WOENSDAG 24 JULI 19£>
DE LEIDSCHE COURANT
EERSTE BLAD pag. z
WARM EN DROOG.
DE BILT SEINT:
Zwakke tot matige wind uit Oostelijke
richtingen, half tot licht bewolkt, droog
weer, behoudens geringe onweerskans,
warm.
Hoogste barometers!: 772.8 te Blacksod.
Laagste barometers! 748.6 te Janmayen.
De hoogste barometerstanden worden
thans in het Westen gevonden. Het gebied
van hoogen luchtdruk strekt zich over
Centraal-Europa uit en reikt in het Oosten
tot Oost-Europa en bijna tot IJsland in het
Noorden. De depressie in het Noorden,
blijft binnen den Poolcirkel en strekt haar
invloed niet verder uit dan tot de Noor-
sche kust, waar zware regens vielen. Over
het geheele vasteland steeg de temperatuur
eenige graden; in Schotland en Ierland
werd het weer koeler, in Zweden en Fin
land houdt de zomerhitte aan, evenzoo in
Zuid-Frankrijk. In de Middelgebergten
heerscht nog bewolking en is de storm be
daard. In de Alpen is het weer onbewolkt
met groote droogte. Het vooruitzicht is voor
•het geheele continent warm zomerweer met
in Zuid-Frankrijk eenige onweerkans.
LUCHTTEMPERATUUR.
23.4 gr. C.
WATERTEMPERATUUR.
Zweminrichting „De Zijl": 21 gr. C.
Zweminrichting „Poelmeer" 21 gr. C.
LICHT OP VOOR FIETSERS e.a.
Van Woensdagnamiddag 9.36 uur tot
Donderdagmorgen 4.38 uur.
HOOG WATER.
Te Katwijk: op Donderdag 25 Juli: voorm.
11.06 uur en nam. 11.48 uur.
WAT ANDERE BLADEN
SCHRIJVEN
Tfét'
ENKELE PERS-STEMMEN
De liberale pers is zeer ontstemd!
Aan een beschouwing in de Nieuwe
K o 11. C r t.. ontleenen we:
„Een zakelijke basis voor een nieuw
kabinet zou de R.K. Staatspartij alleen
met de S.D.A.P. kunnen leggen. In
dustrialisatie en consequente deflatie
onder aantasting van de hoofdsommen
der schuldvorderingen, in welke uit
breiding van de door het kabinet-Co-
lijn voorgestelde maatregelen betref
fende de vaste lasten de R.K. de voor
waarde zien voor het slagen van de
industrialisatie, zouden dan de hoofd
punten van het gemeenschappelijke
program moeten zijn.
Het staatscrediet is er goed voor en
ook de aantasting van het credietwe-
zen in de vrije maatschappij wordt
licht geteld.
Intusschen is herhaaldelijk van R.K.
zijde verklaard, dat een regeering met
de S.D. door de R.K. Staatspartij wordt
afgewezen!
Wie ziet hier een uitweg?
Kamerontbinding zou vermoedelijk
slechts verwarring in het kiezerscorps
brengen en geen verbetering van den
toestand waarborgen. Vrijwel niemand
wil bezuiniging en vrijwel niemand
van de groote massa begrijpt wat van
consequente deflatie of devaluatie.
Wel netelig zijn de omstandigheden,
waarin het politieke leven en het par
lementaire stelsel door het noodlottig
optreden van den heer Aalberse en
zijn partij gen ooten zijn gestort!"
Het Handelsblad is haast nóg boo
ker. Het schrijft o.m.:
„De heer Aalberse heeft zelf moeten er
kennen dat op het punt van actieve han
delspolitiek, industrialisatie en de vaste
lasten, toenadering is verwezenlijkt tot
een deel der roomsche wenschen. Maar de
Katholieken eischen blijkbaar het volle
pond. Wat dat volle pond precies is, weten
zij weliswaar zelf niet precies, gezien de
verdeeldheid in hun eigen fractie, waar,
evenals elders, bijv. zoowel devaluisten
als anti-devaluisten voorkomen. Maar in
elk geval zijn zij eenstemmig in hun oor
deel dat wat de regeering-Colijn, met in
begrip van drie roomsche ministers, kan
bieden, niet genoeg is.
Ondanks de tegemoetkoming van het
kabinet heeft de roomsche fractie haar
gebrek aan vertrouwen meenen te moeten
uitspreken in den draaierigen maar on-
miskenbaren vorm waarin dat gisteren
middag in de Kamer is geschied. De ver-
antwoqrdelijkheid voor de breuk ligt dus
nadrukkelijk bij haar. Want dat het tot
een. breuk moet komen, staat wel met aan
zekerheid grenzende waarschijnlijkheid
vast. Het nader „beraad" van het kabi
net kan onder de gegeven omstandigheden
o.i. niet anders beteekenen dan dat het ka
binet zijn ontslag aan H.M. de Koningin
zal aanbieden, of tot Kamerontbinding zal
adviseeren.
Tot zulk een breuk heeft de roomsche
fractie den stoot gegeven op een oogen-
blik, dat de politieke toestand geen enkele
redelijke zekerheid biedt een deel der
roomsch pers heeft dat ruiterlijk erkend
dat voor de huidige regeering, zoo zij heen
gaat, een betere combinatie met een een
heidsprogram en een bruikbare meerder-
hid in de plaats kan komen. In de sociaal-
economische politiek loopen de meeningen
van de tegenstanders der regeering ten
zeerste uiteen, en de globale begrippen,
die daar gangbaar zijn, vertoonen vrijwel
alle dezelfde nietszeggende vaagheid van
de formule waarmede mr. Aalberse giste
ren pleitte voor een „sluitend complex"
van maatregelen om ons bedrijfsleven
weer rendabel en productief te maken.
Over devaluatie bestaat groote onderlinge
oneenigheid".
Wij later hier in haar geheel volgen de
beschouwing, die de M a a s bo d e aan het
gebeurde wijdt:
„Zulk een snellen afloop heeft wellicht
niet iedereen verwacht. Het kabinet heeft
naar aanleiding van prof. Aalberse's ver
klaring schorsing der beraadslagingen over
het Bezuinigngsontwerp gevraagd en, als
naar gewoonte in soortgelijke omstandig
heden, verkregen. Maar indien misschien
wel velen hebben verwacht, dat het kabi
net, na Aalberse's verklaring onmiddellijk
en zonder meer, daaruit de verst mogelij
ke consequenties zoude trekken, dan zul
len zij toch ook wel verbaasd staan over
de wijze, waarop minister Colijn de ver
klaring heeft ingekleed.
Wij willen wel zeggen, dat wij er ons
niet alleen over hebben verbaasd, maar
er pijnlijk door zijn getroffen geweest.
Minister Colijn heeft gedaan alsof er
een staatsrechtelijke daad door de Kamer
was gesteld. Wij meenen, dat dit niet is
geschied. Er is geen motie hoegenaamd in
gediend: er is in het geheel niet gestemd.
De minister zeide Vrijdag, dat het kabinet
het als een oorlogsverklaring zou beschou
wen, indien de meerderheid der katholie
ke fractie tegen het bezuinigingsontwerp
zou stemmen. Er is echter niet over dat
ontwerp gestemd, ofschoon ons bekend is,
dat de katholieke fractie unaniem voor
dit ontwerp zou hebben gestemd.
Daarbij had de minister de, we zullen
maar zeggen onvriendelijkheid, de ka
tholieken in den hoek te duwen met so
ciaal-democraten, communisten en enkele
losloopenöe leden, zooals Z. E. zich uit
drukte. Behalve dat dit tactloos was te
genover de katholieke fractie was het za
kelijk volstrekt onjuist.
Noch aan de sociaal-democraten, noch
aan anderen is zoo uitdrukkelijk om ver
trouwen gevraagd als aan de Katholieken
en ook de laatsten alleen hebben bij mon
de van hun president op die uitdrukkelij
ke vraag geantwoord.
Wij begrijpen niet, waarom minister Co
lijn, die zeer goed weet, dat de katholieke
fractie er natuurlijk niet aan denkt te gaan
regeeren met de groepen, die hij aanwijst,
in zulk een vorm zijn verklaring aflegde
en het is een raadsel hoe de andere minis
ters wij staan hier toch zeker voor een
kabinetsverklaring? aan zulk een for
muleering hun goedkeuring hebben kun
nen hechten.
Wat daarvan zij. het conflict tusschen
Kamer en Kabinet staatsrechtelijk door
minister Colijn geforceerd, is een feit. Het
kabinet, zoo deelde de minister mede, zal
zich nu beraden over den nieuw ingetre
den toestand en de Kroon van advies die
nen. Het schijnt staatsrechtelijk bedenke
lijk, dat een ministerie na zelf arbitrair ge
constateerd te hebben het vertrouwen van
de Kamer niet meer te bezitten, terwijl
geen uitspraak is gevallen, zich zou op
werpen als adviseur van de Kroon en de
Kroon aldus zou beletten andere advie
zen in te winnen. Zoolang immers het
kabinet in functie is, zijn de ministers
staatsrechtelijk de gewone raadslieden
der Kroon en niemand anders".
PROV. STATEN VAN ZUID-HOLLAND.
In de namiddagvergadering wondt het
voorstel inzake verlaging van den rente
voet der geldleening, pro resto groot
278.000, verstrekt aan de stichting „Ro-
senburg" z.h.s. goedgekeurd.
De kranzinnigengestlchtea
Bij het overzicht uit de verslagen over
1934 van directeuren der krankzinnigen-
en zwakzmnigjengestichten vestigt mevr.
De VriesBruins (SJD.) de aandacht
op de toeneming van het aantal gevallen
van tuberculose in eenige van deze ge
stichten. Spreekster hoopt dat de betref
fende inspectie zich in verbinding zal stel
len met de inspectie der volksgezondheid
afcL tuberculosebestrijding.
De heer B o 1 s iu s (Ged. St.) zal dezen
wenk overbrengen ter bevoegd er plaatse.
Het voorstel wordt z. h s goedgekeurd.
Bij de mededeeling van verleende voor
schotten aan kranzinnigengestichten
voor conversiedoeleinden, krachtens het
statenbesluit van 11 December 1934, con
stateert de heer Beckenkamp (Lib.),
dat hier een paar millioen voor conversie
doeleinden aan voorschotten is verstrekt,
t.w. aan de St Bavostichting te Noondwij-
kerhout en „Huize Sancta Maria" te Noord-
wijk. Hier is op tweede hypotheek een al
ge re rente gesteld dan voor de eerste hy
potheek. Ls het de bedoeling van de provin
cie om aldus de financieele positie van de
stichtingen te versterken? Wordt er wel
voldoende gelet op verlaging der pleegkos-
ten?
De heer Bolsius (Ged. St.) antwoordt,
dat zoowel de le als de 2e hypotheek in
handen van de provincie is. Het doet er
daarom weinig toe, dat de rente van de
tweede wat lager is gesteld. Verlaging der
verpleeggelden is reeds geschied.
Vrijdom openbare wegen van
polderlasten.
Bij het adres van het bestuur van den
polder Reeuwijk, gericht tot de Regeering
om het alg. polderreglement aldus te wij
zigen, dat de vrijdom der openbare wegen
van de polderlasten zal vervallen (waar
aan 179 besturen van polders adhaesie heb
ben betuigd) zet de heer Van Voorts
tot Voorst (R.K.) het goed recht van
dat verzoek uiteen. Spr. dient een motie
in strekkende tot wijziging van art 142 in
dien geest.
De heer Rijlaarsdam (N.S.B.) wijst
op den nood ten plattelande. Het is volko
men billijk, dat het Rijk bijdraagt, in de
lasten rustende op de wegen in de polders.
Spr. dient eveneens een voorstel in.
De heer Horsman (s.d). acht het bil
lijk, dat de vrijdom voor openbare wegen
in de polders wordt gehandhaafd.
De heer Trouw (Lib.) wijst erop, dat
de ingelanden vaak grooter omwegen moe
ten maken om op den Rijksweg te komen.
Bovendien, wanneer straks speciale auto
wegen zullen worden aangelegd, dan is er
reden te meer om de lasten daarvan niet
te doen mededra gen door ingelanden, dié
niet op den weg mogen komen dan met
auto's.
De heer Von Fisenne (Ged. St).
herinnert aan hetgeen van de zijde van
Ged Staten in 1933 te dezer zake is mede
gedeeld. De hierbedoelde wegen liggen na
genoeg altijd belangrijk hooger dan de
overige gronden in de polders. Belangen
bij het polderpeil hebben die wegen in den
regel niet. Aan den anderen kant hebben
de ingelanden wèl belang bij den aanleg
van de groote wegen, hetgeen blijkt uit het
groote aantal verzoeken om uitwegen en
uit de vergemakkelijking van het trans
port van land- en tuinbouwproducten.
De voorzitter deelt mede dat het
voorstel-Van Voorst tot Voorst strekt tot
opheffing van vrijdom, behoudens voor de
provinciale wegen en dat het voorstel Rij
laarsdam eveneens strekt tot opheffing van
dien vrijdom doch zonder eenig voorbe
houd. Het voorstel Rijlaarsdam is dus van
verdere strekking en komt allereerst in
stemming.
Het voorstel-Rylaarsdam wordt met 63
tegen 8 stemmen verworpen, het voorst el-
Van Voorst tot Voost eveneens met 37 te
gen 34 stemmen.
Electriciteitsverordening.
Bij het voorstel tot wijziging en aanvul
ling van (de Electriciteitverordening voor
Zuid-Holland en van de Drinkwater-veror
dening Zuid-Holland zet de heer Van
Eek (s.d.) uiteen, dat de verplichting tot
koppeling eerst mag worden opgelegd wan
neer het rapport van de commissie-Van
Karnebeek gereed is. Voorts wenschen
Ged. Staten bevoegdheid om de uitbreiding
van centrales tegen te gaan. Doch waarom
zouden Prov. Staten die be voegheid zon
der meer uit handen geven? Spr. zou in
elk geval de bevoegheid aan Ged. Staten
willen zien gelimiteerd tot 1 Jan. 1938. Een
amendement in dezen geest wordt door
spr. ingediend.
De heer Van Boeyen (Ged. St) stelt
op den voorgrond, dat koppeling moet kun
nen worden opgelegd. Beroep op de Pro
vinciale Staten van een besluit van Ged.
Staten inzake koppeling of uitbreiding is
te allen tijde mogelijk. Daarmee is de aan
leiding voor het amendement-Van Eek ver
vallen.
Verschillende centrales overwegen uit
breiding.
De heeren Van Eek en In t Veld re-
pliceeren; zij dringen er nogmaals op aan
om de beginsel uitspraak aan te houden,
de heer Van Boeyen dupliceert; spr.
acht het voorstel voldoende gemotiveerd
door de deskundige rapporten.
Art. n van de ontwerp-verordening,
over welk artikel, regelende de vergunning
tot aanleg en uitbreiding van electrische
centrales de heer Van Eek stemming
vraagt wordt met 32 tegen 18 stemmen
aangenomen.
Het amendement-Van Eek wordt met 34
13 stemmen verworpen.
Het voorstel wordt z.h.s. goedgekeurd.
De vergadering wordt verdaagd.
De zomerzitting van de Provinciale Sta
ten van Zuid-Holland werd hedenochtend
elf uur in het gebouw der Eenste Kamer
voortgezet.
De voorzitter, Jhr. Mr. Dr. Van Karne
beek, deelt mede, dat thans aan de orde is
de rekening van de provinciale inkomsten
en uitgaven over 1933, waaromtrent Ged.
Staten zich nader hebben willen beraden.
Als gevolg van dit beraad hebben Ged.
Staten besloten, te bepalen, dat leden van
commissies van advies inzake uitbreidings
plannen, die tevens lid van Ged. Staten of
ambtenaar in provincialen dienst zijn, voor
taan geen presentiegeld in die
commissies zullen ontvangen.
Eenzelfde gedragslijn zal ook bij andere
dergelijke commissies worden gevolgd.
De rekening wordt z.hs. goedgekeurd.
Bebossching van duinen.
Aan de orde is het praeadvies van Ged.
Staten omtrent het voorstel van het Staten
lid J. ter Laan.
De heer Ter Laan (s.d.) spreekt al
lereerst zijn waardeering uit over het rap
port dat een goed inzicht geeft in deze
aangelegenheid, en welk rapport werd sa
mengesteld door den hoofdingenieurs van
den Prov. Waterstaat.
Het duingebied van Zuid-Holland is vele
honderden ILA groot, terwijl deze provin
cie een vierde gedeelte van de geheele be
volking in Nederland omvat. Wij gaan an
dere tijden tegemoet, de kapitalistische in
vloeden worden door andere machten ver
vangen. Meer dan tevoren zal straks de
bevolking behoefte hebben aan gronden
voor recreatie doeleinden. Bebossching van
de duinen is daarvoor een aangewezen
middel.
De boschoppervlakte in Nederland die in
1833 169000 bunders bedroeg, was in 1930
toegenomen tot 254.000 bunders.
In Zuid-Holland evenwel is de hoeveel
heid bosch van 15.100 H.A. in 1833 afge
nomen tot 5700 H.A. dj, een afneming met
bijna 2/3 in nog geen 100 jaar.
Meer dan ooit is er daarom reden om de
bebossching in deze volkrijke provincie
met spoed ter hand te nemeh.
Vooral is thans noodig uit een oogpunt
van werkverschaffing in deze tijden van
werkloosheid.
Spr. heeft nu in de bladen gelezen, dat
van Rijkswege een commissie voor de
werkverschaffing in Zuid-Holland is inge
steld onder voorzitterschap van den heer
Heukels, lid van Ged. Staten, terwijl
daarin mede zitting hebben het Ged. Sta
tenlid jhr. Von Fisenne, het Prov. Staten
lid Jansen Manenschijn als inspecteur voor
de werkverschaffing en enkele andere hee
ren. Het is spr. niet bekend, dat de heer
Henkels op het gebied in de werkverschaf
fing deskundig is.
Spr. betreurt in ernstige mate dat Ged.
Staten nog geen voortgang hebben gemaakt
op dit terrein, hoewel de S.D.-fractie daar
toe reeds verleden jaar het initiatief nam.
Boven den Waterweg liggen 450 a 500
H.A., die geschikt zijn voor bebossching;
verder 200 H.A. op Voome en Putten en
200 H.A. op het boscharme Gorree en over-
vlakkee.
Met een toeneming aan bebossching van
10 HA per jaar, zooals Ged. Staten mee
nen komen wij er niet. Bij een dergelijken
slakkengang zouden we in Zuid-Holland
100 jaar noodig hebben om de verlangde
bebossching te verwezelijken.
Jaren geleden heeft spr.'s partijgenoot
Van Eek reeds voorgesteld om een paar ton
uit te trekken voor werkverschaffing.
In volgende jaren heeft hij dat voorstel
opnieuw ingediend, doch telkens hebben de
Staten het verworpen. Thans moet er ein
delijk eens wat gebeuren.
Sprekers fractie stelt voor in het komen
de jaar minstens 50 H.A. duingebied in
Zuid-Holland te bebosschen.
De heer Van Voorts tot Voorts
(R.K.) acht het noodig rekening te houden
met de waterleidingsbelangen o.a. in het
Westland, waarbij het duingebied is be
trokken.
Het gaat niet aan om te zeggen dat de
duinen beboscht moeten worden.
Ook kan het zijn, dat in een verdere toe
komst duingronden noodig worden voor
uitbreiding van de groenten en fruitcul-
tuur.
Dat het Zuid-Hollandsche duingebied
arm is aan bosch, juicht spr. in zekeren
zin toe. De tegenstelling bosch- en zeege
bied zou er door verloren gaan indien de
duinen werden beboscht. Wie bosch wil
ga naar het Oosten, wie zeelucht wil, kome
aan onze stranden. Het ruime aspect van
het duingebied dient zooveel mogelijk be
waard te blijven.
De heer Jansen Manenschijn (A.
R.) ziet weinig heil in een debat over het
voorstel van ben heer Ter Laan.
In elk geval echter moeten de finan
cieele consequenties daarvan ter dege on
der de oogen worden gezien. Met een be
drag van 400 a 500 per H.A. komt men
er niet. Het aantal personen, dat door be
bossching aan werk zou worden geholpen
is betrekkelijk gering. Bij 50 HA. zouden
500 arbeiders slechts een maand werk heb
ben.
De commissies, waarover de heer Ter
Laan sprak, zuilen goed werk verrichten,
ook al zitten er geen sociaaal-democi'aten
in. Spr. verwijst naar een dergelijke com
missie in Gelderland: overigens, de hoofd
inspecteur voor de werkverschaffing, die
in deze commissies zijn stem kan doen
hooren, is een sociaal-democraat.
Spreker acht het voorstel-Ter Laan een
sprong in het duister, ook al omdat de
provincie nog moet probeeren, de betref
fende gronden in handen te krijgen.
De heer Van Boeyen (Ged. St.)
brengt in herinnering, dat het vraagstuk
van de bebossching der duinen in deze
Staten in 1931 voor het eerst aan de orde
is geweest. De heer Ter Laan heeft toen
een motie ingediend waarbij hij op korten
termijn praeadvies wenschte, doch zijn
partijgenoot, wijlen de heer Schaper, lid
van Ged. Staten, heeft hem toen wel dui
delijk gemaakt, dat zulk een advies niet
op korten termijn zou kunnen worden ver
kregen.
Destijds heeft de heer Ter Laan als voor-
deelen van bebossching genoemd: de be-
teekenis voor het vastleggen van het duin,
verbetering van klimaat, het belang voor
de volksgezondheid, de werkverschaffing
en het afzetgebied voor kweekerijen.
Spr. gaat stuk voor stuk deze vermeen
de voordeden na en concludeert, dat zij
grootendeels denkbeddig zijn.
Een fdt is verder, dat nog steeds de en
keling het bosch en de massa het strand
als recreatie-oord prefereert.
Spr. verwijst naar een artikd van dr.
Jac. Ph. Thijsse, die van oordeel is, dat
men de duinen niet behoort te bewerken of
te veranderen, en dat de diuinen zelf het
beste weten wat goed voor ze is.
Wegenaanleg kan in de on'beboschte dui
nen minstens even goed geschieden als in
de beboschte.
Wat de werk verruiming betreft, men
komt niet hooger dan één werkkracht per
H.A. en per jaar, blijkens gegevens daar
over door een twintig-jarige ervaring ver
kregen.
Voor 50 HA. beteekent dat 50, ten hoog
ste 70 man werk gedurende een jaar.
AGENDA
LEIDEN.
,De avond-, nacht- en oZndagdienst der
apotheken wordt van Maandag 22 tot en
met Zondag 28 Juli a.s. waargenomen
door de apotheken: P. du-Croix, Rapenburg
9. telef. 807, C. B. de Metz, Korevaartstr.
51, telef. 3553 en C. van Zijp, Wilhelmina-
park 8, Oegstgeest, telef. 274.
De door den heer ter Laan ter sprake
gebrachte kwestie behoort overigens slechts
in zooverre tot de taak der Provincie, dat
deze etimuleerend kan werken, wanneer
Rijk of Gemeente is voorgegaan.
Spr. adviseert tot aanvaarding van het
voorstel van Ged. Staten.
Hierna wordt pauze gehouden.
KERKNIEUWS
NATIONALE BEDEVAART NAAR
LOURDES.
Ruim 1500 pelgrims uit Roosendaal
vertrokken.
Heden is uit Roosendaal de 42ste Natio
nale Bedevaart naar Lourdes vertrokken,
waaraan dit jaar in totaal 1525 personen
deelnemen.
Reeds vroeg in den morgen heerschte
groote drukte aan het station, in verband
met de aankomst van pelgrims uit alle oor
den van het land, onder wie ruim driehon
derd zieken, die hier verladen moesten wor
den.
Door de beschikking over het noodige
vervoermateriaal voor zieken op de sta
tions haast overal in den lande waar zulks
noodig was, bleek het slechts voor een acht
tal zieken noodig reeds den vorigen dag
naar Roosendaal te komen, waar zij in het
ziekenhuis Charitas hebben overnacht.
De overigen behoefden eerst hedenmor
gen van huis te vertrekken.
Evenals vorige jaren zorgde de Roosen
daalsche transportcolonne onder leiding van
den heer A. v. d. Ven voor het overladen
der zieken uit de verschillende treinen naar
den ziekentrein, alsook van de vele zieken,
die per auto naar Roosendaal waren ver
voerd Dank zij de uitstekende samenwer
king tusschen den stationsdienst onder lei
ding van den stationschef Tjabbring en
zijn onderchef Westra, de Roosendaalsche
transportcolonne en de marechaussee had
de verlading der zieken een vlot verloop.
Van de vier pelgrimstreinen, is, zooals men
weet, een uit Nijmegen, terwijl de drie
overige onder welke de z.g. „witte trein'
van Roosendaal vertrekken. De witte trein
verliet op den aangegeven tijd, tegen half
een, nagewuifd door de overige pelgrims en
de honderden belangstellende achterblij
vers het Roosendaalsche station.
De beide andere treinen volgden eerst
eenigen tijd later.
Onder de reizigers bevinden zich drie pel
grims, die bij vorige gelegenheden als zie
ken naar Lourdes waren meegeweest en die
zich thans geheel genezen gevoelen en de
H. Maagd van Lourdes voor hun genezing
gaan bedanken. Zij zullen zich tevens aan
het Bureau des Consultations te Lourdes
laten onderzoeken om hun genezing offi
cieel te laten vaststellen.
Onder de pelgrims bevinden zich overi
gens Z. H. Exc. Mgr. dr. Olav Smit en
Mgr. H. Taskin, president van het Groot-
Seminarie te Warmond.
Op 31 Juli as. wordt de Lourdes-bede-
vaart, te Roosendaal terugverwacht
PASTOOR N. A. J. HUYBERS. t
Maandagmorgen is de Zeer eer w. Heer
N. A. J. Huybers, Pastoor te Bergharen,
na voorzien te zijn van de H.H. Sacramen
ten der Stervenden te Gent, waar hij tij
delijk bij zijn zuster vertoefde, overleden.
De Zeereerw. Heer N. Huybers werd in
1874 geboren en in 1899 priester gewijd.
Hij heeft vooral een groote bekendheid
gekregen als kapelaan te Oisterwijk, waar
hij als leider van den Katholieke Kunst
kring een werkelijk merkwaardig kunstle
ven wist te doen ontbloeien.
Groote vermaardheid kregen vooral de
openluchtuitvoeringen.
Kapelaan Huybers ijverde ook sterk voor
de vereering van de H. Maagd en zijn zoo
aanstekelijk enthousiaste, steeds optimisti
sche persoonlijkheid was de groote stuw
kracht bij de oprichting van het stand
beeld van Pater Poirters te Oisterwijk,
Sinds 1920 was hij Pastoor te Bergharen.
Pastoor Huybers heeft zich ook doen
kennen als dichter en prozaschrijver van
een opmerkelijk accent, zooals bijv. in zijn
boekje: „Naar Jerusalem", een reisverhaal
met eigen karakter, en in „Christus mys
ticus" een cyclus Sacramentsgedichten in
den nieuwen trant, die na de eeuwwisse
ling ook in de religieuse poëzie begon door
te dringen. „Geld."