NED. OOST INDIE
BINNENLAND
DINSDAG 23 JULI 1935
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD. - PAG. 7
OP DE VLUCHT VOOR DE WRAAK DER
RIVIER-GODEN.
De ©verstroomingen in China.
Door zes uitgestrekte dijkbreuken in
West-Sjantoeng baant het water van de
Geile Rivier zich een nieuwe weg tusschen
Tsinan en Jentsjau. Vijf millioen Chineezen
vluchten voor „de wraak der riviergoden".
De tot nu toe door de overstroomingen van
den Jangtse en de Gele Rivier in China
aangerichte schade wordt op honderd mil
lioen dollar geschat
De Hoangho, die in Tibet ontspringt,
stroomt eerst door Kansoe en Binnen-
Mongolië naar het noorden, om vervolgens
door Sjansi en Sjensi naar het zuiden af
te buigen en ten zuiden van Poetsj au haar
weg naar zee in oostelijke richting voort te
zetten. Drie kwart van het water, dat de
rivier op haar tocht van honderden kilome
ters verzamelt, stort zich thans uit over de
vruchtbare streek van West-S jantoeng en
het is alsof de Gele Rivier weer haar oude
bedding opzoekt, die vóór 1852 uitmondde
in Kiangsoe, ten zuiden van de provincie
Sjantoeng.
Steeds meer steden en dorpen komen on
der water te staan en de bewoners vluch
ten in wanhoop met hun geringe have
langs de smalle landweggetjes. Langzaam
beweegt de trieste stoet zich over de we
gen, als een verslagen leger, dat voor een
onbarmhartigen vijand vlucht; hongersnood
en epidemieën dreigen en de levensmidde
len en medicijnen, die met honderden boo
ten worden aangevoerd, kunnen den nood
slechts weinig lenigen.
Ook het Groote Kanaal naar het zuiden
van China kan de enorme watermassa niet
meer verstouwen; zijn dijken vertoonen op
vele plaatsen reeds scheuren. Daarbij komt,
dat het niveau in de meren van Sjantoeng
en Kiangsoe eveneens begint te stijgen. Het
noorden van laatstgenoemde provincie heeft
dan ook reeds van hoog water te lijden.
De bewoners van Tsinan, gesteund door
soldaten, doen onmenschelijke pogingen om
het dreigende gevaar te keeren en werken
dag en nacht aan de versterking der dij
ken. Hetzelfde gebeurt in Tsjuje, welke
stad thans als een eiland te midden van de
binnenzee ligt. De poorten en muren van
de stad worden met zandzakken versterkt.
Naar heit oordeel der autoriteiten is Mid-
den-China nog nooit door een overstroo
ming van een dergelijken omvang getrof
fen. En nog steeds blijft het onafgebroken
regenen, zoodat het einde en de omvang
van de ramp nog niet overzien kunnen
worden.
De toestand in het stroomgebied van den
Jangtse is iets gunstiger geworden, daar
het water langzaam begint te dalen. Met
vliegtuigen is een onderzoek ingesteld,
waarbij is vastgesteld, dat de watersnood
een even grooten omvang heeft aangeno
men, als in 1931. In Hainkau zijn tot nu toe
reeds 130.000 vluchtelingen aangekomen. De
aangerichte materieele schade wordt in
deze provincie op 200 millioen dollar ge
schat
DE WELFENSCHAT DOOR PRUISEN
GEKOCHT?
De correspondent van de „Daily Tele
graph" verneemt uit betrouwbare bron,
dat de beroemde Welfenschat, welke vroe
ger eigendom van de hertogen van Bruns-
wijk was, onlangs ten behoeve van den
Pruisischen Staat is gekocht voor een be
drag van omstreeks 225.000.000 gulden. Een
consortium kunsthar.delaars zou hierbij
zijn bemiddeling Jtebben verleend. Men
denkt, dat generaal Gflfjring, die, zoo als be
kend, groote beJ,'.n/y /telling voor kunst
voorwerpen koest ft, dezen koop heeft be
vorderd.
De Welfenschat k een zeldzame verzame
ling van reliquieën en Heilige Vaten, ver
vaardigd van email, edelgesteenten en
ivoor en dateert uit de 11de tot de 15de
eeuw.
DERTIEN PERSONEN GEDOOD.
Door modderbandjir.
Aneta seint uit Buitenzorg: Alle perso
nen, die vermist werden na den modder
bandjir in de kampong Simoeeng in de
buurt van Taroema, kunnen als omgeko
men worden beschouwd, zoodat in totaal
dertien personen door den modderbandjir
zijn gedood.
PRAUWONGELUK BIJ BALL
Aneta seint uit Den Pass ar: Op de reede,
onder den wal van Bali, is een prauw, be
mand met 24 personen, omgeslagen. Drie
mannen, drie vrouwen en drie kinderen
zijn verdronken.
Hé, zeg, wat teuten jullie
daar? Ben je soms 'n gond-
visschie kwüt?
(Passing Show),
EEN ADRES AAN DEN MINISTER
VAN DE SPEK-EXPORTEÜRS
Tegen de drie Centrale Landbouw
organisaties
Door de Vereeniging van Ned. Expor
teurs van Vleesch- en Vleeschproducten
en de Ned. Vereeniging van uitsluitend
exporteurs van spek is aan den Minister
van Economische Zaken te 's-Gravenhage
het volgende adres gezonden:
In verband met het dd. 26 Juni j.L door
de drie Centrale Landbouworganisatie^
tot Uwe Excellentie gerichte request, be
vattende een voorstel tot beperking van
de Spekproductie, doen wij Uwe Excellen
tie met het oog op den inhoud van bedoeld
request beleefd opmerken dat het ons in
ziens thans ten hoogste tijd is geworden
om te voorkomen dat terzake onbevoegden
op het gebied van den Spekexport in
vloed uitoefenen op het nemen van be
sluiten waaromtrent zy geen grondige
kennis bezitten, dan wel de draagwijdte
en het belang van de te nemen besluiten
of te geven adviezen niet beseffen omdat
het hun terrein niet is.
In het onderhavige geval meen en wij 't
dan ook met misleiding, bewust of onbe
wust gelijk te moeten stellen, wanneer in
bovenbedoeld request de Export van Spek
naar Duitschland op maximaal 3.000.000
K.G. per jaar wordt aangenomen, waarbij
nog twijfel wordt gewekt bovendien of die
hoeveelheid wel zal kunnen worden uit
gevoerd met het oog op de betalingsmoei
lijkheden met Duitschland, terwijl.... in
werkelijkheid gedurende het eerste half
jaar van 1935 reeds 4.072.000 K.G. spek
naar Duitschland werden uitgevoerd en
betaald met 1.896.000 of wel met een
doorsneeprijs van 46 V* ct. per K.G. Voor
deze betaling zijn de Exporteurs overigens
garant voorzoover zij instaan voor de li
quiditeit hunner Duitsche afnemers.
Of de Spekproductie overigens in het al
gemeen te groot is ten opzichte van de te
genwoordige afzetmogelijkheden is ons in
ziens een kwestie welke niet kan worden
opgelost door het verkeerd voorstellen
van de feiten. Dat de Spekproductie zoo
veel mogelijk dient te worden aangepast
aan de behoeften voor Export en binnen-
landsch gebruik, is een standpunt waar
mede wy ons als Exporteurs van Spek ten
volle kunnen vereenigen.
Hoe echter een dergelijke beperking op
de meest economische en gezonde wijze
kan worden bereikt is een kwestie waar
mede wij ons niet ongevraagd wenschen
in te laten doch in verband met de ken
nis welke wij ons in den loop der jaren
hebben verworven van de bijzonderheden
.van den Spekexport, zoowel als van het
geen door het Buitenland ten aanzien van
kwaliteit wordt verlangd, veroorlooven
wij ons Uwe Excellentie beleefd mede te
deelen, dat jarenlange ervaring ons heeft
geleerd dat, vooral Duitschland onze
grootste afnemer, steeds bijzonder prijs
heeft gesteld op le kwaliteit vast, dik en
dus zwaar spek waarvoor men steeds be
reid was een goeden prijs te betalen.
In hoofdzaak met dit artikel heeft de
Nederlandsche Spekexport zich een groot
en belangrijk afzetgebied weten te ver
werven in West-Duitschland in concurren
tie met landen als Amerika, Spanje, Hon
garije, Yugo-Slavië enz., hetgeen moge
blijken uit de groote vlucht welke de
spek-export in de achter ons liggende ja
ren heeft genomen, volgens onderstaande
cijfers van het Centraal Bureau voor de
statitiek:
Export van Gezouten Spek naar
Duitschland in 1000 K.G.: In 1928 2.841;
1229 2.882: 1930 4.989; 1931 12.053; 1932
18.154; 1933 11.137. (In het jaar 1933 be
gonnen de betalingsmoeilijkheden in
Duitschland van ernstigen invloed op den
Export te worden).
Het is vooral dit punt, n.L de positie
welke de Nederlandsche Spexexport zich
in den loop der jaren op eigen kracht heeft
weten te veroveren, waarvoor wij de be
langstelling van Uwe Excellentie vragen;
waarmede wij beoogen Uwe Excellentie te
overtuigen van het groote belang dat er
ook voor onze nationale landbouw en vee
teelt in gelegen is om te trachten met in
spanning van .alle krachten het eenmaal
verworven afzetgebied in Duitschland te
behouden.
Temeer moet daarnaar getracht worden,
omdat deze export voor Nederland loo-
nend is, aangezien momenteel door Duitsch
land voor eerste soort zwaar spek 50 ets.
per K.G. wordt betaald, zoodat ons in
ziens de zwaarmesterij op grond van de
zen spekprys loonend moet zyn indien
aanpassing van de spekproductie plaats
vindt op een wijze, welke niet van on-
gunstigen invloed is op de behoeften voor
export.
Teneinde ons afzetgebied te behouden
zal het echter dringend noodig zijn:
1. Om de spekexport in de gelegenheid
te stellen om binnen de grenzen van onze
Clearingovereenkomst met Duitschland,
zooveel mogelijk naar dat land te expor
teeren; in ieder geval althans voor dien
export zyn relatief aandeel in den totalen
export naar Duitschland, op grond van
zijn omvang in vroegere jaren neerko
mend op c.a. 3.2 pet. der waarde daarvan,
te verzekeren.
2. dat bevorderd worde dat aan de ex
porteurs van spek steeds de vereischte
kwaliteiten ter beschikking worden gesteld
aangezien toch deze eisch ook voor andere
producten steeds als een vanzelfsprekend
heid wordt aanvaard.
In dit verband terugkomend op het in
den aanhef van dit schrijven bedoelde re
quest doen wij Uwe Excellentie tegenover
het daarin- aangevoerde beleefd opmer
ken:
a. dat spek van gemeste zeugen niet als
eerste kwaliteit kan worden aangemerkt;
b. dat spek van beeren niet voor men-
schelijk voedsel geschikt en hoogstens voor
technische doeleinden bruikbaar is.
Met het oog op het hierboven aangevoer
de, voelen wij als exporteurs van spek
thans meer dan ooit behoefte, om Uwe
Exellentie te verzoeken om toe te staan,
dat door de exporteurs van spek ter voor
legging aan Uwe Excellentie een aanbeve
ling worde opgemaakt tot vorming van
eene Commissie, welke ten aanzien van
kwesties den export van spek betreffen
de de bevoegde instantis van advies zou
kunnen dienen, dan wel om daarbij van
hunne inzichten en opvattingen te doen
blijken. Tot ons groot leedwezen werd
zulks ons tot heden ondanks herhaald aan
dringen nog steeds niet toegestaan en
daardoor zijn wij als belanghebbenden
nog immer verstoken van ieder middel om
onze inzichten en opvattingen op een re
gelmatige en geschikte wijze kenbaar te
maken. Het komt toch herhaaldelijk voor,
dat belangrijke beslissingen genomen wor
den die den spekexport ten nauwste ra
ken zooals b.v. ten aanzien van de ver
deeling van het beschikbare betalingscon
tingent en het daarvan aan het artikel
spek toe te wijzen gedeelte, waaromtrent
de betrokken exporteurs niet in de gele
genheid zijn om hunne zienswijze in het
midden te brengen en hun zelfs alle in
lichtingen daaromtrent eenvoudig worden
geweigerd.
Waar wij toch meenen te weten dat ten
aanzien van den export van andere arti
kelen bij regeeringsbesluit commissie van
Advies zijn ingesteld, veroorloven wij ons
bij dezen Uwe Excellentie dringend te
verzoeken, wel te willen bevorderen, dat
ons ter behartiging onzer belangen een
middel worde verschaft waardoor wij ten
minste onze stem Welke thans veelal tot
zwijgen gedoemd is of niet wordt ge
hoord kunnen verschaffen.
Met belangstelling zien wij een ant
woord van Uwe Excellentie tegemoet en
vertrouwen dat door Uwe Excellentie de
noodige maatregelen zullen worden be
vorderd, waaronder de instelling van de
door ons bedoelde commissie een voor
name plaats inneemt, welke dienstig kun
nen zijn aan het behoud van onzen met
veel moeite en kosten opgebouwen export
van spel naar Duitschland dien wij boven
dien niet aarzelen als een belangrijk na
tionaal landbouwbelang aan te merken.
Ons wordt in aansluiting hierop nog het
volgende medegedeeld:
Het zware varken waarvan het spek ge
schikt is voor export wordt hoofdzakelijk
gemest in Zuid-Holland en in Noord-Hol
land.
De spekproductie is momenteel nog plus
minus 180.000 K.G. per week of plus minus
9.000.000 K.G. per jaar.
Het verdragscontingent met Duitschland
is plus minus 12.000.000 K.G. zoodat feite
lijk de productie al kleiner is dan de ex
portkwantiteit, bedongen voor 1935 naar
Duitschland.
Door strubbeling der clearing zal de
export dit jaar 1935 waarschijnlijk bedra
gen plus minus 8.000.000 K.G.
De prijs die Duitschland betaald is voor
le soort zwaar spek 49 a 50 cent per K.G.
Door deze prijs zou voor het zware var
ken een veel hoogere prijs te bedingen zijn
door de boer, zoo de Nederlandsche Vee
houderij centrale den inkoopprijs van het
spek waarvoor zij zelf bruto plus minus
49 ct. krijgt, ook b.v. met 45 ct. betaalde,
doch de Nederlandsche Veehouderijcen
trale betaalt gemiddeld (a, b, c-klasse)
40 cent, heft 6 cent, dus betaald practisch
inkoop 34 a 35 cent per K.G. Dit daar door
bedoelde centrale nog verliezen van vroe
ger zijn weg te werken.
Waar deze export bijna de eenige loo-
nende export is die Nederland nog heeft
en voor de zwaarmesterij in Zuid-Holland
nog plus minus 3 a 3H millioen gulden in
het laadje brengt, zoo is het toch waanzin
nig om ook dezen export zelf onnoodig ka
pot te maken.
Wij laten tenslotte om deze kwestie zoo
volledig mogelijk te kunnen beoordeelen
nog eens volgen het bedoeld adres der
drie Centrale Landbouworganisaties:
HET ADRES DER LANDBOUW
ORGANISATIES.
Het is een bekend feit, dat de z.g. spek
productie in ons land zeer ongunstig is en
nog steeds slechter wordt. De afzetmoge
lijkheid van Nederlandsch spek is zeer ge
slonken, zoodat practisch alleen Duitsch
land als afnemer optreedt en wel tot een
hoeveelheid van pl.m. 3 millioen Kg. per
jaar. in verband met de betalingsmoeilijk
heden met Duitschland, is het thans on
zeker of zelfs dit naar verhouding kleine
kwantum spek nog naar Duitschland zal
kunnen worden geëxpoiiteerd. Door de Ne
derlandsche Veehouderij-Centrale (N. V.
C.) is echter tot dusverre veel meer spek
uit de markt genomen, dan door haar met
voordeel kon worden afgezet. De toestand
is derhalve zoodanig, dat de varkenshou
derij in Nederland doorgaat met het pro-
duceeren van spek, dat door de N.V.C.
slechts met groot verlies kan worden ge
plaatst. Het spreekt van zelf, dat hier
mede, in verband met den toestand van het
Landbouwcrisisfonds, niet kan worden
voortgegaan. De spekproductie, welke
voornamelijk in de z.g. „zwaarmestersbe-
drijven" wordt uitgeoefend, zal moeten
worden ingekrompen. Zij moet slechts
worden gehandhaafd op een zoodanig peil,
als met de afzetmogelijkheden zoowel voor
export als voor het binnenland overeen
komt.
Daar bet niet in het systeem past der
landbouwcrisiswetgeving, de regeling van
de productie der zware varkens tot stand te
brengen, door middel van de prijs-zetting
van het spek, dient deze op andere wijze
te geschieden. Een stelsel van directen
dwang met zijn nasleep van bedrijfscon-
trole, tuchtrechterlijke verklaringen enz.
dient zoo eenigszins mogelijk te worden
vermeden. De regeling van de productie
der zware varkens zal moeten worden
toegepast door langs indirecten weg de
prijzen der varkens te beinvloeden, mid
dels een systeem van heffingen.
Zoo zou b.v. de heffing op geslachte var
kens, welke thans 6 cent per Kg. bedraagt,
voor varkens met een levend gewicht b.v.
hooger dan 250 pond, zoo hoog moeten
worden gesteld, dat het onrendabel wordt
het dier zwaarder te laten worden. Een
dergelijk voorschrift zal echter niet van
den eenen dag op den anderen kunnen
worden gemachtigd, door het tegen den
tijd van b.v. 3 maanden moeten worden
gesteld, waardoor de mesters in de gele
genheid zullen zijn hun bedrijf aan den
nieuwen gang van zaken aan te passen.
Gedurende deze 3 maanden zullen dan
echter zware en lichte varkens aan de
imarkt komen, waardoor het aanbod over
matig zal zijn vergroot, hetgeen een zwa-
ren druk op de prijzen zal beteekenen.
Daarom zal voor die periode de Neder
landsche Veehouderij-Centrale moeten
worden gemachtigd door het tegen den
geldenden marktprijs extra uit de markt
nemen van varkens hieraan tegemoet te
komen.
Wat ten slotte de afzetmogelijkheid van
spek aangaat, staan onze organisaties op
het standpunt, dat hierin zou kunnen wor
den voorzien door de gemeste zeugen en
oude beeren daarvoor te bestemmen, welke
van de hoogere heffing zou moeten, wor
den vrijgesteld.
De drie Centrale Landbouworganisaties
voornoemd verzoeken Uwe Excellentie be
leefd doch dringend, aan bovenstaand
voorstel, dat nog nader behoort te wor
den uitgewerkt, wel haar aandacht te
schenken.
DE VENTVERGUNNINGEN
De Minister van Binncnlandsche Zaken
komt bonafide-venters te hulp
Naar de Tijd verneemt, heeft de Minis
ter van Binnenlandsche Zaken den vol
genden brief tot de Colleges van Gedepu
teerde Staten gericht: „Ik heb de eer Uw
college mede te deelen, dat de bepalin
gen, in plaatselijke algemeene politiever
ordeningen opgenomen met betrekking
tot het verleenen van vergunningen tot
venten, in den laatsten tijd mijne bijzon
dere aandacht hebben getrokken. Het is
mij gebleken, dat sommige gemeenten de
vastbestelde voorschriften, welke voorna
melijk bedoeld als maatregel van po
litie ter wering van vermomde bedelarij,
aanwenden om, veelal op aandrang van
den plaatselijken winkeliersstand, bona
fide venters, die elders wonen, uit de ge
meente te houden.
Aldus worden bedoelde voorschriften
aangewend in het belang van plaatselijke
protectie, waartegen bij de regeering over
wegend bezwaar bestaat. Behalve het
middel van de algemeene politieverorde
ning, wordt ook de heffing van leges voor
ventvergunningen aangegrepen om het
venten door personen, die dit als normaal
beroep uitoefenen, tegen te gaan door het
vorderen van hooge legesbedragen. Wan
neer gemeenten slechts ventvergunningen
uitreiken met een geldigheidsduur van
niet langer dan een dag, wordt de leges
heffing voor de bona fide venters, die
doorgaans onbemiddeld zyn ik denk
hier b.v. aan de venters met visch een
ondragelijke last, vooral in het geval, dat
zij meer dan een gemeente per dag bezoe
ken. In verband hiermede komt het mij
noodzakelijk voor, dat aan de bestaande
mi. niet onredelijke bezwaren wordt te
gemoet gekomen.
Gaarne zou de minister vernemen op
welke wijze, naar het oordeel van de Col
leges, die bezwaren zouden kunnen wor
den ondervangen. Daarbij ware er van uit
te gaan, dat plaatselijke protectie niet is
toe te laten. Aan personen, die het venten
als normaal beroep uitoefenen is een vent
vergunning te verleenen met een zoo min
mogelijk beperkten geldigheidsduur en de
voor die vergunningen te heffen leges die
nen te worden gesteld op een bedrag, het
welk de kosten aan de uitreiking van die
vergunning verbonden, niet zal over
treffen.
S.D.AJ». NA DE VERKIEZINGEN.
Zij wil wethouderszetels bezetten.
Te Amsterdam heeft de vereeniging
van sociaal-democratische raads- en staten
leden een vergadering gehouden ter be
spreking van den uitslag der jongste raads
verkiezingen en de naar aanleiding daar
van te volgen gedragslijn.
De vergadering werd geleid door den
partij-voorzitter, den heer K. Vorrink, die
zeide, dat de S.D.A.P. steeds wethouders-
zetels heeft willen bezetten.
Waar het mogelijk is, zullen wij, aldus
spr., wethoudersposten voor ons opeischen
en bezetten.
De heer Ed. Polak constateerde, dat de
wethouderskwestie geen invloed gehad
heeft op den uitslag der verkiezingen; zoo
wel in de gemeenten, waar de sociaal-de
mocraten aan het dagelijksch bestuur deel
namen als daar, waar zij niet in het college
vertegenwoordigd waren, werd winst be
haald.
Terstond na de verkiezingen kon men
hooren, dat geen party met de S. D. A. P.
zou willen samenwerken, maar daar komt
men nu blijkbaar van terug.
Ondanks de heerschende moeilijkheden
bestaat er bij de S. D. A. P. niet de minste
aarzeling om wethouderszetels in te ne
men, aldus de volgende spreker, de heer
W. Drees.
Het zou, zoo zeide deze zelfde spreker,
een groot voordeel zijn als de S. D A. P.
ook in 's lands regeering geroepen werd,
want zy is bereid tot opbouwend werk.
Samenwerking met communisten en fas
cisten wordt met groote beslistheid van de
hand gewezen.
Of er tusschen de partijen, waarmede de
DE LUCHTVAART-RAMPEN.
In' „De Groene" van deze week komt een
belangwekkend en waardeerend artikel
voor over den heer Plesman.
Wij lezen echter in dat artikel zinnen als
deze:
„Een dergelijke organisatie (als de KJL.
M.) vereischt een zeer krachtig leider, een
man, die weet wat hij wil en die zich door
niets en niemand laat tegenhoudenEn
zoo iemand duldt geen tegenspraak, geen:
ja maarHij regeert met sterke, straffe
hand, hy eischt alles van zijn menschen,
zooals hij alles van zich zelf eischEr
wordt gevlogen onder alle weersomstan
digheden. Hij is een DictatorToen het
er op begon te lijken, alsof de KJL.M., zijn
K.L.M„ zou worden overvleugeld door bui-
tenlandsche maatschappijen, toen zette hij
de tanden op elkaar, liet een dienstregeling
ontwerpen, die alle voorgaande dienstrege
lingen met stukken sloegPlesman
drijft zijn menschen, zweept ze óp.
Wanneer wij deze waardeerend bedoelde
korte karakteristiek lezen, dan zien wy er
toch elementen in, die ons voor den leider
van een luchtvaart-maatschappij, waarbij
elke, ook de kleinste fout ontzettende ge
volgen kan hebben, niet in alle opzichten
aan be velens waariig voorkomen, aldus de j
.Avondpost".
Hoe dit alles nu zy, na de reeks zware
rampen van den laatsten tijd heeft ons volk
er recht op, dat ernstig wordt onderzocht
of hier inderdaad, niet anders dan een sa
menloop van de omstandigheden in het spel
is, of dat de organisatie en exploitatie van
het bedrijf zekere risico's bevat, die ver
meden moeten en kunnen worden.
Het zou hoogst bedenkelijk zijn, wanneer
wij zonder meer overgingen tot de orde
van den dag.
S. D. A. P. dan wel geneigd is samen te
werken, een program moet komen, wordt
niet vooropgesteld. Dat moet, aldus de heer
Drees, plaatselyk worden bekeken.
KRANKZINNIGENVERZORGING IN DE
PROVINCIE ZUID-HOLLAND
Een commissie ingesteld.
Naar wy vernemen, hebben Ged. Staten
van Zuid-Holland een commissie inge
steld om te onderzoeken, welke maatre
gelen dienen te worden genomen ter ver
krijging van een meer doeltreffende orga
nisatie in die provincie van de voor- en
nazorg voor krankzinnigen.
In de commissie zijn benoemd:
tot lid en voorzitter: mr. E. J. M. H.
Bolsius, lid van Ged. Staten van Zuid-
Holland;
tot lid en plaatsvervangend voorzitter:
H. J. Borghols, voorzitter van de 'sGra-
venhaagsche Vereeniging Dr. Schroeder
v. d. Kolk;
tot lid mr. J. W. Belinfante, administra
teur bij het Provinciale Bestuur van Zuid-
Holland; dr. J. Fh. Elias, voorzitter van
de Zuid-Holl. Vereeniging Het Groene
Kruis, mr. H. W. J. Mulder, administra
teur bij het provinciaal bestuur van Zuid-
Holland; J. H. Pameijer, inspecteur van
het Staatstoezicht op krankzinnigen en
krankzinnigengestichten; dr. P. v. d. Spek,
geneesheer-directeur van de psychiatrische
inrichting Maasoord te Poortugaal; dr. C.
E. Versélewel de Witt Hamer, geneesheer-
directeur van Huize Sancta Maria te Noord-
wijk;
en tot secretaris: J. Verduyn, adjunct
commies bij het provinciaal bestuur van
Zuid-Holland.
VERVROEGDE STEUN AAN DEN
TUINBOUW
Zal binnenkort plaats hebben
De minister van oeconomische zaken
heeft thans bericht gezonden aan de vei
lingen te Broek op Langendyk, Noord-
scharwoude, Warmenhuizen en Obdam,
waarbij wordt medegedeeld, dat het in 't
voornemen van den minister ligt zeer bin
nenkort een vervroegde uitkeering van
den steun aan den tuinbouw te doen plaats
hebben op enkele producten, waarvan de
opbrengsten laag zyn geweest.
In tuinbouwkringen is dit officieele be
richt met vreugde ontvangen daar er vele
kweekers zijn, die het aan de noodige
middelen ontbreekt om hun bedrijf in
stand te houden.
STEUN VOOR DEN TUINBOUW
De minister van Economische Zaken
heeft bepaald, dat uit het Landbouwcrisis
fonds steun verleend zal worden aan de
telers van gewassen van den tuinbouw,
die hun na te noemen producten over de
erkende veilingen hebben geveild, tot een
totaal bedrag van ten hoogste 160.000.
Deze steun zal worden verleend over
de hoeveelheden van de hierna vermelde
producten, welke in het achter elk pro
duct vermelde tijdvak van 1935 zijn ver
handled en zal bedragen: gele kool 1 Jan.
17 Febr. 45 ct. per 100 kg., 18 Febr.
28 April 60 ct. per 100 kg., Deensche wit
te kool 1 Jan.17 Febr. 35 ct. per 100
k.g., 18 Febr.—31 Maart 50 ct. per 100 kg.,
1 April28 April 45 ct., per 100 kg.
Adres van het centraal bureau aan de
regeering
Het Centraal Bureau voor de Veilingen
in Nederland heeft een adres gezonden
aan den ministerraad, den minister-presi
dent en den minister van oeconomische
zaken, waarin erop wordt aangedrongen
om het op de begrooting van het Land
bouwcrisis-fonds 1935 uitgetrokken bedrag
voor steun aan den landbouw, ten bedrage
van 7.500.000 belangrijk te verhoogen in
verband met het feit, dat het uitgetrok
ken bedrag onvoldoende geacht moet wor
den om in den ergsten nood te voorzien.