DE NEDERLANDSCHE
VARKENSCENTRALE
WOENSDAG 24 JULI 1935
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD. - PAG.
BINNENLAND
DE ONGELUKKEN BIJ DE KJLJtL
Antwoord van den minister op de vragen
van Van Braambeek.
In antwoord op de schriftelijke vragen
van het Tweede Kamerlid Van Braambeek
in verband met de ernstige ongelukken,
•welke in het laatste halfjaar aan vliegtui
gen der KJLM. zijn overkomen, deelt mi
nister Van Lidth de Jeude thans het vol
gende mede.
De ernstige ongelukken, die het laatste
halfjaar aan vliegtuigen van de K.L.M. zijn
overkomen, hebben niet geleid tot. den in
druk naar hetgeen daaromtrent tot dus
verre bekend is geworden dat zij zouden
zijn toe te schrijven aan mindere zorg voor
de veiligheid, of aan het verlangen om de
diensten wel uit te breiden en de vlieg-
tijden te verkorten, doch veeleer, dat zij
moeten worden geweten, aan een hoogst
ongelukkige samenloop van omstandighe
den, waaraan het vliegverkeer steeds is
'blootgesteld.
Geen reden voor ongerustheid.
De gegevens betreffende het ongeval met
het vliegtuig „Leeuwerik" zijn nog niet
volledig, daar de uitkomsten van een on
der zoek, ingesteld door de Duitsche autori
teiten volgens de daaromtrent tusschen
de luchtvaartadministraties getroffen inter
nationale regeling nog worden afge
wacht. Het onderzoek van rijkswege naar
de ongevallen met de vliegtuigen „Kwik
staart", „Maraboe" en „Gaai" is onmiddel
lijk aangevangen. De vliegtuigen waarmede
de diensten worden uitgeoefend voldoen
aan de hoogste eischen, welke in Europa
en de Vereen igde Staten worden gesteld.
Uit den zeer uiteenloopenden aard der
ongevallen, overkomen aan verschillende
soorten van vliegtuigen, kan niet worden
afgeleid, dat omtrent de kwaliteiten der
vliegtuigen, waarmede de uitbreiding heeft
plaats gevonden, ongerustheid behoeft te
bestaan. Omzetting van den wekelijkschen
dienst op Indië in een dienst tweemaal per
week, is met het oog daarop verantwoord
te achten en overeen te brengen met de
eischen der veiligheid, daar zulks niet meer
verhooging van risico met zich brengt dan
een natuurlijk gevolg is van grootere fre
quentie van het vervoer. In de wijziging
van dezen dienst behoeft geenerlei van
mindere voorzichtigheid getuigende drang
te worden gezocht.
Raad voor de Luchtvaart.
Na elk ongeval van beteekenis, een Ne-
derlandsch vliegtuig overkomen, worden
de oorzaken van rijkswege nauwkeurig
onderzocht. Niettemin wordt in de hierbo
ven bedoelde ongevallen aanleiding gevon
den om een onderzoek te doen plaats vin
den naar de mogelijkheid van verhooging
der veiligheid in het luchtverkeer door een
van rijkswege in te stellen commissie en het
resultaat van dat onderzoek aan de Kamer
voor te leggen.
Daarnevens wordt een herziening van de
voorschriften omtrent het onderzoek van
ongevallen met luchtvaartuigen voorbe
reid, waarbij wordt overwogen de perma
nente ongevallencommissie, bedoeld in ar
tikel 154 der Regeling Toezicht Luchtvaart
te hervormen tot een Raad voor de Lucht
vaart, met bevoegdheden van soortgelijke
strekking als die van den Raad voor de
Scheepvaart.
Naar wij vernemen heeft de oud-minister
mr. dr. D. A. P. N. Kooien, lid van den
Raad van State, zich bereid verklaard tot
aanvaarding van het voorzitterschap der
commissie van ondex*zoek inzake de K.L.M.
VERLAGING VAN VASTE LASTEN.
Beperking van het recht van executie
noodzakelijk geacht.
In den Haagschen Dierentuin heeft Dins
dagmiddag de Ned. Bond van Huis- en
Grondeigenaren en Bouwondernemers een
groote algemeene vergadering van Bonds
leden gehouden, waarm het wetsontwerp
tot verlaging van vaste lasten is behan
deld.
De Bondsvoorzitter, mr. J. A. de Meijier,
gaf in groote trekken een overzicht van het
wetsontwerp.
De voorzitter zeide, dat men aan de re
geering gevraagd heeft, het request dat aan
haar gezonden was, mondeling te mogen
toelichten.
Aan het slot der vergadering wend een
motie aangenomen, waarin werd uitgespro
ken, dat betreurd wordt, dat de regeering
de belanghebbende organisaties niet heeft
gehoord, dat men zich vereenigt met het
door het bestuur aan de Tweede Kamer ge
zonden adres, dat beperking van het recht
van executie ten spoedigste noodzakelijk is
met wettelijke maatregelen, vóórdat het
wetsontwerp in behandeling komt.
DE CLEARING MET DUITSCHLAND.
Nieuwe voorschriften voor den tuinbouw-
export.
De betrokken instanties hebben bekend
gemaakt, dat voortaan geen enkel tuin
bouwproduct naar Duitsohland mag wor
den geëxporteerd, indien niet is gekocht
uit het zg. Duitsche gedeelte. Export voor
eigen risico is dus ook niet uit het andere
deel mogelijk. Voor deze regeling is alleen
een uitzondering gemaakt met betrekking
tot de compensatie-transacties.
ONVERKOOPBARE KOMKOMMERS.
Maatregel van het Centraal Bureau voor
de Veilingen.
In de afgeloopen week zijn aan verschil
lende veilingen groote partijen komkom
mers doorgedraaid, welke aan de veilingen
geen prijs konden opbrengen. De handel in
komkommers werd daardoor ontwricht en
het bleek noodig, dat het centraal bureau
voor de veilingen in Nederland regelend
optrad. Op bepaalde veilingen zijn zelfs
partijen komkommers tot een totaal van
140.000 stuks onverkocht gebleven.
Thans heeft het centraal bureau bepaald,
dat in verband met de sterke daling der
komkommerprijzen het z.g. uitschot en
stek, zoowel voor gele, groene als witte
komkommers niet meer mag worden aange
voerd. Hieronder vallen alle soorten, wel
ke een minder gewicht hebben dan 42 K.G.
per 100 stuks.
DE EXPORT VAN TOMATEN NAAR
DUITSCHLAND.
Naar wij vernemen is bepaald, dat thans
ook het soort B-tomaten met recht van be
taling via de clearing mag worden geëx
porteerd naar Duitschland. Op deze wijze
is de verriuming van den export van to
maten naar Duitschland dus nog vergroot.
DE TEELTVERGUNNING VOOR
BLOEMBOLLENKWEEKERS.
Onder verwijzing naar het perscommuni
qué d.d. 13 Juni 1935, ad ten 10de, verne
men wij, dat de Minister van Economische
Zaken nogmaals heeft bepaald, dat slechts
aan die bloembollenkweekers in Augustus
a.s. een teeltvergunnjng zal worden uitge
reikt, die al htm verplichtingen inzake de
betaling van de roeheffing en de roeom
slag tegenover de Nederlandsche Sierteelt-
oen trale hebben nagekomen.
Aan dezen maatregel zal streng de hand
worden gehouden.
Verder vernemen wij, dat het bij' de
kweekers over de verkoopnota te korten
percentage berekend zal worden over deze
verkoopnota, herrekend tegen de minimum
prijzen, zooals bekend gemaakt in de Mi-
nisterieele Beschikking d.d. 20 Juni 1935.
Deze korting zal slechts worden toege
past over de bloembollen geschikt voor ex
port
Tot deze korting zullen worden gemach
tigd, naast alle door de Nederlandsche Sier
teeltcentrale erkende exporteurs, de erken
de veilingen, de erkende handelaren in
bloembollen en de erkende bloemisten, die
bloembollen als grondstof voor hun trek-
kersbedrijf bezigen.
Bovenbedoelde handelaren en veilingen
zullen zich, voor zoover nog niet gescheid,
ten spoedigste voor organiseering bij de
Nederlandsche Sierteeltcentrale hebben aan
te melden.
DE MELKPRIJS.
De prijs voor het taxegedeelte van con-
sumptiemelk, gekocht op Regeeringscon-
tract is voor de volgende week bepaald
op 4 3/4 cent per liter, eventueel verhoogd
met premie of verminderd met de afdracht
voor de kwaliteit.
De afdracht voor andere in consumptie
gebrachte melk is vastgesteld op 2K cent
per liter.
IR. MUSSERT IN INDIë.
De „Sperwer" te Medan geland.
Arneta meldt uit Medan dd. 23 Juli:
Een tachtigtal N.S.B.-ers wachtte in de
hanger de aankomst van ir. Mussent af, ter
wijl voor het station van de K.NJJL.M. een
gelijk aantal belangstellenden niet-'NB.B.-
ers aanwezig waren.
De „Sperwer" landde om 14 uur 30, waar
op de leiders van de N.S.B. te Medan, de
heeren Gonggrijp en Trouw, zich naar het
toestel begaven. Ir. Mussert bracht met zijn
anm den N.SJB.-groet, hierbij „Hou Zee"
roepend, waarop door de fcringleiders op
gelijke wijze werd geantwoord.
Tusschen de kringleiders begaf Mussert
zich naar de hangar, waar hij de aanwezi
gen met een „Zou Zee" begroette, welke
groet door de aanwezige N.SJ3.-ers werd
overgenomen. Te midden van de N.S.B.-ers
hield ir. Mussert een korte toespraak, waar
bij hij verklaarde blij te zijn dat hij was
aangekomen. Thans komt eerst Java aan de
beurt en over eenige weken keer ik weer
terug naar Medan.
De heer Mussert vertrok onder „Hou
Zee"-geroep en applaus, begeleid door de
leiders van de N.SB., naar de woning van
den kringleider Gonggrijp.
Morgenochtend om vijf uur vertrekt de
.Sperwer" naar Batavia.
Goedkoope trein.
Wij verwijzen naar een advertentie in dit
nummer betreffende een goedkoope trein
naar Arnhem en Nijmeegn op de Woensda
gen t-m. 7 September.
Resultaat van een onderzoek naar haar handelingen
469e STAATSLOTERIJ
(Niet officieel)
lste klasse, 3de lijst
Trekking van Woensdag 24 Juli 1935
Prijzen van 20.
40 370 447 546 880 1124 1138 1145
1140 1248 1250 1497 1889 1916 2213 2593
2720 3370 3495 3730 4133 4204 4648 4673
4683 4916 4984 4989 5108 5556 5719 6007
6488 6557 6722 6824 6869 7030 7575 7899
8221 8294 8446 8716 9030 9294 9569 9982
10562 10684 10711 11121 11212 11532 11563 11798
12683 13055 13169 13204 13302 13691 13735 14003
14115 14168 14252 14703 14934 15100 15317 15704
15841 16124 16254 16496 16974 17709 17792 17911
18057 18168 18198 18280 18399 18482 18672 18696
18846 18928 19095 19124 19127 19299 19492 19859
19878 20388 20440 20929
Verbetering: le klasse, 2e lyst: 5547 m. z.
5549; 9897 m. z. 9887.
Zooals reeds eerder vermeld, heeft de
Commissie van Onderzoek, betreffende
Crisismaatregelen, ingesteld bij Koninklijk
Besluit van 19 Januari 1934 hare werk
zaamheden beëindigd en in aansluiting aan
het door haar op 31 Juli 1934 ingediend
rapport, het definitief rapport omtrent het
door haar ingestelde onderzoek naar de ges
tie van de Nederlandsche Varkenscentrale
aan H. M. de Koningin ingediend.
Aan dit rapport, dat thans door den Mi
nister van Economische-Zaken, na daartoe
van H. M. de Koningin verkregen machti
ging, is gepubliceerd en bij de Algemeene
Landsdrukkerij verkrijgbaar, ontleenen wij
het navolgende:
De lange tijdsduur, gelegen tusschen den
verschijningsdatum van het voorloopig en
het definitief rapport is o.a. een gevolog van
de omstandigheid, dat de Crisis-Accoun
tantsdienst een zeer omvangrijk onderzoek
moest opzetten voor de beantwoording van
enkele der door de Commissie aan dien
dienst voorgelegde vragen, ten aanzien van
welke klaarheid moest worden verkregen,
wilde het onderzoek voortgang kunnen vin
den.
De Commissie heeft het wenschelij'k ge
acht voor een juiste beoordeeling van de
gestie der Nederlandsche Varkenscentrale,
de geschiedenis van het totstandkomen van
de Orisis-Varkenswet 1932 te bestudeeren.
Daarbij is haar gebleken, dat het in de be
doeling van den wetgever heeft gelegen
den handel in varkens en varkensvleesch
bestemd voor de binnenlandsche markt,
zooveel mogelijk vrij te laten. Aan de Cen
trale kon en mocht derhalve naar het oor
deel der Commissie, de eisch worden ge
steld, dat zij bij hare gestie het hoofddoel
en de nevendoelstellingen vam den wet
gever in het oog hield en niet zonder nood
zaak ingreep in den bovenomschreven han
del.
De Commissie is van oordeel, dat de
N.V.C. zich aan dezen eisch niet heeft ge
houden. Dit oordeel rust onder meer op de
uitkomst van het door haar ingestelde on
derzoek naar de 'betrekkingen, die tusschen
de N.V.C. en de N.V. Engrosslaehterij
„Welling" te Borculo hebben bestaan, wel
ke voortvloeien uit het tusschen de N.V.C.
en den Aartsdiocesanen R. K. Boeren- en
Tuindersbond gesloten contract.
Nadat de Commissie de voornaamste be
palingen uit deze overeenkomst, welke als
Bijlage I aan het rapport is toegevoegd,
heeft genoemd, heeft zij nagegaan welke
de beweegredenen waren, welke de Neder
landsche Varkenscentrale ertoe hebben ge
bracht bedoeld contract af te sluiten. Zij
komt daarbij tot de conclusie, d^t aan de
j haar door de N.V.C. opgegeven beweegre-
I denen, welke om. waren gelegen in
j moeilijkheden met den afzet van incourante
i varkens weinig waarde kan worden toe-
gekend. Naar het oordeel der Commissie
moet de verklaring voor het aangaan der
overeenkomst dan ook eerder gezocht wor
den in de algemeene geneigdheid, welke er
by partijen bestond om met elkaar in zee
te gaan, welke geneigdheid t.en aanzien van
„Welling" te meer verklaarbaar is, aange
zien het dat 'bedrijf in de tweede helft van
het jaar 1933 minder goed ging ten ge
volge van de concurrentie, welke zij van
bedrijven, die met de N.V.C. gecontracteerd
hadden, ondervond. De Commissie spreekt
als haar oordeel uit, dat de N.V.C. bij het
aangaan der overeenkomst op de lucht
hartige wijze is heengestapt over het be
zwaar, dat bij haar zwaar had moeten we
gen, ni. dat zij door deze overeenkomst aan
te gaan, zonder dringende noodzaak ging
grossieren voor de Nederlandsche markt,
waardoor zij dus een daadwerkelijk aan
deel nam in de verzorging van de binnen
landsche markt, hetgeen geenszins tot de
doelstellingen behoorde, voor welker ver
wezenlijking zij in het leven geroepen was.
De Commissie is voorts van oordeel, dat
de N.V.C. openbaarheid had behooren te
geven aan de door haar met „Welling" af
gesloten overeenkomst, hetgeen niet is ge
schied.
De Commissie heeft om. het z.g. Bacon-
contract, hetwelk mede als bijlage aan het
rapport is toegevoegd, in haar onderzoek
betrokken. De conclusies, waartoe de Com
missie te dezer zake is gekomen, zijn de
volgende.
Vast is komen te staan, dat de aan de
exportslachterijen over het eerste contract-
jaar als gevolg van de te gunstige bepalin
gen van het contract en mede als gevolg
van het bijzondere groote aantal slachtin
gen, uitkeerde vergoedingen al te ruim
zijn geweest.
Door de eerste wijziging van het Bacon-
contract zyn de voorwaarden voor de ex-
portslachterij en in vele opzichten minder
gunstig geworden, waardoor op de vergoe
dingen voor vaste en variabele kosten voor
de N.V.C. een aanzienlijke besparing werd
verkregen. Ook de vergoeding voor winst
derving werd belangrijk verminderd.
De bepalingen van dit gewijzigde con
tract werden op lö April 1934 buiten wer
king gesteld en op 27 Novmbber 1934 ver
vangen door een nieuw contract met terug
werkende kracht tot 15 April 1934. De be
langrijkste wijziging van het laatste Bacon-
contract is gelegen in de geheel nieuwe
wijze van vergoeding der vaste kosten,
welke nu wordt betaald in den vorm van
eene uitkeering per 100 Kg. geslacht ge
wicht.,
De Commissie is van ooi-deel, dat het
Baconcontract thans geen aanstoot meer
kan geven uit hoofde van te ruime beloo
ningen van de door de bedrijven te pree-
teeren diensten. Zij is echter van meening,
dat niettemin met het huidige Baconcon
tract niet wordt bereikt, dat de export
slachterijen op de meest economische wijze
voor de gemeenschap worden verricht en
meent, dat bij grootere concentratie van de
slachtingen in de het goedkoopstwerkende
bedrijven stellig nog een omvangrijke be
sparing zou kunnen worden verkregen.
Deze aangelegenheid betreft evenwel, naar
•het oordeel der Commissie een vraag van
Regeeringsbeleid, welke buiten het terrein
der bevoegdheid van de Commissie ligt.
De Commissie heeft haar onderzoek
voorts uitgestrekt tot een tweetal, herhaal
delijk in verband met het Baconcontract ge
noemde punten, te weten:
a) de prijs, waarvoor de afvallen aan de
bedrijven, welke met de Nederlandsche
Varkenscentrale hebben gecontracteerd,
worden verkocht en
b) de prijs, waarvoor de z.g. binnenland
sche varkens aan deze bedrijven worden
geleverd.
Het is de Commissie niet mogen geluk
ken, zich een oordeel te vormen over het
sub a. genoemde punt. Het door den Crisis-
Accountantsdienst bij eenige bedrijven in-
gestlede onderzoek naar de eventueele op
den aankoop van afvalproducten gemaakte
winst leverde geen voldoend sprekende uit
komsten op.
De prijsbepaling geschiedde aanvankelijk
door mededeeling van drie baconfabrikan-
ten aan de Nederlandsche Varkenscentrale
van de door hen voor de afvalproducten
gemaakte prijzen. Aan de hand van deze op
gave werden dan door de Nederlandsche
Varkenscentrale de prijzen vastgesteld.
Deze wijze van prijsstelling beantwoordde,
naar het oordeel der Commissie, niet aan
billijke voorwaarden van onpartijdigheid.
Sinds 21 December 1933 is de prijsbepaling
echter opgedragen aan eene Commissie,
bestaande uit een onpartijdigen voorzitter,
twee koopers en twee concurrenten.
Ten aanzien van het sub. b. genoemde
punt deelt de Commissie mede, dat het door
de Nederlandsche Varkenscentrale geleden
verlies op de door haar verkochte binnen
landsche varkens in 1933 bijna 3 cent per
100 Kg. heeft 'bedragen. Een zoodanig ver
lies vraagt zeker de aandacht. De Commis
sie heeft herhaaldelijk het vermoeden hoo-
ren uiten, dat de varkens voor een te ligen
prijs aan de bedrijven werden verkocht,
waartegenover als verklaring werd aange
voerd, dat de Centrale doorgaans een te
hoogen prijs aan den boer bestaaide, om
de markt te steunen.
De 'bepaling van den prijs, waarvoor deze
varkens aan de bedrijven werden geleverd
geschiedde aanvankelijk door de N.V.C.
zelf. Sedert 21 December 1933 heeft zij
plaats door de eerder genoemde Commissie.
Zooals de Commissie reeds in haar voor
loopig rapport heeft medegedeeld, was ter
beoordeeling van de vraag, of de bacon be-
drijven de varkens tegen te lage prijzen
verkregen hebben, een vergelijking tus
schen de inkoópsprjjzen van de z.g. be
schutte bedrijven en die van de vrije be
drijven noodzakelijk. Gebleken is, dat in
het algemeen de beschutte bedrijven en in
het bijzonder de N.V. Uithoornsche Bacon-
I fabrieken, hun varkens tegen lageren prijs
van de N.V.C. betrokken, dan waartegen de
i vrije bedrijven de varkens op de vrije
i markt inkochten. Van bevoordeeling der
beschutte bedrijven kan echter, naar het
oordeel der Commissie, met eenige zeker
heid niet worden gesproken. Het trekken
van conclusies in deze is ten eenenwiale on
mogelijk, daar uit het ingestelde onderzoek
tevens de geringe .waarde der daarbij ver
kregen gegevens is gebleken. De omstan
digheid, dat de beschutte bedrijven var
kens van alle kwaliteiten moesten accep
teeren, terwijl de vrije bedrijven selectie
konden toepassen, moest volkomen normaal
naar een lageren gemiddelden inkoopsprijs
voor de beschutte bedrijven leiden.
Bij de „Slotopmerkingen" vat de Com
missie het resultaat van haar onderzoek
samen. Zij merkt op, dat toen de Minister
van Economische Zaken op 8 Februari 1934
de Commissie installeerde. Zijne Excellen
tie haar verzocht reeds „aanstonds een on
derzoek te willen instellen, in verband met
veel verspreide geruchten, omtrent de
vraag, of bij de gestie van de Crisis-Var-
kenscentrale, in wellk onderdeel dan ook,
iets geschied is, wat uit een oogpunt van
politieke moraliteit afkeuring verdient".
De Commissie heeft bij de vervulling van
hare taak aan bovenvermelde opdracht een
ruime interpretatie gegeven. Klachten,
welke zelfs bij een zeer ruime uitlegging
van het begrip „politieke moraliteit" niet
vielen binnen het terrein, door dat begrip
bestreken, heeft de Commissie echter uiter
aard niet in behandeling kunnen nemen.
Het is de Commissie een voldoening te kun
nen verklaren, dat, afgezien van misdragin
gen van enkele personen van lageren rang,
tegen wie óf de Justitie óf de leiding der
N.V.C., óf beide, zijn opgetreden, haar ook
bij haar voortgezet onderzoek niet is ge
bleken, dat door of vanwege de N.V.C. han
delingen zijn gepleegd, welke uit een oog
punt van politieke moraliteit afkeuring
verdienen.
Naar aanleding van het bovenstaande
kunnen wij nog mededeelen, dat bij den Mi
nister in overweging is óf, en zoo ja, welke
maatregelen in verband met de door de
Commissie in haar rapport neergelegde con
clusies geboden zijn.
De ramp van de „Gaai"
HET VOORLOOPIG RESULTAAT VAN
HET OFFICIEELE ONDERZOEK.
IVJededeeling van het Zwitsereche
Departement .van .Luchtvaart.
Omtrent het tot dusverre bereikte resul
taat van het onderzoek naar den ramp van
„De Gaai" bij Pian San Giacomo (Misox)
deelt het Eidgenössische Luftamt mede:
Het onderzoek is thans in zooverre af
gesloten, dat een overzicht over de tot het
ongeluk leidende omstandigheden verkre
gen kon worden. Het onderzoek naar dé
tails, die eerst by het opruimen van de
overblijfselen toegankelijk worden en na
sporingen inzake de radio- en meteorolo
gische dienst, zijn nog aan den gang. On
der voorbehoud van de resultaten van deze
détail-nasporingen kan over het waar
schijnlijke verloop het volgende worden
gezegd:
Volgens de waarnemingen en de mete
orologische omstandigheden kan aangeno
men worden, dat de piloot in den loop van
een hevig onweer dat vooral in het nabij
de plaats des onheils gelegen Mesocco aan
zienlijke verwoestingen heeft aangericht
(wegspoelen van bruggen en gebouwen),
trachtte in het gebied van den Sint Bern
hardt uitzicht op den grond te krijgen en
over den pas naar het Noorden te vliegen.
Daarbij werd het vliegtuig doorwolken
ingesloten in de dalketels ten Zuiden van
San Bernardino, zoodat het eerst geruimen
tijd in een kleinen kring moest vliegen,
teneinde dan een uitweg naar beneden in
den aanzienlijk grooteren dalketel van den
Pian San Giacomo te vinden. Na een
oriënteeringsrondvlucht was de piloot
voornemens daar klaarblijkelijk een nood
landing te verrichten met ingetrokken lan
dingsgestel op een langzaam stijgende Al
penweide, die wel had kunnen gelukken
zonder persoonlijke ongelukken. Door de
ongewone omgeving van den nauwen dal
ketel, het lage wolkendek en den zwaren
regen werd deze noodlanding ten zeerste
bemoeilijkt. Mogelijk hebben daarbij ook
nog de kabels en masten van een draad-
baan voor houttransporten een rol ge
speeld, zoodat het vliegtuig ten slotte in
de curve voor het begin van de noodlading
op ongeveer 50 M. hoogte snelheid verloor,
voorwaarts tusschen de dennen viel en bij
het neerslaan verpletterd werd. Er zijn
geen aanwijzingen voorhanden, waarom de
piloot de van ouds beproefde methode van
het passeeren der Alphen op groote hoogte
niet heeft gevolgd. Volgens de hem toe
gezonden weer-adviezen zou de mogelijk
heid hebben bestaan op groote hoogte er
door heen te komen, zonder door wolken
of onweer gestoord te worden. Eenigerlei
technische gebreken aan het Douglas-toe-
stel of zijn motoren konden tot dusverre
niet worden geconstateerd.
Slachtoffers niet vóór Donderdagmiddag
in Nederland.
Naar wy vernemen zullen de stoHelijke
resten der slachtoffers van de ramp met
de Gaai, niet vóór Dondermiddag in Ne
derland aankomen.
Volgens de voorloopige regeling zal, wat
de begrafenisplechtigheid! te Amsterdam
betreft, het stoffelijk overschot van den
heer A. A. Content en zijn 14-jarig zoontje,
Vrijdag te 12 uur op Zorgvlied worden be
graven, waarna, waarschijnlijk te twee uur
's middags de ter aarde bestelling geschie
den zal van den gezagvoerder Feyst, en
den radio-telegrafist Aafjes.
Treffend uitgeleide.
De K.L.M.-inspecteur Moes heeft aan zyn
directie heden getelefoneerd, dat de bevol
king van het dorpje San Giacomo op tref
fende wijze de slachtoffers uitgeleide heeft
gedaan. En ook de bevolking van de dor
pen, welke op weg naar Bellinzona werden
gepasseerd, bewezen op de meest piëteit
volle wijze de laatste eer aan de slachtof
fers van de luchtramp. Op het station van
Bellinzona was bij aankomst van de lijk
kisten een kerkkoor opgesteld, dat plechti-
gen zang ten gehoore bracht.
De Nederlanders waren in hooge mate
getroffen door deze Zwdtsersche deelne
ming.
Thuiskomst der Gaai-slachtoffers
HEDENMORGEN TE AMSTERDAM
Teraardebestelling op Vrijdag a.s.
Hedenmorgen met den trein van 11.27
uur uit Bazel is aan het Centraal Station
te Amsterdam aangekomen het stoffelijk
overschot van elf van de dertien personen,
die bij het vliegongeluk met de „Gaai" in
Zwitserland het leven verlieten.
Zooals bekend heeft de Haagsche firma
Innemee zich met de overbrenging van de
lijken naar Amsterdam belast,
Toen de trein precies op tijd het Cen
traal Station binnenreed, ontblootten ve
len der aanwezigen bij het zien van den
achter de locomotief gekoppelde Zwitser-
sche bagagewagen, die de droeve last ver
voerde en op eenvoudige wijze met guir
landes van dennegroen was versierd, eer
biedig het hoofd.
Het was, toen de deuren van den wagen
werden geopend, een aangrijpend gezicht,
daar de sombere rij van de elf eikenhou
ten kisten naast elkaar te zien staan. Op
elk lag een palmtak, treffende hulde van
de gemeente Bellinzona. Voorts waren er
bloemen en kransen meegevoerd van de
Swiss Air, van de directie der K.L.M. en
van de Nederlandsche kolonie te Bazel,
terwijl tijdens het korte oponthoud te Nij
megen door burgemeester mr. Steinweg
een krans namens deze gemeente was
neergelegd, alsmede nog een tweetal kran
sen namens den Bond voor Lichamlijke
Opvoeding.
Terwijl door $e aanwezigen een eerbie
dige stilte in acht werd genomen, droegen
begrafenis-dienaren de kisten één voor
één in de auto's.