De Burgemeester van Ter Aar
neemt afscheid
UIT DE RIJNSTREEK
WOENSDAG 31 JULI 1935
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD. - PAG. 7
Groote waardeering voor zijn tact en toewijding
Buitengewone Raadsvergadering.
Hedenmorgen om elf uur kwam de ge
meenteraad in openbare buitengewone zit
ting bijeen ten gemeentehuize onder praesi-
dium van den Burgemeester Jhr. K. W. L.
de Muralt. Ook de Echtgenoote van de Bur
gemeester en alle Ambtenaren waren bij
deze zitting tegenwoordig.
De voorz. opent de vergadering met ge
bed; het voorlezen van de notulen wordt
verdaagd tot de eerstvolgende bijeenkomst
Bij de behandeling der Ingekomen stukken
is slechts èèn stuk binnengekomen, waar
van de Secr. op verzoek van den voorz. me-
dedeeling doet. Het is het Koninklijk Be
sluit, waarin aan Jhr. K. W. L. de Muralt
eervol ontslag wordt verleend als Burge
meester van Ter-Aar met dankzegging voor
de vele bewezen diensten.
Dan spreekt de voorzitter zijn afscheids
woord tot de Raad en Ambtenaren:
AFSCHEIDSWOORD VAN DEN
BURGEMEESTER.
Ik wil beginnen met U mijn dank te be
tuigen voor het verzoek, dat mij enkele da
gen geleden door den heer wethouder van
der Hoorn namens de raadsleden werd ge
daan om deze buitengewone vergadering te
beleggen, die door mij kan worden voor
gezeten.
Ik ben U daarvoor dankbaar, omdat ik in
de gelegenheid wordt gesteld een hartelijk
oprecht gemeend afscheid te nemen van U
mijne heeren, de ambtenaren en de bevol
king der gemeente en uiting te geven aan
mijne gevoelens van dankbaarheid ten op
zichte van allen voor de steun, die ik bij de
vervulling van mijn ambt gedurende zoo
vele jaren mocht ondervinden.
Gij hebt blijkbaar begrepen, dat door het
beleggen van deze vergadering aan mijn
heengaan het karakter wordt gegeven van
een bijzondere gebeurtenis.
Dat ik in dit uur weemoedig gestemd ben
zal U allen wel duidelijk zijn, nu door mij
afscheid wordt genomen van het ambt, dat
ik zoozeer lief heb en van eene bevolking,
die door zijn ernst, arbeidzaamheid, een
voud, tevredenheid en ordelievendheid mij
zoo innig aan zich heeft gebonden.
De ruim 38 jaren, gedurende welke ik on
der Gods' zegen mijn"ambt heb mogen ver
vullen, vormden voor mij een groot en
schoon tijdperk van mijn leven. Dit is nu
ten einde, maar de herinnering aan al hep
goede, dat ik hier mocht ondervinden, kan
niet worden uitgewischt.
Ik hoop, dat gij overtuigd zult zijn dat ik
altijd mijn best heb gedaan te doen wat in
het belang der gemeente was. Of ik daarin
eenigszins geslaagd ben, staat aan U te be-
oordeelen. Als burgemeester heb ik bij het
besturen der gemeente de leiding gehad,
maar hoe zou het mogelijk zijn geweest wat
goeds tot stand te brengen zonder krachtige
medewerking van de wethouders en de le
den van den Raad, welke medewerking
hier steeds was gebasseerd op onderlinge
verdraagzaamheid en eerbiediging van el
kanders beginsel, terwijl Uwe houding ten
opzichte van mij steeds zoo buitengewoon
sympathiek was. Zooals ik zeide was Uwe
medewerking noodig en die heb ik in ruime
mate ondervonden. Ik wend mij in de eerste
plaats tot U, zeer geachte vriend van der
Hoorn,aan wien ik zooveel dank verschul
digd ben voor de wijze, waarop gij mij bij
mijne arbeid steeds ter zijde hebt gestaan.
Gij gaaft steeds blijk van een helder inzicht
en onpartijdig handelen, hebbende steeds
de waarachtige belangen der gemeente op
het oog.
Mocht ik wel eens afwezig zijn geweest
en door U als loco-burgemeester worden
vervangen, dan wist ik, dat de zaak in goe
de harden was. Behalve dat gij onafgebro
ken 34 jaren raadslid zijt geweest, hebt ge
18 jaren deel uitgemaakt van het college
van Burgemeester en Wethouders, waarin
vooral de laatste jaren zooveel arbeid van
U werd gevorderd en gij hebt U met ernst
van Uw taak gekweten. Ik ben U daar er
kentelijk voor. En U vriend Hölscher, be
tuig ik mede mijn dank voor al wat gij als
wethouder hebt gedaan om mij mijn arbeid
te vergemakkelijken, hebbende gij ook
steeds de belangen der gemeente op lof
waardige wijze behartigd. In de vergaderin
gen gaaft gij steeds blijk van helder inzicht.
Onze samenwerking was van de aange
naamste.
En nu Heeren Raadsleden, richt ik mij tot
U. Zonder uitzondering hebt ge U op ern
stige wijze gekweten van de taak tot de
vervulling waarvan de bevolking U heeft
geroepen. Ik weet zeker, dat U steeds naar
uw beste weten en in overtuiging hebt ge
handeld. De geest in de vergaderingen was
altijd aangenaam met eerbiediging van el
kanders meening en beginsel, de debatten
namen nimmer een scherpen vorm aan. Gij
hebt mij met dit alles het leiden der ver
gaderingen tot een niet moeilijke taak ge
maakt. Gij hebt allen myn volle sympathie
verworven en met genoegen en dankbaar
heid zal ik terugdenken aan de uren, waar
in wij mochten samenwerken.
En thans heb ik nog behoefte uiting te
geven aan mijn gevoelens jegens de ambte
naren. In de eerste plaats een woord van
dank aan U, 'heer Gemeente-secretaris, van
wien ik zoo bijzonder veel hulp heb onder
vonden. Aan ruime wetskennis paart gij
een groote ijver en nauwgezetheid. Uwe ad
viezen hadden voor mij veel waarde. Uwe
eerlijkheid en onpartijdigheid staan boven
allen twijfel. Als secretaris in de vergade
ring van den Raad en van B. en W. hebt gij
altijd uitmuntend werk geleverd. Ook den
heer gemeente-ontvanger, den heer van
Zwieten, breng ik mijn dank voor de nauw
gezetheid, waarmede hij zijn taak vervulde.
Zijn administratie was altijd punctueel in
orde en bij al het werk, dat in den tegen-
woordigen tijd van den gemeente-ontvan
ger wordt gevorderd, bleek ten volle, hoe
zeer hij voor zijn taak is berekend.
De heer Jonker, hoofd der Openbare
school, verdient alle lof voor de wijze,
waarop hij zijn moeilijke taak heeft ver
vuld. De opvoeding der jeugd, voor zooveel
dit van een onderwijzer kan worden ge
vergd, is bij hem in goede handen. Ik ben
hem dankbaar voor de voortreffelijke wijze,
waarop hij in dienst der gemeente is werk
zaam geweest, terwijl Mej. Baarspul als on
derwijzeres een bijzonder woord van waar
deering toekomt.
De gemeente-opzichter, de heer C. Lok,
heeft mijn erkentelijkheid ten volle ver
diend. Nauwgezet en met veel ijver heeft
hij zich aan de vervulling van zijn taak ge
wijd. Vooral de laatste jaren werd veel
werk van hem gevraagd. Bij het ontwerpen
van de nieuwe bouwverordening waren zijn
adviezen onmisbaar. Een bijzonder Woord
van dank aan de veldwachters Brouwer en
Snijders is zeker op zijn plaats. Op hen rust
een belangrijke moeilijke taak. Vooral in
deze dagen van ontwrichting der maat
schappij is het politieman zijn geen sine
cure. Van vele nieuwe wetten en voor
schriften moeten zij studie maken, willen
zij voor hun taak berekend zijn. Voor een
burgemeester als hoofd der politie is een
goed onderlegd en actief veldwachter van
onschatbare waarde. Ook den in Ter Aar
gestationneerde Rijksveldwachter Vlielan-
der dank ik voor het door hem gepresteer
de op politioneel gebied.
Den administrateur van het electriciteits-
bedrijf, den heer Van der Kroon en den be
drijfsleider, den heer Bergsma, zoomede
het overige bedrijfspersoneel, breng ik
dank voor hun arbeid terwijl ik een woord
van waardeering den ambtenaren ter secre
tarie niet mag onthouden, van wie in deze
veel bewogen tijden wel uitermate veel ar
beid gevraagd wordt. Den heer Kelder in
het bijzonder mijn dank voor de wijze,
waarop hij gedurende langen tijd plichtsge
trouw de gemeente heeft gediend. Mijn er
kentelijkheid spreek ik ook gaarne uit ten
opzichte van het personeel van den vleesch-
keuringsdienst, die hun voor de volksge
zondheid zoo belangrijke taak zoo stipt ten
uitvoer brachten. Ook de arbeid van de hee
ren Gemeente-artsen had mijn volle waar
deering. De heer van Dam, zoomede het
brugpersoneel en de klokluider,wil ik in
mijn waardeering, die hen toekomt, niet
ten achter stellen. Al de door de ambtena
ren verrichte arbeid, onverschillig of deze
van hoogere of lagere orde is, is onmisbaar
en daarom heb ik het op prijs gesteld, waar
het personeel dezer gemeente uit den aard
der zaak te overzien is, allen afzonderlijk
te bedanken.
Ten slotte wensch ik nog een woord van
erkentelijk uit te spreken tot allen, die in
den loop der jaren mij bij het besturen der
gemeente hebben ter zijde gestaan, hetzij
als lid van een bestuurscollege of als ge
meente-ambtenaar, waarbij ik in het bij
zonder op het oog heb den oud gemeente
secretaris den heer Hogenboom, met wien
ik gedurende 34 jaren op de aangenaamste
wijze heb samengewerkt. Ook zij, die niet
meer zijn, worden door mij in dankbaar
heid herdacht.
Ik zou niet gaarne mijn ambt neerleggen
alvorens de hoop uit te spreken, dat voor
de door de crisis zoo zwaar getroffen inge
zetenen spoedig betere dagen zullen aan
breken en ik eindig met de wensch, dat het
U en de Uwen zowel als de geheele bevol
king van Ter Aar wel moge gaan. Mijn taak
is ten einde en ik overhandig U, mijnheer
van der Hoorn, als waarnemend burge
meester mijn ambtsketen.
EEN DANKWOORD VAN WETHOUDER
VAN DER HOORN.
Hierop voerde het woord de heer D. van
der Hoorn, oudste wethouder.
Het was in de raadsvergadering van 29
April 1897, aldus spr., dat u als burgemees
ter van Ter Aar werd geïnstalleerd en na
een ambtsperiode van ruim 38 jaren is
thans het oogenblik gekomen, dat u als
zoodanig afscheid neemt. Het is mij een be
hoefte u namens den geheelen raad te zeg
gen, dat dit afscheid ongewoon zwaar valt.
Uw besluit tot ontslag-aanvrage werd met
leedwezen vernomen.
Veel is er sinds uw komst in de gemeen
te veranderd. Het aantal inwoners der ge
meente verdubbelde. De taak, die op uw
schouders werd gelegd, is verveelvoudigd,
terwijl de financieel^ zorgen zich gewel
dig uitbreidden. In 1897 bedroeg het totale
begrootingscijfer slechts 8.500 en het ko
hier van den hoofdelijken omslag gaf
slechts een totaal bedrag van 1000 te zien.
Als men daarnaast het huidige begrootings
cijfer van bijna 116.000 stelt, dan is het
duidelijk, dat u groote veranderingen hebt
medegemaakt. In uw ambtsperiode hebt u
zich regelmatig aan de groote wendingen
moeten aanpassen. Het was een steeds weer
rekening houden met nieuwe omstandighe
den. En gedurende de laatste jaren is de
zorg voor het welzijn der gemeente wel het
grootst geweest. Veel is er onder uw bur
gemeesterschap tot stand gekomen en dan
denk ik aan de voorzieningen op het gebied
van electriciteit, waterleiding, begraaf
plaats, spoorweg, veilingwezen enz., ter
wijl den laatsten tijd de vernieuwing der
wegen uwe vollen belangsteling had. Voor
alles wat u voor de gemeente gedaan hebt,
dank ik u namens alle raadsleden van har
te. Wat vooral in u moet worden gewaar
deerd, is wel, dat u bij alles wat de ge
meente ondernam de grootst mogelijke zui
nigheid hebt willen betrachten. Hierdoor
was het mogelijk de schuldenlast zoodanig
te begrenzen, dat tot heden een sluitende
begrooting kon worden verkregen, ondanks
het feit, dat de gemeente op een buiten
gewone wijze door de tijdsomstandigheden
wordt getroffen.
Doch ik gevoel my ook verplicht dank
te zeggen voor de wijze, waarop u de ge
meentelijke zaken hebt behandeld. Bij uw
installatie als burgemeester werd de
wensch uitgesproken, dat de eendracht en
liefde in het gemeentebestuur onder uwe
leiding bestendigd zouden blijven en dit is
onder uw burgemeesterschap gelukkig
steeks het geval geweest. Ongetwijfeld
heeft hiertoe zeer veel bijgedragen uw cor
recte wijze van optreden in de vergaderin
gen van het gemeentebestuur. Verschil van
inzicht in zaken van gemeentebeleid is
niet^ uitgebleven. Vele malen liepen de
meeningen uiteen, doch het was steeds een
voldoening waar te nemen, dat u achting
had voor een standpunt, dat niet met het
uwe strookte, overtuigd als u waart, dat
ieder met zijn bedoeling het beste voor
had, n.l. de belangen der gemeente. Van
zelfsprekend is deze verhouding van gun-
stigen invloed geweest op afwikkeling van
de zaken, waartoe wij allen geroepen wer
den
Grooten tact hebt u aan den dag gelegd
bij het leiden van de vergaderingen. Ver
heugend was het, dat ondanks het verschil
van beginsel ook de leden elkanders mee
ning respecteerden. Deze waardeering en
de daaruit voortvloeiende verdraagzaam
heid zijn naar mijn meening voor een zeer
belangrijk deel aan uwe voorname en tact
volle leiding toe te schrijven.
Als wethouder heb ik 18 jaren met u
mogen samenwerken in het college van B.
er. W.
Naar mate de heer Hölscher en ik langer
het college zitting hebben groeide onze
waardeering. Wij verzekeren u, dat het
ons een eer en een genoegen geweest is u
in het college zitting hadden, groeide onze
staan. Met voldoening zullen wij steeds op
dezen tijd terugzien.
Het vele, dat in gezamenlijk overleg tot
stand kwam, zal in de toekomst voor den
geheelen raad ter herinnering aan uwe
sympathieke persoonlijkheid levendig hou
den.
Moge God u nog vele gelukkige jaren
schenken met degenen, die u dierbaar zijn.
De Raad heeft gemeende zijn erkente
lijkheid niet alleen in woorden te moeten
uitdrukken en ik verzoek u als stoffelijk
blijk, van waardeering deze stoel te willen
aanvaarden in het vertrouwen, dat zoowel
de Raad als de gemeente Ter Aar een blij
vende plaats in uw hart zullen innemen.
VERGEET ONS NIET, WIJ ZULLEN U
NIET VERGETEN.
Het Raadslid, de heer P. Kroon, voerde
het woord ook als vriend des huizes.
Dikwijls, aldus spr., zijn door ons ge
meentelijke zaken besproken en niet al
tijd waren onze gedachten dienaangaande
hetzelfde. Ook in de raadszittingen ver
schilden meermalen de meeningen, wat
niet belette, dat na afloop der vergade
ring onze vriendschappelijke verhouding
ongewijzigd bleek te zijn gebleven.
Wanneer ik een enkel woord tot u mag
spreken als burgemeester wil ik u dank
brengen voor de wijze waarop u. met de
bevolking der gemeente Ter Aar heeft
meegeleefd. Geen groet, zelfs van het
kleinste kind, of hij werd door u beant
woord. Geen inwoner, of u had voor hem
een gemoedelijk woord, en uw belangstel
ling voor hun bedrijf of zaken. U is, en is
steeds geweest één met uw ingezetenen.
Zwaar zijn de laatste jaren, zoowel voor
de gemeentenaren als voor u, die met ons
meeleefde en mede voelde.
Burgemeester, scheiden doet wee, voor
u en voor ons. Het besluit, uw ontslag aan
te vragen, viel reeds zwaar. Afscheid ne
men van de gemeente Ter Aar doet u pijn.
Vergeet ons niet; wij vergeten u niet.
Al zijt ge ambten oos burger geworden, wij
zullen u steeds blijven begroeten als „bur
gemeester".
De gemeente-secretaris, de heer Hogen
boom zeide, dat ook de ambtenaren den
burgemeester met leedwezen zien vertrek
ken.
Spr. bracht hartelijk darik voor hetgeen
de burgemeester gedaant heeft in het be
lang van de positie van den ambtenaar.
Het standpunt, dat een behoorlijke bezol
diging een eisch van algemeen belang is,
heeft in hem steeds een warm verdediger
gevonden.
Inzonderheid brengt spr. dank voor de
wijze, waarop de burgemeester met de
ambtenaren heeft samengewerkt. Het was
voor allen ter uitoefening van him functie
een voldoening met hem in contact te mo
gen treden, omdat hij altijd getoond hebt
een chef te zijn, die menschlievend optrad.
Van een ambtenaar moet steeds ver
wacht worden, dat hij zijn plicht doet. De
aangename verhouding, die de burgemees
ter tot stand bracht, stimuleerde de plichts
vervulling wel in bijzondere mate. In dit
verband wel spr. dan ook wel bezien de
goede verstandhouding en eensgezindheid,
die gedurende de geheele ambtsperiode
van burgemeester de Muralt in het ambte
narencorps hebben geheerscht. Niet alleen
konden de werkzaamheden daardoor onder
prettige omstandigheden worden verricht,
maar het was ook van groote beteekenis
voor een goede loop der zaken. In den bur
gemeester moet de persoon gezien worden,
die deze eensgezindheid op een zoo voor
treffelijke wijze wist te bevorderen. Spr.
wenschte den burgemeester nog vele ge
lukkige jaren toe en bood hem namens de
ambtenaren een stoffelijk huldeblijk aan,
waaraan toegevoegd een oorkonde.
GEMEENTERAAD VAN VOORSCHOTEN
.Voorzitter: J. A. Mens, Loco-Burgemees
ter. Aanwezig alle leden.
Na opening der zitting worden de notu
len der vorige vergadering door dien waar-
nemenden secretaris voorgelezen en onver
anderd vastgesteld. Vervolgens wordt de
zitting geschorst om de commissie bestaan
de uit de heeren W. G. Duijnisveld, J. Brag-
gaar en A. Verboon, in de gelegenheid te
stellen de geloofsbrieven van de nieuw be
noemde lieedn van den raad te onderzoeken.
Na 20 minuten wordt de zitting heropend
en brengt de heer W. G. Duynisveld rap
port uit van het onderzoek. Alle stukken
zijn in orde bevonden.
De voorzitter stelt voor de nieuwbenoem
de raadsleden toe te laten. Aldus besloten.
Voor kennisgeving worden aangenomen
enkele missiven van Ged. Staten, waarbij
goedgekeurd worden teruggezonden eenige
genomen raadsbesluiten en een jaarverslag
van den Keuringdienst van Vee en Vleesch
over 1934.
In handen van B. en W. worden gesteld
om hierop nader te adviseeren: een verzoek
van het bestuur van het R.K. Lyceum te
's-Gravenhage om eene bijdrage in het te
kort tot een bedrag van ƒ18.38; een mis-.
sive van het bestuur van het Rijnlandsch
Borgstellingsfonds, waarin verzocht wordt
om een kapitaalsbijdrage, hetzij als gift in
eens of rentelooze leening van minstens
ƒ0.10 per inwoner; een missive van Ged.
Staten betreffende de jaarwedden van Bur
gemeester .Secretaris, Ontvanger en Wet
houders. Door de bevolkingsuitbreiding
wordt deze Gemeente in een hoogere klasse
geplaatst en wordt gevraagd het gevoelen
van den Raad, en antwoord binnen 6 we
ken. Evenzoo een missive van Ged. Staten
inzake salarieering Gemeentepersoneel.
Vervolgens komt punt 3 aan de orde: „Aan
bieding van de rekeningen der Gemeente
en der bedrijven over 1934".
De voorzitter deelt mede, dat naar aan
leiding dezer aangeboden rekeningen blijkt,
dat de rekening dienst 1934 sluit met een
batig slot gewone dienst van 26.045.22.
Het batig slot kapitaaldienst bedraagt
21.038.68. De winst der bedrijven zijn me
de in deze cijfers begrepen.
Uit deze rekening blijkt, dat de Gemeen
tebedrijven steeds in groei toenemen. De
winst van het electrisch bedrijf bedraagt
19.406.33, van het gasbedrijf 5757.10, van
het waterbedrijf 6237.86.
Het verlies van het Gemeentelijk bad-
huisbedrijf bedraagt 1438.15. Hieruit blijkt
du£, dat het badhuisbedrijf zich ook be
weegt in de goede richting, daar dit bedrijf
voorheen een verliescijfer gaf van 2500,
aldus de voorzitter.
Alvorens tot de benoeming van de leden
voor de oommissie wordt overgegaan,
vraagt de heer Braggaar of er nog bezwa
ren bestaan bij de benoeming. De voorzit
ter meent, dat er geen bezwaren bestaan,
daar voor het einde van Augustus nog een
zitting wordt gehouden van den ouden raad.
Tot leden van de commissie tot nazien der
Gemeenterekening en der bedrijven wor
den benoemd de heeren: W. G. Duynisveld,
W. A. A. J. Baron Schimmelpenninök van
der Oye en D. Limburg. Alle heeren nemen
hunne benoeming aan.
Het kohier hondenbelasting 1935 wördt
vastgesteld tot een bedrag van 744.
Een besluit comptabiliteit wordt z. h.
stemming genomen, waarna het volgende
punt: ontheffing schoolgeld, wordt uitge
steld tot de besloten zitting.
Inenting tegen diphteritis.
Besloten wordt aan de afdeeling Voor
schoten van de Z.-H. Vereeniging „Het
Groene Kruis" van 19 Augustus tot 12
September as. op Maandag en Donderdag
gratis het gymnastieklokaal ter beschikking
te stellen voor het houden van een Moeder
cursus.
Het volgende punt wordt aan de agenda
toegevoegd. De voorzitter heeft bezoek ge
had van dr. A» In *t Veld, schoolarts en dr.
M. v. d. Stoel, die kwamen spreken over
het heerschen van Diphteritis. Reeds is
vóór de vacantie de R.K. Bewaarschool
gesloten en genoemde doktoren verzochten
toestemming om in de gelegenheid gesteld
te worden tot inenting over te gaan, hoofd
zakelijk kinderen tot 6 jaar. Er zijn voor de
Gemeente betrekkelijk weinig kosten aan
verbonden. De inenting zal gratis geschie
den, de entstof kan het Gemeentebestuur
aanvragen bij den inspecteur van de Volks
gezondheid. De inenting zal geschieden op
een nader te bepalen datum. De voorzitter
zegt, dat B. en W. deze zaak hebben be
sproken en adviseeren tot volledige mede
werking, daar voorkomen beter is dan ge
nezen. De inenting is vrijwillig. De heer J.
Braggaar uit zijne tevredenheid over het
voorstel van B. en W. en juicht de.bereid-'
willigheid van de doktoren ten volste toe.
Besloten wordt de gelegenheid open te
stellen voor de ouders om hunne kinderen
te laten inenten.
Bij de rondvraag informeert de heer J.
Braggaar naar het adres van den heer Nas-
veld, inzake een sloot. De voorzitter zegt
hierop geen definitief antwoord te kunnen
geven, daar deze zaak samenhangt met de
verbreeding van den Leidscheweg. Hierna
gaat de raad in een besloten zitting.
StiloicuCi/i b&dyöd&rj
ALPHEN AAN DEN RIJN.
Aanbesteding. Door den bouwkundige
A. Rietveld werd gisteren aanbesteed de
bouw van een woonhuis met kantoor voor
rekening van de fa. F. de Vries en Zn. De
inschrijvingen luid als volgt:
Gebr. Ransdorp, iLsse 6896. M. v. Dig
gelen, Koudekerk 6780. A. Bergshoef, Al
phen 6480. L. Westmaas, Alphen 6432.
L. v. Beusekom, Alphen 6400. Snél en
Henry, Alphen 6295. W. v. Beieren, Al
phen 6269. J. Vonk, Alphen 6269. J. v.
Bijsterveld, Oudewater 6197. J. Kramer
Bauer, Alphen 6175. F. Donker, Al
phen 6049. W. v. Egdom, Alphen 5999.
C. Slingerland, Alphen 5835. P. Both en
J. Smit, Waddinxveen 5695.
De gunning werd aangehouden.
Athletiek. Door de A.V.V. „Alphen"
worden Donderdagavond onderlinge athle-
tiek-wedstrijden gehouden.
WOERDEN.
Te vroeg afgestapt. De 14jarige M., al
hier, die gistermiddag met een trawler
vanuit Bodegraven naar Woerden was mee
gereden, wilde bij aankomst hier uitstap
pen, toen de wagen nog in beweging was.
Hij raakte hierbij onder een wiel, dat over
zijn knie heenging. Hij moest onmiddellijk
onder dokters behandeling, waarbij werd
geconstateerd, dat de knie geheel ont
wricht was. De chauffeur trof geen schuld.
Bedevaart naar Kevelaer. De Woer-
densche bedevaart naar Kevelaer vertrekt
op Zaterdag 17 Augustus des morgens plun.
8 uur en zal op Maandag 19 Aug. weder
om terugkeeren. Kaartjes kunnen op de
pastorie bekomen worden.
ZOETERWOUDE.
Burgerwacht. Gisteravond hield de
Burgerwacht een vergadering in het café
van den heer Roeleven. De heer G. P. v.
Leeuwen opende de vergadering met een
woord van welkom aan de vele opgekomen
leden. De secretaris, de heer J. v. d. Ruit,
las de notulen, die na lezing werden vast
gesteld.
De voorzitter stelde daarna de uitreiking
van de prijzen aan de orde, waarmee Com
mandant van Remmen werd belast. Als een
inleiding op deze prijsuitreiking hield de
Commandant een beschouwing over het
verloop der wedstrijden. Daar heeft aan de
wedstrijden nogal wat gemankeerd. Daar
mankeert aan de Burgerwacht nog zooveel,
dat deze kleine gemaakte fouten er nog wel
bij kunnen. De Burgerwacht is een nieuw
begrip, waartoe de burgerwachters ge
vormd moeten worden. Om menschen te
vormen in een bepaalde richting is een ge
neratie noodig, want om iets goed te doen
moet men vader met liefde over de zaak
hooren spreken. Wij hopen dan ook, dat
uwe kinderen goede burger wachters zullen
worden.
Hierna werden de prijzen, bestaande uit
kunstvoorwerpen uitgereikt. De volgorde is
naar het hoogste aantal behaalde punten.
1. A. v. Remmen, 2. A. J. van Vliet, 3.
A. v .d. Hoeven Jacz., 4. P. C. W. Molen
kamp, 5. Th. van Gent, 6. Th. v. Es, 7. C.
R. van Velzen, 8. A. Slingerland, 9. H. J.
Varhmeyer, 10. C. Berg Pz., 11. Jac. Schuur,
12. L. A. Zandbergen, 13. N. van Rijt, 14.
J. Q. Onderwater, 15. K. v. d. Vliet, 16. J.
F. M. Varhmeyer, 17. G. Zwanenburg, 18.
H. Oostdam, 19. P. Brouwer, 20. W. Zwet
sloot, 21. C. J. v. Leeuwen, 22. Ant. Noord
man, 23. F. Varhmeyer.
De maximumprijs, een medaille, werd
toegekend aan K. v. d. Vliet 2 x 50 (C. R.
v. Velzen mehaalde 1 x 50).
Aan het einde van de prijsuitreiking
dankte de voorzitter den Commandant en
de wedstrijd-commissie.
Vervolgens kwam aan de orde: de groote
burgerwachtsdag op 10 September in den
Haag. Het bestuur heeft vastgesteld, dat er
minstens een afvaardiging van 25 ledey
moet zijn om met onze afdeeling deel te
nemen. De kosten zijn 1.waarin de
reiskosten en toegangsbiljetten zijn inbe
grepen.
Nadat het bestuur met gesloten deuren
had vergaderd, was de gulden gedaald tot
50 ets, en liep de inschrijving reeds over
de 25. Er bestaat nog tot hedenavond gele
genheid tot inschrijving.
Het spreekt vanzelf, dat velerlei bezwa
ren overwonnen moesten worden. Het
grootste bezwaar: hoe komen wij aan een
plaatsvervanger-melker werd ondervangen
met de dienstorder, luidende: ingeval de
Burgerwachters tot daadwerkelijke dienst
worden opgeroepen zullen de dames-leden
de economische diensten vervullen.
Dus: op 10 September rekent de Burger
wacht op de dames-leden voor de taak van
hulp-melkster.
De commandant stelde voorts als strenge
eisch, dat alle deelnemers aan de demon
stratie de oefeningen en exercitiën zullen
volgen die daartoe nog zullen voorafgaan.
Bij de rondvraag werden de huishoudelij
ke en dienstbelangen behandeld. De com
mandant gaf een uitgebreid overzicht over
de te houden sohietvaardigheidsproeven.
Bij de beoordeeling van degenen, die daar
toe kans van slagen hebben, noemde de
commandant degenen die daartoe wel kans
hebben. Hierbij ontstond een groot mee-
ningeverschil, maar de commandant hield
voet bij stuk, dat de dienstorders en de
voorschriften vooral bij de behandeling van
de vuurwapens streng moeten nagekomen
worden. Hierbij wees de commandant op
de gevaren, de verantwoordelijkheid en bo
venal op de waarde van de daardoor ver
kregen eigenschappen tot goede gevechts
positie.
Na verschillende mededeelingen omtrent
de kader-cursus en algemeene dienstbelan
gen sloot de voorzitter de vergadering met
een dankwoord voor de goede opkomst en
prettige wijze van vergaderen.