat m.a.w. de door
het Plan voorgestelde of bedoelde arbeid
productief zal zijn, dan moet het kapitaal
daarvoor komen, ook al zouden de kapi
taal-bezitters het niet wenschen af te staan.
Dan moet er met kracht naar gestreefd
worden, om de kapitaal-bezittens tot mede
werking te dwingen. Wij, christenen,
erkennen geen absoluut eigendomsrecht!
Maar het werkelijk nut van het Plan van
den Arbeid staat niet vast of als men wil:
nog niet vast voor zeer vele tot oordeelen
deskundigen, aan wier objectiviteit men
niet mag twijfelen.
En daarom is het verklaarbaar, dat het
aanwezige kapitaal niet vrijwillig zich zal
steken in zulk een „Plan", terwijl het ook
niet daartoe kan worden gedwongen, en het
wèl te vinden zal zijn voor een oecono
misch nuttig, een productief emplooi elders.
Wij willen hier echter ook nog weer 'ns
herhalen, dat oi. het Plan van den Arbeid
niet zoo maar zonder meer mag worden
opzij gezet; dat het de ernstigste aandacht
en studie van regeering en volksvertegen
woordiging mag opeischen.
Gruwelijke moord op
een Priester
Pastoor Litjens uit Geisteren
in zijn tuin overvallen en
gedood.
Uit Venray wordt ons gemeld:
Het dorp Geisteren, gemeente Wansum,
is opgeschrikt door een lafhartigen moord.
De pastoor der parochie, de zeereerw. heer
Litjens is het slachtoffer geworden van dit
afschuwelijk misdrijf.
Het was Zondagavond reeds ver over
tienen, toen de pastoor met zijn hond een
wandeling maakte door den tuin, die ach
ter zijn huis is gelegen. In dezen tuin heb
ben de misdadigers hem overvallen en ge
wurgd. De daders of wellicht: de dader,
want het is nog niet bekend of een of meer
individuen dezen moord op hun geweten
hebben sleepten het lichaam van het
slachtoffer daarna door de tuindeur naar
binnen. Zij moeten hem vervolgens nog
een kogel door het hoofd geschoten heb
ben.
De pastoor was op het oogenblik van
het misdrijf niet alleen in huis. Zijn huis
houdster, die gehoord werd, heeft ver
klaard, dat zij reeds naar bed was gegaan
en toen geschreeuw had gehoord, doch zij
durfde haar kamer niet te verlaten. Ook
de koster, die in de onmiddellijke nabij
heid woont, had rumoer gehoord. Hij snel
de naar de pastorie en toen hij de deur
gesloten vond, haalde hij assistentie om
de deur te forceeren. Bij zijn terugkomst
was deze open, zoodat men vermoedt, dat
de daders in den tusschentijd zich uit de
voeten hebben gemaakt. Toen men het
huis binnendrong, vond men het lijk van
den pastoor in den gang. Waar bij een na
der onderzoek bleek, dat in de werkka
mer alles overhoop gehaald was en het bu
reau was geforceerd, is het vrijwel zeker,
dat roofzucht het motief van dezen moord
is geweest. Men weet intusschen nog niet,
of er iets vermist wordt.
Onmiddellijk na de ontdekking van het
misdrijf waarschuwde men de politie en
de marechaussee. De dader of daders zijn
op het oogenblik nog niet bekend. De Of
ficier van Justitie te Roermond bevindt
zich op de plaats van den aanslag.
De pastorie ligt betrekkelijk ver van
het dorp en zeer eenzaam. Zoodoende kon
den de daders ongestoord hun gruwelijk
misdrijf plegen.
In het dorp heerschte natuurlijk alge-
meene verslagenheid. In groepjes stonden
de menschen rond de pastorie het afschu
welijk drama te bespreken. De zeereerw.
heer Litjens was pas sinds korten tijd pas
toor van Geisteren, maar had zich in dien
tijd bij de bevolking zeer bemind gemaakt.
Vóór zijn benoeming tot pastoor was hij
professor te Rolduc.
VOORNAAMSTE NIEUWS
BUITENLAND.
De ziekte van den Engelschen Koning.
(lste blad).
De Italianen leveren bewijsmateriaal,
dat de Abessijnen barbaren zijn. Overwin-
ningsberichten en tegenspraken. (2de blad).
Heden komt de Volkenbondsraad bij
een. (2de blad)).
DIT NUMMER BESTAAT UIT VIER
BLADEN.
Dreigende ministercrisis in Frankrijk.
(2de blad).
Binnen-Mongolië verklaart zich onaf
hankelijk van China. (2de blad).
BINNENLAND.
Benoemingen in het Bisdom Haarlem.
(lste blad).
De uitkeering-in-eens aan kleine boe
ren. (éde blad).
Pastoor Litjens van Geisteren door roo-
ver(s) overvallen en vermoord, (lste blad).
Nog geen licht in den overval van Am-
sterdam. (Gem. Ber., 3de blad en lste
blad).
Enkele „zware" jongens gearresteerd.
(Gem. Ber., 3de blad en lste blad).
LEIDEN.
Ir. R. J. Verwijs, directeur van het Kon.
Genootschap ,JVL S. G." overleden.
SPORT EN WEDSTRIJDEN.
DAMMEN: Raichenbach behoudt zijn ti
tel van wereldkampioen. (2de blad).
SCHAATSENRIJDEN: Ned. successen in
Noorwegen. Nieuwe wereldrecords ge
vestigd. (2de blad).
WIELRENNEN: Nederlandsche overwin
ning op de Belgen. (2de blad).
Ir. R. J. Verwijs f
Directeur van het
Kon. Genootschap „M. S. G."
In den ouderdom van 63 jaar is gisteren
te zijnen huize te Oegstgeest plotseling
overleden de heer ir. R. J. Verwijs, civiel
ingenieur en directeur der school van het
Koninklijk Genootschap „Mathesis Scien-
tiarum Genitrix".
De heer Verwijs had gistermorgen nog
heel opgewekt een wandeling gemaakt en
kwam volmaakt gezond thuis, doch plot
seling overviel de dood hem eenigen tijd
later een hartverlamming had een eind
aan zjjn leven gemaakt.
In 1897, nauwelijks 24 jaar oud, behaalde
de heer Verwijs het diploma civiel-inge-
nieur aan de Polytechnische School te
Delft en verwierf sedert dien in een veel
zijdige practijk een groote technische er
varing.
Vooral in Duitschland, waar hij enkele
jaren werkzaam was aan een ijzercon-
structiewerkplaats, maakte hij een flinke
leerschool door, doch toen de toestanden
daar nijpend werden, keerde hij naar Hol
land terug.
De gewijzigde tijdsomstandigheden
brachten ook in de bouwindustrie een groo-
ten omkeer. De ijzer constructie werd meer
en meer verdrongen door de betoncon
structie en, open oog hebbend voor de mo
derniseering in de industrie, wierp ook de
heer Verwijs zich op de betonindustrie.
Hij solliciteerde naar de plaats van di
recteur der N.V. Wernink's Betonfabrie
ken en werd den 26en Mei 1906 als zoo
danig benoemd.
De omstandigheden waren weder oor
zaak, dat de heer Verwijs voor dit direc
teurschap bedankte, welk ontslag hem op
28 Februari 1919 eervol werd verleend.
In 1915 tot bestuurslid van het Genoot
schap M. S. G. gekozen, legde hij groote
belangstelling voor de school aan den dag
en toen hij zich in 1919 aanbood als direc
teur de leiding der school, maar tevens de
ontworpen reorganisatie van het onder-
wijs-program uit te voeren, volgde dan
ook dadelijk zijn benoeming. Hij aan
vaardde die taak met groote opgewektheid
en vertrouwde op zijn liefde voor het on
derwijs en zijn groote werkkracht.
De Nijverheidsonderwijswet van 1921,
de voorbereiding der dagschool, die in
October 1922 werd geopend, en de door de
tijdsomstandigheden geboden maatrege
len van hooger hand brachten hem steeds
meer administratieve beslommeringen.
Maar zijn leus bleef onverstoorbaar; de
school gaat voor alles. Ook al was hij
daardoor genoodzaakt des avonds na afloop
der schooluren, vaak tot diep in den
nacht, dat administratieve werk te doen,
de verzorging van het onderwijs en van
zijn leerlingen bleef zijn hoofdwerk.
Verwijs kende zoo goed uit de praktijk
de behoefte aan technische kennis en de
daarvoor noodige hulpwetenschappen.
Daarbij hielpen hem zijn opvoedkundig in
zicht en zijn vaardigheid in het populair
voorstellen de leerlingen te boeien en tot
extra inspanning te prikkelen.
Niet alleen de jongens waren hem daar
dankbaar voor, ook bij het leerarencorps
stond hij in hoog aanzien. In welke mate
Verwijs populair was bij leerlingen en
oud-leerlingen bleek bij elke jaarverga
dering of elk jaarfeestje. Minder bekend
dan deze huldeblijken is echter dat hij na
zijn radiorede ter gelegenheid van het 150-
jarig bestaan van het Genootschap, vele
waardeerende brieven ontving van oud
leerlingen uit verschillende deelen der we
reld.
Achter een o ogenschijnlijk norsch uiter
lijk verborg de heer Verwijs een onge
kende goedheid, welke ieder, die met
hem in aanraking kwam, een geheel an
deren indruk gaf dan het uiterlijk deed