VRIJDAG 28 JUNI 1935 DE LEIDSCHE COURANT WffiDE BLAD. - PAG. Vraag 63. Mag men een zonde, die men biechtte en die in de biecht vergeven werd, aan anderen vertellen? Antw. Een soortgelijke vraag werd vroe ger al beantwoord. Het schijnt eenigszins moeilijk te zijn een inzicht te krijgen in den omvang van het biechtgeheim. Daarom is 't goed, dit in korte trekken te omlijnen. De Kerk waakt buitengewoon streng over de onschendbaarheid van het biechtgeheim en wel voornamelijk omdat hiervan het heil van ontelbare zielen afhangt. De ge- loovigen moeten onvoorwaardelijk over tuigd zijn, dat de priesters het biechtgeheim absoluut bewaren, anders zouden zij, zooals vanzelf spreekt, het vertrouwen in hen verliezen en velen zouden verloren gaan omdat zij niet meer zouden biechten. Het biechtgeheim is: de strengste geheimhou ding van alle zonden en fouten en andere zaken (zie hieronder), die iemand door een sacramentale biecht heeft vernomen. De biechteling mag onder geen enkele omstan digheid door de biecht aan zijn eer en goe den naam schade lijden. Tot het bewaren van het biechtgeheim is de biechteling zelf niet verplicht. Dat is nogal begrijpelijk; hij kan zijn zonde zeg gen aan wie hij wil. Maar meestal zal dat overbodig zijn en 't kan natuurlijk ook er gernis gevend zijn, indien het verhaal van die zonde bij den hoarder verkeerde ge dachten of begeerten opwekken kan. Tot het bewaren van het biechtgeheim zijn wel verplicht: lo. de biechtvader, allerstrengst. Zelfs indien feitelijk het geheim niet ge schonden wordt, mag hij toch in zijn ma nier van doen (bijv. houding ten opzichte van zijn poenitent) niet de kennis, welke hij uit de sacramenteele biecht- heeft, be nutten. Ook alle s c h ij n van schending van dit geheim moet vermeden worden en geen persoonlijk nadeel, geen foltering, geen gerechtelijk vonnis mag den biechtvader tot schending van dit geheim brengen. Hij moet zooals de H. Joannes Nepomuce- nus liever sterven. Ten 2e zijn tot bewa ring van het biechtgeheim ook allen ver plicht, die schuldig of onschuldig iets uit iemands biecht hebben vernomen, bijv. door te luid spreken van een biechteling. Wat valt onder het biechtgeheim? Alle zonden, maar ook de „poenitentie", of de weigering of het uitstel van de absolutie, de medegedeelde bekoringen, kortom alles wat bij de openbaarmaking den biechteling in beschaming of verlegenheid zou kunnen brengen. Met de hardste Kerkelijke straf fen wordt een schender van het biechtge heim bedreigd. Het blijkt ook wel, dat Gods voorzienigheid met bijzondere zorg over het biechtgeheim waakt! Vraag 64. Is de Kerk niet bijzonder hard als Zij Haar banvloek (excommunicatie) uitspreekt of ook, wanneer Zij de kerkelij ke begrafenis weigert? Antw. Dit zijn twee verschillende zaken en daarom zal ik ze afzonderlijk behande len (zie vraag 65). Het woord banvloek, kan misschien misverstand doen ontstaan, zooals bij u het geval is. De Kerk „ver vloekt" iemand niet in dien zin, dat Zij dien persoon tot de eeuwige straf der hel ver oordeelt of hem die straf toewenscht. Dat deed de Kerk nimmer: Zij laat het oordeel daaromtrent aan God over: Het Latijnsche woord excommunicatie is duidelij ker. Het beteekent: uitsluiting uit een ver eeniging, in dit geval: uit d^ Kerk. Iedere vereeniging heeft het recht, on waardige of weerspannige leden uit te zet ten. Waarom zou Christus' Vereeniging dat recht niet hebben? Trouwens, de geëxcom municeerde wordt feitelijk niet eens geheel buiten de Kerk gezet; het eigenlijk lidmaat schap, door den Doop verkregen, blijft en daarom blijft ook de geëxcommuniceerde nog onder de kerkelijke rechtsmacht, en zoodra hij rouwmoedig terug keert, moet de Kerk hem zijn zonder vergeven en hem weder opnemen. Wanneer bijv. een katho liek meisje er in toestemt een „huwelijk" te sluiten voor den bedienaar van een niet- katholieken godsdienst, is zij geëxcommu niceerd. Maar als zij daarna werkelijk be rouw heeft over die groote zonde en ernstig belooft, om, zooveel zij kan, de gegeven ergernis te herstellen, dan wordt zij weder tot de H. Sacramenten toegelaten. De „Kerkelijke ban" is een zeer ernstige straf. De geëxcommuniceerde is uitgeslo ten van de Kerkelijke gebeden (in welker vruchten alle niet-geëxcommuniceerde ge- ioovigen deelen) van het ontvangen der Sacramenten (tot hij zich bekeert) en, ais de excommunicatie openbaar is en hij zon der berouw sterft, ook van de kerkelijke begrafenis. Vraag 65. Is het weigeren van de kerke- lijkge begrafenis niet een te harde maat regel? Antw. Het gaat over een weigering aan katholieken: dat de Kerk de niet-katholie- ken niet „kerkelijk begraaft" spreekt van zelf. Dat de Kerk ook de formeel van Haar af ge vallenen niet kerkelijk begraven wil, behoeft" ook wel geen commentaar. Het gaat dus over katholieken en wel over diegenen, die zwaar tegen de kerk gezondigd hebben en zonder blijkbaar be rouw gestorven zijn. Hiertoe kunnen b.v. behooren de in een duel gestorvenen, dege nen die met volle kennis en vrijen wil zelf moord bedrijven (zie vr. 56), degenen die XV. verbranding van hun lijk hebben bevolen, openlijk in concubinaat leefden enz., kort om allen, die in openlijken ongehoor zaamheid aan belangrijke Goddelijke- of kerkelijke geboden zijn gestorven. De kerkelijke begrafenis is een eervol en in zekeren zin feestelijk gebeuren: immers een medelid der kerk, heeft het laatste doel van zijn bestaan bereikt, of zal dit, geholpen door de gebeden en goede wer ken der nog-levenden, min of meer spoe dig bereiken. Door het weigeren van deze eer bestraft de Kerk de ernstige openlijke ongehoorzaamheid van den gestorvene. Een Staat zal toch ook niet met openbare eer iemand begraven die een verrader was of zeer onmaatschappelijk daden stelde tijdens zijn leven! Of een socialistische ver eeniging zal toch niet met praal iemand begraven, die de beweging ontrouw werd en openlijk van die ontrouw blijk gaf? Het kerkelijk Wetboek bepaalt, dat de ker kelijke begrafenis niemand mag geweigerd worden, die vóór zijn dood ook maar eenig teeken van berouw gaf. Vraag 66. Hoe moet men tegenover Pro testanten bewijzen, dat de Sacramenten: H. Vormsel en H. Oliesel door Christus zijn ingesteld? Antw. De bedoeling is, dat in de „Brie ven over ons Geloof" in deze Courant ook de Sacramenten zullen worden besproken. Daar zult U dus, naar wij hopen, hierover een uitvoeriger en daarom duidelijker uit eenzetting vinden. Thans in 't kort hierom trent het volgende. Het Concilie van Trente heeft verklaard, dat het geloofsleer is, dat alle Sacramenten door Christus zijn ingesteld. Dit moet zóó worden opgevat, dat deze instelling geschiedde onmiddellijk, door Christus Zelve, vóór Zijn' hemelvaart, dus niet door dat Hij de m a c h t tot dat instellen overdroeg aan de Apostelen, aan Zijn Kerk. De opvolgers der Apostelen, d.w.z. het Kerkelijk Gezag: Paus en bis schoppen zijn zich altijd, van den beginne af, bewust geweest, dat de Kerk niet de macht bezit Sacramenten in te stellen, dat Zij dus de zeven Sacramenten van Christus, Haar Stichter moet hebben ont vangen. De instelling door Christus zeven van meerdere Sacramenten als: het Doop sel, 't H. Sacrament des Altaars, de Biecht, wordt uitdrukkelijk door de H. Schrift ver haald. Daar nu de Kerk de overige Sacra menten gelijk stelt met de genoemde in zooverre zij ook zijn: uitwendige teeken en, waardoor de genade wordt aangeduid en gegeven en de Sacramenten aldus een ge heel speciale, bijzondere groep van genademiddelen vormen, daar is het zeer redelijk om te besluiten, dat ook die Sa cramenten, waarvan de instelling door Christus niet zoo duidelijk blijkt, uit de H. Schrift, wel degelijk door Christus zijn ingesteld. U weet, dat de H. Schrift natuurlijk lang niet alle daden, welke Christus tijdens Zijn leven verrichtte, ver haalt: de Evangelieën zijn eigenlijk slechts zéér beknopte schetsen. Maar er staan eenige aanduidingen in de H. Schrift, die in deze van dienst zijn. Zoo schreef de H. Lucas, dat Christus na Zijn verrijzenis veertig dagen met de apostelen gesproken had „over de dingen van het Koninkrijk Gods" (de Kerk) (Handelingen 1, 3). Nu zijn die Sacramenten, wel op de eerste plaats „dingen van het Koninkrijk Gods": zij behooren immers tot de voornaamste middelen ter zaligheid. Het zou daarom vol komen onredelijk zijn aan te nemén dat Christus in dien tijd gezwegen zou hebben over die voornaamste genademiddelen!Trou- wens U zult zich wellicht herinneren ons uitvoerig bewijs in deze courant, dat Chris tus Zelf 'n Vereeniging: de zichtbare Kerk heeft gesticht. Welnu iemand die 'n vereeni ging sticht, moet natuurlijk ook de voor naamste elementen, de hoofdlijnen omtrent de middelen tot bereiking van het doel der vereeniging vaststellen. Nu zijn de voor naamste genadebronnen d.w.z. dus de voornaamste middelen welke de leden van Christus' Vereeniging hebben om hun laat ste doel: de zaligheid te bereiken juist de Sacramenten. Daarom moet ook Chris tus Zelf, toen Hij de Kerk stichtte, die voor naamste middelen hebben omlijnd, dus hebben aangegeven, welke die middel wa ren, m.a.w. deze hebben ingesteld. Deze leer wordt tenslotte bevestigd door de Kerkvaders, die altijd als zij over een Sa crament handelen, Christus Zelf, (niet de Apostelen) den Insteller der Saoramenten noemen. Men moet toegeven, dat deze kwestie tegenover Protestanten niet zoo gemakkelijk te behandelen is. Maar ook hieromtrent komen wij terug op hetgeen reeds herhaaldelijk werd betoogd: als wij met andersdenkenden over ons Geloof spreken moeten wij „beginnen bij het be gin" en niet „te hooi en te gras" brokstuk ken uit onze Leer met hen bespreken. Zoo ook hier: De waarde, de onfeilbaarheid van het Kerkelijk leergezag, het bestaan dus en de innerlijke waarde van de Overle vering als geloofsbron moeten hun eerst worden uiteengezet: slechts wanneer zij het noodzakelijk bestaan van die geloofsbron aanvaarden, kunnen zij voor de juiste „buitenschriftuurlijke" geloofsbewijzen een zelfde eerbied en waardeering hebben als voor de „schriftuurlijke". Men kan vragen ter beantwoording in deze rubriek inzenden bij Mr. A. Diepen- brock, Seminarie Hageveld, Heemstede. GEMENGDE BERICHTEN ERNSTIG AUTO-ONGELUK. Gisteravond omstreeks 10 uur heeft aan het einde van den weg langs de Binnenha ven te Den Helder een ernstig auto-onge luk plaats gehad, dat voor de betrokkenen nog betrekkelijk goed is afgeloopen. In een vry scherpen bocht daar ter plaatse, ge raakte de bestuurder van een personen auto, de heer D. de J. uit Kolhorn, door dat hij moest uitwijken voor een tegen ligger de macht over het stuur kwijt en hoewel hij krachtig remde, kon hij niet verhinderen, dat de wagen tegen een langs den waterkant staand hek aanbotste, een stuk daarvan meenam en vervolgens te water gleed. Van de drie inzittenden kon de chauffeur zichzelf redden, terwijl de andere inzittenden die een ruit stuksloe gen, door handreiking op het droge ge bracht konden worden. Een van hen, de heer P. S. is evenals de bestuurder in het ziekenhuis opgenomen. De derde inzitten de een inwoner uit Haarlem, die aanvan kelijk spoorloos verdwenen was, is naar het politiebureau overgebracht en aan een verhoor onderworpen. Vermoedelijk is de oorzaak van het ongeval te wijten aan misbruik van sterken drank. ERNSTIG MOTORONGELUK. Gisteravond omstreeks negen uur is de motorrijder Arts uit Amersfoort op den hoek van den Heiligebergerweg en Ran- denbroekerweg met groote vaart tegen een van rechts komende auto gebotst. In zorg- wekkenden toestand werd hij naar het St. Elisabeth Ziekenhuis te Amersfoort over gebracht. De duopassagier die hij vervoer de kreeg slechts een lichte hoofdwonde. De toestand van den motorrijder is zeer ern stig, men vreest voor zyn leven. BIJ HET ZWEMMEN VERDRONKEN. Donderdagmorgen omstreeks tien uur was een detachement van het tweede half- regiment huzaren uit de Trip van Zoutland- kazerne te Breda, onder toezicht in het ka naal onder Terheyden aan het zwemmen. Plotseling verdween de 21-jarige dienst plichtige H- A. Ramaekers uit Roermond, in de diepte. Onmiddellijk werden pogin gen aangewend hem te redden. Het geluk te eerst na geruimen tijd, hem boven te brengen en toen bleken de levensgeesten reeds geweken te zijn. Het lijk is naar het militaire hospitaal te Breda overgebracht. De 23-jarige jongeman R. R., wonen de in de Lange Nieuwstraat te Tilburg is bij het baden in het Wilhelminakanaal te Hilvarenbeek verdronken. MOORD TE WILDERVANK. Groot som geld gevonden te Oude-Pekela. Men meldt aan de „Standaard" uit Oude-Pekela, dat Woensdagmorgen in een kamp koren een groote som geld werd ge vonden (ruim ƒ35.000), verstopt in een ouden autoband. Dit wordt in verband gebracht met de moordzaak, welke verleden week te Wil- dervank plaats vond. MOEDIGE JEUGDIGE REDDER. Omstreeks h^lf zeven gisteravond was ter hoogte van den vuurtoren de 11-jarige F. V. uit de van Boetzelaerlaan te 's-Graven- hage bij een golfbreker te Scheveningen aan het zwemmen. Plotseling werd hij door den stroom meegesleurd en riep om hulp. De 13-jarige B. B. uit de Kieistraat te Scheveningen was zoo moedig den drenke ling achterna te zwemmen, doch helaas lukte dit niet en de jeugdige menschen- redder zek^r aangestoken door het voor beeld van den 80-jarigen schipper Klaas- sen kwam zelf in nood te verkeeren. Hierop begaf zich de 23-jarige B. uit de Visscherstraat te Scheveningen gekleed te water, gevolgd door den 35-jarigen Chr. C. H. van Z. uit de Pieter Brugstraat, die in badcostuum was. Dit tweetal slaagde er in de beide jongens op het drooge te bren gen. F. V. bekwam hoegenaamd geen letsel doch B. B. werd bewusteloos aan land ge bracht. De levensgeesten werden echter spoedig weer opgewekt en toen de G. G. D. op het tapijt verscheen, kon deze het moe dige jongmensch naar huis brengen. „Vad." BRANDSTICHTING TE ROTTERDAM. Op 14 Juni j.l. heeft een binnenbrand ge woed in de woning van P. S. in de Feyen- oordstraat te Rotterdam. Een tusschenka- mer brandde grootendeels uit. De bewoner kwam een tijdje later bij de politie met het verzoek of deze hem niet kon helpen om de verzekeringsmaatschappij aan te sporen wat spoed met de uitbetaling te ma ken. De politie bemoeide zich met het geval, waarbij haar al spoedig een en ander ver dacht voorkwam. Het bleek, dat op den in boedel twee verzekeringen waren afgeslo ten, elk van 100. Een maatschappij had direct betaald, de tweede echter nog niet. Het echtpaar S. werd verhoord, waarbij dé vrouw, de 47-jarige A. S., geb. B. ten slot te bekende, dat zij in de tusschenkamer beddegoed en kleeren in brand had gesto ken. Zij was tot de brandstichting geko men om uit de schulden te geraken, die zij met het geld van de verzekeringsmaat schappijen had willen betalen. De vrouw is in het Huis van Bewaring opgesloten. Geboren: Gerandus Marinus, z. van Chr. A. de Bruin en M. J. G. Paardekoo- per Martiinus ,z. van A. van der Voet en A. Boer Willem, z. van G. Vermeij en J. van Heusden. Overleden: Johannes Theodoras van Noort 16 d. Gevestigd: W. P. Th. E. Henneveld uit Renkum J. van der Zwet en eohlfcg. uit 's-Gravenhage C. E. Sneekes uit Zijpe Th. Grimbergen uit Haarlem J. M. A. van Vliet udt Sassenheim. Vertrokken: J. van der Laan naar Oegstgeest S. Nieuwenhuis naar Haar lemmermeer J. P. J. van der Laan naar ,Velzen G. C. D. Baron van Haxdenbroek van Ammerstol naar Amsterdam A. H. Baars naar Haarlemmermeer G. W. Dek ker naar 's-Gravenhage W. Kulk en ge zin naar Engeland D. J. J. van der Eer den naar Amsterdam. LEIMUIDEN. GEMEENTERAAD. Aanwezig alle leden. Voorzitter de heer J. A. Bakhuizen, burgemeester der ge meente. De voorzitter opent de vergadering met gebed en leest de notulen van de vo rige vergadering welke ongewijzigd worden vastgesteld. De voorzitter stelt dan aan de orde het onderzoek der geloofsbrieven der nieuw benoemde leden van den Raad. De heeren W. Koot, H. Heenk en J. de Rijk worden benoemd om zitting te nemen in de commissie belast met het onderzoek der geloofsbrieven. De geloofsbrieven wor den onderzocht en de oommisise bevindt alle stukken in orde, en adviseert daarom tot toelating der nieuw benoemde leden nJ. de heeren J. v. Dam, H. J. Visser, P. Rietdijk, J. J. Hoogervorst, W. Koot, J. de Rijk en H. Heenk. De voorzatter doet mededeeling van de ingekomen stukken. Waar gezwommen mag worden. De voorzatter doet daarna mededeeling van het navolgende besluit van Burgemees ter en Wethouders d.d. 19 Juni 1935. B. en W. v. Leimuiden, gelet op het besluit van den Raad dier gemeente d.d. 18 Juli 1934 tot aanvulling der politie-verordening van de gemeente Leimuiden. Besluiten aan te wijzen de navolgende openbare wateren waarin het geoorloofd is te zwemmen: 1. De Drecht vanaf het Tolhuis at per ceel Sectie C. No. 1164, plaatselijk gemerkt Bilderdam, no. 405 (boerderij N.V. Gebrs. Roest). 2. De Drecht ten Westen van het dorp Leimuiden vanaf perceel Sectie A. No. 1015 plaatselijk gemerkt no. 103 (Wed. G. v. Heijningen). 3. De Oude-Wetering vanaf de Drecht tot perceel Sectie A. No. 1225, plaatselijk gemerkt Oude-Wetering no. 59a (G. v. Driel). Behandeling verzoek J. Dompeling cm vergoeding onderhoud rijwielen zijner kin deren. De voorzitter zegt, dat de afstand naar de O. L. School de Nieuwveen een af stand is van 4.4 K.M. Aangezien de afstand dus minder bedraagt dan 5 K.M. zal geen vergoeding verleend worden. Reclames hondenbelasting. A. v. Lienden verzoekt om een halfjaar ontheffing van hondenbelasting aangezien hij sedert Mei geen hond meer heeft. Op voorstel van B. en W. besluit de Raad een half jaar ont heffing te verleenen. Op een verzoek van M. v. Tol om ver mindering hondenbelasting wordt afwij zend beschikt. Van de geldleening oorspronkelijk groot wordt uitgeloot aandeel no. 14 groot ƒ100. Op voorstel van B. en W. wordt vastgesteld het kohier der straatbelasting over 1935 tot een bedrag van 3513.24. Besloten wordt om de mogelijkheid open te stellen de be lasting te betalen in vier gelijke termijnen vervallende resp. 1 Augs., 1 Oct., 1 Dec., 1 Febr. 1936. De voorzitter deelt mede, dat op 12 Juni ji. door het Verificatiebureau de kas en boeken van den Gemeente-ontvanger zijn opgenomen, welke in volmaakte orde wer den bevonden. De controle geeft geen aan leiding tot het maken van opmerkingen. Met ingang van 1 Juli a.s. besluit de Raad het huis gemerkt no. 370 te verhuren aan mej. J. Ver horst, geb. Meijer voor den tijd van drie jaren. Bij de rondvraag vraagt de heer Koot of de teekenimgen, die de vorige keer getoond werden betaald moeten worden, waarop de voorzitter ontkennend antwoordt. De heer Koot zou èn den heer Brouwer, èn de wnd. gem.-opzichter èn den wegwerker P. Berg man maar hun congé, willen geven. Hij wijst er op, dat 2 palen aan de brug te Bil derdam stuk zijn, dringt aan op de ver plichte aansluiting op de waterleiding met kracht te handhaven en zag gaarne de stee- nen aan de W. Dijk opgeruimd. De voor zitter sluit daarna de vergadering. RUNSBURG. Tuinbouw. Na een korte periode van eenige rust is het meer durkke seizoen weer aangevangen. Bollen rooien, bloemen snijden, aardappelen rooien, enz. geeft thans weer volop werk en door het werk is er weer eenige levendigheid en voor ver schillende ook eenige inkomsten gekomen. Het rooien van vroege aardappelen ge schied nog pas in beperkte mate. De mini mumprijs voor dit product is voor alle plaatsen hetzelfde waardoor de meer gro vere en niet zoo mooie kleiaardappelen met hetzelfde bedrag betaald worden dan de mooie zandaardappelen, op heden 5.50 per 100 K.G. Radijs was er nog voldoende, wel ke van 0.50 tot f 0.80 per 100 bos op bracht. Prei ging voor 0.60 tot 0.90 pet 100 bos, Sla-uien ƒ0.200.30 p. 100 bos. DOOD OP HET STRAND GEVONDEN. Woensdagmiddag ging de 20-jarige D. V. te Kampen, visscher van beroep, netten uitzetten op het LJselmeer. Toen hij langer dan gewoonlijk uitbleef, maakte men zich ongerust en ging zijn vader hem zoeken. Deze vond zijn zoon dood aan het strand van het LJselmeer liggen op de z.g. Rams- pol van het Kampereiland. Hij was ge kleed in een zwempak. Omtrent de doods oorzaak tast men in het duister. Sporen van geweld werden op het lichaam niet ge constateerd. WINDHOOS TE NETTERDEN. Groote materieel e schade aangericht. Te Netterden woedde een windhoos en een zware regenbui, waardoor groote scha de is aangericht aan huizen, vruchtboo- men en veldgewas meldt de „Gelderlan der". De windhoos, die over een breedte van circa 800 M. over het dorp trok, verniel de alles wat in haar weg kwam. Tal van woningen verloren een hoeveelheid dak pannen, waarvan enkele meer dan twee honderd. Groote verwoesting is aangericht aan het veldgewas en de boomen, welke laatste bij tientallen zijn omgewaaid. De op het veld staande rogge en andere vruchten zijn door den hevigen wind plat tegen de aarde gedrukt. Door het omver- waaien van telefoonpalen was de leiding door het dorp op tal van plaatsen verbro ken. Ook de electrische leiding heeft zeer veel geleden en raakte onklaar. Bij den landbouwer Daniëls sloeg een neervallende populier door de electrische leiding, waar door de draden doorsloegen, en op de wei de-omheining vielen, welke geheel onder stroom kwam te staan. De schoorsteen staande op de woning van den landbouwer Berenzen waaide af en sloeg door het dak. In verschillende kippenhokken waren de ramen uitgewaaid en meters ver wegge slingerd. Dakpannen en boomtakken kwamen als lucifersdoosjes doorde lucht zweven. Tij dens het onweer sloeg de bliksem in den toren van de R.-K. kerk, die van een blik semafleider is voorzien. Schade werd niet veroorzaakt. Meerdere boomen werden eveneens door den bliksem getroffen. De verwoesting aan verschillende wonin gen is zeer groot, vooral aan die, waarvan de dakpannen waren afgewaaid. Door den geweldigen regen liep vaak het heele huis onder water. Persoonlijke ongelukken kwamen niet voor. AARDBEVING TE HEERLEN WAARGENOMEN. Gisteravonr te omstreeks zeven uur is door den seismograaf van het Geologisch Bureau te Heerlen een ernstige aardbeving waargenomen, die naar alle waarschijn lijkheid in Noord-Italië heeft plaats gehad. OPLICHTER DOOR POLITIE GEARRESTEERD. De gemeentepolitie te Hoensbroek heeft dezer dagen een vreemdeling van Deen- sche nationaliteit aangehouden, genaamd Salomon Kaminkowitz, geboren te Kopen hagen den 5den Maart 1898. Hij staat gesignaleerd als internationaal misdadiger, die er een beroep van maakt hoteliers e.a. op te lichten door aan lagen koers staande buitenlandsche bankpapieren voor veel hoogere waarde in te wisselen. Daar bij informaties by de Ned. Cen trale inzake falsificaties en internationale misdadigers te Amsterdam bleek, dat hij in diverse landen gezocht wordt ter zake het inwisselen van deze minderwaardige bankpapieren, en K. hier in Nederland, zoor voover is na te gaan, vertoefd heeft in Amsterdam, Rotterdam, Dordrecht en Zuid-Limburg en het niet uitgesloten is, dat hij ook nog elders vertoefd heeft, waar hij deze practijken uitoefende, wordt allen belanghebbenden aangeraden zich in ver binding te stellen met het hoofd van plaat selijke politie te Hoensbroek. UIT DE OMGEVING LISSE. Gemeenteraad. De Raad dezer gemeen te is in een spoedeischende openbare ver gadering bijeengeroepen op Vrijdag, 28 Juni 1935, des avonds om 7.30 uur, ter be handeling van de navolgende putnen: 1. Beëediging van het toegelaten lid van den Raad, den heer Abr. van Aalst; 2. Verzoek van den Bond van Bedrijfsautohouders in Nederland om het taxibedrijf in de gemeen te te reglementeer en; 3. Verzoek van de plaatselijke kappers, om de Maandagmid- dagsluiting hunner zaken bij verordening, als bedoeld in de Winkelsluitingswet,, te bekrachtigen; 4. Voorstel aan de Kroon, om het maximum aantal vergunningen voor deze gemeente te verhoogen; 5. Verzoek van het bestuur der Chr. H.B.S. te Leiden, om een bijdrage in de kosten per leerling dezer gemeente over het jaar 1932; 6. Comptabiliteit en 7. Ingekomen stukken en mededeelingen Winkelsluitingswet Burg. en Weth. dezer gemeente stellen den Raad voor om vast te stellen een verordening, als be doeld in artikel 6 der Winkelsluitingswet 1930, in de gemeente Lisse. Ingevolge deze verordening is het ver boden open of besloten ruimten, waar pleegt te worden gewerkt in een kappers- of barbiersonderneming, al dan niet alleen voor zoover betreft het verrichten van kap pers- of barbierswerkzaamheden, voor het publiek geopend te hebben op Maandag ge durende het gedeelte van dien dag na 1 uur des namiddags. Deze verordening zal in werking treden op den eersten Maandag na dien harer af kondiging.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 6