HET HUIS IN DE STILTE
FEUILLETON.
Naar het Engelsch van
ADELINE SERGEANT.
(Nadruk verboden).
18)
Claire lachte. „We kunnen zelf een paar
van de grootste takken wegkappen, zoodat
wij in en uit kunnen gaan. wanneer we
willen."
„Ja, dat zou gemakeiyk zijn", bevestig
de Nell. „Morgenochtend zal ik me met
een mes wapenen en er weer naar toe
gaan."
„Maar je moet ze niet allemaal wegsnij
den", zei Claire vlug. „Alleen de ergste;
en je moet zorgen, dat het er uit ziet, als
of er niets aan gebeurd is. Je begrijpt me
toch wel, Nell? Ik wil niet, dat iemand
weet dat wij deze deur ontdekt hebben."
„Niet?" kwam Nell verwonderd. „Waar
om niet?"
„Dat is juist mijn idee. Ik zou het fijn
vinden te weten, dat wij het bosch in kun
nen gaan, zonder dat we het aan iemand
behoeven te vertellen. We zullen den sleu
tel houden, en niemand iets van onze ont
dekking zeggen. Ik geloof niet, dat be
halve wij, iemand iets van deze deur af
weet"
Neïl trok een verbaasd gezicht. „Maar
waarvoor Is dat allemaal noodig?" vroeg
zij. „Het is een reuze ongemakkelijke deur;
ze is zoo laag, en we zullen onze kleeren
ophalen aan die rozen takken als ze niet
afgesneden worden. Waarom zouden we
Mr. Lancaster niet vragen een tuinman te
sturen, om de takken en het klimop ra
dicaal weg te nemen?"
„Als je dat doet", riep Claire bijna harts
tochtelijk uit „gooi ik den sleutel in de
gracht!"
Nell wierp Claire een onderzoekenden
blik toe. Dit verlangen, om het geheim
van de deur voor zich te houden, leek
haar niet normaal. Was dit een uiting van
Claire's ziekelijken geest? Een oogenblik
was z(j verbijsterd.
De meisjes keken elkaar aan. Claire's
wangen zagen aschgrauw en haar lippen
waren vast opeengeklemd. Zij was in hooge
mate opgewonden.
..Kan ik je vertrouwen?" vroeg zij, de
handen naar Nell uitstrekkend.
Nell nam ze in de hare. „Natuurlijk kun
je dat! Wij zijn toch vriendinnen, niet
waar?"
„Dat hoopte ik al", fluisterde Claire,
„maar eerst dacht ik, dat je een werktuig
van Lancaster was, net als de rest."
„De rest van wat?" informeerde Nell,
„van de menschen waar hij my mee om
geeft. Ik ben nu al drie jaar bij hem. Al
dien tijd was er nooit iemand in mijn om
geving, die niet de instructie had, alles
wat ik zei of deed aan Lancaster over te
brengen. Moet je dat misschien ook doen?
Zeg het me dan, dan weet ik waar ik aan
toe ben."
Nell werd purperrood. „Hij zei mij", be
kende zij op zaohten toon, „dat ik hem van
tijd tot tijd verslag over jou moest uit
brengen, maar ik vatte dat in algemeenen
zin op. Ik heb nooit vermoed, dat hij me
alles wilde laten oververtellen, wat jij niet
verder verteld wilde hebben."
„Het is gevaarlijk hem ook maar iets te
vertellen", sprak Claire bitter. „Je weet
nooit welk gebruik hij van de ontvangen
inlichtingen zal maken. Als jij je aan hem
gebonden hebt, zeg het dan gerust, dan kan
ik ten minste op m'n hoede zijn. O, ik zou
er wat voor over hebben, als ik een wer
kelijke vriendin had. Ik dacht er in jouw
één gevonden te hebben, één, die ik
werkelijk kon vertrouwen!"
„Maar je kunt me vertrouwen!" riep
Nell, „ik zal Lancaster alleen oppervlak
kige dingen vertellen. Ik denk er niet aan
hem iets te zegen van wat jij me in ver
trouwen hebt medegedeeld."
„Je staat dus aan mijn kant?" vroeg
Claire. „Je kunt niet aan beide zijden staan.
Hij is mijn vijand, hij wil me kwaad
doen!"
„Dan ben tk zeker aan jouw zijde", ver
klaarde Nell beslist, „ik zou nooit iemand
helpen, die jou kwaad wil doen, Claire.
Natuurlijk beggrijp ik nog niet precies,
waar het over gaat. Ik zie niet in, waarom
Lancaster je vijand is; maar als hij het
is, kun je je op mij verlaten."
„Dank je", sprak Claire langzaam. „Ik
zou graag willen, dat Je alles van me af
wist. Ik weet nu zeker, dat je me niet zult
verraden, hoewel ze zullen probeeren
om je over te halen. Maar laten we nu van
deze plaats weggaan. Wij zijn al zoo lang
in den tuin geweest, dat er wel eens iemand
kon komen, om te kijken, wat we uitvoe
ren. Sluit haar weer en breng den sleutel
weg, dan zal ïk me veel veiliger voelen".
Nell deed wat haar gevraagd werd, en
ze liepen terug naar de binnenplaats, „Clai
re", zei Nell, „zou je me nog één ding wil
len uitleggen?"
„Ik wil je alles uitleggen, Nell, maar daar
is nu geen tyd voor. Dit wil ik je alleen
zeggen. Je hebt misschien al van Lancas
ter gehoord, dat hy me met z'n zoon wil la
ten trouwen? Soms ben ik bang. dat hij me
door pressie of bedrog zoover zal brengen.
Maar Nell, ik zal nooit met hem trouwen,
niet alleen omdat ik hem haat, maar ook
omdat ik van een ander houd!"
xn.
Claire's correspondentie.
De meisjes hadden geen gelegenheid om
meer te praten, want toen zij het huis door
een zijdeur binnengingen, zagen zij, dat
Lancaster in de betgeelde hall stond, alsof
hij juist uit zijn studeerkamer gekomen was
„Zoo jongedames, hebben jullie de ge
heimenissen van den ommuurden tuin on
derzocht?"
Nell bloosde en wist nauwelijks iets te
zeggen; maar Claire antwoordde op een
beetje minachtenden toon:
„Er zijn niet veel geheimen op dat stuk
grond. Er valt niets te beleven."
„Zoo?" bracht Lancaster er vragend uit.
En Nell zag dat hij een snellen blik op hen
beiden wierp, toen hij zei: „Maar jullie wa
ren er toch een heelen tijd!"
„Het is er mooi als de zon schijnt", legde
Nell uit, „en er is een bank, waarop we
kunnen gaan zitten als we moe zijn."
„We kunnen nergens anders naar toe",
vulde Claire gemelijk aan. „Langs de groo-
te wegen wandelen kunnen we niet, en in
het bosch ben ik een beetje bang."
„Je weet toch", herinnerde Lancaster
haar, „dat Cyril of ik altyd als gids wil
len meegaan. Het past ook niet als jonge
meisjes zonder geleide rondwandelen, maar
Cyril zal het prettig vinden jullie van
dienst te zyn."
„Dank u wel!" antwoordde Claire. De bel
voor de lunch klonk en voor zij naar de
eetkamer gingen, greep Claire haar plotse
ling by den arm en fluisterde haar toe:
„Niet over den tuin praten!" Maar Nell
had niet veel keus, want Lancaster vatte
dadelijk het onderwerp op.
„Het is heel jammer", zei hij, „dat de
tuin in zoo'n toestand van verval is ge
raakt. Vindt u ook niet, juffrouw Dave-
nant?"
„Nogal", antwoordde Nell vrijmoedig.
„Ik krijg zoo'n gevoel, dat ik graag een
beetje zou tuinieren."
„Wat mij betreft, kunt u alles doen waar
u zin in heeft", zei Lancaster voorkomend.
„Zal ik een paar gereedschappen voor u
opzoeken? Met een hark, een schoffel en
een schaar kunt u ongetwijfeld wonderen
verrichten."
„O, maar ik heb er niet veel verstand
van", antwoordde Nell, een beetje geschrok
ken bij de gedachte dat Lancaster mis
schien het deurtje zou ontdekken.
„Ik denk, dat tuinieren veel te zwaar
werk voor mij zal zijn", sprak Claire. „Het
eenige wat ik graag doe, is een beetje rond
wandelen en als het warm genoeg is, op de
bank uitrusten. Die staat daar op een fyn
plaatsje, in de volle zon."
(Wordt vervoie-o?*
£&idócfie Gcu/^ant
Aquariumbewoners der Amsferdamsche d er gaar de.
r^.
Het motor-tankschp .Eulota", gebouwd voor de Kon Shel. Groep te den
Haag. is van do wert Wilton Feyenoord te Schiedam to water gelaten
De Ze;daagsche te Bi ussel vangt Maandag aan. Do
renners trainen op de baan
Minster mr dr L N Deckers tijdens
zijn -eoe bij de epen ng oer juti eun-
ten oonstellmg van .Av culture* te oen
Haag
Jong ge eea, oud gedaan De ieugd
♦e G rm sch-Par envi chen heett er
scnik in. zich thans ree-s in het ski
springen te oe'enen
De tongste
nnst van het A tis-£qjar'um te Amste dam is een aantal
snoeken van meer dan 20 pond
Een b utale roo overval op een auto waar n 30000 gulden in geld we d
vervoerd hao Vrijdag plaats op den Come s Douwesweg ever het Ij te
Amsterdam Een der dne daders kon echter -evat wo een. e wul het gelo
teiuggevoncen werd De auto waarin e ere ban ieten zaten, vooi oe
politiepost aan den Adeaarsweg
Op de Huddekade te Amsiedam eed Vrijdagmidoag een vrachtauto achteruit
het water in. Met behulp van een kraanwagen werd ce „drenkeling" weer
op het dioge gebracht