I VRIJDAG 6 DECEMBER 1935
DE LEIDSCHE COURANT
EERSTE BLAD - PAG. 2
IETS ZACHTER.
BE BILT SEINT:
Matige, aanvankelijk tijdelijk krachtige,
later weer afnemende Zuidelijke tot Wes
telijke wind, half tot zwaarbewolkt, of be
trokken, waarschijnlijk eenige regen, iets
zachter.
Hoogste barometerst.: 764.3 te Biarritz
Laagste barometerst.: 745.6 te Sarna.
De depressie vulde verder op, haar kern
bleef nog over Scandinavië gelegen; de
secundaire, welke zich gisteren nog over
Frankrijk bevond, trok naar Centraal Eu
ropa. Een nieuw lage druk gebied ligt ten
Zuiden van IJsland, terwijl zich een be
langrijke secundaire over het Zuiden van
de Britsche Eilanden en het Kanaal be
vindt.
In het Zuidwesten handhaaft zich de
hooge drukking. Het algemeene karakter
van 't weer blijft nog somber, alleen over
Frankrijk klaarde plaatselijk de lucht wat
op en over Zuid-Engeland valt regen, ter
wijl verder over Midden-Duitschland en
Oostenrijk regen en sneeuw gemeld wordt.
Ook over Zweden en Finland regent en
sneeuwt het nog. De temperatuur daalde
over IJsland, onze omgeving, Frankrijk,
het grootste gedeelte van Duitschland en
eenige stations in Midden-Zweden; over de
Britsche Eilanden en het overige Scandi
navië steeg zij.
Ten onzent mag onder invloed van de
secundaire ten Westen van ons gelegen,
toenmende wind met eenige regen en stij
ging van temperatuur verwacht worden.
LUCHTTEMPERATUUR
3.8 gr. C.
L1CH1 OP VOOR FIETSERS «.St.
Van Vrijdagnamiddag 4.19 uur tot Za
terdagmorgen 7.24 uur.
HUOli WATER
Te Katwijk aan Zee op Zaterdag 7 De
cember n.m. 12.03 uur.
AMSTERDAMS RAAD KEURT DE
BEGROOTING GOED.
Met 3011 stemmen.
De Amsterdamsche Raad heeft gisteren
met 30 tegen 11 stemmen de begrooting-
1936 aangenomen. De tegenstemmers wa
ren: de communisten en een revolutiorunair-
socialist; prof. Woltjes (anti-rev.) en de
aanwezige leden der r. k. fractie, behalve
de heeren Steinmetz en De Groot.
De voorzitter der R.K. fractie, prof. mr.
C. P. M. Romme, legde ongeveer de volgen
de verklaring af:
„Wanneer de thans in stemming gebrach
te begrooting nog luidde, conform de ont
werp-begrooting, welke B. en W. aanvan
kelijk hebben aangeboden, zou ik mijn
stem er aan gegeven hebben.
Doch in stemming wordt nu gebracht een
üntwarp-begrooting, waaraan de soc.-de-
mocratische en communistische werkmeer-
derheid in dezen raad met opzet het slui
tend karakter heeft ontnomen, door de loon-
voordracht te verwerpen. Tegelijkertijd
heeft zij zelfs niet naar reëele dekking ge
zocht. Deze begrooting is er een waarvan
niemand, in noch buiten de raad, in ernst
kan beweren, dat zij reëel sluit, zoodat ik
geen vrijheid vind, aan deze begrooting
mijn stem te geven".
NED. R.-K. MIDDENSTANDSBOND.
Vijf en twintig jaar bestaan.
Op 9 December zal het 20 jaar geleden
zijn, dat de Ned. R.-K. Middenstandsbond
werd opgericht.
Het hoofdbestuur heeft, afziende van een
openbare herdenking, prijs gesteld op een
intieve herdenking van dit feit in den
kring van het hoogste bestuurslichaam der
organisatie, het Centraal Bestuur.
In verband hiermede zal as. Maandag
te Utrecht een vergadering van het Cen
traal Bestuur worden gehouden, waarvan
de middagbijeenkomst geheel aan de her
denking van het jubileum zal zijn gewijd.
CADEAUZENDINGEN BOTER EN KAAS
NAAR DUITSCHLAND.
Het Crisis-Zuivelbureau, Laan van Meer-
dervoort 84, 's-Gravenhage„ deelt mede,
dat aan belanghebbenden gedurende de
maand December 1935 binnen zekere gren
zen certificaten rechtgevende tot den uit
voer naar, resp. invoer in Duitschland van
boter en kaas kunnen worden verstrekt,
voor zoover het cadeauzendingen („Liebes-
gaben") betreft, waarvoor een betaling van
uit Duitschland naar Nederland dus niet
kan plaatsvinden.
Uitvoerige schriftelijke inlichtingen wor
den op aanvrage door het Zuivelbureau ver
strekt.
HEFFING OP BOTER.
De heffing op boter en de vervoerver-
gunning voor buitenlandsche boter is we
derom vastgesteld op 0.95 per K.G.
W. Blijdenstein. t
Overleden is de heer Theodor Willem
Blijdenstein. oudste directeur van De
Twentsche Bank, in den leeftijd van 61
jaar.
De heer Blijdenstein was in de kringen
waarin hij verkeerde een zeer gewaardeer
de persoonlijkheid.
De heer Blijdenstein was de eenige zoon
van den oprichter der vroegere Vennoot
schap, onder de firma Twentsche Bank B.
W. Blijdenstein.
Het Oec. Technologisch Instituut voor
Noord-Holland.
Ged. Staten van Noord-Holland hebben
benoemd tot directeur van den Oecono-
misch-Technologischen dienst voor Noord-
Holland, ir. W. Fuhri Snethlage te Haar
lem, thans verbonden aan het adviesbureau
voor bedrijfsorganisatie van ir. Louwerse
en Berenschot te Utrecht, terwijl zij tot
oeconomisch adviseur aan den dienst heb
ben benoemd dr. E. J. Tobi, in Den Haag,
oeconomisch adviseur van de hoofddirectie
der N.V. Nederlandsche Middenstandsbank
te Amsterdam, en tot technologisch adviseur
prof. dr. A. M. A. A. Steger, buitengewoon
hoogleeraar in de technologie aan de Tech
nische Hoogeschool te Delft. Voor accoun
tantswerkzaamheden is aan den dienst toe
gevoegd de heer C. H. van Hinsbergen, lid
van het N. I. v. Acc.
PROV. STATEN VAN
ZUID-HOLLAND.
Blijkens het verslag van de oommissie
van rapporteurs inzake het afdeelingson-
derzoek der Staten .van Zuid-Holland be
treffende de provinciale begrooting voor
1936, gaf de intrede van de N.S.B. enkelen
leden aanleiding hun oordeel over deze po
litieke partij te zeggen. Zij vestigden de
aandacht op het program dezer partij, dat
door een der leden werd gekwalificeerd
als te zijn in groote trekken een copie van
het program der Nationaal-Socialistische
beweging in Duitschland. Dit program werd
geach' volkomen in strijd te zijn met onze
historie en traditie. Immers de vrijheden
moeten ons volk worden ontnomen, een ar
beidsplicht van een jaar moet worden in
gevoerd voor alle jongelieden, een dulde-
loos militairisme tot stand gebracht/de po
litieke- en de vakbeweging moeten worden
vernietigd en de dictatuur wordt als ideaal
aan het volk voorgehouden. Niet alleen
werd het beginsel dezer nieuwe partij ver
derfelijk gevonden, ook de methode die de
N.S.B. bij haar optreden toepast, werd door
verschillende leden sterk gegispt. Door leu
gens en laster, door het verdacht maken
van partijen en personen, regeeringsperso-
nen inbegrepen, tracht deze partij ingang
te vinden. Ook exploiteert zij de armoede
en de vertwijfeling waarin velen zijn ge
raakt. Waar voorts deze partij het toelegt
op de vernietiging van het bestuursappa
raat der provincie kan zij naar het oor
deel van meerdere leden door partijen,
die staan op het handhaven der democratie,
niet als gelijkwaardig worden beschouwd.
Een der leden wraakte het, dat de N.S.B.-
fractie bij haar intrede de Staten hebben
opgehouden met het aan de orde stellen van
eenige slecht overwogen onbeduidende
voorstellen. Een ander lid zag in het de
monstratief heengaan in de vergadering
van 19 Nov. j.l. niets anders dan een zich
onttrekken aan het verantwoordelijke werk
der Staten. Hij vroeg zich af of het niet
verstandig zou zyn in het vervolg aan de
vertegenwoordigers van de N.S.B. geen
aandacht te schenken. Meerdere leden slo
ten zich hierbij aan.
Aan Ged. Staten werd hulde gebracht
voor het feit, dat zij een sluitende begroo
ting aanbieden zander belastingverhoo-
ging. Verschillende leden hadden liever ge
zien, dat de belastingen eenigszins waren
verhoogd geworden, om dan uit de meer
dere opbrengst het bedrag, dat thans aan
saalrisverlaging wordt geraamd op te van
gen.
Kon men zich in het algemeen met de
financieele politiek vereenigen, toch werd
door verscheidene leden erop gewezen, dat
er zwakke plekken in de begrooting zijn
aan te wijzen. Zoo werd bijv. critiek ge
oefend op het feit, dat Ged. Staten de sub
sidie voor krankzinnigenverpleging, uit te
keeren aan de gemeentebesturen, met
25.000.hebben verlaagd, zonder dat er
eenige zekerheid bestond, dat die verlaging
gewettigd was.
Verschillende beschouwingen werden ge
houden over het provinciale wegenplan.
Aangedrongen werd op krachtige maatre
gelen tegen lintbebouwing langs de pro
vinciale wegen. Gevraagd werd voor de
verbetering van de tertiaire wegen, gelijk
ook in andere provincies geschiedt, een be
drag op de begrooting te brengen.
In hun antwoord erkennen Ged. Staten,
dat de post „subsidies voor krankzinnigen
verpleging" inderdaad een zwakke plek in
de begrooting vormt. Er zijn echter rede
lijke gronden om een verdere daling der
verpleegprijzen te verwachten.
Ged. Staten hebben bij hun voordracht
inzake de bestrijding der werkloosheid
reeds een voorstel gedaan om over te gaan
tot versnelde uitvoering van het wegen
plan. Indien dit voorstel door de Prov. Sta
ten wordt aanvaardt, en daaromtrent over
eenstemming wordt verkregen met het
Werkfonds, zal in de eerstvolgende jaren
gemiddeld 4 a 5 millioen gulden voor de
wegenverbetering worden verwerkt. Een
plan tot het maken van een wegverbinding
langs de duinen van Scheveningen met
Wassenaar is in voorbereiding. Omtrent een
verbinding van westelijk 's Gravenhage met
westelijk Delft en westelijk Rotterdam zijn
nog onderhandelingen gaande. Voor de
wegverbinding, loopende van den Rijks
straatweg ter hoogte van Sassenheim, in de
richting Noordwijk en Noord wij kerhout,
zyn de plannen vrijwel gereed; voor den
weg OverschieBerkel zijn zij in een ver
gevorderd stadium van voorbereiding.
Het ligt in de bedoeling geleidelijk en
naar gelang van de urgentie de verschillen
de deelen der provincie in de streekplanstu
die te betrekken.
Ten aanzien van het vraagstuk van de
bestrijding der lintbebouwing moeten Ged.
Staten, hoewel deze aangelegenheid hun
volle aandacht heeft, vooralsnog een af
wachtende houding aannemen.
SALARIEERING PROVINCIAAL
PERSONEEL.
Jaarwedden Ged. Staten van Z.-Holland.
Aan het rapport van de commissie uit
de Provinciale Staten van Zuid-Holland
betreffende de voorstellen tot nadere re
geling van de jaarwedden der leden van
Ged. Staten en tot herziening van de sala-
rieering van het provinciaal personeel
(beide voorstellen komen neer op een ver
laging met 5 pet.) wordt ontleend, dat
eenige leden der commissie er hunne be
vreemding over uitspraken, dat, waar de
thans geldende jaarwedde van Ged. Staten
ten vorigen jare door de Staten als billijk
werd aangemerkt, deze thans met 5 pet.
verminderd zou moeten worden. Een twee
tal leden van de commissie was van oor
deel, dat langs den weg der z.g. aanpas
singspolitiek geen uitweg uit de tegen
woordige moeilijkheden te vinden is.
De overige leden achtten de jaarwedde
van Ged. Staten opzichzelf niet te hoog,
doch zagen de noodwendigheid van de
verlaging evenwel in.
Ook omtrent het voorstel betreffende de
salarieering van het prov. personeel wa
ren de meeningen in de commissie ver
deeld. Twee hunner verzetten zich tegen
elke verlaging. De overige leden achten
het voorstel aanvaardbaar; twee hunner
legden zich noode neer bij de verlaging en
doen dit alleen omdat zij de brieven van
den minister van Binnenlandsche Zaken
als eisch opvatten. De andere leden ko
men, ook als zij het voorstel opzichzelf
beschouwen, los van de brieven van den
minister, tot de conclusie, dat het voorstel
aanvaardbaar is.
In hun antwoord waarbij zij zich ont
houden van beschouwingen over de jaar
wedden van Ged. Staten wijzen Ged.
Staten erop, dat de voorgestelde salaris
verlaging niet of althans niet in de eerste
plaats moet worden gezien als een maat
regel van budgetairen ,aard, doch als een
uitvloeisel van de in 1934 door de Prov.
Staten aanvaarde salarispolitiek, waar op
aandrang van den minister van Binnen
landsche Zaken het beginsel werd aan
vaard van een ongeveer gelijkwaardige
bezoldiging van het overheidspersoneel in
al zijn geledingen naar den maatstaf van
de Rijksregeling. Het zou met dit beginsel
in strijd zijn dit moet den minister wor
den toegegeven om, nu de bezoldiging
van het Rijkspersoneel met 1 Januari 1936
een verlaging van 5 pet. ondergaat, het
personeel in dienst van de overige open
bare lichamen, voorzoover zijn bezoldiging
een vergelijking met die van het Rijk kan
doorstaan, niet in die verlaging te doen
deelen. Indien men de tijdsomstandigheden
in aanmerking neemt, blijft de salarieering
in deze provincie ook na de voorgestelde
verlaging aan redelijke eischen voldoen.
ANTWOORD S.D.P.SCHE KAMER
FRACTIE AAN Mr. DUYS.
De Sociaal-Democratische Tweede Ka
merfractie heeft een brief gezonden aan
mr. J. E. W. Duys, die heel lang is, en
waarvan wij hier een korten inhoud
geven:
„Onze Kamerfractie heeft in haar ver
ga Jering van Dinsdag 3 December kennis
genomen van uw brief van 29 November
1.1., waarin gij mededeelt, dat gij met in
gang van dien datum niet meer wenscht
te worden beschouwd als lid der fractie.
Tlit de publicatie, die gij aan alle Ne
derlandsche dagbladen hebt doen toeko
men, is tevens gebleken, dat gij noch voor
het lidmaatschap der S.D.A.P., noch voor
de Tweede Kamer hebt bedankt en dat
gij ook niet voornemens zijt het lidmaat
schap der Tweede Kamer eerder dan aan
het einde van de loopende parlementaire
periode neer te leggen.
Gij schijnt dus de Sociaal-Democratische
K.amerfactie te beschouwen als een vrij
willige groepeering van de leden der Par
tij, die lid zijn van de Kamer, en te mee-
nen, dat het dien leden der Partij geheel
vrij staat te beslissen, of zij al of niet tot
de Kamerfractie zullen behooren.
Deze opvatting is onjuist. Immers, arti
kel 91 van het Huishoudelijk Reglement
der S.D.A.P. zegt uitdrukkelijk:
„De leden der Partij, gekozen tot lid der
Staten-Generaal, vormen de Sociaal-De
mocratische Kamerfractie".
Het Reglement kent geen uitzondering
van deze bepaling. Een lid der S.D.A.P.,
deel uitmakende van een der Kamers, kan
dus niet zonder het Reglement der Partij
te schenden, zich aan het lidmaatschap der
Kamerfractie onttrekken, tenzij hij tegelij
kertijd het lidmaatschap der Partij opzegt.
Doet hij dit laatste, dan gebiedt 'n algemeen
aJs juist erkende regel dat hij onmiddel
lijk zijn mandaat als lid der Kamer neer
legt.
Het is niet aan de Kamerfractie, nu te
zeggen, hoe gij in de gegeven omstandig
heden hebt te handelen".
„Nu gij in extenso en op uw wijze uw
grieven tegen de Partij en tegen onze Ka
merfractie openbaar hebt gemaakt, achten
wij ons verplicht bij die grieven, welke de
Kamerfractie betreffen, eenige aanteeke-
ningen te maken".
„Wij zijn nu genoodzaakt te zeggen, dat
uw werk in de Kamer reeds zeer lang, en
reeds vele jaren vóór de conflicten zich
voordeden, waardoor sedert 1933 van een
„2aak-Duys" wordt gesproken, veel te
wenschen heeft overgelaten. In de jaren
vóór 1913 hebt gij door uw inderdaad ver
dienstelijken arbeid voornamelijk op het
gebied der sociale verzekering u een naam
en een positie verworven. Daarna hebt gij
nog wel herhaaldelijk op propagandistisch
gebied zeer groote activiteit ontwikkeld,
maar aan het werk der Kamer en aan dat
der fractie hebt gij slechts zeer onregel
matig en dikwijls bitter weinig of in het
geheel niet deelgenomen. Dat gij deson
danks uw plaats kondet blijven innemen,
is hieruit te verklaren, dat Partij en Par
tijbestuur voortdurend de hoop koester
den, dat gij tot een ernstiger plichtsbe
trachting zoudt terugkeeren en dat zij u
de kans daartoe niet wilden benemen.
Gij weet, zoo goed als wie ook, dat uw
veelvuldige afwezigheid bij de werkzaam-
hedei van Kamer en fractie vroeger reeds
herhaaldelijk de aandacht der Partij heeft
getrokken. Dit is meer dan eens gebleken.
En gaf uw lidmaatschap van den Haag-
schen Gemeenteraad van 1927 tot 1933 en
dat van het Partijbestuur van 1928 tot
1930 niet aanleiding tot soortgelijke
klachten?
In al die jaren bestond er nog geen
„zaak-Duys", waardoor de „atmosfeer" in
de Kamerfractie voor u „verstikkend" heet
te zijn geworden".
„In het zitingsjaar 19331934 hebt gy
bij de behandeling van de Landbouw-crisis-
wet voornamelijk misstanden besproken,
die gij als advocaat van den fascistischen
slagei Roelofsen had leeren kennen. De
beide overige malen hebt gij gesproken
over verzoeken van aannemers, die vor
deringen op den Staat meenden te heb
ben. Gij weet, dat daarvoor in de fractie
allesbehalve onverdeelde bewondering
werd gevoeld en dat een zakelijke discus
sie, daarover in de fractievergadering ge
voerd, eindigde met de conclusie, dat een
Kamerlid-advocaat zich in de Kamer zoo
veel mogelijk dient te onthouden van be
moeiingen met zaken en personen, waar-
rrede hij als advocaat in aanraking is ge
weest, omdat hij zelfs den schijn van
vermenging van zijn hoedanigheden angst
vallig dient te vermijden".
„In het zittingsjaar 19341935 is de
meeste aandacht getrokken door Uw rede
voering van 4 December 1934 bij de Justi-
tiebegrooting. Die redevoering heeft alom
in het land opzien gebaard, omdat gij daar
in, de verschijnselen van straatterreur be
sprekende, Uw critiek geheel hebt gekeerd
tegen communisten en O.S.P.-ers en zelfs
sociaal-democraten en met geen woord
U hebt gerieht tegen de provocaties en de
geweldmethoden van het fascisme. Gij
weet, dat alle leden onzer fractie-commis
sie voor Justitiezaken U dringend hadden
ontraden, dat onderwerp zóó te behande
len. Kenteekenend voor Uw redevoering
is, dat zij terstond door „Volk en Vader
land" op de plaats van het hoofdartikel,
zonder commentaar, is afgedrukt!"
„Hier zijn wij genaderd tot de vraag,
welke geschillen tusschen U en de andere
leden der fractie zich in de laatste jaren
hebben voorgedaan. Die geschillen betrof
fen niet den inhoud van Uw bekende
brochure „Ter Oriënteering" van den zo
mer 1935. Geen lid der fractie heeft ooit
het recht betwist van eenig lid der Partij
om als zijn overtuiging uit te spreken, dat
tactiek en beginselen der Party op be
paalde punten herziening behoeven, al
waren de meesten onzer van oordeel, dat
gij die vraagstukken op een verkeerde
wijze, immers meer buiten de Partij dan
in haar midden en ook zeer onbedacht, aan
de orde hadt gesteld. De tegenstellingen,
die zich sedert 1933 in de fractie tusschen
U en alle andere leden hebben ontwik
keld betroffen andere zaken".
Naast de bovengenoemde feiten wordt dan
uitvoerig gewezen op gevallen van absen
tisme bij belangrijke beschouwingen enz.
KERKNIEUWS
Audiëntie.
Z. D. H. de Kapittel-Vikaris van het Bis
dom van Haarlem zal alleen a.s. Woens
dag audiëntie verleenen.
RECHTZAKEN
HAAGSCHE POLITIERECHTER.
Gemeld is dat D. R., handelaar in stof
zuigers, gisteren veroordeeld is. Dit bericht
kan tot misversatnd leiden en wij deelen
daarom even mede, dat niet bedoeld is de
heer D. Ruiter, Hansenstraat 2, die even
eens in stofzuigers handelt.
De visschers J. de V., uit K a t w ij k
heeft in samenwerking met M. van 't W.
aldaar geknoeid met zijn steunaanvragen.
De knoeierij is in hoofdzaak van v: 't W.
uitgegaan. J. de V. werd veroordeeld tot
één maand gevangenisstraf voorwaardelijk
met één jaar proeftijd.
De Officier had één maand gevangenis
straf geëischt.
Van 't W. achtte de Officier veel meer
schuldig. Hij genoot een vertrouwensposi
tie als lid van de Contact Commissie. Van
dit vertrouwen heeft hij ernstig misbruik
gemaakt. Spr. eischte tegen W. twee maan
den gevangenisstraf en twee maanden ge
vangenisstraf voorwaardelijk met twee jaar
proeftijd.
Verdachte heeft geen voordeel gehad van
zijn handelwijze.
De politierechter veroordeelde hem tot
drie maanden gevangenisstraf voorwaar
delijk met drie jaar proeftijd en een geld
boete van 5.subs 10 dagen hechtenis.
AGENDA
LEIDEN.
Zo***ng, St. Nicolaasavondfeest der Ned.
Reisver. voor Katholieken in de
Burchtzaal, 8 uur.
Maandag, Hanze-vergadering. Drs. Hub.
Jansen over Bedrijfsordening, Zo-
merzorg, 8.30 uur.
Woensdag, Voorlichtingsvergadering voor
de leden van den Bestuursraad,
's avonds 8 uur, Bondsgebouw.
Spreker de heer A. Angenent, uit
Haarlem.
De avond-, nacht- en Zondagsdienst der
apotheken wordt van Maandag 2 tot
en met Zondag 8 Dec. a.s. waargeno
men door de apotheken: G. F. Reyst,
Steenstraat 35, tel. 136; A. J. Donk, Doeza-
straat 3ï, telef. 1313 en C. van Zijp, Wil-
helminapark 8, Oegstgeest telef. 274.
Tot en met Zaterdag 7 Dec. ontvangt
elk onzer klanten een gerchenk.
ACADEMIENIEUWS
LEIDEN. Geslaagd:
doctoraal examen Romaansche taal- en
letterkunde (Fransch) mej. M. N. Baar
slag, Den Haag;
candidaatsexamen Romaansche taal- en
letterkunde (Fransch) mej. B. M. de Roo
de la Faille, Den Haag;
Bevorderd:
tot arts de heeren L. M. Vrijland, Lei
den, C. Van Waalwijk van Doorn, Dor
drecht, D. A. Fernandes, den Haag.
Het Abessiinsche conflict
DE FRANSCH—ENGELSCHE VREDES
VOORSTELLEN.
PARIJS, 6 December. (A. N. P.). De
correspondent van de „Figaro" te Londen
meldt aan zijn blad, dat hij het Fransch
Engelsche voorstel tot bij legging van het
ItaliaanschAbessijnsch conflict in groote
lijnen kan mededeelen. Het zou op het vol
gende neerkomen:
1. Een deel der provincie !Vigre en de
steden Adoea, Adigrat en waarschijnlijk
ook Makalle, zouden bij Italiaansch-Eritrea
worden gevoegd, terwijl Ak*oem Abes
sijnsch bou blijven.
3. De Abessijnen moeten den Italianen
oeconomische kolonisatie-mogelijkheden la
ten in de buurt van Bari (in het Zuiden).
Dit gebied zou worden geplaatst onder een
bijzondere bestuurscontrole, doch zou prin
cipieel moeten blijven onder de souvereini-
tiet van den Negus van Agessinië.
4. De Italianen zouden den Abessijnen
een „corridor" in Eritrea afstaan naar de
haven van Assab met het recht in deze cor
ridor een straatweg of een spoorweg aan te
leggen.
Geen optimisme omtrent een bijlegging
van het geschil.
ROME, 6 December. (A. N. P.). Een
woordvoerder van het departement van
buitenlandsche zaken verklaarde gisteren,
dat Italië geen grond ziet voor het opti
misme in het buitenland omtrent een bij
legging van het Italiaansch-Ethiopiseh
conflict
In diplomatieke kringen meent men, dat
Mussolini de denkbeelden van de Fransche
en Britsche ambtenaren der ministeries van
buitenlandsche zaken niet toereikend zal
vinden, daar zy niet voldoende tegemoet
komen aan de Italiaansche verlangens naar
territoriale expansie.
HET ITALIAANSCHE LEGERBERICHT.
ROME, 6 December. (A. N. P.). Het
64ste legerbericht, dat maarschalk Badog-
lio seint, luidt:
„Aan het geheele Elitreesche front heb
ben de gevechten tusschen onze patrouil
les en vijandelijke groepen een meer inten
sief karakter aangenomen. Overal worden
gewapende Abessijnen verslagen en op de
vlucht gedreven. Zij hebben 24 dooden ach
ter gelaten. De Italiaansche luchtstrijd
krachten hebben een colonne gewapende
Abessijnen, welke optrok tusschen Gondar
en Dabat, verrast en met bommen be
stookt.
Bombardement op een clorp.
ADDIS ABEBA, 6 December. (A. N. P.)
De Amerikaansche negervlieger John
Robinson, die sinds het vertrek van den
„Zwarten Adelaar" een der corypheeën is
der Abessijnsche luchtmacht, heeft rapport
uitgebracht, dat 16 Italiaansche bommen
werpers het dorp Dawark ten Noorden van
het Tan am eer zwaar hebben gebombar
deerd.
