gg RADIOPROGRAMMA'S Wm
LIED VAN DEZEN TIJD
ZATERDAG 18 JANUARI 1936
DE LEIDSCHE COURANT
VIERDE BLAD - PAG. 15
CULTUUR
Arthur van Schendel. Een Hol-
landsch drama. J. M. Meulenhoff
Amsterdam.
KEERT DE WINTER IN ONS LAND
TERUG?
De weersversohijnselen der laatste dagen
schijnen deze vraag bevestigend te beant
woorden. De sterke daling der temperatuur
sedert bet zachte weer in de eerste helft
der maand en de sneeuwval van gisteren
zijn verschijnselen, die niet tot ons land
beperkt bleven, zoodat wij den indruk krij
gen, dat de winter in Europa is terugge
keerd. De laatste dagen kwamen trouwens
uit andere landen heel wat berichten over
sneeuw en vorst.
Vooralsnog moeten wij niet te veel waar
de hechten aan deze waterverschijnselen.
Een echte vrieswinter, die ijs geeft, is ge
kenmerkt door een geheel anderen alge-
meenen weers toestand dan wij nu hebben.
De koude komt dan uit het Oosten, vanwaar
een krachtige Oostelijke luchtstrooming de
zeer koude lucht uit het binnenland van
Europa en Rusland naar het Westen over
brengt. Thans is de afkoeling een gevolg
van den aanvoer van koude lucht uit het
hooge Noorden, waar den laatsten tijd zeer
lage temperaturen hebben geheerscht. Men
zou kunnen vragen: maakt het dan uit waar
de koude lucht vandaan komt? Inderdaad
maakt dit in zooverre een groot verschil,
dat de weerstoestand, waarbij de wind over
Midden-Europa Oostelijk is, veel stabieler
is dan die, waarbij de wind Noordelijk is.
Wel is op het oogenblik de toestand zoo, dat
over den Oceaan in het Westen de lucht
druk het hoogst is, zoodat de Noordelijke
luchtstrooming, onder welks invloed in
West-Europa algemeen afkoeling is ingetre
den en veel sneeuw is gevallen, nog ten
minste eenige dagen kan aanhouden, maar
over een zeer breede streek, die zich van
Noord naar Zuid-Europa uitstrekt, liggen
onregelmatig gevormde depressies, en het
is moeilijk te voorzien wat deze zullen doen.
Zij vei*plaatsen zich onophoudelijk, vullen
op of ontwikkelen zich opnieuw en dit ver
oorzaakt voortdurende sterke veranderin
gen. Zoo trok de depressie, welke de laatste
dagen boven de Golf van Biskaye lag, N.O.-
waarts op en veroorzaakte over Engeland
en de Noordzee en omgeving veel sneeuw
val. Wellicht zullen wij van sneeuwstor
men uit Duitschland hooren, daar deze de
pressie sedert Donderdag zeer actief is ge
worden.
Dit alles is niet bevorderlijk aan de ont
wikkeling van een rustigen toestand van
helder vriezend weer en wij zullen daarom
eerst eenige dagen moeten afwachten eer
dat het duidelijk zal blijken in welke rich
ting de weerstoestand zich verder zal ont
wikkelen, of het kouder of warmer zal wor
den.
WEEK-END
als men sommige dezer verhalen leest,
vraagt men zich af, of zij niet even goed
een plaats konden krijgen in een socialis
tisch orgaan. Maar men moet het boekje
nemen als een geheel en dan blijkt te dui
delijk, dat Van Oosten ons geen socialisme
wil prediken, integendeel. Hij wil de men-
schen wakker maken voor een hoogere,
betere wereld, maar die niet komen kan,
als niet ieder mensch zich bewust wordt
van de groote plichten, die het leven ook
hem heeft gesteld. Plichten als eenling,
zeker, maar plichten ook als levend lidmaat
van een groot organische geheel. Eerst dan
zal het geheel bevredigend functioneeren,
als ieder deel z'n plaats en taak erkent.
Er zijn ook enkele verhalen bij. waarin
de schrijver met goedmoedige ironie ons
attent wil maken op het leege, het bedrie-
gelyke van onze cultuur. De schets „Kleine
aanrijding" samengesteld uit een politie-
en een verpleegstersrapport, een kranten
bericht, een paar gesprekken, doen ons ont
stellend duideiijk zien, hoe vlak en zonder
eenige diepere achtergrond dit menschen-
leven zijn kan, zelfs dan als het ongeluk
daar binnendringt. Salabert en de Licht-
week geven iets in dienzelfden geest. Het
laatste verhaal geeft plots aan het geheel
een andere wending: Het Heilig Bloed ter
zee, de wonderbare redding van een vis-
schersdorp door de macht van het Heilig
Sacrament. Hier klinkt de stem der Hoop,
door alle ontreddering heen: omdat God
nog altijd met ons is!
Dr. HENRI VAN ROOIJEN.
Kruisheer.
KERMIS DER IJDELHEID.
De wereld is een kermis en wij ztfn de
kermisgasten. Daar is niets aan te doen.
Wij staan iederen dag aan de kramen des
levens en vechten om een prijs. Wij
lachen om de grimassen van een ander,
om eens anders wanbofferij, en om eens
anders mislukkingen. Daarna wagen wij
zelf onze kans en juichen als zij raak,
en grijnzen als zij mis is. Zoo nu en dan
slaat er een op het hoofd van Jut, dat wil
zeggen: met een stuk hout op het hoofd
van zijn naasten buur, gedachtig de schoo-
ne spreuke: een goede buur is beter dan
een verre vriend, en na al deze vóór- en
tegen- en raakslagen verlaten wij de ijdele
kermis dezer wereld om uit te rusten van
derzelver vermoeienissen en den volgen
den dag weer onvermoeid en met fris-
schen moed opnieuw kermis te gaan vie
ren. Juist als de kermis is ae wereld vol
klatergoud. Wij zijn allemaal schoon op
getuigd met een schoon kleed dat vele
zwakheden bedekt. Wij lachen, ieder in
ons eigen milieu, juist als clowns, met
droefheid in het hart, wij verbergen al
onze innerlijkheden voor de oogen der
wereld en zoo stappen wij iederen morgen
opnieuw met een opgewekt gezicht de we
reld in. Zeg nu maar, dat de wereld geen
kermis is.
Maar van een echte kermis, die echt is,
omdat zij een onecht leven geeft van
schijn, maar echt van eerlyke vreugde,
van zoo'n kermis hebben wij soms een af
schuw. Dat kan alleen zijn, omdat wij aan
de kermis van het dagelijksche leven on
zen buik al meer dan vol hebben.
Maar nu op het oogenblik is er een an
dere kermis te zien.
Een historische kernjis. Een kermis, die
geen afbeelding, geen afspiegeling is van
onze dagelijksche levenskennis, maar van
die van onze voorouders. Wij vermeien ons
graag in het verleden en als wij het verle
den voor ons zien herrijzen kunnen wy
soms zoo spijtig zeggen: wat was dat vroe
ger toch allemaal mooier dan nu.
Dat zal de kermis in het Sint Antonius-
clubhuis, die daar dezer dagen gehouden
wordt ons ook doen zeggen. Want wij
hebben toch nog wel smaak voor
keurslijfjes, neepjesmutsen en breed-uit-
staande geplooide rokken, voor kuitbroe
ken, Goudsche pijpen en malle hoeden.
Het is de kermis onzer voorouders, die
daar te zien zal zijn. Een ouderwetsche
kermis met moderne attracties.
Onze jeugd van thans zal een paar hon
derd jaar terugtreden in de historie en u op
nemen in een anderen tijd. U zult uw
eigen kermisrol een oogenblik mogen ver
geten en uit dit kermisleven wegstappen in
een wereld, die achter ons ligt, maar nu
is teruggekeerd.
De kermis „Oud Leiden" in het Sint
Antoniusclubhuis in de Hazewindsteeg
vraagt uw belangstelling.
Gij zult die geven, niet alleen ten bate
der jeugd daarvoor wilt gij uw dub
beltje entree nog wel gaarne geven
-1 u.<: de kermis dezer wereld
een oogenblik te kunnen wegstappen en
te zien, hoe onze voorouders, die troost
U even ernstig kermis vierden als wij
nu, de rollen van hun leven speelden. Dat
te zien, zal U troosten in uw kermislot.
Ga deze kennis eens zien enlach
dan, Paljasso!
DANIEL.
BELEEFDHEID
ZONDAG 19 JANUARI.
H'lversum II. 301 M.
8.30 KRO. 9.30 NCRV. 12.15 KRO.
5.00 NCRV. 7.45—11.00 KRO.
8.30 Hoogmis uit de kerk van St. Jan den
Dooper te Keyenburg (Hengelo).
9.30 Gewijde muziek.
9.50 Geref. Kerkdienst. Orgelspel.
12.00 Gewijde muziek. Gram.pl.
1.00 Lezingen en Orkestconcert.
3.00 Causerie. Kamermuziek en Gram.pl.
4.30 Ziekenhalfuur.
5.00 Gewijde muziek.
5.30 Orgelspel.
6.00 Ned. Herv. Kerkdienst. Gewyde mu
ziek.
7.45 Sport en Causerie.
8.10 Berichten, waarna KRO-Melodisten.
9.00 Lezing.
9.15 Gram.pl.
9.30 Symphonieconcert.
10.30 Berichten. Gram.pl.
10.4011.00 Epiloog.
Hilversum I, 1875 M.
8.55 VARA. 10.00 VPRO. 12.00 AVRO.
5.00 VARA. 8.00—12.00 AVRO.
8.55 Orgelspel. Sportnieuws. Tuinbouw-
causerie en Lezing.
10.00 Voor kinderen.
10.30 Ned. Herv. Kerkdienst.
12.00 Filmpraatje.
12.30 Omroeporkest.
I.15. Jodelzang. Zang en orgel.
2.00 Boekbespreking.
2.35 Concertgebouworkest en solist.
4.10 Causerie.
4.30 De AVRO-Decibels.
4.55 Sportnieuws. Gram.pl.
5.30 Sportnieuws, Gram.pl.
6.00 Orgelspel en voordracht.
6.30 Hoorspel.
7.00 De Flierefluiters en solisten.
8.00 Berichten. Omroeporkest en solisten.
9.00 Radio-Journaal. Gram.pl.
9.45 Zang en Dansmuziek.
10.15 Hoorspel.
10.40 Kovacs Lajos'orkest.
II.00 Berichten. Gram.pl.
11.1512.00 Kovacs Lajoséorkest.
Droit wich. 1500 M.
12.50 Orkestconcert m. m. v. solist.
I.50 Piano-recitaL
2.20 Mantovani's orkest.
3.05 BBC-Northern-orkest m. m. v. so
list.
4.50 Voor de kinderen.
5.50 Z gnaen strijkkwartet.
7.20 Cello en piano.
8.20 Kerkdienst.
9.20 Sted. orkest Torquay en solisten.
10.35 Trio-oncert.
II.05 Epiloog.
Radio-Paris, 1648 M.
11.20 Orkestconcert.
12.20 Orgelooncert.
I.20 Orkestconcert.
2.35 Zang en concert.
5.20 Goldy-orkest.
7.20 Zang.
9.05 Hoorspel.
31.0512.35 Populair concert en dansmu
ziek.
K e u 1 e n. 456 M.
8.359.05 Koorconcert.
II.20 Populair concert.
I.55 Gevar. programma.
3.20 Concert m. m. v. solisten en orkest.
7.20 Operaconcert m. m. v. solisten, koren
en orkest.
9.5011.20 Dansmuziek.
B r u s s e 1, 322 en 484 M
322 M.: 9.20 Gram.pl.
10.05 Piano-recital.
10.35 Gram.pl.
II.35 Salon-orkest.
12.20 Gram.pl. ey Zang.
I.30 Max Alexys' orkest.
2.20 Gram.pl.
3.20 Dansmuziek.
4.20 Populair concert.
5.20 en 6.20 Gram.pl.
7.20 Zang.
7.35 Gram.pl.
8.20 Opera-uitzending. I. d. pauze's: Hoor
spel en Gram.pl.
II.40—12.20 Gram.pl.
484 M.: 9.20 Gram.pl.
10.20 Salon-orkest.
11.20 Accordeonmuziek.
11.35 Gram.pl.
12.20 Max Alexys' orkest en Radio-too-
neel.
I.30 Orgelconcert.
2.05 Gram.pl.
2.50 Symphonieconcert.
4.05 Gram.pl.
4.25 Vervolg concert.
5.05 Gram.pl.
5.20 Populair concert.
6.20 Zang en piano.
6.50 Hoorspel.
8.20 Dansmuziek.
9.20 Debat.
9.50 Salon-orkest.
10.55 dito.
II.45—12.20 Gram.pl.
Deutschla ndsender, 1571 M.
7.20 Operaconcert uit Keulen.
9.30 Berichten.
9.50 Zang en piano.
10.2012.15 Dansmuziek.
Denkt u eraan, dat stilstaande
auto's tegenwoordig weder
verlicht moeten zijn?
Gemeentelijk Radio Distributiebedrijf
te Leiden.
3e Programma.
8.30 Parys Radio.
9.20 diversen.
10.20 Brussel Fr.
11.20 Keulen.
Pl.m. 13.15 Brussel VI.
15.20 Keulen.
17.20 Parijs Radio.
'10.20 Leipzig.
21.20 diversen.
21.40 Weenen of div.
22.20 Berlijn.
4e Programma.
8.30 Brussel VI.
12.50 Droitwich.
16.50 London Reg.
17.50 Droitwich.
19.05 London Reg.
21.05 Droitwich.
Pl.m. 23.15 Weenen of div.
MAANDAG 20 JANUARI.
Hilversum II. 301 M.
N.C.R.V.-Uitzending.
8.00 Schriftlezing.
8.15—9.30 Gram.pl.
10.30 Morgendienst.
11.00 Chr. Lectuur.
11.30—12.00 en 12.15 Gram.pl
12.30 Orgelconcert.
2 00 Voor de scholen.
2.353.15 Lezing.
3.30 Gram.pl.
4.00 Bijbellezing. Gram.pl.
5.00 De Gooilanders.
6.30 Vragenuur.
7.00 Berichten, reportage en Vervolg vra
genuur.
8.00 Berichten. NCRV-Orkest (9.00 Cau
serie). Om 10.05 Berichten.
10.30—11.30 Gram.pl.
Hilversum 1, 1875 M.
Algemeen Programma verzorgd door de
VARA.
8.00 Gram.pl.
10.00 Morgenwijding VPRO.
10.15 Voordracht en Gram.pl.
11.15 Orgel en cymbaal.
12.00 Ensemble Jacques van Kinsbergen
en Gram.pl.
3.05 Voor de vrouw.
3.35 Pianorecital. Gram.pl.
4.30 Voor de kinderen.
5.00 Gevar. concert
6.20 Muzikale lezing.
7.00 Lezing over Suriname, met gram.pl.
7.30 Viool, hobo, en piano.
8.00 Berichten, waarna Oratorium-uitzen
ding, m. m. v. „De Stem des Volks", het Re
sidentie-orkest en solisten.
10.00 Radiotooneel.
11.00 Berichten.
11.0512.00 Gram.pl.
Droitwich 1500 M
12.45 Sextet-concert.
I.352.20 Orgelconcert.
4.20 Cello en piano.
4.50 Orkestconcert.
5.35 Dansmuziek.
6.50 Zang.
8.20 Populair concert.
10.20 Trioconcert en solisten.
II.3512.20 Dansmuziek.
Radio-Paris 1648 M
11.20 Orkestconcert.
12.35 Vervolg concert.
4.20 Orkestconcert.
8.20 Operette-uitzending.
9.05 Kwartetconcert, cello en voordracht.
9.50 Gevar. concert.
11.0512.35 Dansmuziek.
K e u 1 e n. 456 M.
11.202.05 Gevar. concert.
3.20 Voordracht en concert.
5.20 Orkestconcert m. m. v. solisten.
7.30 Omroepkleinorkest en solisten.
9.50 Radiotooneel.
10.20—11.20 Concert.
Brussel, 322 en 8484 m.
322 M.: 12 20 Gram.pl.
12.50 Salonorkest.
I.50—2.20 Gram.pl-.
5.20 Omroeporkest en solisten.
10.30—11.20 Gram.pl.
Deutschlandsender, 1571 m.
7.30 Radiotooneel.
8.30 Gevar. programma.
9.20 Berichten.
9.50 Schubertconcert.
10.2011.20 Dansmuziek.
Gemeentelijk Radio Distributiebedrijf
te Leiden
3e Programma.
8.00 Brussel VI.
9.20 Keulen.
II.20 Kalundborg.
Pl.m. 12.15 Brussel VI.
14.20 Parijs Radio.
17.20 Brussel VI.
17.50 Parijs Radio.
18.20 Deutschl.sender.
19.05 Brussel VI.
19.20 Weenen of div.
22.50 Boedapest of div.
Pl.m. 23.20 Weenen of div.
4e Programma.
8.05 Parijs Radio.
9.3510.05 Deutschhsender.
10.35 London Reg.
17.05 Droitwich. -
18.20 diversen.
18.50 Droitwich.
19.10 London Reg.
20.20 Droitwich.
20.50 London Reg.
22.20 Brussel VI.
22.30 London Reg.
Het is deze keer geen Katholiek boek, dat
onder de aandacht der lezers wordt ge
bracht. I'k meen, dat ik het ergens betiteld
zag als een „roman van het Calvinisme",
en hiermee is het volkomen gekarakteri-
zeerd. Maar het is zoo'n edel, fijnzinnig
boek, dat het mij toch ten volle de moeite
waard lijkt, het hier bijzonder naar voren
te schuiven. Ik geloof, dat ik niet te veel
zeg, wanneer ik het een der prachtigste
boeken noem, die ons het vorig jaar ge
schonken zijn. Roman van het Calvinisme,
roman van het zondebesef! De schrijver
heeft nergens ronduit gezegd, welke zijn
persoonlijke verhouding is ten opzichte van
de geestesgesteldheid, die hij ons in dit boek
voor oogen voert, maar hij heeft deze ge
steldheid met zooveel voorname reserve,
zooveel nobele deernis beschreven, dat hij
vanzelf sympathie wekt voor de menschen,
die hij hier doet leven en medelijden met
hun verschrikkelijke strijd. Het verheffende
van dit boek ligt vooral in de zuivere men-
schelijkheid van deze figuren. Dit zijn men
schen, die niet tot de „horde" behooren.
De hoofdfiguur is eeni droevige zwakkeling,
die telkens opnieuw in het oude gebrek
hervalt, maar die zich toch nimmer geheel
met de zonde verzoent, die opgejaagd en
verdwaasd een uitweg blijft zoeken, totdat
zijn laaiste krankzinnige wanhoopsdaad
aan alles een einde maakt. En dan de
prachtfiguur van de oude Werendonk, het
beeld van wat men vroeger zoo graag „on
kreukbaarheid" noemde, met zooveel eigen
innerlijk leed en toch tot het laatste toe
slechts bekommerd om het heil van „het
kind". En daarnaast ietwat onnoozel, kin
derlijke Frans, de zuiver aangevoelde
vrouwefiguren, Stien en Jansje, met hun
moederlijk begrijpen voor den „stak
kerd", die er zelf zoo voor tobben moet, en
Wijntje, het dienstmeisje, met dat wonder
lijke harmonische vrouwenhart, dat alles
zuo direct verstaat en voor alles zoo'n een
voudige oplossing ziet.
Zeker, als Katholieken zullen wij aan de
kwellende vragen, die dit boek beheerschen
een andere oplossing geven. Dat neemt niet
weg, dat we de geeslesgestledheid van deze
menschen toch begrijpen kunnen: we zul
len hier iets leeren beseffen van de mar
telende strijd, die door zoovelen moet wor
den uitgevochten; het zal ons dichter bij
medemenschen brengen.
Het boek is zonder eenige gezochte op
smuk geschreven, maar de sobere beelding
roept altijd onfeilbaar een andere wereld
in den geest van den lezer op. Ja waarlijk,
een fijn en een edel boek!
Een heilzame ergernis. A. J. D. van
Oosten. Slagen op de ruit. Vertel
lingen rond het vuur. Teuling's
Uitgeversmaatschappij, 's-Hertogen-
bosch.
Laat ons eerst iets zeggen over de stijl
van dit boek. Het bevat zestien korte ver
halen, die met bewuste soberheid werden
neergeschreven. Van Oosten tracht ons niet
te koozen met een welluidende woorden
stroom: hij wil ons vooral wekken en
noemde zijn bundel daarom teekenend:
Slagen op de ruit. Het is niet zelden de
soberheid der verbetenheid, die ons hier
tegemoet komt grimmig soms, maar altijd
met den ondertoon van ingehouden wee
moed om de schreeuwende onrechtvaardig
heid, die zooveel zinneloos menschenleed in
de wereld brengt. Het is daarbij een sober
heid, die niet schaadt, integendeel, ze
maakt de aanklacht feller en directer. Ook
is van Oosten te zeer kunstenaar, om niet
voortdurend op goede zinsbouw en zuiver
evenwicht bedacht te zijn: ieder verhaal is
vloeiend geschreven en kundig gecompo
neerd.
Het is vooral de sociale ontreddering van
de huidige maatschappij, die de schrijver
ons voor oogen voert. Nietwaar, we hebben
daar honderden malen over gehoord, onze
bladen schiijven erover, de Paus zond zijn
encyclieken, de bisschoppen hun mande
menten, we hebben meetings bijgewoond
en sociale avonden, waarop ons Roomsche
hart getrild heeft van verontwaardiging en
na afloop van dit allesslapen we tel
kens weer rustig in. Er zyn nog Katholie
ken, die zoodra ze over sociale rechtvaar
digheid, sociale actie, sociale wetten hooren
spreken, terstond aan socialisme denken
(„Leo XIII, met z'n Rerum Novarum, die
was rood, maar deze Paus met z'n Quadra-
gesimo Anno is nog veel rooder", aldus de
leden van een eerzame Katholieke stands-
organisatie, van waar ook weer?) Andere
Katholieken hebben er iets meer van be
grepen, ze weten nu wel ongeveer, dat onze
maatschappij nog lang geen heilstaat be-
teekent en wie wat dieper heeft nagedacht
en wat scherper om zich heen gekeken
heeft, dien kan het niet ontgaan zijn, hoe
veel mateloos onrecht dag-in.dag-uit als de
noodzakelijke vrucht van een heilloos sys
teem over de aarde waart. Maar wat zullen
we er immers aan doen? Zoolang we onze
gezellige huiskamer nog hebben, zoolang
we het zelf niet schrijnend dichtbij aan den
lijve ondervinden, zijn we het zoo uiterst
gauw vergeten. Het is zoo genoegelijk, niet
waar, de milde schijn van een rozige lam-
pekap en een snorrende haard, als wind en
regen tegen de ruiten slaan. En dan is het
heelemaal geen tijd om te denken aan die
armen, onterfden, die er nu „door" moeten,
die vanavond slapen gaan in een gammel
bed, met onvoldoende dekking en een maar
half gevulde maag. Neen, het is dan heele
maal geen tijd, om aan den kleinen, vrien
delijken Pinda-chinees te denken, die hoes
tend zijn trommel door de koude sleept, of
aan den woonwagenman, die als een stuk
vee omvergereden wordt. En toch wil Van
Oosten ons daaraan doen denken. Daar,
rond het vuur, wil hij ons herinneren aan
wat er te doen is, buiten ons eigen gezellig
huis. Hij klöpt op de ruiten om ons wak
ker te maken en bewust. Hij wil ons mee-
doogenloos laten zien, hoe harteloos er met
„menschen" wordt omgesprongen. Zeker,
Weg is de zoete romantiek
Van jammerlijk voorbije tijden,
Toen een gekeurste dame chicque
En in een vierspan voor kwam rijden,
Als het portier geopend was
Dan hielp een heer, zeer diep genegen
En met een schoone reverence,
De dame, die kwam uitgestegen.
Nu gaat dat anders. Pa en Moe
Staan samen op de tram te wachten.
Zij staan er zielig bij elkaar
En elk verdiept in zijn gedachten.
Daar komt de tram, zij stappen in
En Pa staat rustig toe te kijken
Hoe Moe, de trede is wat hoog,
't Balcon der tram wel zal bereiken.
Dan wórdt Moe door den conducteur
Met mannenkracht erin getrokken,
Pa trekt zich van 't geval -niets in,
Hij is de heer, want hij moet dokken.
En terwijl Moe stil in een hoek
En eenzaam zit ineengedoken,
Staat hij op het balcon der tram
Manmoedig een sigaar te rooken.
In een rechtszaak zelde een der
getuigen dezer dagen: „Mijnheer
was bespottelijk lief tegen zijn
vrouw en dat doe je onder nor
male omstandigheden niet". Daar
uit concludeerde getuige, dat de
verdachte beschonken was.
Zie, dat getuigt van manlijkheid,
Van flinke huw'lijks-eigenschappen,
De dame moet dus zelve maar
De tram in- en de tram uitstappen.
De zaak is: niet galant te zijn,
Opdat toch niemand maar zou denken,
Dat je verplicht bent al te veel
Je aandacht aan je vrouw te schenken.
Wel is 't verschil met vroeger groot,
Maar nu, zoo willen Het de horden,
Is het verschil met vroeger tijd
Wel onafzienbaar groot geworden.
Galanterie heeft afgedaan.
Zooals dit feit alweer doet blijken.
Men ziet het woord: galanterie
Nog slechts op oude winkels prijken.
En nu is het dus al zoover.
Dat iemand, zooals wij nu lezen.
Die werkelijk een heer ontmoet
Verklaart: die man moet dronken wezen.
Da's onze nieuwe zaak'lijkheid,
Ons wien geen romantiek kan boeien,
En bijna zijn w' erin geslaagd
Om de beleefdheid uit te roeien.
TROUBADOUR.