VRIJDAG 28 JUNI 1935
DE LEIDSCHE COURANT
WffiDE BLAD. - PAG.
Vraag 63. Mag men een zonde, die men
biechtte en die in de biecht vergeven werd,
aan anderen vertellen?
Antw. Een soortgelijke vraag werd vroe
ger al beantwoord. Het schijnt eenigszins
moeilijk te zijn een inzicht te krijgen in
den omvang van het biechtgeheim. Daarom
is 't goed, dit in korte trekken te omlijnen.
De Kerk waakt buitengewoon streng over
de onschendbaarheid van het biechtgeheim
en wel voornamelijk omdat hiervan het
heil van ontelbare zielen afhangt. De ge-
loovigen moeten onvoorwaardelijk over
tuigd zijn, dat de priesters het biechtgeheim
absoluut bewaren, anders zouden zij, zooals
vanzelf spreekt, het vertrouwen in hen
verliezen en velen zouden verloren gaan
omdat zij niet meer zouden biechten. Het
biechtgeheim is: de strengste geheimhou
ding van alle zonden en fouten en andere
zaken (zie hieronder), die iemand door een
sacramentale biecht heeft vernomen. De
biechteling mag onder geen enkele omstan
digheid door de biecht aan zijn eer en goe
den naam schade lijden.
Tot het bewaren van het biechtgeheim
is de biechteling zelf niet verplicht. Dat is
nogal begrijpelijk; hij kan zijn zonde zeg
gen aan wie hij wil. Maar meestal zal dat
overbodig zijn en 't kan natuurlijk ook er
gernis gevend zijn, indien het verhaal van
die zonde bij den hoarder verkeerde ge
dachten of begeerten opwekken kan. Tot
het bewaren van het biechtgeheim zijn wel
verplicht: lo. de biechtvader, allerstrengst.
Zelfs indien feitelijk het geheim niet ge
schonden wordt, mag hij toch in zijn ma
nier van doen (bijv. houding ten opzichte
van zijn poenitent) niet de kennis, welke
hij uit de sacramenteele biecht- heeft, be
nutten. Ook alle s c h ij n van schending van
dit geheim moet vermeden worden en geen
persoonlijk nadeel, geen foltering, geen
gerechtelijk vonnis mag den biechtvader
tot schending van dit geheim brengen. Hij
moet zooals de H. Joannes Nepomuce-
nus liever sterven. Ten 2e zijn tot bewa
ring van het biechtgeheim ook allen ver
plicht, die schuldig of onschuldig iets
uit iemands biecht hebben vernomen, bijv.
door te luid spreken van een biechteling.
Wat valt onder het biechtgeheim? Alle
zonden, maar ook de „poenitentie", of de
weigering of het uitstel van de absolutie,
de medegedeelde bekoringen, kortom alles
wat bij de openbaarmaking den biechteling
in beschaming of verlegenheid zou kunnen
brengen. Met de hardste Kerkelijke straf
fen wordt een schender van het biechtge
heim bedreigd. Het blijkt ook wel, dat Gods
voorzienigheid met bijzondere zorg over het
biechtgeheim waakt!
Vraag 64. Is de Kerk niet bijzonder hard
als Zij Haar banvloek (excommunicatie)
uitspreekt of ook, wanneer Zij de kerkelij
ke begrafenis weigert?
Antw. Dit zijn twee verschillende zaken
en daarom zal ik ze afzonderlijk behande
len (zie vraag 65). Het woord banvloek,
kan misschien misverstand doen ontstaan,
zooals bij u het geval is. De Kerk „ver
vloekt" iemand niet in dien zin, dat Zij dien
persoon tot de eeuwige straf der hel ver
oordeelt of hem die straf toewenscht. Dat
deed de Kerk nimmer: Zij laat het oordeel
daaromtrent aan God over: Het Latijnsche
woord excommunicatie is duidelij
ker. Het beteekent: uitsluiting uit een ver
eeniging, in dit geval: uit d^ Kerk.
Iedere vereeniging heeft het recht, on
waardige of weerspannige leden uit te zet
ten. Waarom zou Christus' Vereeniging dat
recht niet hebben? Trouwens, de geëxcom
municeerde wordt feitelijk niet eens geheel
buiten de Kerk gezet; het eigenlijk lidmaat
schap, door den Doop verkregen, blijft en
daarom blijft ook de geëxcommuniceerde
nog onder de kerkelijke rechtsmacht, en
zoodra hij rouwmoedig terug keert, moet
de Kerk hem zijn zonder vergeven en hem
weder opnemen. Wanneer bijv. een katho
liek meisje er in toestemt een „huwelijk"
te sluiten voor den bedienaar van een niet-
katholieken godsdienst, is zij geëxcommu
niceerd. Maar als zij daarna werkelijk be
rouw heeft over die groote zonde en ernstig
belooft, om, zooveel zij kan, de gegeven
ergernis te herstellen, dan wordt zij weder
tot de H. Sacramenten toegelaten.
De „Kerkelijke ban" is een zeer ernstige
straf. De geëxcommuniceerde is uitgeslo
ten van de Kerkelijke gebeden (in welker
vruchten alle niet-geëxcommuniceerde ge-
ioovigen deelen) van het ontvangen der
Sacramenten (tot hij zich bekeert) en, ais
de excommunicatie openbaar is en hij zon
der berouw sterft, ook van de kerkelijke
begrafenis.
Vraag 65. Is het weigeren van de kerke-
lijkge begrafenis niet een te harde maat
regel?
Antw. Het gaat over een weigering aan
katholieken: dat de Kerk de niet-katholie-
ken niet „kerkelijk begraaft" spreekt van
zelf. Dat de Kerk ook de formeel van Haar
af ge vallenen niet kerkelijk begraven wil,
behoeft" ook wel geen commentaar.
Het gaat dus over katholieken en wel
over diegenen, die zwaar tegen de kerk
gezondigd hebben en zonder blijkbaar be
rouw gestorven zijn. Hiertoe kunnen b.v.
behooren de in een duel gestorvenen, dege
nen die met volle kennis en vrijen wil zelf
moord bedrijven (zie vr. 56), degenen die
XV.
verbranding van hun lijk hebben bevolen,
openlijk in concubinaat leefden enz., kort
om allen, die in openlijken ongehoor
zaamheid aan belangrijke Goddelijke- of
kerkelijke geboden zijn gestorven.
De kerkelijke begrafenis is een eervol en
in zekeren zin feestelijk gebeuren: immers
een medelid der kerk, heeft het laatste
doel van zijn bestaan bereikt, of zal dit,
geholpen door de gebeden en goede wer
ken der nog-levenden, min of meer spoe
dig bereiken. Door het weigeren van deze
eer bestraft de Kerk de ernstige openlijke
ongehoorzaamheid van den gestorvene.
Een Staat zal toch ook niet met openbare
eer iemand begraven die een verrader was
of zeer onmaatschappelijk daden stelde
tijdens zijn leven! Of een socialistische ver
eeniging zal toch niet met praal iemand
begraven, die de beweging ontrouw werd
en openlijk van die ontrouw blijk gaf?
Het kerkelijk Wetboek bepaalt, dat de ker
kelijke begrafenis niemand mag geweigerd
worden, die vóór zijn dood ook maar eenig
teeken van berouw gaf.
Vraag 66. Hoe moet men tegenover Pro
testanten bewijzen, dat de Sacramenten:
H. Vormsel en H. Oliesel door Christus zijn
ingesteld?
Antw. De bedoeling is, dat in de „Brie
ven over ons Geloof" in deze Courant ook
de Sacramenten zullen worden besproken.
Daar zult U dus, naar wij hopen, hierover
een uitvoeriger en daarom duidelijker uit
eenzetting vinden. Thans in 't kort hierom
trent het volgende. Het Concilie van Trente
heeft verklaard, dat het geloofsleer
is, dat alle Sacramenten door Christus zijn
ingesteld.
Dit moet zóó worden opgevat, dat deze
instelling geschiedde onmiddellijk,
door Christus Zelve, vóór Zijn' hemelvaart,
dus niet door dat Hij de m a c h t tot dat
instellen overdroeg aan de Apostelen, aan
Zijn Kerk. De opvolgers der Apostelen,
d.w.z. het Kerkelijk Gezag: Paus en bis
schoppen zijn zich altijd, van den beginne
af, bewust geweest, dat de Kerk niet
de macht bezit Sacramenten in te stellen,
dat Zij dus de zeven Sacramenten van
Christus, Haar Stichter moet hebben ont
vangen. De instelling door Christus zeven
van meerdere Sacramenten als: het Doop
sel, 't H. Sacrament des Altaars, de Biecht,
wordt uitdrukkelijk door de H. Schrift ver
haald. Daar nu de Kerk de overige Sacra
menten gelijk stelt met de genoemde in
zooverre zij ook zijn: uitwendige teeken en,
waardoor de genade wordt aangeduid en
gegeven en de Sacramenten aldus een ge
heel speciale, bijzondere groep van
genademiddelen vormen, daar is het zeer
redelijk om te besluiten, dat ook die Sa
cramenten, waarvan de instelling door
Christus niet zoo duidelijk blijkt, uit de
H. Schrift, wel degelijk door Christus
zijn ingesteld. U weet, dat de H. Schrift
natuurlijk lang niet alle daden, welke
Christus tijdens Zijn leven verrichtte, ver
haalt: de Evangelieën zijn eigenlijk slechts
zéér beknopte schetsen. Maar er staan
eenige aanduidingen in de H. Schrift, die
in deze van dienst zijn. Zoo schreef de H.
Lucas, dat Christus na Zijn verrijzenis
veertig dagen met de apostelen gesproken
had „over de dingen van het Koninkrijk
Gods" (de Kerk) (Handelingen 1, 3). Nu
zijn die Sacramenten, wel op de eerste
plaats „dingen van het Koninkrijk Gods":
zij behooren immers tot de voornaamste
middelen ter zaligheid. Het zou daarom vol
komen onredelijk zijn aan te nemén dat
Christus in dien tijd gezwegen zou hebben
over die voornaamste genademiddelen!Trou-
wens U zult zich wellicht herinneren ons
uitvoerig bewijs in deze courant, dat Chris
tus Zelf 'n Vereeniging: de zichtbare Kerk
heeft gesticht. Welnu iemand die 'n vereeni
ging sticht, moet natuurlijk ook de voor
naamste elementen, de hoofdlijnen omtrent
de middelen tot bereiking van het doel der
vereeniging vaststellen. Nu zijn de voor
naamste genadebronnen d.w.z. dus de
voornaamste middelen welke de leden van
Christus' Vereeniging hebben om hun laat
ste doel: de zaligheid te bereiken juist
de Sacramenten. Daarom moet ook Chris
tus Zelf, toen Hij de Kerk stichtte, die voor
naamste middelen hebben omlijnd, dus
hebben aangegeven, welke die middel wa
ren, m.a.w. deze hebben ingesteld. Deze
leer wordt tenslotte bevestigd door de
Kerkvaders, die altijd als zij over een Sa
crament handelen, Christus Zelf, (niet de
Apostelen) den Insteller der Saoramenten
noemen. Men moet toegeven, dat deze
kwestie tegenover Protestanten niet zoo
gemakkelijk te behandelen is. Maar ook
hieromtrent komen wij terug op hetgeen
reeds herhaaldelijk werd betoogd: als wij
met andersdenkenden over ons Geloof
spreken moeten wij „beginnen bij het be
gin" en niet „te hooi en te gras" brokstuk
ken uit onze Leer met hen bespreken. Zoo
ook hier: De waarde, de onfeilbaarheid van
het Kerkelijk leergezag, het bestaan dus
en de innerlijke waarde van de Overle
vering als geloofsbron moeten hun eerst
worden uiteengezet: slechts wanneer zij het
noodzakelijk bestaan van die geloofsbron
aanvaarden, kunnen zij voor de juiste
„buitenschriftuurlijke" geloofsbewijzen een
zelfde eerbied en waardeering hebben als
voor de „schriftuurlijke".
Men kan vragen ter beantwoording in
deze rubriek inzenden bij Mr. A. Diepen-
brock, Seminarie Hageveld, Heemstede.
GEMENGDE BERICHTEN
ERNSTIG AUTO-ONGELUK.
Gisteravond omstreeks 10 uur heeft aan
het einde van den weg langs de Binnenha
ven te Den Helder een ernstig auto-onge
luk plaats gehad, dat voor de betrokkenen
nog betrekkelijk goed is afgeloopen. In een
vry scherpen bocht daar ter plaatse, ge
raakte de bestuurder van een personen
auto, de heer D. de J. uit Kolhorn, door
dat hij moest uitwijken voor een tegen
ligger de macht over het stuur kwijt en
hoewel hij krachtig remde, kon hij niet
verhinderen, dat de wagen tegen een langs
den waterkant staand hek aanbotste, een
stuk daarvan meenam en vervolgens te
water gleed. Van de drie inzittenden kon
de chauffeur zichzelf redden, terwijl de
andere inzittenden die een ruit stuksloe
gen, door handreiking op het droge ge
bracht konden worden. Een van hen, de
heer P. S. is evenals de bestuurder in het
ziekenhuis opgenomen. De derde inzitten
de een inwoner uit Haarlem, die aanvan
kelijk spoorloos verdwenen was, is naar
het politiebureau overgebracht en aan een
verhoor onderworpen. Vermoedelijk is de
oorzaak van het ongeval te wijten aan
misbruik van sterken drank.
ERNSTIG MOTORONGELUK.
Gisteravond omstreeks negen uur is de
motorrijder Arts uit Amersfoort op den
hoek van den Heiligebergerweg en Ran-
denbroekerweg met groote vaart tegen een
van rechts komende auto gebotst. In zorg-
wekkenden toestand werd hij naar het St.
Elisabeth Ziekenhuis te Amersfoort over
gebracht. De duopassagier die hij vervoer
de kreeg slechts een lichte hoofdwonde. De
toestand van den motorrijder is zeer ern
stig, men vreest voor zyn leven.
BIJ HET ZWEMMEN VERDRONKEN.
Donderdagmorgen omstreeks tien uur
was een detachement van het tweede half-
regiment huzaren uit de Trip van Zoutland-
kazerne te Breda, onder toezicht in het ka
naal onder Terheyden aan het zwemmen.
Plotseling verdween de 21-jarige dienst
plichtige H- A. Ramaekers uit Roermond,
in de diepte. Onmiddellijk werden pogin
gen aangewend hem te redden. Het geluk
te eerst na geruimen tijd, hem boven te
brengen en toen bleken de levensgeesten
reeds geweken te zijn.
Het lijk is naar het militaire hospitaal te
Breda overgebracht.
De 23-jarige jongeman R. R., wonen
de in de Lange Nieuwstraat te Tilburg is
bij het baden in het Wilhelminakanaal te
Hilvarenbeek verdronken.
MOORD TE WILDERVANK.
Groot som geld gevonden te Oude-Pekela.
Men meldt aan de „Standaard" uit
Oude-Pekela, dat Woensdagmorgen in een
kamp koren een groote som geld werd ge
vonden (ruim ƒ35.000), verstopt in een
ouden autoband.
Dit wordt in verband gebracht met de
moordzaak, welke verleden week te Wil-
dervank plaats vond.
MOEDIGE JEUGDIGE REDDER.
Omstreeks h^lf zeven gisteravond was ter
hoogte van den vuurtoren de 11-jarige F.
V. uit de van Boetzelaerlaan te 's-Graven-
hage bij een golfbreker te Scheveningen
aan het zwemmen. Plotseling werd hij door
den stroom meegesleurd en riep om hulp.
De 13-jarige B. B. uit de Kieistraat te
Scheveningen was zoo moedig den drenke
ling achterna te zwemmen, doch helaas
lukte dit niet en de jeugdige menschen-
redder zek^r aangestoken door het voor
beeld van den 80-jarigen schipper Klaas-
sen kwam zelf in nood te verkeeren.
Hierop begaf zich de 23-jarige B. uit de
Visscherstraat te Scheveningen gekleed te
water, gevolgd door den 35-jarigen Chr.
C. H. van Z. uit de Pieter Brugstraat, die
in badcostuum was. Dit tweetal slaagde er
in de beide jongens op het drooge te bren
gen. F. V. bekwam hoegenaamd geen letsel
doch B. B. werd bewusteloos aan land ge
bracht. De levensgeesten werden echter
spoedig weer opgewekt en toen de G. G. D.
op het tapijt verscheen, kon deze het moe
dige jongmensch naar huis brengen.
„Vad."
BRANDSTICHTING TE ROTTERDAM.
Op 14 Juni j.l. heeft een binnenbrand ge
woed in de woning van P. S. in de Feyen-
oordstraat te Rotterdam. Een tusschenka-
mer brandde grootendeels uit. De bewoner
kwam een tijdje later bij de politie met
het verzoek of deze hem niet kon helpen
om de verzekeringsmaatschappij aan te
sporen wat spoed met de uitbetaling te ma
ken.
De politie bemoeide zich met het geval,
waarbij haar al spoedig een en ander ver
dacht voorkwam. Het bleek, dat op den in
boedel twee verzekeringen waren afgeslo
ten, elk van 100. Een maatschappij had
direct betaald, de tweede echter nog niet.
Het echtpaar S. werd verhoord, waarbij dé
vrouw, de 47-jarige A. S., geb. B. ten slot
te bekende, dat zij in de tusschenkamer
beddegoed en kleeren in brand had gesto
ken. Zij was tot de brandstichting geko
men om uit de schulden te geraken, die zij
met het geld van de verzekeringsmaat
schappijen had willen betalen. De vrouw
is in het Huis van Bewaring opgesloten.
Geboren: Gerandus Marinus, z. van
Chr. A. de Bruin en M. J. G. Paardekoo-
per Martiinus ,z. van A. van der Voet en
A. Boer Willem, z. van G. Vermeij en
J. van Heusden.
Overleden: Johannes Theodoras van
Noort 16 d.
Gevestigd: W. P. Th. E. Henneveld
uit Renkum J. van der Zwet en eohlfcg.
uit 's-Gravenhage C. E. Sneekes uit
Zijpe Th. Grimbergen uit Haarlem J.
M. A. van Vliet udt Sassenheim.
Vertrokken: J. van der Laan naar
Oegstgeest S. Nieuwenhuis naar Haar
lemmermeer J. P. J. van der Laan naar
,Velzen G. C. D. Baron van Haxdenbroek
van Ammerstol naar Amsterdam A. H.
Baars naar Haarlemmermeer G. W. Dek
ker naar 's-Gravenhage W. Kulk en ge
zin naar Engeland D. J. J. van der Eer
den naar Amsterdam.
LEIMUIDEN.
GEMEENTERAAD.
Aanwezig alle leden. Voorzitter de heer
J. A. Bakhuizen, burgemeester der ge
meente. De voorzitter opent de vergadering
met gebed en leest de notulen van de vo
rige vergadering welke ongewijzigd worden
vastgesteld.
De voorzitter stelt dan aan de orde het
onderzoek der geloofsbrieven der nieuw
benoemde leden van den Raad.
De heeren W. Koot, H. Heenk en J. de
Rijk worden benoemd om zitting te nemen
in de commissie belast met het onderzoek
der geloofsbrieven. De geloofsbrieven wor
den onderzocht en de oommisise bevindt
alle stukken in orde, en adviseert daarom
tot toelating der nieuw benoemde leden
nJ. de heeren J. v. Dam, H. J. Visser, P.
Rietdijk, J. J. Hoogervorst, W. Koot, J. de
Rijk en H. Heenk.
De voorzatter doet mededeeling van de
ingekomen stukken.
Waar gezwommen mag worden.
De voorzatter doet daarna mededeeling
van het navolgende besluit van Burgemees
ter en Wethouders d.d. 19 Juni 1935. B. en
W. v. Leimuiden, gelet op het besluit van
den Raad dier gemeente d.d. 18 Juli 1934
tot aanvulling der politie-verordening van
de gemeente Leimuiden. Besluiten aan te
wijzen de navolgende openbare wateren
waarin het geoorloofd is te zwemmen:
1. De Drecht vanaf het Tolhuis at per
ceel Sectie C. No. 1164, plaatselijk gemerkt
Bilderdam, no. 405 (boerderij N.V. Gebrs.
Roest).
2. De Drecht ten Westen van het dorp
Leimuiden vanaf perceel Sectie A. No. 1015
plaatselijk gemerkt no. 103 (Wed. G. v.
Heijningen).
3. De Oude-Wetering vanaf de Drecht
tot perceel Sectie A. No. 1225, plaatselijk
gemerkt Oude-Wetering no. 59a (G. v.
Driel).
Behandeling verzoek J. Dompeling cm
vergoeding onderhoud rijwielen zijner kin
deren. De voorzitter zegt, dat de afstand
naar de O. L. School de Nieuwveen een af
stand is van 4.4 K.M. Aangezien de afstand
dus minder bedraagt dan 5 K.M. zal geen
vergoeding verleend worden.
Reclames hondenbelasting. A. v. Lienden
verzoekt om een halfjaar ontheffing van
hondenbelasting aangezien hij sedert Mei
geen hond meer heeft. Op voorstel van B.
en W. besluit de Raad een half jaar ont
heffing te verleenen.
Op een verzoek van M. v. Tol om ver
mindering hondenbelasting wordt afwij
zend beschikt.
Van de geldleening oorspronkelijk groot
wordt uitgeloot aandeel no. 14 groot ƒ100.
Op voorstel van B. en W. wordt vastgesteld
het kohier der straatbelasting over 1935
tot een bedrag van 3513.24. Besloten wordt
om de mogelijkheid open te stellen de be
lasting te betalen in vier gelijke termijnen
vervallende resp. 1 Augs., 1 Oct., 1 Dec., 1
Febr. 1936.
De voorzitter deelt mede, dat op 12 Juni
ji. door het Verificatiebureau de kas en
boeken van den Gemeente-ontvanger zijn
opgenomen, welke in volmaakte orde wer
den bevonden. De controle geeft geen aan
leiding tot het maken van opmerkingen.
Met ingang van 1 Juli a.s. besluit de
Raad het huis gemerkt no. 370 te verhuren
aan mej. J. Ver horst, geb. Meijer voor den
tijd van drie jaren.
Bij de rondvraag vraagt de heer Koot of
de teekenimgen, die de vorige keer getoond
werden betaald moeten worden, waarop de
voorzitter ontkennend antwoordt. De heer
Koot zou èn den heer Brouwer, èn de wnd.
gem.-opzichter èn den wegwerker P. Berg
man maar hun congé, willen geven. Hij
wijst er op, dat 2 palen aan de brug te Bil
derdam stuk zijn, dringt aan op de ver
plichte aansluiting op de waterleiding met
kracht te handhaven en zag gaarne de stee-
nen aan de W. Dijk opgeruimd. De voor
zitter sluit daarna de vergadering.
RUNSBURG.
Tuinbouw. Na een korte periode van
eenige rust is het meer durkke seizoen
weer aangevangen. Bollen rooien, bloemen
snijden, aardappelen rooien, enz. geeft
thans weer volop werk en door het werk
is er weer eenige levendigheid en voor ver
schillende ook eenige inkomsten gekomen.
Het rooien van vroege aardappelen ge
schied nog pas in beperkte mate. De mini
mumprijs voor dit product is voor alle
plaatsen hetzelfde waardoor de meer gro
vere en niet zoo mooie kleiaardappelen met
hetzelfde bedrag betaald worden dan de
mooie zandaardappelen, op heden 5.50 per
100 K.G. Radijs was er nog voldoende, wel
ke van 0.50 tot f 0.80 per 100 bos op
bracht. Prei ging voor 0.60 tot 0.90 pet
100 bos, Sla-uien ƒ0.200.30 p. 100 bos.
DOOD OP HET STRAND GEVONDEN.
Woensdagmiddag ging de 20-jarige D. V.
te Kampen, visscher van beroep, netten
uitzetten op het LJselmeer. Toen hij langer
dan gewoonlijk uitbleef, maakte men zich
ongerust en ging zijn vader hem zoeken.
Deze vond zijn zoon dood aan het strand
van het LJselmeer liggen op de z.g. Rams-
pol van het Kampereiland. Hij was ge
kleed in een zwempak. Omtrent de doods
oorzaak tast men in het duister. Sporen
van geweld werden op het lichaam niet ge
constateerd.
WINDHOOS TE NETTERDEN.
Groote materieel e schade aangericht.
Te Netterden woedde een windhoos en
een zware regenbui, waardoor groote scha
de is aangericht aan huizen, vruchtboo-
men en veldgewas meldt de „Gelderlan
der".
De windhoos, die over een breedte van
circa 800 M. over het dorp trok, verniel
de alles wat in haar weg kwam. Tal van
woningen verloren een hoeveelheid dak
pannen, waarvan enkele meer dan twee
honderd. Groote verwoesting is aangericht
aan het veldgewas en de boomen, welke
laatste bij tientallen zijn omgewaaid.
De op het veld staande rogge en andere
vruchten zijn door den hevigen wind plat
tegen de aarde gedrukt. Door het omver-
waaien van telefoonpalen was de leiding
door het dorp op tal van plaatsen verbro
ken. Ook de electrische leiding heeft zeer
veel geleden en raakte onklaar. Bij den
landbouwer Daniëls sloeg een neervallende
populier door de electrische leiding, waar
door de draden doorsloegen, en op de wei
de-omheining vielen, welke geheel onder
stroom kwam te staan. De schoorsteen
staande op de woning van den landbouwer
Berenzen waaide af en sloeg door het dak.
In verschillende kippenhokken waren de
ramen uitgewaaid en meters ver wegge
slingerd.
Dakpannen en boomtakken kwamen als
lucifersdoosjes doorde lucht zweven. Tij
dens het onweer sloeg de bliksem in den
toren van de R.-K. kerk, die van een blik
semafleider is voorzien. Schade werd niet
veroorzaakt.
Meerdere boomen werden eveneens door
den bliksem getroffen.
De verwoesting aan verschillende wonin
gen is zeer groot, vooral aan die, waarvan
de dakpannen waren afgewaaid.
Door den geweldigen regen liep vaak het
heele huis onder water.
Persoonlijke ongelukken kwamen niet
voor.
AARDBEVING TE HEERLEN
WAARGENOMEN.
Gisteravonr te omstreeks zeven uur is
door den seismograaf van het Geologisch
Bureau te Heerlen een ernstige aardbeving
waargenomen, die naar alle waarschijn
lijkheid in Noord-Italië heeft plaats gehad.
OPLICHTER DOOR POLITIE
GEARRESTEERD.
De gemeentepolitie te Hoensbroek heeft
dezer dagen een vreemdeling van Deen-
sche nationaliteit aangehouden, genaamd
Salomon Kaminkowitz, geboren te Kopen
hagen den 5den Maart 1898.
Hij staat gesignaleerd als internationaal
misdadiger, die er een beroep van maakt
hoteliers e.a. op te lichten door aan lagen
koers staande buitenlandsche bankpapieren
voor veel hoogere waarde in te wisselen.
Daar bij informaties by de Ned. Cen
trale inzake falsificaties en internationale
misdadigers te Amsterdam bleek, dat hij
in diverse landen gezocht wordt ter zake
het inwisselen van deze minderwaardige
bankpapieren, en K. hier in Nederland,
zoor voover is na te gaan, vertoefd heeft
in Amsterdam, Rotterdam, Dordrecht en
Zuid-Limburg en het niet uitgesloten is,
dat hij ook nog elders vertoefd heeft, waar
hij deze practijken uitoefende, wordt allen
belanghebbenden aangeraden zich in ver
binding te stellen met het hoofd van plaat
selijke politie te Hoensbroek.
UIT DE OMGEVING
LISSE.
Gemeenteraad. De Raad dezer gemeen
te is in een spoedeischende openbare ver
gadering bijeengeroepen op Vrijdag, 28
Juni 1935, des avonds om 7.30 uur, ter be
handeling van de navolgende putnen: 1.
Beëediging van het toegelaten lid van den
Raad, den heer Abr. van Aalst; 2. Verzoek
van den Bond van Bedrijfsautohouders in
Nederland om het taxibedrijf in de gemeen
te te reglementeer en; 3. Verzoek van de
plaatselijke kappers, om de Maandagmid-
dagsluiting hunner zaken bij verordening,
als bedoeld in de Winkelsluitingswet,, te
bekrachtigen; 4. Voorstel aan de Kroon, om
het maximum aantal vergunningen voor
deze gemeente te verhoogen; 5. Verzoek
van het bestuur der Chr. H.B.S. te Leiden,
om een bijdrage in de kosten per leerling
dezer gemeente over het jaar 1932; 6.
Comptabiliteit en 7. Ingekomen stukken en
mededeelingen
Winkelsluitingswet Burg. en Weth.
dezer gemeente stellen den Raad voor om
vast te stellen een verordening, als be
doeld in artikel 6 der Winkelsluitingswet
1930, in de gemeente Lisse.
Ingevolge deze verordening is het ver
boden open of besloten ruimten, waar
pleegt te worden gewerkt in een kappers-
of barbiersonderneming, al dan niet alleen
voor zoover betreft het verrichten van kap
pers- of barbierswerkzaamheden, voor het
publiek geopend te hebben op Maandag ge
durende het gedeelte van dien dag na 1
uur des namiddags.
Deze verordening zal in werking treden
op den eersten Maandag na dien harer af
kondiging.