DINSDAG 7 MEI 1935 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BUD. - PAG. 7 BLIJFT UIT HANDEN VAN WOEKERAARS. EEN GEVAL WAARBIJ 100 RENTE PLUS KOSTEN WERD GEëlSCHT. Ernstige waarschuwing. Ondanks de wettelijke voorschriften en de gemeentelijke en particuliere bemoeiin gen, er op gericht, om het publiek uit de handen van woekeraars te houden, weten dezen onder de schaarsch met aardsche goederen bedeelden nog telkens weer nieu we slachtoffers te vinden. In de meeste gevallen lekt hiervan heel weinig uit, doordat betrokkenen him fi- nancieele omstandigheden voor de buiten wereld zoo lang mogelijk geheim trachten te houden, zulks ten profijte van den geld schieter, die in de rustige, overtuiging, leeft, dat de publieke opinie zich niet al te dikwijls met zijn practijken zal bemoeien. Een dezer dagen bekend geworden ge val toont echter nog eens weer duidelijk aan, hoe deze heer en werken en wat er waar is van de financieele hulp, die zij zoo gaarne beweren te verleehen. Hoe men te werk gaat. Zekere L., tot voor kort werkzaam als boekhouder op een handelskantoor te Rot terdam, doch tengevolge van de crisis werkloos geworden, wilde, ten einde bui ten den steun te blijven, een pension be ginnen, doch beschikte niet over voldoende middelen, om zich behoorlijk in te rich ten. Hij besloot te schrijven op een herhaal delijk in de advertentiekolommen van een der Rotterdamsche bladen voorkomende annonce, waarin op voordeelige voorwaar den geld ter leen wordt aangeboden en kwam in relatie met een op keurigen stand wonenden en alleen daardoor reeds ver trouwen wekkenden heer K., aan wien hij zijn wensch, om ƒ500 te leenen, kenbaar maakte. Deze ried hem al dadelijk aan, zijn aanvrage te verhoogen tot 1000, omdat de daaraan verbonden kosten toch onge veer dezelfde zouden zijn. L. moest direct 10 administratiekosten betalen en een stukje teekenen, waarin hij verklaarde, bij het tot stand komen der leening een kleine provisie "te zullen betalen. Aanvankelijk twijfelde hij, of hij op deze aanbieding in zou gaan, maar op de stellige verzekeringen van den heer K., dat de zaak spoedig in orde zou komen, sloeg hij toe, teekendc het contract en betaalde. De rol van tnsschenpersoan. Enkele dagen later ontving hij bericht, dat hij zich had te vervoegen bij een bank met een philantropisch klinkenden naam, welke zijn post verder zou afhandelen. Eerst nu bleek, dat K. slechts de rol van tusschenpersoon in deze geschiedenis had te spelen. De bank eischte ƒ6 infonmatie- kosten, die om het reeds gestorte geld niet verloren te doen zijn, maar weer werden betaald en men beloofde, na grondig on derzoek, spoedig bericht. Dit bericht kwam met de vleiende woorden „dat de informa ties in moreel opzicht alleszins gunstig" waren, maar.... men had toch nog niet voldoende inlichtingen kunnen bekomen en daarom wenschte de bank taxatie van L's meubilair, hetgeen 15 kostte. Nadat men den in het nauw gedreven boekhouder te- telfonisch had verzekerd, dat hem verder geen kosten in rekening zouden worden ge bracht, stortte hij nog eens het verlangde bedrag en was nu dus 31 kwijt. De ex pertise had plaats, het rapport van den „expert" viel gunstig uit en de leening kon dus tot stand komen. Het gestelde vertrou wen scheen niet misplaatst. De bank ver wittigde hem, dat zij bereid was, L. een leening te verstrekken, echter niet van 1000 maar van 430. Hij had zich op een Donderdagmiddag te vervoegen op 'n no tariskantoor, omdat men van de leening een notarieele acte wenschte te doen op maken. In het stuk, dat hem daar ter tee- kening werd voorgelegd en waarvan de inhoud eerst later geheel tot hem is door gedrongen, verkocht de boekhouder zijn ganschen inventaris aan dé bank. Hij mag het echter in bruikleen behouden en als hij al zijn verplichtingen behoorlijk zal zijn nagekomen, wordt het wederom zijn eigendom. Als tegenprestatie leent de bank haar cliënt de somma van 335, terug te betalen met 420 in 7 termijnen van 60 per maand. Het geld kwam op tafel, maar. Nadat de acte was voorgelezen en getee- kend, kwamen de ƒ335 op tafel. De nota risklerk nam hiervan 25 voor notarieele kosten en vóór de heer L. het resteerende bedrag veilig kon stellen, verwisselde de directeur der bank een bankbiljet van 20 voor een kwitantie van hetzelfde bedrag, met de woorden, dat hem door den com missionair K. was verzocht diens provisie maar ineens af te houden. Eenigszins be duusd incasseerde L. de overgebleven 290. Thuisgekomen kwam hij tot nadenken en bedacht, dat hij door deze transactie voor- loopig het eigendomsrecht op zijn inboe del kwijt is en dat hij ten slotte feitelijk slechts 290 verminderd met de reeds be taalde 31, is 259 in handen heeft gekre gen, waarvoor hij 420 zal moeten terug betalen. Te laat Weliswaar te laat heeft hij zijn weder waardigheden meegedeeld aan de Rotter- damsche Commissie voor Woekerbestrijding welke hem heeft verwezen naar den direc teur van het Gemeentelijk Controle-bu reau op geldschietbanken en pandhuizen. Deze instelling heeft thans de zaak in on derzoek en zal nagaan, in hoeverre de bank en haar tuschenpersoon zich aan strafbare feiten hebben schuldig gemaakt. Voorloopig is reeds vastgesteld, dat het geen L. aan renten en kosten heeft moeten betalen, per jaar omgerekend, ongeveer 190 bedraagt. In verband met het bovenstaande geeft de directeur van genoemd Bureau het pu bliek nogmaals ernstig in overweging, zich grondig van de bonafiditeit van voorschot banken en geldschieters te overtuigen, al vorens daarmede in relatie te treden. Het gemeentelijk bureau, gevestigd aan het Groote Kerkplein No. 38 is iederen werk dag van 9 tot 12 geopend tot het verstrek ken van inlichtingen. DE KWESTIE SPOORHOUT. Thans is verschenen het zeer uitvoerige eerste gedeelte van het verslag van de commissie tot het instellen van een onder zoek naar de bij de schriftelijke en mon delinge gedachtenwisseling over het IXde hoofdstuk der Rijksbegrooting voor 1934 ter sprake gekomen feiten in verband met de N.V. „Spoorhout" en het grindbagger- bedrijf te Linne. Dit eerste gedeelte bestaat uit een in leiding en de behandeling van de kwestie Spoorhout. De commissie komt hierbij tot de vol gende conclusies: 1. dat verschillende der tot uitging ge komen klachten feitelijken grondslag mis sen of betrekking hebben op feiten of om standigheden, welke niet of slechts in zeer geringe mate tot critiek aanleiding geven; 2. dat echter tegen het gevoerde beleid naast bezwaren van minder belang ook ernstige bedenkingen zijn aan te voeren; 3. dat zeer in het bijzonder tot ernstige critiek aanleiding geven het sluiten door de Spoorwegen van het contract-Noer en him medewerking aan de uitvoering van dat contract, welke medewerking: a. in belangrijke mate tot de vorming van de te groote voorraden met de daar aan verbonden nadeelige gevolgen, heeft bijgedragen; b. tot de besteding van onnoodige hooge prijzen heeft geleid; c. ernstig gevaar in het leven heeft ge roepen voor de terugbetaling van het over- groote deel van de door de spoorwegen bij het genoemd contract verstrekte geld- leening van ƒ700.000; 4. dat de ter kennis van de commissie gekomen aanwijzingen en geruchten om trent corruptie handelingen van ambtena ren der Spoorwegen geenerlei bevestiging hebben gevonden; 5. dat, hoezeer niet kan worden ont kend, dat de verhouding, die bestaat tus- schen de Spoorwegen als afnemer en Spoorhout als in- en verkoopcombinatie, voor de Spoorwegen voordeelen kan ople veren en in bepaalde gevallen ook opgele verd heeft, aan den anderen kant aan een zoodanige verhouding, althans bij den hui- digen opzet, gevaren van beteekenis zijn verbonden, welke gevaren in hoofdzaak bestaan: a. in de bepaling, dat ten minste 80 pet. van de behoefte bij de in- en verkoopcom binatie moet worden gedekt, welke bepa ling kan leiden tot gemis aan voldoende vergelijkingsobjecten bij de prijsbepaling; b. in de bevoegdheid van die combina tie om zelfstandig ook met anderen zaken te doen, welke bevoegdheid, indien daar van een gebruik zou worden gemaakt, dat tot meer of minder aanzienlijke verliezen zou leiden, voor de Spoorwegen ernstige financieele consequenties zou kunnen heb ben; c. in de volkomen vrijheid van den per soon, die met de leiding van de meerge noemde combinatie is belast, om, voorzoo- ver het niet dwars-liggers en aanverwan te artikelen betreft, alle handelsdaden te verrichten, die hem goeddunken en deel te nemen in alle ondernemingen, welke hij daardoor geschikt acht, welke vrijheid in bepaalde omstandigheden kan leiden tot combinaties en verwikelingen van transac ties, waardoor de belangen der Spoorwe gen niet, althans niet in de eerste plaats en in hoofdzaak worden gediend; 6. dat de genoemde opzet tevens doordat hij er toe heeft geleid, dat de ges tie van de Spoorwegen en die van Spoor hout niet voldoende uit elkaar zijn gehou den mede als oorzaak is te beschouwen van verschillende der in de practijk ge bleken bezwaren; 7. dat op grond van een en ander ern stig behoort te worden overwogen, of niet de verhouding tusschen de Spoorwegen en Spoorhout dient te worden geliquideerd dan wel de bepalingen, waardoor die verhou ding wordt beheerscht, aan een ingrijpen de herziening dienen te worden onderwor pen. LASTEN DER PLUIMVEEHOUDERS. Mogelijkheden tot verbetering zijn beperkt. Op vragen van den heer Hiemstra be treffende het nemen van maatregelen van Regeeringswege tot het verlichten van de lasten der pluimveehouders, ontstaan door de verhoogde voederkosten, heeft minister Steenberghe geantwoord, dat hij van oor deel is, dat uit de tegenwoordige lage eieren prijzen geenszins blijkt, dat de binnen- landsche consumenten van eieren de ver hoogd*. productiekosten, als gevolg van de heffing op granen, niet meer betalen. De lage eierenprijzen zijn een gevolg van de geringe opbrengsten in verschillende be langrijke buitenlandsche afzetgebieden. De pluimveehouderij heeft de bijzondere aandacht van den minister. Er wordt ern stig naar verbetering in' den toestand ge streefd, doch de mogelijkheden zijn be perkt. KATHOLIEKE METAALBEWERKERS- BOND. (Vervolg). Ingekomen waren een aantal voorstellen om een andere contributieregeling te tref fen, die tot contributieverlaging leidt. Daar het vraagstuk der contributierege ling au fond niet is een vraagstuk van de zen bond alleen, doch van alle samenwer kende bonden, werd besloten, dat het be stuur trachten zal in uniformiteit met de andere bonden tot een aanvaardbare contri butieregeling te komen. Indien dat mocht gelukken, zal de nadere uitwerking door het hoofdbestuur met ver tegenwoordigers van de districtsbesturen van dezen bond geschieden. Mocht die uniformiteit niet tot stand ko men, dan zal het hoofdbestuur zelf komen met ten voorstel tot wijziging der contri butieregeling, in dien zin, dat daarbij ook opgenomen is afvoering van de wachtlijst van /.Herwonnen Levenskracht". Een tweetal voorstellen van Blerik en Breda, om de contributie van „Herwonnen Levenskracht" met 1 cent per week te ver hoogen, werd ingetrokken op advies van het bestuur. Dit bestuur stelt zich n.L voor, bij de bestudeering van het geheele contri butie-stelsel ook de financieele verhouding tot „Herwonnen Levenskracht" nader te bezien. Datzelfde contact zal ook onderhanden nemen een drietal ingediende voorstellen betreffende een pensiomieering op 65-jari gen leeftijd. Zooals ze door deze afdeelin- gen waren voorgesteld achtte het hoofd bestuur ze onaanvaardbaar. De groot kluif van deze vergadering was een voorstel van het hoofdbestuur, waarbij een nadere regeling werd vastgesteld be treffende de restitutie dde aan de afdeel in - gen van eiken verkochten contributie-zegel gegeven kan worden. De ondergrond van dit voorstel is, dat het vooral voor kleinere afdeelingen gunstiger is dan voorheen. Een der voorwaarden was, dat gratifica ties in welken vorm ook, van deze restitu tie niet gegeven mochten worden. Nadat de algemeen penningmeester in zijn antwoord aan de verschillende sprekers enkele kleine toezeggingen gedaan had, doch in de hoofdlijnen het bestuursvoorstel verdedigd had, werd het zonder hoofdelij ke stemming aangenomen. Enkele voorstellen tot vrijstelling van contributiebetaling werden krachtig van bestuurszijde bestreden. Het is niet moge lijk als algemeene regel andere vrijstel lingen te geven dan reeds zijn vastgesteld. Een aantal voorstellen, dat bedragen die vol gens ministerieele beschikking niet uit de werkloozenk assen uitbetaald mogen wor den, uitbetaald worden uit de bondsgelden, waren niet voor uitvoering vatbaar, niet slechts om de consequenties, die daaraan vastzitten, doch ook omdat de Minister be zwaar daartegen maakt. De betreffende voorstellen werden niet door de vergade ring aanvaard. Met een dankwoord van den voorzitter, werd daarop het tweedaagsch samenzijn gesloten. a LAND- EN TUINBOUW AMERIKAANSCH BEZOEK AAN FLORA. Statendam Flowership. Het Uitvoerend Comité van Flora schrijft Om ons doel te bereiken, dat door mid del van deze tentoonstelling ook, voorzoo ver mogelijk, voor de Nederlandsche tuin bouwproducten reclame in Amerika zou gemaakt worden, hebben wij helpen orga- niseeren een cruise van Amerikaansche tuinbouwkundigen en bloemenliefhebbers met de „Statendam". Aanstaande Donder dag zal dit schip te Rotterdam aankomen met aan boord de uit ongeveer 150 perso nen bestaande groep die, zooals zij het zelf noemt, een pelgrimstocht maakt naar het land der tulpen. Dank zij de medewerking van onze Ame rikaansche propaganda-oommissie, waarvan John Scheepers de leiding en de heer Ra- velli het veelomvattende secretariaat waarnam, zijn de over alle Staten versprei de z.g. Garden Clubs voor dit plan geïnte resseerd met opmerkelijk gevolg. Ook de vereenigingen van beroepstuinbouwers in Amerika hebben zich voor deze tocht ge ïnteresseerd. Een gezelschap prominente Amerikanen, waaronder zeer bekende tuin- liefhebbers uit verscheidene staten hebben aan den oproep gevolg gegeven en nemen aan deze reis deel, welke speciaal voor een bezoek aan de Internationale Bloementen toonstelling Flora 1935 werd georganiseerd. Het feit dat een officieel vertegenwoor diger van den Gouverneur van de Staat New-York en van de Horticultural Society of New-York en van de Society of Ame rican Florists in het gezelschap zijn, geeft aanleiding tot het voornemen om de partij bij verschillende gelegenheden officieel te ontvangen. Zulks zal tijdens het 10-daag- sche verblijf dezer groep verschillende ma len geschieden. Donderdagmorgen 9 Mei zal op het Raadhuis te Rotterdam, de burgemeester en de voorzitter van de Rotterdamsche Ka mer van Koophandel het gezelschap ont vangen. Des namiddags wordt de lunch ge bruikt op het Kasteel Oud Wassenaar, al waar de voorzitter der A.N.V.V., Baron Krayenhof, namens deze vereeniging ont vangt. Een rondrit door de bloembollen streek volgt. Vrijdagmorgen wordt het gezelschap te 10 uur op het Haarlemsche Raadhuis na mens het Gemeentebestuur van Haarlem verwelkomd, waarna het zich naar het ten toonstellingsterrein, te Heemstede begeeft om de officieeel opening van de 5e Tien- daagsche (FloraV) bij te wonen. Bij de ont vangst door het Uitvoerend Comité zal de RECHTZAKEN KANTONGERECHT TE LEIDÉN. Bloembollenteelt zonder ver gunning. Voor den Leidschen kantonrechter wa ren een groot aantal personen gedagvaard Aan al deze verdachten was ten laste ge legd dat zij zonder vergunning bloembollen hadden geteeld en^ dat zij dus ook niet wa ren aangesloten geweest bij de centrale, die deze vergunningen afgeeft. Al deze overtredingen waren gepleegd in Mei van het vorig jaar. Door allerlei om standigheden werden al deze zaken nu pas behandeld. Zoowel de ambtenaar als de kantonrech ter meenden termen aanwezig te achten om in deze gevallen een heel lage boete te eischen en op te leggen gezien de geringe oppervlakte, die meestal beplant was en het feit, dat bijna alle verdachten de bol len hadden geteeld om de bloemen te kun nen snijden en te verkoopen. Veroordee ling moest wel volgen, daar de overtredin gen gepleegd waren. Zoo hoorden zich veroordeeld: J. v. D. te Noord wijk eisch en uit spraak 2 sub. 1 dag. N. v. E. Gzn. te Rijnsburg eisch 2 sub. 1 dag, uitspraak conform. J. V. te K a t w ij k, eisch 1 sub. 1 dag, uitspraak 2 sub. 1 dag. M. H. Wzn. te Rijnsburg, eisch en uitspraak 2 sub. 1 dag. T. O. te Alkemade 2 sub. 1 dag, eisch en uitspraak. C. v. V. te Voorhout, eisch en uit spraak 2 sub. 1 dag. A. Z. te N o o r d w ij k, eisch 2 sub. 1 dag, uitspraak conform. Van al deze verdachten was de opper vlakte van 'het beteelde land onder de twintig roe gebleven. Degenen, die een grooter oppervlak be- teeld hadden, hoorden een iets hoogere boete tegen zich eischen. W. de R. te K a t w ij k, oppervlakte 28 roe, eisch en uitspraak 4 sub. 1 dag. N. J. R. te Alkemade, 21 roe, eisch en uitspraak 4 sub. 1 dag. A. J. te K a t w ij k, 69 roe, eisch 2 sub. 2 dagen, uitspraak conform. N. H. V. te R ij n s b u r g, 130 roe, eisch 10 sub. 4 dagen, uitspraak conform. Aangehouden werden bovendien nog de zaken tegen P. R. te N o o r d w ij k, G. v. V. Jzn. te Rij nsburg en B. R. te Val kenburg, om meer bewijsmateriaal bij een te brengen. Overtreding jachtwet. A. v. M. te 's-Gravenhage heeft ten eer ste, geloopen op de spoorbaan der. N.ZJH. en ten tweede zich met een brandende carbidlantaarn bevonden in een weiland, kennelijk met het doel om wild op te spo ren. Verdachte ontkent het loopen op de spoorbaan, maar geeft toe te hebben ge loopen in het weiland niet met het doel wild op te sporen, maar om wormen te zoeken en de sloot te belichten om te kijken of de paling al „liep". Om dat te be wijzen had hij een viertal getuigen a dé charge meegebracht, die de verklaring van den verbalisant moesten probeeren te weer leggen, hetgeen niet gelukte, daar door dit getuigenverhoor nog meer de schuld van verdachte kwam vast te staan. Bovendien hielp zijn ontkenning hem niet erg, daar hij voor zulke delicten N reeds meerdere malen veroordeeld was geweest. Eisch voor het eerste feit 3 sub. 1 dag en voor het tweede, dat de ambtenaar een ernstige overtreding noemt 25 sub. 10 dagen met verbeurdverklaring der in be slag genomen carbidlantaarn. Uitspraak voor het eerste feit'vrijspraak en voor het tweede een principale hechte nis van 6 dagen met verbeurdverklaring. V erkeersovertredin gen. N. G. J. v. R., automobielen-handelaar te 's-Gravenhage, heefL te Katwijk aan den R ij n op den Wassenaarsche weg met zijn auto niet behoorlijk uitgehaald bij het passeeren van een autobus. Dit passeeren geschiedde juist onder het daar ter plaatse zijnde viaduct. De aangeredene, als getuige gehoord, verklaarde uiterst rechts van den weg te hebben gereden, dat de verdachte geheel links op hem toe was komen rijden en bovendien niet voor zich uit heeft gekeken daar hij zijn aandacht ergens anders op ge vestigd had. Zelfs een getuige a décharge moest verklaren, dat verdachte midden op den weg had gereden althans niet rechts. De ambtenaar zegt, dat verdachte op het moment van de aanrijding heeft zitten „slapen", in elk geval zijn aandacht niet burgemeester van Heemstede aanwezig zijn. De voorzitter van het Uitvoerend Co mité spreekt een welkomstwoord en de Amerikaansche Gezant te 's-Gravenihage, Z. Exc. Grenviïle T. Emmet, verricht de openingsplechtigheid. Dien dag zullen lunch en diner, waaraan door verschillen de autoriteiten en met name Amerikaan sche, wondt deelgenomen, in het restau rant der tentoonstelling gebruikt worden. Op Zaterdag zullen bezoeken gebracht worden aan de beide historische tentoon stellingen resp. voor de geschiedenis der bloembollencultuur in het Frans Halsmu seum en van bloemschilderkunst in Teyler's Museum, terwijl een tweede bezoek aan Flora wordt verondersteld. Trouwens, ook de volgende dagen van deze tour zijn zoo ingericht, dat men op de meest rustige en aangename wijze de meest bezienswaardige tuinbouwcentra van Ne derland bezoekt, afgewisseld door bezoe ken aan de meest merkwaardige Hoiland- sche bezienswaardigheden. bjj den weg te hebben gehad, zoodat hij de autobus veel te laat heeft gezien. Hij noemt verdachte een gevaar voor den weg en zegt, dat dit een ernstig feit is, dat hij zwaar zal straffen. Intrekking van het rijbewijs zal hij voor dit'maal nog niet vragen, maar laat het niettemin voor verdachte een waar schuwing zijn; hij eischt ten slotte een boete van 100 sub. 25 dagen. Uitspraak conform. G. J., garagehouder te den Haag, moest terecht staan terzake hij op den Hoogen Rijndijk onder de gemeente Zoeter- w o u d e met zijn auto te snel had gereden, gezien de gesteldheid van den weg dien dag (het had gehageld en de weg was tame lijk glad). Door deze snelheid had ver dachte, toen er uit tegenovergestelde rich ting een auto naderde, niet tijdig genoeg kunnen stoppen. Dit was noodzakelijk, aan gezien er daar ter plaatse een auto beladen met hout langs den weg stond. Hij was door zijn te groote snelheid tegen den tegen ligger aangereden, hetgeen hij volgens zijn eigen verklaring had gedaan om zich niet dood te rijden tegen de stilstaande vracht auto waarvan de planken over de auto heen staken. Eisch 20 sub. 6 dagen. Uitspraak con form. J. N. K. te Leiden heeft met zijn auto rijdende op den Leidsche weg te Voor schoten een voetganger aangereden die geheel rechts van den weg liep. Verdachte zegt er mets van bemerkt te hebben en pas later te zijn gewaarschuwd. De aangeredene, als getuige gehoord, kon niets verklaren, daar hij na het ongeval be wusteloos was geworden. Zijn broer, die bij hem liep verklaard zelf op den gras kant geloopen te hebben terwijl zijn broer, de aangeredene, op het verharde wegge deelte liep. Signalen had hij niet gehoord. Eisch 15 sub. 5 dagen. Uitspraak 25 sub. 10 dagen. M. de G., taxi-chauffeur te 's-Gravenhage, heeft met zijn taxi in den vroegen morgen gen van den tweeden Februari een licht- zuil aangereden op den Rijnsburgerweg te Leiden. Een der inzittende dames had hierdoor haar arm gebroken. Uit de stukken bleek, dat de betrokken lichtzuil niet had gebrand en dat de ver dachte bovendien verblind was geworden door een hem tegemoet komende auto. Bo vendien kwam vast te staan, dat verdachte heel langzaam heeft gereden. De ambtenaar vraagt vrijspraak, daar er geen bewijzen zijn aangevoerd, dat verdach te schuld heeft, waarmee de kantonrechter zich kon vereenigen. Aangehouden werden alsnog de zaak tegen L. A. H. te Wateringen die op de En- degeesterlaan te Oegstgeest een co lonne militairen is gepasseerd, terwijl zulks niet mogelijk was, daar zich een bakfiets in zijn rijweg bevond; en de zaak tegen L. L. O. te Voorschoten, die met een. vrachtauto heeft gereden waarvan de laad bak breeder was dan de cabine en daar door zijn richtingaanwijzer niet duidelijk zichtbaar was geweest bij het veranderen van richting. KANTONGERECHT TE ALPHEN AAN DEN RUN Voor den kantonrechter mr. J. H. W. N. Nicolai hadden zich te verantwoorden: al lereerst v. D. uit Woubrugge wegens een overtreding van de vleeschkeuringswet, nJ. het niet overbrengen van een uit nood gedood schaap naar de noodslachtplaats. Als getuige werd gehoord de veearts de heer v. d. Berg. Daar verdachte was ten laste gelegd het aanwezig hebben van een gslacht schaap anders dan in afwachting van de, keuring, vorderde de ambtenaar van het O. M. vrijspraak, waar de kanton rechter met medeging. Een „plakker" gesnapt J. v. K. uit Bodegraven had zich schuldig gemaakt blijkens de dagvaarding aan overtreding van het plakverbod in die gemeente. Als getuige werd gehoord de verbalisant de gewezen agent van politie P. V. uit Bodegraven. Deze verklaarde te hebben gezien dat verdachte met zijn hand een biljet tegen een paal had geduwd. Op een desbetreffende vraag zoowel van den ambtenaar als kantonrechter of verdachte een biljet dat zich op de paal reeds be vond had aangeduwd of dat hij een los biljet in zijn hand had gehad en dit tegen de paal had geduwd, wat toch als de eigen lijke handeling moest worden beschouwd, bleek verbalisant niet heel sterk in zijn verklaringen. De ambtenaar, die af wilde zien van de politieke zijde, vorderde vrij spraak, daar hij gelet op de verklaringen van verbalisant geen wettig en overtuigend bewijs geleverd achtte. Ook de kanton rechter had niet de overtuiging van wettig bewijs verkregen. Bij kris en bij kras. T .v. d. Kr. uit Nieuwkoop had zich te verantwoorden wegens melkverval- sching. Verd. die zijn melk leverde aan de Sierkan, had melk afgeleverd, n.l. 2 bussen die pl.m. 20 pet. water bleek te bevatten. Verdachte beriep er zich op, dat personen die hem vijandig gezind waren zulks had den gedaan. Reeds eerder was zulks voor gekomen. 's Avonds zette hij de bussen op zijn erf, deed hierin de avondmelk en vul de dan 's morgens de ochtendmelk erbij. Door een vrachtrijder of melkrijder V. werd de melk 's morgens weggehaald. Dc bewuste avond had hij vergeten de bussen binnen te zetten wat hij anders gewoonlijk deed. De volgende morgen had hij ook ver geten te kijken of men water bij de melk had gedaan, toen hij hierbij de ochtend- melk goot. Als getuige werd gehoord de genoemde melkrijder. Deze verklaarde, dat de bussen die op het erf van verdachte al tijd 's morgens stonden, van den weg af

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 7