DONDERDAG 1 AUGUSTUS 1935
DE LE1DSCHE COURANT
TWEEDE BLAD. - PAG. 6
BUITENLAND
VOLKENBOND.
De Raad in beraad
HET ABESSYNISCH CONFLICT.
De eerste zitting.
Gisternamiddag is de Volkenbondsraad
onder voorzitterschap van den Rus Litwinof
in buitengewone zitting bijeen gekomen
om het Italiaansch-Ajbessynische conflict te
bespreken.
Van de bekendste raadsleden waren met
Litwinof, Laval (Frankrijk), Eden (Enge
land) en Aloisi (Italië) aanwezig.
Daarentegen hebben de meeste ministers
van buit en landsc he zaken van de kleinere
Europeesche staten er de voorkeur aan ge
geven, ditmaal uit Genève afwezig te blij
ven. Tot veler verwondering ontbreken
Benesj (Tsjecho-Slowakijê), Beek (Polen),
Munch (Denemarken) en Roesjdi Air as
(Turkije) alle vier.
De Abessynische regeering heeft haar
zwarten gezant uit Parijs, Hawariate en
diens rechtskundigen raadsman, den
Franschman Jeze, afgevaardigd.
Omtrent het venloop van de raadszitting
worden de volgende bijzonderheden mede
gedeeld.
De Italiaansche vertegenwoordiger, baron
Aloisi refereerde aan de Italiaansche uiteen
zetting, die gegeven is in het telegram van
27 Juli en verklaarde, dat de Italiaansche
regeering er nogmaals den nadruk op legt,
dat het onderwerp van bespreking van de
huidige raadszitting moet zijn het mogelijk
maken van de hervatting der werkzaam
heden van de arbitragecommissie.
De vertegenwoordiger van Abessyhië,
prof. Jèze, verklaarde, dat zijn regeering
het bijeenkomen van den Volkenbondsraad
had gevraagd, toen op 9 Juli het bewijs ge
leverd was, dat de arbitrageprocedure geen
kans op succes had. Reeds in Januari j.l.
heeft Abessynië een beroep gedaan op den
Volkenbond om een oorlog te verhinderen.
Het zal ook in den vervolge alles doen, wat
in zijn vermogen is om tot een vreedzame
regeling te komen.
Aloisi verklaarde daarop, dat hij ten op
zichte van de voorstelling van zaken van
den Abessijnschen gedelegeerden inzake het
anislukken van de arbitrage-onderhandelin
gen alle voorbehoud moest maken
Eden wierp de vraag op, of de Raad en
de partijen zich moesten beperken tot de
resolutie van 25 Mei of dat de raad, wan
neer hij dit zou wenschen, zijn agenda kon
uitbreiden.
In dit verband verklaarde Laval, dat de
gedelegeerde van Italië niet bestreden had,
dat de raad bevoegd was een onderzoek in
te stellen naar den nieuwen toestand. Hij
heeft echter voorgesteld dat de raad zijn
onderzoek zou beperken tot de gebeurtenis
sen van Oeal Oeal. De gedelegeerde van
Abessynië heeft niet gesproken over een
uitbreiding van de besprekingen. Laval
stelde daarop voor een openbare zitting te
houden op Donderdagmiddag.
Prof. Jèze gaf uiting aan de opvatting
van de Abessijnsche regeering, volgens wel
ke de besprekingen niet mochten worden
(beperkt tot de procedure. Naast het arbi
trageprobleem moeten de begeleidende om
standigheden onder oogen worden gezien,
in het bijzonder de houding van de Italiaan
sche regeering. Het is de vraag of men tijd
wil winnen dan wel wil komen tot een za
kelijke oplossing. Wil men zich verder in
laten met besprekingen over de procedure,
die tot dusverre geen resultaat hebben ge
had, of wil de raad naar een vreedzame op
lossing zoeken, waartoe Abessynië gaarne
(bereid is? Overigens sloot de vertegenwoor
diger van Abessynië zich aan bij het voor
stel van Laval, onderhandelingen aan te
vangen over de uitwerking van een for-
imule.
Aloisi bracht naar voren, dat de Italiaai>
sche regeering groot belang hecht aan de
arbitrage-procedure. Daarin moet worden
vastgesteld, wie op 5 December in Oeal
Oeal de aanvaller is geweest. De toenmalige
aanval is het uitgangspunt van het tegen
woordige geschil. De Italiaansche regeering
kan geen besprekingen op breed ere basis
aanvaarden, zoolang de werkzaamheden
van de arbitragecommissie niet zijn be
ëindigd. Ook volgens het volkenbondssta
tuut kan de raad geen geschil onderzoeken,
dat zich nog in het stadium van arbitrage
bevindt. De Italiaansche delegatie heeft de
(mogelijkheid van een bespreking op bree-
deren grondslag niet onder oogen gezien.
Zij kan in de tegenwoordige zitting daaraan
niet deelnemen. Zij is echter bereid met de
raadsleden de mogelijkheid tot het weer op
gang brengen van de arbitrage te bestu-
deeren. Ook Aloisi sloot zich aan bij het
voorstel van Laval.
Litwinof stelde daarop als raadsvoorzitter
vast, dat het voorstel van Laval de bevoegd
heden van den raad, die het recht heeft
werkzaam te zijn binnen de grenzen van het
statuut, niet beperkt. De raad zal dus later
iedere hem geschikt lijkende beslissing over
den omvang van de volgende gedachtenwis-
selingen kunnen nemen.
Eden verklaarde, dat niets besloten was,
dat de agenda van den raad voor de hui
dige zitting beperkt.
Laval daarentegen merkte op, dat de be
slissing van 25 Mei tot nader order de
grondslag van den raad vormt.
Aloisi verklaarde, dat hij alle reserves
handhaafde.
GEHEIME BESPREKING.
Overeenstemming over een compromis-
formule.
Na de zitting van den VolkenJbondsraad
zijn gisteravond Laval, Eden en Litwinof
en de secretaris-generaal van den Volken
bond bijeengekomen voor het houden van
een bespreking, waarbij zich later ook de
vertegenwoordigers van Italië en Abessy
nië voegden.
Zeer laat is 's avonds tusschen Laval en
Eden overeenstemming bereikt aangaande
een compromis-formule in zake het Ita-
liaansch-Abessynische conflict.
De formule werd direct door Laval mede
gedeeld en toegelicht aan den Italiaanschen
gedelegeerde, baron Aloisi. Aloisi heeft haar
naar Rome doorgegeven en zijn regeering
instructies verzocht.
Ook de vertegenwoordigers van Abessy
nië hebben zich in verbinding gesteld met
hun regeering.
ENGELAND, FRANKRIJK EN HET
GESCHIL.
Naar Reuter uit Rome verneemt, ver
wacht Italië nog steeds, dat Engeland en
Frankrijk iets zullen ondernemen, teneinde
een conferentie tot stand te brengen, welke
het Italiaansch-Abessijnsche conflict zal be
handelen op den grondslag van het drie-
imogendhedenverdrag van 1906.
Men gelooft, dat Italië op een dergelijke
conferentie zijn standpunt zal uiteen zetten.
Evenwel zou iedere poging om de kolo
niale politiek van Italië te controleeren door
dit land worden afgewezzen.
Verder zou Italië ook weigeren de con
ferentie bij te wonen, indien deze niet be
perkt zou blijven tot de onderteekenaars
van het verdrag van 1906.
Een Volkenbonds-protectoraat over Abes
synië levert Italië geen voordeel. Mussolini
heeft reeds verklaard, dat hij een protecto
raat, dat Italië met Engeland en Frankrijk
zou moeten deel en als een onmogelijkheid
'beschouwt.
Hij wenscht de controle te verkrijgen over
de grondstoffen en dit zou zeer moeilijk
gaan in geval van een Volkenbondsprotec
toraat over Abessynië.
Een démenti van Addis Abeba.
Naar uit Addis Abeba gemeld wordt,
spreekt het Abessijnsche ministerie van bui-
tenlandsche zaken het bericht tegen, vol
gens hetwelk de keizer van Abessynië een
voorstel zou hebben ontvangen tot instel
ling van een internationaal mandaat onder
•bescherming van den Volkenbond.
In officieele kringen is men overigens
iniet van meening, dat Abessynië een der
gelijk voorstel zou aanvaarden.
VAN HET VATICAAN.
Z. H. DE PAUS TE CASTEL GANDOLFO.
Paus Pius XI heeft Woensdagavond in
gezelschap van hoogwaardigheidsbeklee-
ders het Vaticaan verlaten om zich naar
zijn zomerverblijf Castel Gandolfó te be
geven. Het gezelschap maakt de reis in
auto's. Men neemt aan, dat de Paus onge
veer twee maanden te Castel Gandolfo zal
blijven.
DUITSCHLAND.
WEER EEN DEVIEZEN-PROCES
TEGEN EEN DUITSCH
KLOOSTER.
De prior Karl Hiesig van het klooster der
„H. Maria Magdalena" uit Lauben in Si-
lezië moest zich gisteren voor de Berlijn-
sche rechtbank verantwoorden, omdat hy
in strijd met de deviezenbepalingen zou
hebben gehandeld.
Het klooster had in October 1929 een
obligatieleening van 150.000 gulden in Am
sterdam opgenomen. Deze obligaties konden
later gekocht worden voor 45 procent,
waarvoor 11.035 mark door personeel van
de Hofiusbank en door kloosterlingen
naar Nederland werd gebracht, terwijl de
rijksbank toestemming gaf voor den aan
koop van nog 14.000 gulden aan obligaties,
waarvoor 10.765 mark beschikbaar werd
gesteld.
Verdachte ontkent het ten laste gelegde.
Tijdens de voorloopige hechtenis heeft hij
weliswaar bekend, doch hij heeft toen on
der bijzondere omstandigheden in strijd
met de waarheid gesproken.
ONGEWENSCHTE HULP.
Verklaring Aartsbisschoppelijk Secretariaat
te München.
Naar aanleiding van de vondst van een
aantal communistische vlugschriften, waar
in een bondgenootschap met de Katholie
ken werd gepropageerd, publiceert het
aartsbisschoppelijk secretariaat te Mün
chen de volgende verklaring:
-De dagbladen melden, dat de communis
ten te Munchen vlugschriften hebben ver
deeld onder de Katholieken.
Van kerkelijke zijde wijzen wij deze
communistische intriges nadrukkelijk van
de hand. De Katholieke Kerk voert sedert
jaren een zeer scherpen strijd tegen het
communisme en wordt juist daarom in Rus
land zoo bloedig vervolgd.
Wij waren en zijn dai. ook steeds bereid,
met de staatsoverheid samen te werken in
den strijd tegen het bolsjewisme en wij
zen, evenals vroeger, alle pogingen van
Moskou tot toenadering van welke zijde die
ook komen, vastberaden van de hand.
Wij dulden ook in onze katholieke jeugd
organisaties geen staatsvijandige elemen
ten en zullen ieder, die op de communisti
sche verlokkingen mocht ingang, onver-
biddellijk verwijderen. Derhalve is de
nieuwe communistische actie die reeds twee
maanden geleden in de parochie St. Maxi
milian te Munchen een soortgelijk voor
spel had en juist door het directe ingrij
pen der geestelijkheid onmogelijk werd ge
maakt, een plompe poging om de katholie
ken verdacht te maken als geheime bond-
genooten der K.P.D.
De politie zal er zeer zeker in slagen,
den drukker en de drukkerij op te sporen
en de opstellers en verzenders van de pam
fletten ter verantwoording te roepen.
(w.g.) Dr. WEISSTHANNER,
aartsbischoppelijk secretaris.
DE TREK DER JODEN NAAR BERLIJN.
Een waarschuwing daartegen.
In verband met den opvallenden trek der
Joden naar Berlijn heeft het bestuur der
stad een waarschuwing bekend gemaakt,
waarin deze trek ongewenscht genoemd
wordt en waarin iedere ondersteuning van
naar Berlijn gekomen behoeftige niet-
Ariërs geweigerd wordt. Zij zullen prin
cipieel verwezen worden naar het stedelijk
asyl voor dakloozen om dan langs den
vlugsten weg weer te worden afgeschoven.
VERBOD VAN STALEN HELM IN
DISTRICT WIESBADEN.
Op grond van paragraaf 1 der Verorde
ning van den Rijkspresident ter bescher
ming van volk en staat d.d. 28 Februari
1933 wordt de Nationale Socialistische Duit-
sche Frontstrijders Bond (Stalen Helm)
voor het district Wiesbaden met zijn gouw
leiding en alle onderafdeelingen, districts-
en groepsleidingen met ingang van heden
ontbonden verklaard.
Tegelijkertijd met dit verbod wordt
ieder optreden in het openbaar, zoomede
het dragen van uniformen en insignes van
den N.S.D.F.B. (Stalen Helm) voor het ge-
heele regeeringsdistrict Wiesbaden verbo
den.
WED. 00ST-IND1E
DUBBELE MOORD IN CERAM.
Adspirant-controleur en zijn oppasser
doodgeschoten.
Aneta seint uit Amboina:
De adspirant-controleur bij het Binnen-
landsch Bestuur, de heer L. van Dorsten
uit Amahai is tijdens een tournée rond de
Taloeti-baai in Zuid-Ceram, gisteravond in
de pasanggrahan te Tehoroe terwijl hij
sliep door een Javaanschen agent van de
veldpolitie doodgeschoten. Ook zijn oppas
ser werd gedood. De dader is gearresteerd.
Het is nog niet bekend waarom hij deze
dubbele moord heeft gepleegd.
De resident is met de „Reiger" naar
Zuid-Ceram vertrokken.
BUITENLANDSCHE BERICHTEN
200 EILAND-BEWONERS VERDRONKEN
Door de overstrooming van de Jaloe.
Tweehonderd bewoners van het eilandje
Nakanosjim in de Jaloe, tusschen Antoeng
en Sjingisjoe (Korea) zijn ten gevolge van
de overstrooming der rivier verdronken.
OVERSTROOMING IN MANDSJOEKWO
EISCHT TALRIJKE LEVENS.
Naar uit Antoeng wordt gemeld, zou
den de overstroomingen aldaar volgens
niet-officieele cijfers meer dan duizend
slachtoffers hebben gemaakt, terwijl de
schade aan den houtbouw op 20 millioen
yen wordt geschat.
VREESELIJKE MIJNRAMP
IN TRANSVAAL.
Vermoedelijk 79 dooden.
Ten gevolge van een ontzettende ont
ploffing in een kolenmijn bij Estantia zijn
vier Europeanen en 75 inlanders van de
buitenwereld afgesloten. Men vreest, dat
zij om het leven zijn gekomen.
De ramp, aldus wordt uit Johannesburg
aan de „Daily Telegraph" gemeld, werd
aangekondigd dóór een groote rookzuil,
die uit de mijnschacht opsteeg, ten gevolge
waarvan een inlander die bij den ingang
van de mijnschacht stond tegen den grond
gesmakt en gedood werd. Ook werden uit
de mijn stukken wrakhout naar buiten ge
worpen. De ploeg, die in de mijn aan het
werk was, bevond zich reeds verscheiden
uren onder den grond. Spoedig na het be
kend worden van de ramp kwam een red
dingsbrigade ter plaatse, doch de leden
hiervan waren niet in staat in de mijn af
te dalen, daar de lichtinstallatie onklaar
was geraakt. Daarom liet men eerst kana
rievogels in de mijnschacht af. Toen men
de kooitjes korten tijd later ophaalde ble
ken de vogeltjes alle gestorven, hetgeen
op de aanwezigheid van mijngas duidde.
Met het oog hierop heeft men om gas
maskers getelegrafeerd, welke inmiddels
uit een plaatsje op 80 K.M. afstand gele
gen, zijn afgezonden.
RUSSISCHE DUIKBOOT VERGAAN.
Vijf en vijftig man aan boord.
De Sovjet-Russische duikboot „B. 3" is,
naar eerst thans van officieele zijde ge
meld wordt, op 25 Juli tijdens een oefening
in de Finsche Golf gezonken. De geheele,
uit 55 koppen bestaande bemanning is
daarbij om het leven gekomen. De duik
boot, welke tot de Oostzeevloot behoort,
werd door een ander oorlogsschip geramd,
terwijl zij onder water manoeuvreerde, en
is onmiddellijk gezonken. Behalve acht of
ficieren bevonden zich 47 man aan boord,
hoofdzakelijk bestaande uit cadetten. De
onderzeeër die in 1917 in gebruik werd ge
nomen, zal worden gelicht.
HUIS TE WARSCHAU INGESTORT.
Reeds vijftien dooden.
Een huis van vier verdiepingen, waar
Madame Curie werd geboren en dat gele
gen is in het oude stadsdeel van War
schau, is door onbekende oorzaak inge
stort.
Tot dusver werden vijftien lijken en
twintig gewonden uit de puinhoopen ge
borgen. Twaalf personen worden nog ver
mist.
De brandweer, die onmiddellijk de op
ruimingswerkzaamheden ter hand nam,
werd door een nieuwe instorting verrast,
die het aantal slachtoffers nog vermeer
derde.
Vermolmde balken schijnen de oorzaak
te zijn van de ineenstorting.
NIEUWE VERKEERSWEG DOOR DE
ALPENWERELD.
Een overweldigend uitzicht op
40 bergreuzen en 20 gletschers.
De op één na hoogste Alpenpas in Euro
pa, de Grossglockner, zal Zaterdag a.s. of
ficieel voor het verkeer worden openge
steld. In 1930 is men met de werkzaam
heden begonnen, doch reeds acht jaar eer
der waren de plannen gemaakt, die her
haaldelijk uitgesteld moesten worden we
gens de reusachtige moeilijkheden, die
aan den aanleg verbonden waren. De pas
vormt een schakel in den weg van Beieren
naar Italië en heeft een lengte van ruim
33 K.M. Hij loopt door een der schoonste
Alpengebieden in Europa en op vele plaat
sen heeft men een schitterend uitzicht op
de gletschers van de Grossglockner.
Onophoudelijk had men met moeilijkhe
den en tegenslagen te kampen. Steeds weer
werden groote stukken van den weg door
lawines bedolven of door bergstroomen en
aardstortingen ondermijnd. Tientallen
bergstroomen moesten worden omgelegd,
ravijnen overbrugd en watervallen be
dwongen om een veilig verkeer te waar
borgen.
Meer dan 40 besneeuwde toppen en 20
gletschers kan men op dezen weg door de
Alpenwereld bewonderen. Een van de vele
parkeerterreinen, die men heeft aangelegd,
n.l. dat op den Edelweiss-top, ligt te mid
den van de eeuwige sneeuw.
DE ONTVOERDE JOURNALISTEN.
Volgens een bericht uit Peking heeft de
door de bandieten vrijgelaten correspon
dent van het Duitsche Nieuwsbureau, dr.
Mueller, na zijn aankomst in Kalgan me
degedeeld, dat hij door de bandieten was
vrijgelaten op eerewoord en slechts voor
den tijd van 10 dagen. Hij schijnt, dat hij
onderhandelingen moet voeren over het
bijeenbrengen van het losgeld.
JHENSCHELIJKE KANONSKOGEL"
OMLAAG GESTORT.
Een dezer dagen is te New York de ar
tist James Müller, „de menschelijke ka
nonskogel" genaamd, het slachtoffer van
zijn beroep geworden. Müller liet zich door,
een kanon in de lucht schieten en kwam
daarop terecht in een met water gevuld
bassin. Avond aan avond volbracht hij zijn
waaghalzerijen onder adembeklemmende
spanning van het publiek. Tijdens een voor
stelling in Los Angeles mislukte het „schot"
door nog onbekende oorzaak. Müller maak
te verscheidene buitelingen in de lucht en
stortte daarop neer. De ongelukkige was
op slag dood.
RECHTZAKEN
DE MUITERIJ OP DE „ZEVEN
PROVINCIëN".
Vier maanden geëischt.
Na voorlezing van de uitvoerige acte van
beschuldiging neemt de fiscaal het woord
voor zijn requisitoir.
De fiscaal hield een uitvoerig requisitoir
en zeide tenslotte: „Wij moeten ons hoeden,
een zware straf te eischen, maar de han
den op de borst slaan en erkennen dat wij
zelf ook in dien toestand kunnen komen te
verkeeren".
Spr. vroeg op grond van de artikelen 23,
114, 117, 119, 120 en 123 van het Militair
Wetb. v. Strafr. en op grond van artt. 27 en
56 van het Wetb. v. Strafrecht een gevan
genisstraf van 4 maanden met aftrek van
den in voorloopige hechtenis doorgebrach-
ten tijd (11 Febr15 Maart) en ontslag uit
den militairen dienst zonder ontzegging
van de bevoegdheid om bij de gewapende
macht te dienen.
Hierna was het woord aan den verdediger
mr. dr. J. de Vrieze voor zijn pleidooi. Plei
ter gaf den Zeekrijgsraad in overweging
zich rijp te beraden en hy vroeg ten slotte
vrijspraak en geen ontslag uit den zee
dienst.
Hierna werd tot 2 uur in den middag ge
pauzeerd, waarna re- en dupliek volgden.
(Het bovenstaande is reeds geplaatst in
een gedeelte onzer vorige oplage).
In zijn repliek brengt de fiscaal aller
eerst een woord van hulde aan den verde
diger voor de sfeer, die hij door zijn plei
dooi geschapen heeft, waardoor de Krijgs
raad een goed beeld kan krijgen van den
toestand. Op verschillende punten evenwel,
meent spr. juridisch dat pleidooi te moeten
bestrijden. Onder andere waar de verdedi
ger opmerkt, dat de beklaagde, door achter
de muiters aan te hollen, teneinde aldus de
sleutel terug te krijgen, zich tot de rise
van de bemanning had gemaakt. Ja, maar
is hij dat dan ook niet, vraagt de verdedi
ger. Na één uur des nachts, leefden de of
ficieren bij de gratie van de burgers. Naar
spr.'s meening had niet met de muiters
mogen worden onderhandeld, maar had
men direct handelend moeten optreden.
Door den commandant der Marine in In-
dië was een dienstorder opgesteld, waarin
uitdrukkelijk de aanwending van geweld
werd verworpen.
Van een meerdere werd vereischt, dat on
derhandeld zou worden, in geval van
dienstweigering, maar dat gold slechts bij
passieve dienstweigering, meende de fis
caal. Hier betrof het actieve muiterij en be-
LEEST DE ADVERTENTIES
IN UW DAGBLAD.
r—n
klaagde had den zedelijken moed moeten
hebben, om in dit speciale geval af te wy-
ken van de dienstanalyse.
Nog op andere punten van pleiter's plei
dooi gaat spr. nader in. Zoo ging het er ook
niet om of de door hem genomen maatrege
len in het algemeen belang waren. Beklaag
de behoorde alleen zooals de wet voor
schrijft, maatregelen van geweld te nemen,
ten einde de muiterij te doen eindigen. En
die maatregelen zyn achterwege gebleven.
In zijn dupliek wees mr. dr. Vrieze op
een paar z.i. zwakke punten in het betoog
van den fiskaal. Uitdrukkelijk heeft de re
geering te kennen gegeven, diensweigering
te beschouwen als een ernstig misdrijf.
Nochtans hefbben de autoriteiten afgeweken
van art. 143, waarin gesproken wordt over
gebruik van geweld.
In plaats daarvan moet door redeneering
getracht worden den toestand te doen ein
digen en men kan van Luitenant ter Zee
.van Boven, die als nr. 6 eerst in aanmerking
kwam voor dë functie van waarnemen den
wacht, niet eischen, dat hij dit alles zoo
prcies wist en welke fout door de andere
officieren gemaakt, nu op het hoofd van
van Boven is terecht gekomen.
Niemand hunner trad op; het was dus
logisch, dat van B., toen hij eenmaal voor
de functie stond van verantwoordelijk ge
zagvoerder, gedacht heeft, dat geen onge
wapend optreden werd verlangd.
Als hij had gedaan, alles wat in de dag
vaarding van hem werd vereischt, zou hij
daarmee juist in de kaart van het commu
nisme hebben gespeeld.
Nadat fiscaal en pleiter wederzij doch hun
standpunt hebben gehandhaafd was het
woord alsnog aan den beklaagde, die in een
uitvoerig betoog zijn handelwijze toelichtte.
VAN M'N BOEKENTAFEL
Waar stond de Regale Abdij
van Egmond? Door mevr. M.
van der Schrieck. R. K.
Boekcentrale, Amsterdam.
Op de Egmond-tentoonstelling van het
vorig jaar te 's Gravenhage bevond zich
o.m. de foto van een oude kaart van de
Heerlijkheid Egmond uit de Archives Na
tionale te Parijs, geteekend door Symon
Meeussen van Edam omstreeks 1538.
Op deze toto staat „die Abdije" en „die
Buurkercke" aangeduid op een plaats, die
ruim een halven kilometer méér naar het
Oosten ligt, dan de plek, die tot nu toe al
gemeen werd aangenomen, als de histori
sche plaats, waarop zich het verdwenen
monument bevonden heeft. In dit geval
zouden zich tot op heden de historische
gronden nog heelemaal in andere handen
bevinden dan in die der Eerw. Paters Bene
dictijnen van Oosterhout.
Mevr. M. van der Schrieck heeft daarin
aanleiding gevonden ter plaatse een onder
zoek in te stellen, waarbij tevens werd na
gegaan in hoeverre de gegevens juist zyn,
nagelaten door C. J. Heilingwerff: twee
kaarten en een toelichting in de Universi
teitsbibliotheek te Leiden.
Mevr. van der Schrieck heeft de resulta
ten van haar arbeid neergelegd in een met
duidelijke photo's verluchte brochure onder
der titel: „Waar stond de Regale Abdij van
Egmond?" (R.K. Boekoentrale, Keizers
gracht 6264, Amsterdam).
De schrijfster komt tot de volgende con
clusies:
„Ten eerste: de kaart uit de Ardh. Nat.
van Parijs pl.m. 1538, schematisch en topo
grafisch afwijkend van meerdere andere
kaarten is niet als betrouwbaar gegeven te
beschouwen bij de plaatsbepaling der Re
gale Abdij van Egmond, tenzij indirect.
Ten tweede: de ons door C. J. Heiling
werff nagelaten gegevens zyn onder meer
dere opzichten aanvechtbaar en de plaats
bepaling der Abdij aan de hand dezer ge
geven is wetenschappelijk onverantwoord.
Ten derde: het resultaat mijner onderzoe
kingen wijst heen naar de volgende plaats
bepaling der Abdij.
De Noor der Abdytoren heeft gedeeltelijk
gestaan op de plaats der tegenwoordige
Ned. Herv. kerk.
Het Paradijs met Sint Pie tersingang
daarbij aansluitend ten Zuiden dezer kerk.
De Zuidertoren stond gedeeltelijk op het
terrein der Ned. Herv. Gemeente, voor het
overige Zuidelijke deel op het lage afge
graven terrein, hetwelk toebehoort aan de
Eerw. Paters Benedictijnen van Ooster
hout".
Inlichtingen bij U, is 't niet waar?
Vertel me dan eens: wat is dat
daar voor een meiske? Is ze ge
trouwd, verloofd, verliefd of zoo
iets. Is ze toeschietelijk? Wacht ze
hier op iemand of op niemand?
i (Judge).