26ste Jaargang DINSDAG 28 MEI 1935 No. 8127 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling: Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 regel DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop: 0.50 DIT NUMMER BESTAAT UIT VIER BLADEN. De juiste waardeering van de wetenschap. De samenleving zou een geheel ander aanschijn hebben, als de menschen elkaar en de dingen waardeerden zooals het behoort, in het licht van de rede en van de christelijke leer. De samenleving zou dan beter zijn en mooier. Mooier ook, omdat dan in de on derlinge verhoudingen meer waarhei d zou zijn, in plaats van verbeelding en zelf bedrog. Thomas More, wiens heiligverklaring, zooals men weet, onlangs heeft plaats ge had, liet aan zijn kinderen (drie van de vier waren meisjes) onderricht geven in alle wetenschappen van dien tijd, vooral in de oude talen. Thomas More vertoefde als rechter en kanselier veel in Londen en stelde er prijs op, daar door de leeraren zijner kinderen over hun gedrag en vorderingen te worden ingelicht. Merkwaardig is een Latijnsche brief "van Thomas More als antwoord op -een brief van den leeraar Gonell. Dr. Aug. de Vries wijst op dezen brief in een artikel on de „Msb." en vertaalt er eenige gedeelten van. Wij citeeren er hier de volgende passage uit: „Uw brief, dierbare vriend, waarvan de stijl altijd even schoon als hartelijk is, heb ik ontvangen. Zij bewijst mij uw genegenheid voor mijn kinderen.. Dat verschaft mij veel vreugde. Wat mij vooral verheugt, is de wijsheid, waarvan mijn kleine Elisabeth bewijs heeft afgelegd tijdens de afwezigheid van haar moedér, een wijsheid, die men niet altijd bij jonge meisjes van haar leeftijd aantreft. Laat haar weten, dat dit gedrag mij meer aangenaam is dan de meest verscheiden kennis, die zij reeds zou kunnen hebben verworven. Want als de wetenschap, vereenigd met de deugd, te verkiezen is boven alle schatten der aarde, dan is het goed, dat zij ons schenkt zonder de onschuld der zeden, slechts valsch en bestaat alleen in de verbeelding. Hoe het ook zij, als een van mijn dochters aan deugd een degelijke kennis weet te paren, dan zal ik haar als meer gezegend door den hemel beschouwen, dan wanneer zij de schoonheid cvan Helena met de rijk dommen van Croesus vereenigde Dat zijn de redenen, mijn dierbare Go nell, waarom ik voor mijn kinderen geen bekwaamheid in de literatuur nastreeft, zonder het bezit van de deugd." Wanneer een geleerde, die niet bezit „de onschuld der zeden", denkt, dat hij geeste lijk hooger staat, meer geestelijk goed be zit, dan een onontwikkelde, maar waar achtig brave mensch dan is dat slechts inbeelding van dien geleerde, zegt Thomas More. Wetenschap is een onschat baar goed, doch alleen als zij is „vereenigd met deugd". Wat zou er in de waardeering van menschen en dingen al een radi cale verandering komen, als deze woorden van den heiligen Thomas More werden overwogen en genomen tot richt snoer van onze waarde-bepaling. DE STRIJD IN DEN GRAN CHACO. Nieuwe hevige gevechten. BUENOS AIRES, 28 Mei (V. D.). Van het Gran Chaco-front wordt gemeld, dat nieuwe hevige gevechten zijn begonnen en dat de strijd feller is uitgebarsten dan tijdens den geheelen Gran Chaco-oorlog tot nog toe het geval was. Er zijn van Bo- liviaansche en, Paraguaansche zijde in to taal 60.00 man in den strijd geworpen. De verliezen aan beide zijden moeten zeer groot zijn. De nieuwe pachtwet. De Regeering heeft een nieuwe pachtwet ingediend, die echter in principle steunt op de destijds ingediende ontwerpen, welke door de Eerste Kamer in 1932 werden ver worpen. Zoover uit de memorie van toe lichting blijkt, heeft deze nieuwe pachtwet groote voordeelen en men zou zelfs kun nen spreken vam een gelukkige regeling. Alle bezwaren worden zooveel mogelijk ondervangen, terwijl de principes, waarop deze wet steunt, alleszins billijk kunnen worden genoemd. Uitgegaan wordt van de praemisse, dat de opbrengst* van den grond allereerst aan den pachter, die den grond bewerkt, een bestaan behoort op te leveren en de wet biedt voldoende waarborgen, dat aan de praemisse de hand zal worden ge houden. Ten eerste geldt een pachtovereenkomst voor onbepaalden tijd. Zij kan ten allen tijde door een der partijen worden opge zegd met een opzeggingstermijn van ander half jaar. Heeft de verpachter opgezegd, dan kan de pachter een uitspraak van den rechter uitlokken. De rechter zal de op zegging slechts ongedaan maken, wanneer de beëindiging der overeenkomst in strijd zou zijn met de billijkheid. Door deze be paling kan de pachter zeker zijn van zijn positie, zoolang hij zich behoorlijk gedraagt en geen andere termen aanwezig zijn, wel ke de opzegging motiveeren. Heeft de over- eenkomts tien jaar bestaan, dan kan de verpachter de overeenkomst opzeggen met een termijn van één jaar en tegen deze op zegging kan de pachter zich niet verzet ten. Men heeft deze bepaling gemaakt als voorziohtigheidsmaatregel. Immers, een pacht voor onbepaalden tijd is een novum ten onzent en men wil eerst de consequen ties van een en ander nagaan. Het is na tuurlijk niet uitgesloten, dat de Regeering op deze bepaling terugkomt. Tusschentijds kunnen wijzigingen in de pachtovereenkomst worden aangebracht, mits de rechter zulks goedkeurt. Men wil immers geen onveranderlijk pachtcontract, want dit zou tot grove onbillijkheden aan leiding kunnen geven, zoowel voor de pachters als voor de verpachters. Wille keur wordt zooveel mogelijk tegengegaan; billijkheid daarentegen betracht. Daarom wordt het pachtcontract door den rechter getoetst aan de al- of niet buiten sporigheid. Behalve buitensporig kan de bedongen pachtprijs ook zoodanig bepaald zijn, dat hij den pachter ondanks bijzondere bekwaamheid en aan den dag gelegden ijver geen redelijk bestaan kan verzekeren. In dat geval kan de rechter ook interve- nieeren. Niemand zal kunnen ontkennen, dat met deze regeling de meeste bezwaren op juiste en doortastende wijze ondervangen zijn. Wij gelooven, dat de landbouwende stand dit ontwerp met groote verademing zal hebben ontvangen. Zonder het met deze woorden te zeggen, is een soort mobiele pacht inge voerd. Verbeteren de verhoudingen, dan kan de verpachter een verzoek indienen tot paohtverhooging.gaan de in komsten voor den boer achteruit, welnu, dan heeft hij verhaal op den rechter. Wij vinden deze pachtwet zoo juist, dat wij zelfs zouden willen' overhellen tot de gedachte, dat steeds voor elk landgebruik een pachtregeling moet worden getroffen, ook al zou de eigenaar van een land tevens de bewerker ervan zijn. Indien dit juri disch ware vast te stellen, dan zou tevens de kwestie van de landelijke hypotheek zijn opgelost. Want dan zou bij de wet moeten worden bepaald, dat elke eigenaar met den bewerker van zijn grond een pachtcontract moet sluiten dus ook met zichzelf. Dit pachtcontract moet door den rechter worden gesanctioneerd. Indien de hypotheekhou der, om welke reden ook, zijn hypotheek zou opzeggen en indien de geMnemer deze hypotheek niet zou kunnen oversluiten, zoodat het land meot worden verkocht, dan blijft het pachtcontract voor onbepaalden tijd geldig, zoodat de boer niet van zijn eigen land kan worden afgezet. Hetgeen hij aan pacht te betalen heeft wordt even eens naar billijkheid geregeld. In zulke ge vallen zal een hypotheekgever niet spoe dig van zijn executie-recht gebruik maken, vooral omdat er weinig liefhebbers zullen worden gevonden welke genoegen nemen met een bestaand pachtcontract voor onbe paalden tijd, terwijl aan dat pachtcontract niet kan worden getornd. Een gedachte, die vermoedelijk voldoen de inhoudt, om in ernstige overweging te worden genomen. De steun aan de scheepvaart. Dat de Regeering de HollandAmerika- Lijn aan de tweede Statendam zal helpen; dat zij nu met een nieuw steunplan voor de scheepvaart is gekomen, kan tot ver heugenis stemmen. Wat echter niet weg neemt, dat zulke maatregelen slechts aan de buitenkant helpen en de kern der din gen niet verbetert. Het zou onbillijk zijn om het goede van hetgeen nu geboden wordt, te negeer en. Vele scheepvaartonder nemingen staan voor den financieelen on dergang; zij moeten schepen gaan verkoo- pen en voor velen staat dit gelijk met li quidatie van hun bedrijf. Hieraan wordt nu eenigermate paal en perk gesteld. Men steunt financieel, men geeft, zooals wij na der zullen uiteenzetten credieten voor den tijd van één jaar, renteloos en ongedekt, doch het blijven credieten, die eenimaal zul len worden terugbetaald. Hiervoor is een bedrag van 8.200.000.uitgetrokken. In de memorie van toelichting verneemt men natuurlijk de bekende klanken. De misère is internationaal, uiteindelijk zal in deze internationaile oorzaken slechts langs den weg van internationaal overleg ver betering kunnen worden geibracht en het is, volgens de Regeering een verheugend feit, dat dit overleg tusschen de reeders van verschillende zeevarende naties bezig is zich te ontwikkelen. Het ware o.i. nog verheugender, wan neer de Regeering gezegd had: Wij zullen verder steunen door het verbeteren van de handelsvoorlichting in het buitenland door de oprichting van een goed werkend im- en exportbureaudoor krachtige propaganda in de landen, waar het Neder- landsche fabrikaat nagenoeg nog niet be kend isdoor het ecart tusschen gulden en Pond te verminderen.... door steun aan de economisch technologische institu ten, teneinde in ons land nieuwe ipdustrieën op te richten, die van waarde kunnen zijn voor onzen export.... door de band met Indië nauwer aan te halen, waardoor het vervoer zal kunnen worden geprikkeld. Niets van dit alles verneemt men. De Regeering steunt slechts financieel. Zij erkent zelf, dat deze steun niet tot werk verruiming zal leiden; behoud van de nood zakelijke scheepvaartverbindingen is ech ter van de grootste beteekenis om verdere inzinking van de werkgelegenheid te voor komen. Daarom zal de steunverleening er op gericht zijn, dat deel van de koopvaardij in stand te houden, dat een vitaal belang voor het Nederlandsche bedrijfsleven in het algemeen en voor onze internationale han delspositie in het bijzonder vormt. Aan dezen steun zullen voorwaarden worden verbonden. Natuurlijk is de logi sche primaire eisch, dat zij een voldoende nationaal belang vertegenwoordigen.... dat de positie met den steun voor minstens een jaar gewaarborgd isdat de vloot nog in behoorlijke conditie verkeert. Doch verder hebben de gesteunden zich te on derwerpen aan de voorschriften der Re geering, in het algemeen scheepvaartbe'lang genomen. Zij zullen zich in het bijzonder moeten verbinden mede te werken aan de voorbereiding van een saheering van het bedrijf en zekerheid zal moeten worden verschaft, dat de steungelden niet zullen strekken tot verscherping van de onderlinge concurrentie in de Nederlandsche scheep vaart. In zekeren zin is het een steun, welke niet zwaar drukt. Want het aan een reederij uitgekeerde bedrag zal geheel of ten deele moeten worden terugbetaald, als het bedrijf over 1935 winst blijkt te hebben gemaakt, waarbij echter geen nadere omschrijving van winst is gegeven. Welke afschrijvingen op de vloot worden daarbij toegelaten? Het risico zal door deze bepaling, tot de geringst mogelijke proporties kunnen worden gere duceerd door slechts aan die maatschappij en te leenen, die een goede kans heibben, winst te maken, hetgeen dan ook wel op te maken valt uit de normen, welke voor de steunverleening gelden. De regeling geldt voor de groote vaart, niet voor de kustvaart. Ook de wilde vaart valt er onder. Daar moeilijk onderscheid is te maken tusschen wilde vaart en kust vaart, is bepaald, dat wilde-vaartbooten be neden de 1000 ton bruto registerton buiten de regeling vallen. Wij hopen, dat deze maatregel een begin zal mogen worden van een werkelijke steunverleening. Want voor den opbouw van ons bedrijfsleven geeft het gebodene niets. WAT ANDERE BLADEN GO SUS VSGSN UüSHGSH VSIVM^T SCHRIJVEN „TOT VERWEER". In de Utrechtsche Courant van 21 Mei heeft mr. A. baron van Wijnbergen als zijn meening uitgesproken, dat mr. Mar- chant zijn overgang tot de Katholieke Kerk onmiddelijk ter kennis had moeten brengen van den Minister-President. Na de verschijning van de brochure „Tot Verweer" constateert mr. van Wijnbergen, dat in zijn meening geen wijziging is ge bracht. Wij zijn het ten deze volkomen met den heer van Wijnbergen eens. Ook ons wil het voorkomen, dat mr. Marchant beter had gedaan, zijn overgang tot de Katholieke Kerk niet te verzwijgen, a 1 kunnen wij ook een andere houding ons indenken en de motieven, die daartoe den heer Marchant bewogen, ongetwijfeld respecteeren. Wij laten nu den heer van Wijnbergen aan woord: Ook nu nog zijn we van oordeel, dat bij het blijven in Ministersfunctie op den dag der overgang tot de Katho lieke Kerk, dat feit ter kennis had moeten zijn gebracht aan den heer Co- lijn. Aan hem, aan den Minister-President dan de beslissing, wat geëischt werd door 's lands belang. Het is, naar onze meening, van groot belang, dat dit juist door ons Katho lieken onomwonden uitgesproken wordt. Volkomen deelen we de ineening van de „Nederlander", wanneer deze 23 Mei j.l. het slot van ons artikel in de „Utrechtsche Courant" overnemend, daaraan toevoegt: „Het wil ons voorkomen, dat men op „deze wijze èn de Roomsch-Katholieke „Kerk èn Mr. Marchant eerder een „dienst bewijst, dan wanneer men de „geheimhouding tracht goed te praten". Van harte hopen we, dat, wanneer men over het gepleegde verzuim -zal zijn uitgepraat, een discussie, die men goeddeels had kunnen ontgaan, wanneer het aanstonds als een verzuim was erkend men zijn volle aandacht zal willen schenken aan de hoofdzaak. Een zaak van zóó groote beteekenis. Hoezeer deze vooral door de geheim houding in het gedrang komt, blijkt ook uit de brochure zelve, waar van de 26 bladzijden slechts 3 uitsluitend aan de zaak zelve: den overgang naar de Ka tholieke Kerk, zijn gewijd. Hulde, groote hulde voor deze schit terende bladzijden, waarmede de brochure besloten wordt; superieur! Mogen ze gelezen worden door allen, die van goeden wille zijn gelezen en.... ernstig overwogen! Ze zijn te schoon, te belangrijk, om verkort te worden weergegeven. Ook voor onze houding ten opzichte van niet-Katholieke landgenooten be vatten ze waardevolle opmerkingen. Aan ons Katholieken in bijzondere mate de taak te zorgen, dat niet door discussie, die vermeden worden kan, de aandacht worde afgeleid van een zaak, die zeer zeker in dezen tijd, waar in zoo velen zoekende zijn, de aandacht en ernstige overweging zoo ten volle verdient. VOORNAAMSTE NIEUWS BUITENLAND. Nederlandsche katholieke ziekenhuis directeuren bij den Paus (éde blad). Prijsstijgingen in België als gevolg van de devaluatie (éde blad). Een zwaar échec voor president Roose velt, door de onverbindendverklaring der N.R.A.-codes door het Hooggerechtshof (ée j blad). LETTEREN EN KUNST BEKENDE KUNSTKENNER OVERLEDEN. In het St. Antonius-gesticht te Rotter dam is op 85-jarige leeftijd overleden de bekende kunstverzamelaar dr. A. J. Do- mela Nieuwenhuis. Dr. Domela Nieuwenhuis heeft elf jaar geleden een zeer uitgebreide collectie gra fische kunst, bestaande uit 300 deelen, aan het museum Boymans geschonken. Bij die collectie waren circa 90 van de mooiste etsen van Rembrandt en een aantal der fraaiste bladen van Albrecht Dürer. Voorts kwam het museum door deze schenking in het bezit van 158 specimina van het zoogenaamde emails de Limois, dat in openbare verzamelingen zeer zeldzaam is en dat men eigenlijk alleen in het Louvre te Parijs vertegenwoordigd vindt. De schenking omvatte voorts een aantal niel los, een soort van zilvergravures uit de 15e eeuw, en blokdrukken uit diezelfde eeuw. De teraardebestelling van het stoffelijk overschot van dr. Domela Nieuwenhuis die niet katholiek was, maar veel relatie had met katholiekenvandaar dat hij zijn intrek had genomen in het St. Anto- niusgesticht vindt as. Woensdag plaats in het familiegraf te Muiderberg. BINNENLAND. Het Nederlandsch-Duitsch betalingsver keer Instelling van een studie-commis sie. (1ste blad). Wij geven een uiteenzetting van de ge wijzigde Ziektewet (ée blad). De regeling van de melksteun. (1ste blad) Een nieuwe bekentenis in de moordza ken te Oss. (1ste blad). Groote duinbrand bij Callantsoog, café brand te Leeuwarden. (Gem. Ber., 3de blad). SPORT EN WEDSTRIJDEN. De samenstelling der elftallen voor den 1 andenwedstrijd HollandBelgië te Heem stede. (3de blad). „De Violier". Tot voorzitter van den Katholieken Kunstkring „De Violier" werd in de laat ste vergadering der werkende leden, als opvolger van wijlen Eduard Brom, geko zen Herman van den Eerenbeemt. Als nieuw bestuurslid werd gekozen prof mr. C. P. M. Romime. Op welke lijst? De a.s. Gemeenteraadsver kiezingen In de maand Juni worden in alle ge meenten van dit gewest de gemeente raadsverkiezingen gehouden. Hieronder volgen de data, waarop in de verschillende gemeenten de verkiezing wordt gehouden, met daarnaast het nummer van de lijst der R. K. Staatspartij in ieder dier ge meenten: 4 Juni: WARMOND lijst no. 1 5 Juni: RIJNSATERWOUDE lijst no. 2 6 Juni: TER AAR lijst no. 1 11 Juni: VOORHOUT lijst no. 3 NOORDWIJKERHOUT lijst no. 3 ZILK lijst no. 6 12 Juni: SASSENHEIM lyst no. 2 LISSE lijst no. 5 13 Juni: STOMPWLJK lijst no. 4 VEUR lijst no. 3 ALKEMADE lijst no. 1 19 Juni: HAZERSWOUDE lijst no. 1 ALPHEN a. d. RIJN lijst no. 1 WASSENAAR lijst no. 7 ZEVENHOVEN lijst no. 2 BODEGRAVEN lijst no. 9 ZWAMMERDAM lijst no. 3 KOUDEKERK lijst no. 1 NOOTDORP lijst no. 2 21 Juni: WOERDEN lijst no. 3 25 Juni: VOORSCHOTEN lijst no. 1 26 Juni: LEIDEN lijst no. 1 BOSKOOP lijst no. 2 KATWIJK lijst no. 5 (Van de andere gemeenten van ons ge west is het lijstnummer ons nog niet be kend).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 1