DINSDAG 26 NOVEMBER 1935 DE LEIDSCHE COURANT UERDE BLAD PAG. 9 GEMENGDE BERICHTEN DOOR AUTO AANGEREDEN. Vader van zeven kinderen gedood. Toen de heer J. L. van Kemenade, siga renmaker te Wouw, Zondagavond om streeks 6 uur het café van den heer J. van S., gelegen aan den weg naar Roosendaal, verliet, werd hij bij het oversteken van den weg door een auto, bestuurd door den heer V. uit Roosendaal, gegrepen. De heer van K. kwam met het hoofd terecht tegen de voorruit van den wagen en kreeg een gapende wonde aan het voorhoofd. Hij werd overgebracht naar het R.-K. Zieken huis te Roosendaal waar hij gistermorgen aan de gevolgen is overleden. De heer van K., die 55 jaai oud was, laat een vrouw en zeven kinderen achter. Den chauffeur, die nog trachtte een aan rijding te voorkomen, treft geen schuld. MEISJE DOOR AUTO AANGEREDEN. In ziekenhuis overleden. Gistermiddag omstreeks twee uur is in de Baarlooschestraat te Blerick het 3-ja- rig dochtertje van de familie W. bij het oversteken van den weg door een juist passeerende auto uit Roermond gegrepen. Met een zware schedelbreuk is het kind in zeer zorwekkenden toestand naar het ziekenhuis te Venlo vervoerde alwaar het in den loop van den avond is overleden. Den bestuurder van de auto treft geen schuld. AUTO-ONGELUK BIJ ARNEMUIDEN. Slachtoffer aan de gevolgen overleden. Op 14 October j.l. had op den rijksweg op Walcheren, onderArnemuiden een auto-ongeluk plaats, waarbij mevr. Klin- kenburg, echtgenoote van den gemeente geneesheer te Ierseke, verwond werd. Thans is deze 62-jarige dame, naar de „Msbd." meldt, aan de gevolgen van het ongeluk in het ziekenhuis te Goes overle den. DE AANRIJDING OP DE SPOORBAAN TE PIJNACKER. Aan de gevolgen overleden. De dame, die bij het droevig ongeval dat Maandagmiddag op den spoorwegover gang te Pijnacker heeft plaats gehad, ern stig werd gewond, is in het Gasthuis te Delft overleden. Zij was de 22-jarige handelsreizigster H. C. H. E. uit Amsterdam. KOLENDAMPVERGIFTIGING TE UTRECHT. Eén doode. Het had gistermorgen de aandacht ge trokken van de bewoners van de Opper - straat te Utrecht, dat in een huisje be woond door een bejaard echtpaar, gisteren gesloten bleef. Men waarschuwde een agent van politie, die onmiddellijk een onderzoek instelde. Men vond twee menschen bewusteloos in een alcoof, vermoedelijk slachtoffers van een kolendampvergiftiging. Inderdaad bleek, dat in een achterkamer geen behoorlijke aan- en afvoer was. Daar door had zich in hevige mate kolendamp ontwikkeld. De man was reeds overleden; de vrouw gaf nóg teekenen van leven. Zij is naar de Rijkskliniek overgebracht. Men hoopt haar in het leven te houden. BIJ HET SCHOONMAKEN VAN ZIJN GEWEER GEDOOD. Gistermiddag is de 57-jarige V. te Vaals, bij het schoonmaken van zijn geweer door een kogel in de borst getroffen en op slag gedood. V., die lid is van het. schuttersgilde te Vaals, zou op een terrein gaan oefenen. Hij wilde daartoe eerst zijn geweer schoon maken, dat naar hij meende, ongeladen was. Evenwel ging het plotseling af, met bovenvermeld gevolg. BONTWERKERS-ATELIER UITGEBRAND Ruim 15.000 gulden schade Gistermiddag kwart voor 12 is brand uitgebroken in het bontwerkers-atelier der firma T. en C. van de Ven in de Verwer- straat te 's Hertogenbosch. Het atelier is totaal uitgebrand. De waarde van de voor raden bont, die verloren zijn gegaan, en waaronder zeer kostbare mantels waren, bedraagt ruim ƒ15000. Een ondergelegen rijwielherstelplaats van de fa. Versteegh bekwam groote water schade. De schade bedraagt hier eenige duizenden gulden. De brand is ontstaan bij het drogen van bonthuiden door middel van een petro- leumstraalkachel. De schade wordt door verzekering ge dekt. SCHIETPARTIJ TE DEN HAAG Caféhouder tegen drie klanten, die den boel kort en klein sloegen Maandagnacht omstreeks 12 uur hebben zich ernstige ongeregeldheden voorgedaan in een café aan den Kranenburgweg te Den Haag, waarbij met een revolver met scherp is geschoten door den caféhouder, doch waarbij wonder boven wonder, geen doode of gewonden zijn te betreuren. Volgens verklaring van den caféhouder zouden drie bewoners uit Duindorp het café zijn binnengekomen. Alle drie ver keerden sterk onder drankinvloed. De caféhouder zou getracht hebben met een zacht lijntje de menschen uit de zaak te krengen, waarop ruzie ontstond en de Duindorpers den caféhouder met stoelen te lijf gingen. De caféhouder was genood zaakt zich in zijn woonvertrekken terug te trekken. De Duindorpers trokken ook hier binnen. Hierop zou de caféhouder zijn revolver hebben gegrepen, en een schot hebben gelost, recht naar beneden in den deurpost. De mannen verkeerden in een opgewonden toestand en trapten de deur in. Daarop trok de caféhouder zich terug in 't slaapvertrek, sloot de deur en schoot daar door heen. De vrouw van den caféhouder, die in nachtgewaad was,, heeft daarop politiehulp gehaald. Toen de politie ter plaatse kwam, vond zij éen groote verwoesting in de ge lagkamer en de woonvertrekken. De da ders waren inmiddels verdwenen. De kastelein verklaarde zijn revolver te hebben weggeworpen in het ververschings- kanaal. Hij had geen toestemming tot het voorhanden hebben van een vuurwapen. Hij is voor nader onderzoek in bewaring gesteld en is genaamd S. P. Ook het drie tal Duindorpers, genaamd P. v. B., 27 j., S. de Z. 25 j., en L. V. 24 j. oud, is van bed gelicht en in bewaring gesteld, ver dacht van openlijke geweldpleging en ver nieling. De zaak is verder in onderzoek, speciaal met betrekking tot de vraag of de kaste lein uit noodweer gehandeld kan hebben, hetgeen hij beweert. De man is Maandag op vrije voeten gesteld. LIST VAN EEN SMOKKELAAR. Twee personen in Duitschland gevangen gezet. Zaterdag kreeg de vrachtrijder T. H. uit Tegelen opdracht van zekeren B. uit Ber gen (L.) om een pak geperst stroo naar Duitschland te vervoeren. De vrachtrij der, die geen argwaan koesterde, nam de opdracht aan en bracht het stroo naar de plaats van bestemming, te Meurs, over. Daar werd hij aangehouden door de poli tie. Deze onderzocht de lading en bij on derzoek bleek deze smokkelwaar te bevat ten, namelijk spek en tabak. De vrachtrij der is aangehouden en in de strafgevan genis ingesloten en de vrachtauto met la ding is in beslag genomen. Aangezien H. niet terugkeerde, en de fa milie van zijn aanhouding onkundig bleef, ging de knecht er gisteren op uit om een onderzoek in te stellen. Toen hij zich met een huurauto naar Meurs begaf en daar bij de politie naar zijn baas informeerde, is hij ook aangehouden en ingesloten. De autoverhuurder in Tegelen is van de aan houding in kennis gesten en heeft zijn wa gen teruggehaald. Naar wij vernemen, zijn de plaatselijke autoriteiten voornemens bij de Duitsche autoriteiten aan te dringen op vrijlating van de aangehoudenen, aange zien deze het slachtoffer van een smok kelaarslist zijn. „Vad." WARDENIER DOET WEER IN AUTO'S Nu echter in gestolen wagens Rechercheur Biemans van de Zwolsche politie zag gistermiddag op de Melkmarkt aldaar een auto staan. Een auto, die toe behoorde aan pastoor Eshuis. Een auto die gestolen was. Dies stapte hij op het mo torrijtuig toe, nam het in beslag en arres teerde den chauffeur, aldus meldt de „Tel.". ,Van wie is die auto", vroeg de politie man. En tot verbazing van den rechercheur antwoordde de man prompt: „Dit is de auto van Wardenier". WiQ kent Wardenier niet? Een bleeke jongeman, die heel ons land in rep en roer bracht door zich uitvinder te noemen van een brandstofloozen motor. Die Wolvega dee'd leven in een fantastischen droom van een wereldnijverheid, van enorme fabrie ken, waarvoor de terreinen al gekocht waren. En die Wardenier, die mislukte uitvin der, zou een autodief zijn? Het was te ongeloofelijk om waar te zijn. De Zwolsche politie toog met den auto en den gearresteerden chauffeur, die een garagehouder uit Blesse bleek te zijn, naar diens garage en vernam daar het volgende verhaal. „Wardenier woont niet meer in Wolve ga, maar bij zijn ouders te Steenwijker- wold en is daar zelfs al eenigszins be rucht door zijn ritten op een motorfiets, waarmee hij al eenige ongelukken zou hebben veroorzaakt. „Een paar dagen geleden komt Warde nier by me", aldus vertelt de garagehou der en zegt: „Ik heb een auto in Zwolle gekocht en dien wou ik bij jou stallen". Dat was in orde en de auto kwam in de garage van den chauffeur uit Blesse. „Je kunt er gerust eens mee uit rijden gaan hoor", had Wardenier nog gezegd en dat had de garagehouder zich in de ooren geknoopt. Gisteren was hij dan ook met den auto van Wardenier naar Zwolle ge gaan, waar hij tot zijn verontwaardiging op de Melkmarkt werd ingerekend, omdat hij in een gestolen auto reed. Toen de Zwolsche politie der traditie van dienders getrouw een rondkeek, zag zij echter nog een anderen auto, die haar bekend voorkwam. „Is dat niet de auto van dominee V. uit Zwolle?" „Nee", zei de garagehouder, „dat is ook een auto van Wardenier". Dominee werd opgebeld. Waar is uw auto? Die staat voor mijn huis was het antwoord. Maar toen de dominee ging.kij ken, bemerkte hij tot zijn verbazing, dat zijn auto niet voor zijn huis stond, want de auto, die de politiemannen in Blesse vonden, was inderdaad de auto van den dominee uit Zwolle. Toen was het: op zoek naar Wardenier. En die werd in den laten aovnd nog in gerekend en naar Zwolle gebracht, maar GEMEENTERAAD Algemeene beschouwingen. Hierna volgt de vaststelling van de ge- meentebegrooting voor den dienst 1936, welke worden ingeleid met algemeene be schouwingen. De heer Ruting, brengt hulde aan B. en W. voor het gevoerde beleid en aan allen, die tot samenstelling van deze begrooting hebben medegewerkt. Spr. zou gaarne zien, dat de geheele ge meente in één klasse voor de belasting wordt ondergebracht. De heer van Kleef bespreekt het oude twistpunt van de samenstelling van het dagelyksch bestuur, dat niet overeenkomt met de evenredige vertegenwoordiging. Spr. acht een keuze van wethouders uit de twee Chr. partijen fout. De wijze waarop de wethoudersverkiezing tot stand kwam, achtte spr. grievend. Over de begrooting is spr. zeer goed te spreken, vooral over de reserveering van een bedrag van 18.000. Spr. dringt aan op spoed bij den bouw van een nieuw Raadhuis, waarvoor spr. een prijsvraag aanbeveelt. Op enkele onvervul de wenschen zal spr. nog de aandacht vesti gen. Rede Boeren. M. de Voorzitter, Op gevaar af straks te moeten hooren of lezen, dat die algemeene beschouwingen den raad en de lezerr maar vervelen, waag ik me er mede namens onze fractie toch maar aan bij deze gelegenheid nog een en ander te zeggen. Baat 't niet, "t schaadt nog minder en men heeft eenmaal zijn mandaat, dat naast de vele geneugten van het raadslidmaatschap neen, nu denk ik niet aan al die feestelijke represen taties of ook maar aan een gezelligen vluch- tigen dronk na een langen onafgebroken ingespannen dag neen er zijn er van hóógere orde, zooals o.m. de voldoening, die elke vergadering opnieuw geeft; ik zeg het mandaat dat naast die geneugten ook zijn plichten oplegt o.a. oim bij het aanbie den der begrooting de meening der fractie te doen hooren. Dit ter inleiding, mogelijk ter verschoo ning. M. de V., ik eindigde mijn algemeene be schouwingen ten vorigen jare met te zeg gen: „We durven ons dan vleien met de „hoop, dat onder Gods zegen en met een „wijs en voorzichtig wat niet zeggen wil „zwaartillend beleid van voorzitter, col lege van B. en W. en den raad, voor deze „gemeente spoedig een gunstiger begroo- „tingsperiode geschapen zal worden. De eer- „ste symptomen zijn reeds aanwezig". We zijn thans een jaar verder en niemand zal mij kunnen tegenspreken, dat de voor ons liggende begrooting inderdaad een nog beter aspect heeft dan de vorige: reser veeringen op groote schaal, geen leeningen, opnieuw belastingverlaging, een kleine verlaging der tarieven, enkele hoogere sub sidies en als gevolg var. een en ander een kaspositie, waar menige huismoeder of bur gervader naar zou watertanden. Daarnaast groote productieve werken in zicht, me dunkt bij alle gemis van wat ve boven dien nog gaarne zouden hebben inder daad een positie, die steunt tot tevreden heid en erkentelijkheid voor het gevoerde beleid door alle instanties 't is lichtelijk hebberig, maar naar onze meening mag de raad zelf zich ook nog eventjes tot die in stanties rekenen. En, M. de V., dit vooral ook niet te ver geten: een positie, die op de eerste plaats geschapen is door de met zooveel moeite vaak opgebrachte penningen onzer burgers in de vele belastingen en tarieven, die nog altijd in-zich veel te hoog zijn. Helaas staat daarnaast een leger van werkloozen, dat noodgedwongen zware eischen aan onze kas stelt. Maar al kunnen zij dan al niet offeren in duiten, wij slaan het offer dat zij brengen in het zich tevre den moeten stellen met eene minimale be vrediging hunner behoeften, vaak in het missen van wat toch noodig was, hóóger aan en nog hooger respect hebben wij voor de wijze, waarop het overgroote deel hunner in gelatenheid rustig hun groote leed over dat alles weet te dragen. Daar voor aan hen een eere-saluut vanaf deze plaats. Terugkomend op onze betrekkelijk gun stige financieele positie, moet het mij van 't hart, dat daartoe blijken ervaring, ook moet bijdragen de weigering, vaak kleine bedragen voor subsidies en zoo te voteeren, die op onze begrootingspositie geen enkele invloed uitoefenen en die velen onaange naam aandoen. Zoo ook nemen wij gééner- lei verantwoording op ons over de weige ring, om financieele redenen zooals gezegd is, den restauranthouders verdere verlaging van personeele belasting volgens de wet toe te staan; niet omdat het restauranthouders zijn, maar omdat hier, blijkbaar onnoodig, tè veel belasting geheven wordt van een be paalde groep van personen in wier bedrijf, blijkens officieele erkenning door de regee- Wardenier, die de wereld tot wanhoop bracht bij zijn uitvinding van den brand stofloozen motor, door zijn volhardend zwijgen, had nog niets geleerd. Ook dit- m&al was er geen woord uit hem te krij- ge en hij bevestigde noch ontkende, dat de auto's, die de garagehouder in zijn garage had staan, door hem waren gestolen of niet. Zoodat heden de politie de verklaringen van den garagehouder zal verifieeren, om te weten te komen of de jongeman, die beweerde eens er in te zullen slagen om het autorijden goedkoop te maken van plan veranderd is en het nu niet meer zoekt in motors, die zonder brandstof loo- pen, maar in auto's van anderen. VAN ALPHEN AAN DEN RIJN ring, een noodtoestand heerscht. Als B. en W. in antwoord op een in de afdeelingen gemaakte bemerking, die niet van mij was, zeggen: het noodzakelijke werd en wordt door ons voorgestaan, dan hoop ik, dat zij in overeenstemming daarmee deze aange legenheid vóór de volgende heffing nog eens %ullen bezien. Ik kom thans, evenals ik dat 't vorig jaar heb gedaan, tot 'tin zeer korte trekken be zien van eenige sprekende factoren bij de samenstelling der begrooting. En dan valt 't direct op, dat de bedrijfs winsten nog steeds tot een der eerste dek kingsmiddelen der begrooting blijven. Dat daardoor de bedrijfstarieven niet in over eenstemming kunnen zijn met het sociale karakter dier bedrijven en nog minder met de zoo noodzakelijke aanpassingspolitiek, is daarvan een natuurlijk gevolg. B. en W. gaan zelfs zoover, dat zij zeggen elke verla ging zal gaan ten koste der belastingverla ging. Wij geven toe, dat zoo maar niet in 't wilde weg die tarieven met, laat ik zeg gen, 50 pot. kunnen verminderd worden, maar dat men niet wat verder in deze rich ting zou kunnen gaan, vooral nu we in de begrooting zelve eenige speling hebben, dat wagen wij te betwijfelen. We vreezen dat hier straks zal blijken het doel voorbij ge schoten te hebben door niet tijdig dat doel te verplaatsen of te wijzigen. Ook wat de reserveeringen aangaat, vooral ten opzichte van het gasbedrijf, zul len we naar onze meening beter doen al thans voorloopig een klein gedeelte van de winst daarvoor te bestemmen. Ik meen dat in 1936 het besluit afloopt de gehééle winst uit de bedrijven aan de gewone middelen toe te voegen. Er is dus in den loop van het jaar gelegenheid deze materie opnieuw te regelen. Een andere factor in de begrotingstech niek vormen de leeningen. B .en W. staan vóór niet te leenen. En als dat eenigszins kan, dan varen wij in 't zelfde schuitje. Maar dan mag er in deze benauwende tij den als een gevolg van dat principe ook niets op den gewonen dienst gebracht wor den, waarvan niet onomstootelijk vast staat, dat het niet op den kapitaaldienst zou kun nen. En zeker niet als mede door die taktiek verhinderd zou worden, de huidige belas tingen en tarieven nog iets meer te doen dalen. Ik laat nu nog eens onbesproken de re serveeringen voor raadhuis en rioleering. Maar vorig jaar heb ik gewezen op een post van 14.000.voor de wegen en dit jaar komt er weer idem zooveel duizenden bij voor dat doel. O.i. behooren, zeker in een tijd als deze, uitgaven, die het karakter van de wegen veranderen op den kapi taaldienst thuis. Zelfs zien we in deze da gen, dat Ged. Staten het goedkeuren bij dragen aan den kapitaaldienst uit de gewo ne middelen voor dergelijke objecten tijde lijk te schrappen. Hier zien we het juist andersom. Mooi, heel mooi voor de toe komst, maar we kunnen ook tè bezorgd zijn voor dat later en in elk geval: charité bien ordonnée commence par soi même vrij vertaald: het hemd is nader dan de rok. Als B. en W. hier iets van hun toekomst- zorgen zouden willen laten varen, dan zou 't mogelijk blijken de zorgen-van-nu een ietsje méér te verlichten en dat behoeft heelemaal nog niet af te doen aan een voorzichtig beleid. Over den o.i. nog steeds veel te hoogen post van onvoorziene uitgaven, die een brok geld in onze begrooting vertegen woordigen en die genomen wordt over dui zenden guldens, waarbij niets onvoorziens voor kan komen, zal ik kort zijn. Deze post wordt nooit of zoo goed als nooit aange sproken. Deze post springt zóó van de eene begrooting in de andere, zonder eenig an der effect dan dat hij op die hoogte ge houden ook zijn deel bijdraagt om het verminderen der lasten moeilijker te ma ken. M. de V., ziedaar het voornaamste wat wij meenden te moeten zeggen; niet als critiek en vooral niet als critiek-om-critiek, maar omdat het onze oprechte meening is, dat de wederzijdsche uitwisseling van gedach ten en zienswijze nuttig is om eikaars standpunt te begrijpen in de behande- gelijk er toe kan bijdragen in de behande ling der artikelen dat standpunt, waar noo dig, naar elkaar toe te brengen. De heer den Ouden brengt B. en W. hulde voor het gehouden beheer. De S. D. A. P. ontevreden. De heer den Uyl noemt den financiee- len toestand der gemeente een witte raaf. Spr. heeft woorden van lof voor deze be grooting, maar ziet niet gaarne een bezui niging ten koste van vele en gewichtige volksbelangen. Hier heeft de zuinigheid den gemeente dikwijls parten gespeeld. Spr. dringt aan op het treffen van so- cnale maatregelen. Altijd hoorde men dat daarvoor geen geld was. Als de heer Boeren de menschen looft, die de lasten gewillig dragen, dan moet men het van den anderen kant ook noodig achten met het oog op deze begrooting voor deze menschen meer te doen. Onze eischen leven ook bij andere groepen, zoo als. b.v. bij de Katholieken. Bij dit col lege zit er de klaarblijkelijke onwil voor om iets aan sociale politiek te doen. Dat er iets aan werkverschaffing wordt gedaan erkent spr., maar deze maatregelen wor den dwingend opgelegd en bovendien voor een groot gedeelte door het Rijk betaald. Spr. voelt zich in deze veiliger bij het Rijk dan bij het meerendeel van den Raad. Dit college bezit een minimum aan socia le gezindheid. Wij zullen, aldus spr., blijven wijzen op de sociale taak der gemeente. Spr. dringt dan aan op betere volkshuisvesting. Een verwijzing dienaangaande naar vroegere minder goede resultaten acht spr. onbillijk. Volgens spr. staat het vast, dat er een aan tal krotten zijn, welke moesten worden op geruimd. Vervolgens dringt spr. aan op dien bouw van een badhuis, wat hij een algemeen belang acht en geen groepsbe lang, voorts op medisch schooltoezicht en schoolvoeding en -kleeding. Spr. zegt, dat B. en W. alleen hoofdzeer bij de kinderen schijnen te kennen, maar niet weten, dait er behalve hoofdzeer ook nog hartzeer en zielepijn bestaat. De tegenwoordige le vensomstandigheden der kinderen leiden in de toekomst tot volksziekten als t.b.c. Spr. behandelt vóórts de cursussen voor jeugdige werkloozen, kindervacantiekolo- nies, waarvoor spr. eveneens meer belang stelling van B. en W. vraagt. Noodzakelijker dan nuttige werken als b.v. de bouw van een nieuw Raadhuis, zijn noodzakelijke werken, als een nieuwe rio leering. Alleen als het laatste tot stand komt is spr. bereid aan den bouw van een nieuw Raadhuis mede te werken. Ten slotte behandelt spr. het georgani seerd overleg, dat voor ambtenaren niet goed schijnt te kunnen bestaan. Spr. heeft niet de illusie, dat zijn wei^ schen in vervulling zullen gaan. De heer Lam zwaait B. en W. lof toe voor het gevoerde beheer en spreekt zijn sympathie uit voor den Raadhuisbouw. Spr. wijst op enkele verkeerstoestanden en op den toestand der bedrijven. De heer Bergshoef dringt vooral aan op verbetering van de Bruggestraat, ook nu nog, al hebben B. en W. den besten tijd daarvoor voorbij laten gaan en legt er den nadruk op, dat aan het uitbreidingsplan jarenlang noodeloos gewerkt is, waarbij spjr. eenige wenken geeft inzake verkeers- verbetering. Met den bouw van een Raad huis gaat spr. volkomen accoord, waarbij spr. aandringt op een prijsvraag. Hierna wordt tot 2 uur gepauzeerd. Na heropening der vergadering be spreekt de heer Geerlof de begrooting in gunstigen zin door zijn waardeering er voor uit te spreken. Spr. vestigt er ten aan zien van de werkverschaffing de aandacht op, dat het gewenscht is, dat zij die te werk worden gesteld, een volle week kunnen werken. De heer B. Sprey heeft zijn begrootings- rede op rijm gesteld en geeft aldus eenige lyrische beschouwingen over de begroo ting, welke echter weinig nieuwe wenschen bevat. De heer Koren is het met den heer Den Uyl eens, waar deze de aandacht vestigde op de objecten bij de werkverschaffing. De vakcursus voor jeugdige werkloozen is niet zoo slecht bezocht als B. en W. mee- nen. Repliek van den voorzitter. De voorzitter dankt dan allereerst de sprekers voor de toegezegde medewerking. Wat de Raadhuisbouw betreft, zegt spr., dat rioleeringsplan en Raadhuis (dit op antwoord aan den heer den Uyl) dezelfde belangstelling van B. en W. hebben. Zelfs zal met het rioleeringsplan gedeeltelijk eer der worden begonnen. Binnen enkele dagen zal een plan wor den voorgelegd over nieuwe rioleering bij de verbetering van den Rijksstraatweg, waarop de geheele Oosthoek-wijk zal wor den aangesloten. Beide projecten zullen ge lijkelijk worden uitgevoerd. Wat de prijs vraag voor den Raadhuisbouw betreft B. en W. hebben nog geen enkele stap onder nomen alvorens in deze vergadering een principieel besluit is genomen. Het ligt in de bedoeling in een gecombineerde ver gadering met de cammisie van publieke werken de kwestie van een prijsvraag te bespreken. Het nieuwe Raadhuis. Spreker behandelt vervolgens de onvol doende huisvesting van den gemeentelij ken dienst, welke in drie gebouwen is on dergebracht. Er is een legaat met een spe ciale bestemming waarvan 50 pet. voor een Raadhuisbouw kan worden aangewend. Er rust echter een vruchtgebruik op, d.w.z., dat het kapitaal niet, maar slechts de rente kan worden gebruikt zoolang de vruchtgebruiksters 2 in getal nog le ven en de jongste daarvan is nauwelijks 30 jaar. Normaal zou men het Raadhuisplan dus naar de verre toekomst moeten verschui ven. B. en W. hebben gezocht naar een oplossing en hebben gepoogd dit legaat te cedeeren aan het Rijk. Waar het hier een werkverschaffingsobject geldt, moet, wan neer het Rijk medewerkt, zoo spoedig mo gelijk worden gebouwd. Spr. deelt dan de financieele lasten mede, welke van de hulp van het Rijk het gevolg zijn. De eerste vijf jaren zal deze oplossing weinig financiee le bezwaren voor de gemeente met zich brengen. Deze zeldzame gelegenheid moet volgens spr. nu worden benut. Wat het verzoek van den heer Boeren betreft om de verbetering der wegen op de kapitaalsdienst te brengen, merkt spr. op, dat men bezwaarlijk de baten op den gewonen dienst kan verdisconteeren en de lasten op den kapitaalsdienst kan laten drukken. Den heer den Uyl vraagt spr. zakelijk te blijven en alle persoonlijke elementen te vermijden. Spr. is vanaf zijn optreden hier nu eenmaal geen persona grata van den heer den Uyl geweest en hij zal het daarmee moeten doen. Maar dat B. en W. zouden denken: Ben ik mijn broeder's hoe der? Dat is spr. al te krom. Juist in de toepassing van het particulier initiatief ligt de liefde tot den evenaaste opge sloten. Dit standpunt is beter dan het af schuiven op de overheid. Als spr. spreekuur houdt, dan zijn het altijd modern georganiseerden die komen met hun armoede ondanks de millioenen door het N. V. V. opgepot. Het: „Ben ik mijns broeders hoeder" wijs ik dus terug naar U en de uwen, aldus spr. 't Onderzoek van spr. naar den woningtoestand ging er alleen over of er onbewoonbare woningen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 9