DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN DE HEER KRELAGE GEHULDIGD 27ste Jaargang DINSDAG 17 DECEMBER 1935 No. 8295 DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling: Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post f 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop: f 0.50 DIT NUMMER BESTAAT UIT DRIE BLADEN. V Over partijen en pers. Minister De Wilde heeft Zaterdag aan den maaltijd, welke door den Nederl. Jour nalistenkring werd aangeboden aan prof. Huizinga, een rede gehouden over de par tijen en de pers in verband met het vrij heidsbegrip. De „Avondpost" vestigt als volgt de aandacht op deze merkwaardige rede: „Hoe waarachtig-waar was zijn stelling, met een zekeren hartstocht uitgeroepen, dat het bestaan van partijen een kenmerk ds van de vrijheden onzes volks en dat het daarom een onschatbaar voorrecht is. In een tijd, waarin op partijen zoo ontzaglijk- veel gescholden wordt, moet die waarheid naar voren worden gebracht. Beteekent zij, dat het partij-leven in ons vaderland feil loos en onfeilbaar is? Geenszins. Niemand ontkent zijn fouten, zijn zwakheden en zijn uitwassen. Maar dat er partyen zyn, dat zij er mogen zijn, is een bewijs voor de vrijheid welke nog steeds het „onschat bare voorrecht" is van ons volk. ZoodTa deze vrijheid geofferd wordt; zoodxa zij plaats zou moeten maken voor een auto matisch en uiterlijke eenheid, op den grondslag van dwang, is, op hetzelfde oogenblik, het Nederlandsche volk in zijn hoogste beginsel gestorven. Natuurlijk moet voldaan worden aan de voorwaarde, welks Minister de Wilde in zijn rede stel de: dat elke party uitgaat van waarachtig- beleden, sterke beginselen. Partij-leven is alleen gezond, wanneer het op beginsel-grondslag rust. Maar dan is de mogelijkheid van partij leven ook het beste kenmerk van de vrij heid des volks. Welnu, zoo gaat het eveneens met onze pers. Ook hierover sprak de Minister. Een VTije pers beteekent een vry volk. Een vrije pers echter moet ook op beginsel grondslag staan, en moet evenals de partijen en het volk in zijn geheel zulks dienen te doen de eenheid boven ver deeldheid gevoelen en beseffen. En bij dit alles is noodig onderlinge eerbied, onder linge verdraagzaamheid, onderlinge waar deering". Dat er partijen zyn, dat zij er mogen zyn, is een bewijs voor de vrijheid! Naast alle ongegronde èn gegronde cri- tiek op de partyen, mag .aan deze waar heid wel 'ns worden herinnerd! Minister de Wilde heeft dat opklare, voortreffelijke wyze gedaan. Eveneens heeft hij gewezen op de groote waarde van een vrije pers ook prof. Huizinga had in zyn rede waardeering, dankbaarheid voor de vrijheid van onze pers gevraagd. Moge ons volk zyn groote vrijheden be houden, waardeeren, goed gebrui ken! WERELDKAMPIOEN Clinge Doorenbos zong voor de radio deze regels, naar aanleiding van den zege van dr. Euwe op dr. Aljechin: Eindelijk eens niet door snelheid, Of door arm- of beenen-kracht, Maar door hersens heeft hij Neerland Op een hooge plaats gebracht. Dat is 't mooie in het wereldkampioen schap schaken. DE SNEEUWSTORMEN OP IJSLAND. KOPENHAGEN, 17 December. (A.N.P.) Inzake de zware sneeuwstormen op IJsland wordt nader uit Reikjavik gemeld, dat men er vrij zeker van is, dat er vyf vermiste vdsschersbooten zijn vergaan, aangezien wrakstukken zyn aangespoeld. Ook in de haven van Reikjavik heeft de storm schade aangericht. In het Noorden zyn twee mannen by het in veiligheid brengen -uvid gevroren. Bij afscheid als voorzitter van „bloembollencultuur" In de middagzitting van de Alg. Ver een.1 ging v. Bloembollencultuur nam de scheidende voorzitter, de heer Ernst II. Krelage, afscheid. Nadat de heer en mevrouw Krelage en de heer Krelage Jr. zijn binnengeleid door den heer Voors, spreekt de heer V a 1 k e- ririg, onder-voorzitter der v.ereeniging, den scheidenden voorzitter toe. De algem. vergadering, zoo zegt spr., heeft zooeven het besluit genomen u te benoemen tot eere-voorzitter der vereeni- ging. Uw gave om onze vereeniging tot het nemen van verstandige besluiten te bren gen, kwam in een lange reeks van jaren tot uiting bij de voorbereiding van deze vergaderingen. Zijn verdiensten als leider der vereeniging Nadat de heer Krelage het eere-voorzit- terschap heeft aanvaard, vervolgt de heer Valkering zijn rede. „U hebt nooit uw vertrouwen in de toekomst van het vak verloren; het schip der vereeniging, waar voor wijlen uw vader den koers had be paald, is door u met vaste hand bestuurd. Bijna 28 jaar is u de woordvoerder, ver tegenwoordiger en pleitbezorger der ver eeniging geweest. Steeds hebt u voor de belangen van het vak op de bres gestaan. Door uw heengaan lijden wij een groot verlies, doch wanneer wij bedenken wat juist in deze laatste jaren op uw schouders heeft gerust, dan moet de dank voor al uw toewijding grooter zijn, dan ons zelf zuchtig verlangen om u nog lange jaren voor de vereeniging te behouden. Vervolgens releveert spr. eenige belang rijke momenten uit het vereenigingsleven, o.a. de stichting van een eigen gebouw, de tentoonstelling van 1925, het groote aan deel van den heer Krelage in de bespre kingen over de wijze, waarop de belangen in Amerika moesten worden behartigd. Gaarne vertrouwde ieder u de leiding toe, omdat u boven de partijen stond en om dat u het overbruggen der partijen ver stond. Namens de leden biedt spr. den voorzit ters diens portret in pastel aan, geteekend door den heer Mendlik, en voor het ge bouw groote foto's van de drie voorzitters, die in den loop der 75 jaren van haar be staan de vereeniging presideerden. Vervolgens spreekt de waarnemend di recteur-generaal van den landbouw, mr. Wintermans, den heer Krelage toe, Spr. noemt den scheidenden voorzitter een markanten, doelbewusten figuur, die nooit heeft nagelaten dat wat hij goed voor het bloembollenvak achtte, met hand en tand te verdedigen. Van jongsaf kende hij dit moeilijke vak, dat hij in al zijn uitingen beheerschte. Moge ook de nieuwe voorzitter op even krachtige en markante wijze de belangen van deze vereeniging behartigen. Na den scheidenden voorzitter en zijn fa milie zijn beste wenschen voor de toe komst te hebben aangeboden, eindigde spr. zijn warmgestemde rede. Zijn wetenschappelijke verdiensten Dan is het prof. dr. E. v. Slogteren, die, den heer Krelage toespreekt. U mijnheer Krelage, zijt met en in ons vak groot ge worden. Het is u gegeven geweest, aldus spr., om uw beste krachten aan onze Va- derlandsche Bloembollencultuur te mogen geven als haar leider in heugelijke en in sombere tijden. Bovenal zijn wij u dank baar voor de wijze, waarop het vak in binnen- en buitenland door u is hoogge houden. Uitvoerig releveert spr. de groote ver diensten van den heer Krelage op weten schappelijk gebied. Prof. van Slogteren bood den scheiden den voorzitter de groote gouden eere-me- daille van het Nicolaas Damesfonds aan. U hebt reeds vele onderscheidingen, zoo wel in het binnenland, als uit het buiten land ontvangen. Toch geloof ik aldus eindigde spr. dat geen dezer vele on derscheidingen beter in staat is uw levens werk te bekronen, dan deze Dames-me daille, die de naam draagt van een der beste zonen van het Bloembollenvak. Namens de grootste en oudste af deeling, Hilegom, spreekt de heer W. Jonkheer, die uitvoerig de veelzijdige kennis van za ken en bekwame leiding van den heer Krelage belicht. „Wij zijn er van overtuigd, dat ge ons niet geheel zult verlaten en dat ge ons ook in de toekomst met raad en daad ter zijde zult staan", zegt spr. Moge u nog vele jaren wan een werlverdiende rust genieten temidden van uw gezin. Na deze hartelijke huldigende woorden van de zijde van de vereeniging, houdt de voorzitter zijn afscheidsrede, voorafgegaan door een woord van dank tot de sprekers voor hun hartelijke woorden en blijken van waardeering. AFSCHEIDSREDE VAN DEN HEER KRELAGE „Op dezen dag vervult mij een gevoel van groote dankbaarheid dat het mij ge geven is geweest sinds 1904 als hoofdbe stuurslid en sinds 1907 als voorzitter, met een korte onderbreking, de vereeniging te hebben mogen dienen. Ik ben u erkentelijk voor het vertrouwen, dat gij bij mijn eer ste verkiezing en bij mijn periodiek aftre den mij steeds met opmerkelijke eenparig heid hebt willen schenken. Dit vertrouwen legt zware verantwoordelijkheid op, maar verleent ook grooter gezag aan het voor zitterschap. Het is steeds mijn streven geweest van dat voorrecht gebruik te maken tot ver grooting van het prestige der vereeniging, en haar niet alleen te handhaven in de waardeering der openbare machten en an deren, maar zoo mogelijk haar een steeds belangrijker plaast onder de organisaties op tuinbouwgebied te doen innemen. Het is mijn vaste overtuiging, dat de ver eeniging die plaats zal weten te handha ven, als zij zich steeds voor oogen houdt, dat alleen door eendrachtige samenwer king van alle belanghebbenden bij teelt en export de machtige invloed verkregen en behouden kan worden, die de regeerings- organen van de noodzakelijkheid van be paalde maatregelen kan overtuigen. Wanneer in vele opzichten met dank baarheid kan teruggezien worden op de ontwikkeling en vooruitgang der vereeni ging tijdens de laatste kwarteeuw van haar bestaan, dan bekruipt mij daarbij toch een gevoel van onbevredigdheid. Naast talrijke belangrijke besluiten en maatre gelen van erkend en blijvend nut voor het geheele vak, bleven andere m.i. niet min der noodige voorzieningen achterwege. Ik heb hierbij met name het oog op de nog steeds hangende reorganisatie der vereeni ging, waartoe tien jaar geleden een uitge werkt schema aan de orde werd gesteld. Het stuitte toen af op de gehechtheid aan den bestaanden toestand en vrees voor een onbekende en onzeker geachte toekomst. Ik heb mijzelf steeds verweten, deze re organisatie niet met meer kracht te heb ben doorgezet, omdat zij naar mijn vaste overtuiging, indien zij geslaagd ware, ons by de uitvoering der saneer in gsmaatrege- len voor veel ellende zou hebben behoed. Immers hetz ou dan niet mogelijk zyn ge- geweest, die maatregelen aan nieuw te vor men „centralen" buiten het vereenigings- verband op te dragen, omdat de in de ver eeniging verwezenlijkte centralisotie van alle belangen en alle belanghebbenden haar beter dan elk ander lichaam in staat zou hebben gesteld de saneeringstaak te ver vullen. Maar ook afgezien van de saneering ware een reorganisatie van het vereeni- gingswezen door. concentratie zeer ge- wenscht, ter vereenvoudiging van admi nistratiekosten, ter bevordering van effi ciency en ter besparing van dubbele uit gaven voor de vakgenooten. Elk overbodig afzonderlijk secretariaat verzwaart (ie lasten, elk overbodig vakblad de adverten- tiekosten voor het bedrijfsleven. Vooral in dezen moeilijken tijd moet elke noodelooze uitgaaf het bedrijfsleven bespaard blyven. Er blijft dus voor mijn opvolger en het hoofdbestuur nog een overvloed van nuttig werk te doen. Ik hoop, dat hun steeds de kracht en de wijsheid mogen deelachtig zijn, noodig om hun taak tot heil van het bloembollenvak in zijn geheelen omvang te vervullen. Ik wensch de vereeniging toe, dat de saneeringsmaatregelen zoo spoedig de om standigheden naar het oordeel van de over- groote meerderheid der vakgenooten dit zullen toelaten, geleidelijk mogen verdwij nen, en dat aan het vak verdere beperken de overheidsbemoeiingen ten opzichte van teelh en handel, na opheffing der sanee- rigsmaatregelen, moge bespaard blijven; want, hoe aanlokkelijk de aangekondigde theorieën ter vermeerdering der algemeene welvaart ons worden voorgesteld, in de practijk dreigen zij neer te komen op ach terstelling van de meest enerieken ten koste van de triumpf der middelmatigheid. Dit schijnt mij niet aleen in strijd met de menschelijke natuur, maar ik zie hierin een zeer onverkwikkelijk vooruitzicht voor de toekomst van ons bedrijf, dat steeds in zijn geheel voordeel heeft getrokken van hetgeen de pioniers zoowel op het gebied der teeltverbetering als op dat van ex portuitbreiding door energie, initiatief en inzicht hebben weten te bereiken. Deze baanbrekende eigenschappen heb ben de vakgenooten weten te behouden, ook in dezen permanent geworden depres- sietijd, en niet 't minst daardoor is, on danks de invoerbelemmeringen in het bui tenland, de hoeveelheid uitgevoerde bloem bollen op peil gebleven: een zeer hoopvol verschijnsel, dat een brevet van onmis baarheid aan onze bloembollen verleent. Ik wensch het vak verder toe, dat het bespaard moge blyven voor toenemende verplaatsing der cultuur naar het buiten land. Tot dusver zijn gevolgen van die verplaatsing nog niet ernstig en het is voorshands zeer twijfelachtig of het succes voor zoover het de productie van voor den handel bruikbare bollen betreft even groot zal zyn als dat der bolbloemen- teelt. Toch behoort men bij het vaststellen van welken maatregel ook, steeds bedacht te zyn op vermijding van alles, wat de handhaving of uitbreiding der bollenteelt in het buitenland zou kunnen bevorderen. Zoo gaarne zou ik gezien hebben, dat mijn afscheid van de vereeniging had kun nen plaatsvinden onder een wolkenloozen hemel en na herstel van normale toestan den in ons bedrijfsleven. Dat dit helaas niet het geval heeft mogen zijn, mag my toch niet weerhouden om uitvoering te ge ven aan mijn reeds vijf jaar gelden u me degedeeld besluit om thans het voorzitter schap neer te leggen. Ofschoon gelukkig geen ouderdomsgebreken mij hiertoe dwin gen, is toch beperking van werkzaam heid voor mij noodzakelijk. Al zijn de tijdsomstandigheden moeilijk, ik laat de vereeniging niet achter als een zinkend schip. Integendeel, zij heeft zich krachtig in de branding weten te handhaven; haar financieele toestand baart geen zorg en onder vastberaden en wijs beleid zal de vereeniging zich niet alleen kunnen hand haven, maar haar taak tot heil van het vak steeds zien toenemen. Mijn innigste wenschen vergezellen haar daarbij. U allen dank ik hartelijk voor uw medewerking en trouw, in 't bijzonder de meer dan 50 leden van het hoofdbestuur met wie ik achtereenvolgens heb mo^en samenwerken, en wier initiatief en advies voor de vereeniging van zoo groote betee- kenis zijn geweest. De prettigste herinne ringen zal ik bewaren aan de bijna dage- lijksche samenwerking en besprekingen der vereenigingsbelangen met -onzen niet ge noeg te waardeeren alg. secretaris-penning meester, die in 1921 onzen betreurden Wentholt opvolgde, met wien persoonlijke vriendschapsbanden my verbonden. Uit mijn afscheid van deze vereeniging vloeit voort dat de band met andere orga nisaties, welke daarin zijn oorsprong vindt, tegelijk verbroken wordt. Ik bewaar een prettige herinnering aan den gemeenschap- pelijken arbeid met de afgevaardigden der andere vereenigingen op ons gebied in het Centraal Bloembollen Comité, aan de ver gaderingen der Commissies voor de No menclatuur en der Bloemenkeuringen, der Commissie voor het Wetenschappelijk On derzoek en voor de Onpersoonlijke Recla me, verder aan het contact met de dage- lijksche leiding van den Bond van Bloem bollenhandelaren en 't Hollandsch Bloem- bollenkweekersgenootschap, alsmede met die van het Scheidsgerecht voor den Bloembollenhandel. Uit den aard der zaak zyn mijn herin neringen zeer levendig aan den Ned. Tuin- bouwraad, aan de totstandkoming waarvan ik vijf jaar heb medegewerkt en wier da- gelijksche leiding ook van den ondervoor zitter gedurende tal van jaren zeer veel tijd vorderde. Helaas heeft deze organi satie door de tijdsomstandigheden in de laatste jaren haar omvang en werkzaam heid sterk moeten beperken. Hare handha ving is echter volstrekt noodzakelijk en ik vertrouw dat de Algemeene Vereeniging hiertoe steeds hare medewerking zal wil len verleenen. Aan de vele tentoonstellingen in het binnen- en buitenland, aan de voorberei ding waarvan ik heb mogen medewerken, bewaar ik zeer levendige herinneringen. De prettige samenwerking met de verte genwoordigers van andere centra, in 't bij zonder met Aalsmeer en Boskoop zal mij steeds bijblijven. De luisterrijke reeks van zegepralen van onze collectieve Nederland sche tuinbouwinzendingen in het buiten land is helaas tengevolge van den econo- mischen waanzin der wereld afgebroken. Maar mocht eenmaal het gezond verstand in het economisch Europa weer een kans krijgen, dan zal het vlagvertoon van onzen tuinbouw met succes kunnen worden her vat. Tot driemaal heb ik mogen medewerken aan onze tienjaarlijksche groote tentoon stellingen (191019251035), die niet al leen een enormen vooruitgang beteeken- VOORNAAMSTE NIEUWS BUITENLAND. Italië is nog' niet tevreden met den in houd der Parijsche vredesvoorstellen. De Negus blijft er afwijzend tegenover staan. Het Iialiaansche offensief in Ogaden weer hervat. (2de blad). Keert dr. Brüning naar Duitse hl and terug (2de blad). Naar Cortes ontbinding in Spanje. (2de blad). BINNENLAND. Afscheid van den heer E. H. Krelage als voorzitter van Bloembollencultuur. (1ste blad). Opbrengst der Rijksmiddelen was over de eerste elf maanden van dit jaa4 ƒ9.187.647 meer dan over hetzelfde tijd vak van 1934. (1ste blad). Ministerieele antwoorden op vragen over de opvoeringen van „De Beul" en over het geval-Kortenhorst. (1ste blad). Voordracht van B. en V7. van Amsterdam inzake de benoeming van hoogleeraar in in de Ned. taal. (1ste blad). den op de oude vijfjaarlijksche zaalten toonstellingen, maar ook telkens weer de vorige overtroffen. De vereeniging heeft daarmede het woord van mijn vader in toepassing gebracht, toen hij de jongeren aanspoorde steeds te streven naar een hoo- ger peil dan door de oudere generatie had kunnen worden bereikt. Met den wensch, dat dit de vereeniging gegeven moge. zijn haar streven naar het best bereikbare steeds met goeden uitslag bekroond te zien, zeg ik u allen nogmaals hartelijk dank voor uw vriendelijke gevoelens. Het ga u allen wel! Na deze officieele huldiging recipieerden de heer en mevrouw Krelage in de met bloemstukken versierde bestuurskamer. Vele autoriteiten, leden van corporaties en particulieren, maakten van deze gelegen heid gebruik om afscheid van den heer Krelage te nemen als voorzitter der Alg. Vereeniging voor Bloembollencultuur. BINNENLAND DE OPVOERINGEN VAN „DE BEUL". „Wijs beleid vordert, dat het stuk niet meer ter vertooning wordt toegelaten". De vragen van het anti-rev. Tweede Ka merlid Amelink betreffende den inhoud en het opvoeren van het tooneelstuk „De Beul", heeft minister De Wilde thans be antwoord. Hij is van meening, dat de opvoering er van, mede in verband met de enscè- neering en omdat het, wat inhoud en strekking aangaat, niet geheel is los te ma ken van de novelle, waarvan het een om werking is, bij velen de indruk moest wek ken, dat de Christelijke godsdienst wordt gesmaad en de weermacht bespot. De mee ning, dat het stuk het geweld zou verheer lijken, acht hy onjuist; eer is hij geneigd de bestrijding van het geweld als de be doeling van den auteur aan te nemen, ook al acht hij den vorm, waarin dit geschiedt, bedenkelijk. In ons positief recht is aan den Minister van Pinnenlandsche Zaken geen bevoegd heid gegeven de opvoering van een bepaald tooneelstuk te verbieden. Den burgemees ter en hem alleen is opgedragen te waken tegen het doen van met de openbare orde en zedelijkheid strijdige vertooningen. De minister verbindt hieraan de opmer king dat in de grootste gemeenten de bur gemeester, in aanmerking genomen den grooten omvang van zijn dagelijkschen ar beid, niet persoonlijk van den inhoud van elk tooneelstuk, dat zal worden opgevoerd, kan kennis nemen, maar bij de uitoefe ning van zyn taak zijn standpunt in vele gevallen zal moeten bepalen aan de hand van de hem ter zake uitgebrachte rappor ten. Deze beschouwing mag bij het beoordee- len van de houding van de plaatselijke overheid ten aanzien van de opvoering van een bepaald tooneelstuk niet uit het oog worden verloren. De minister is van meening, dat wijs be leid vordert, dat het stuk niet meer ter vertooning wordt toegelaten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 1