WOENSDAG 24 APRIL 1935 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD. - PAG. Tl DE RIJKSMIDDELEN. De stand der rijksmiddelen over Maart 1935 is versohenen. Ook hier doet het be kende beeld zich voor. De opbrengst is door de verhooging der verschillende indirecte belastingen hooger dan in de overeen komstige maand van het vorige jaar terwijl de raming niet wordt gehaald. De raming was 33.179.166.66.... de Maart 1935-op- brengst bedroeg f 30.653.189.02, terwijl Maart 1934 een inkomsten te zien heeft ge geven van 26.045.18J. Vootr de beoordeeling der feiten is het be langrijker de periode van 1 Januari-Ailt. Maart aan een beschouwing te onderwer pen. De raming voor de drie maanden beliep 99.537.499; ingenomen werd f 91.073.626; minder werd geind dan de raming bedroeg 8.463.873; in het eerste kwartaal van 1934 werd geind 73.947.485, zoodat in dit kwar taal 17.126.141 méér dan in de overeen komstige periode van 1934 werd ontvangen. Men zal zeggen, dat het er voor de Re geering hoofdzakelijk op aan komt, dat er méér wordt ingenomen. Dit echter kunnen wij niet ten volle onderschrijven, daar de begrooting gebaseerd is, op ramingen en het bij de raming achterblijven der midde len beteekent, dat met een min of meer groot deficit moet worden gerekend. Bo vendien is het aandraaien van de belasting- schroef een nadeeL Er heeft hierdoor een verschuiving plaats bij het besteden van het nationaal inkomen en wel een verschui ving, die de productieve krachten van een Volk aantast. Dit moet zijn invloed doen gevoelen, direct op het bedrijfsleven en in direct op de rijksmiddelen, die ten slotte hoofdzakelijk uit dat bedrijfsleven worden gevoed. Wanneer wij de indirecte belastingen inkomsten over de achter ons liggende drie maanden vergelijken met de raming, dan zien wij, dat de hoofdposten een achteruit gang vertoon en, terwijl het accres hoofd zakelijk te vinden is bij de wisselvallige inkomsten. Zoo zien wij een hoogere inning dan de raming, bij de opbrengst der loods gelden, bij de rechten en boeten van suc cessie, van de registratie-rechten, bij de rechten en boeten van zegel. Ook de cou ponbelasting geeft een surplus te zien, wat op zichzelf niets zegt, daar Januari en ook Maart belangrijke coupondata zijn en het gemiddelde vanzelfsprekend ook de slech tere maanden verdisconteert. Nagenoeg alle accijnzen vertoonen een daling, behalve die op zout (raming 499.999, opbrengst f 629.749), op suiker (raming 12.500.000, opbrengst 14.484.988) en op tabak (raming f 8.499.999, opbrengst 8.783.205). De suiker- en tabakaccijns be hoor en echter ook tot de grillige posten en men zal het verdere verloop van het jaar hebben af te wachten, om te zien, of hier tijdelijke factoren aan het werk zijn. Want het is een bekend feit, dat het verbruik van sigaren, alhoewel in totaal toenemend, een sterke verschuiving vertoont naar de goedkoopere merken, zoodat t-z.t. ook te dezen opzichte een accijnsvermindering zal moeten intreden. De verbruiksbelastingen zijn niet onbe langrijk in geschrompeld. De raming b.v. der omzetbelasting bedroeg f 20.375.000, ter wijl per saldo geind werd f 14.397.777, dus minder f 5.995.223, wat toch ten duidelijk ste bewijst hoe de distribueerende midden stand aan omzet heeft ingeboet. De accijns op geslacht vertoont een venmindering van circa drie ton; het vleeschverbruik per hoofd der bevolking daalt sterk en juist het vleeschvebbruik is een der beste indicato ren voor de volkswelvaart. Dat het accijns op bier, wijn en gedistilleerd een gevoeli- gen teruggang bij de raming zou opleveren, is niet te verwonderen. Een daling van het nationale inkomen doet zich onmiddellijk gevoelen bij luxe-artikelen en de genoem de dranken kunnen toch moeilijk als eerste levensbehoeften worden beschouwd. Desal niettemin vormen deze cijfers een beeld der groote moeilijkheden, waarmede het café, hotel- en restaurantbedrijf te kampen heeft, niettegenstaande de vaste lasten bij deze bedrijven aanmerkelijk zijn gestegen. Ten slotte wijzen wij op den teruggang van de loodsgelden ten opzichte van de eerste drie maanden van het vorige jaar. Nu wer den geind 820.000 en toen 1.005.000, het geen een vermindering van meer dan 180.000 beteekent. Hoe zal deze post zich ontwikkelen, nu de devaluatie van den Bei- ga den reeds grooten voorsprong van Ant werpen op Rotterdam nog grooter maakt? De rijksmiddelen vormen geen opwekken de lectuur! FINANCIëN EN ECONOMIE N.V. RDAMSCHE SCHEEPS- HYPOTHEEKBANK. Een overzicht van den toestand in de scheepvaart. Aan het jaarverslag over 1934 van bo vengenoemde Scheepshypotheekbank is t volgende ontleend: De wet op de evenredige vrachtverdee- lrng heeft, naar het ons voorkomt, in het algemeen geen verlichting in den toestand van de binnenscheepvaart gebracht. Door het ingrijpen der Regeering in het econo mische leven is de positie van sommige groepen van schippers zelfs ongunstiger geworden. Een groot bezwaar van deze wet is, dat kunstmatig het aanbod van scheepsruim te vergroot is. Een groot aan tal schippers, die tot dusverre van Maat schappelijk Hulpbetoon steun ontvingen, is door de werking der evenredige vrachtver- deeling weder gaan varen. Mogen de steun gevende overheidsorganen hierdoor ont last zijn, het spreekt vanzelf, dat deze steun ten slotte is afgewenteld op de schippers, die tot dusverre reeds in de vaart waren en die uit hun toch reeds onvoldoende inkom sten dezen steun indirect hebben moeten opbrengen. Ook was het te betreuren, dat tengevol ge van deze wet een aantal verouderde schepen, die voor afbraak bestemd waren, weder in de vaart zijn gekomen ten koste van de nieuwere en veel waardevollere vaartuigen. De omstandigheid, dat oude zeilschepen en sleepschepen bij de be vrachting ingevolge de bovenvermelde wet dezelfde kansen hebben als de moderne en veel duurder motorschepen, maakte de positie van de schippers, die met hun tijd waren meegegaan en zich deze vaartuigen hadden aangeschaft, zeer ongunstig, daar zij natuurlijk veel meer behoorden te ver dienen om op hunne schepen de noodzake lijke afschrijvingen met het oog op waarde- achteruitgang te kunnen doen. Vooral werden door de werking van de wet benadeeld de kleine motorschepen on der de 150 ton. Daar de vrachtprijzen vol gens het geldende systeem lager worden naar mate de aangeboden vracht grooter is, leidde drttot het samenvoegen van par tijen te vervoeren goederen, waardoor de kleine motorschepen, die toch reeds moei lijk tegen de vrachtauto's kunnen concur- reeren, benadeeld werden en htm wacht tijden overmatig hoog werden (in eenige maanden van het vorige jaar bedroeg de gemiddelde wachttijd van schepen onder de 100 ton 25 dagen per maand). In het algemeen moet men aannemen, dat de Wet op de evenredige vrachtverl deeling de in de binnenvaart hoog noodi- ge saneering heeft tegengewerkt door de natuurlijke vervanging van verouderde schepen door moderne vaartuigen tegen te gaan. Bovendien is van deze wet een zeer nivelleerende werking uitgegaan, doordat de betere schippers niet de gelegenheid krijgen door ijver en betrouwbaarheid zich door de moeilijkheden heen te slaan. Wij meenen, dat, wanneer de Wet op de evenredige vrachtverdeeling in kracht blijft, er in ieder geval aanleiding bestaat om aan de bovenaangegeven bezwaren te gemoet te komen. Ook is het te hopen, dat er verlichting gebracht zal worden in de lasten, die de binnenscheepvaart in den vorm van brug gelden, havengelden, kadegelden, sluis- gekien en hoe zij verder ook mogen hee- ten, te dragen heeft. Konden deze lasten vroeger, toen de binnenscheepvaart be hoorlijk bestaan had, zonder al te veel be zwaar gedragen worden, thans, nu de om standigheden geheel veranderd zijn, zijn deze lasten ondragelijk geworden. Door den hierboven vermelden verbeter den toestand van een deel van de binnen scheepvaart werd gedurende het afgeloo- pen jaar meer rente betaald dan in de voor afgaande jaren. Tegenover dit eenigszins bemoedigend verschijnsel staat, dat de achterstand in aflossingen, mede tengevolge van de moei lijkheden, die wij daaromtrent in Duitsch- land ondervinden, wederom belangrijk is toegenomen. Daar de waarde der sche pen in het algemeen voortdurend afneemt en de schepen daarenboven ouder worden, moet er rekening mede gehouden worden, dat dit op den duur tot verliezen aanlei ding zal geven. Was in Duitschland de toestand der scheepvaart, vooral voorzooverre het de binnenvaart betreft, gunstiger dan in Ne derland, de groote moeilijkheden, die wij van de transfervoorschriften ondervonden, bleven voortduren. Een bevredigende re geling daaromtrent is nog niet gesloten. Op 31 December 1934 stond in Duitsch land uit een bedrag van 8.387.830.46. Ook in België heeft men van overheidswege verschillende maatregelen, als in zake de belemmering van executie, genomen, die voor ons bedrijf nadeelig kunnen zijn. Be halve de schade, die onze Bank door deze wettelijke maatregelen ondervindt, wor den onze werkzaamheden daardoor boven matig uitgebreid. Men zal begrijpen, dat onder deze onzekere omstandighden, wij ons in het algemeen nog van het sluiten van nieuwe geldleeningen hebben meenen te moeten onthouden. Dientengevolge heb ben wij in 1934 slechts 20 geldleeningen tot een bedrag van 339.825.uitgezet In vele gevallen betroffen deze geldleeningen reeds vroeger bij ons verbonden schepen, die door inkoop bij executie of door ver krijging bij minnelijke overdracht aan ons waren overgegaan en daarop weder aan derden werden verkocht Ten einde onnoo- dige onkosten te besparen, 'hebben wij in gevallen, waarin wij genoodzaakt waren op ingekochte en weder verkochte schepen een geldleening te houden, van een her- taxatie van het onderpand afgezien. Hier voor bestond te meer aanleiding, daar on der de tegenwooardige omstandigheden het voor een expert haast onmogelijk is een deugdelijke taxatie uit te brengen. In 1934 werd een bedrag van f 1.779.082.22 afgelost waarvan een bedrag van 378.968.44 van buitengewone aflossingen afkomstig was. Nadat de in het verslag vermelde afschrijving heeft plaats gehad, is dientengevolge het bedrag der uit staande geldleeningen verminderd tot 18.943.80. Het is te hopen, dat wij over eenigen tijd de door aflossing teruggekomen gelden weer opnieuw zullen kunnen uitzetten. Doordat in het afgeloopen jaar 12 sche pen voor lagere bedragen werden inge kocht dan de bedragen, die daarop voor hoofdsom, rente en kosten in onze boeken voorkwamen, werd daarop een verlies van 55.374.25 geleden. Daarenboven moesten wij op 13 ingekochte en weder verkochte schepen uiteindelijk een verlies van 19.125.97 boeken. Daar de economische toestand in Neder land zoowel als in het buitenland zeer on zeker blijft en de daling van de waarde der onderpanden waarschijnlijk in de toe komst tot verliezen zal lijden, achten wij het noodig onze reserves te versterken en met het oog daarop óver de verplichte storting geen dividend uit te keeren. RUBBER ALS TOEKOMST PRODUCT. Nog velen huiveren ervoor om zich bij rubber-aandeelen te interesseeren en al hoewel het verre van ons ligt om zoo iets als speculatie, in welken vorm ook, aan te raden, vermeenen wij goed te doen, de rubber- vooruitzichten nog eens te bespre ken. Want rubber is een der belangrijke cultures van Indië; gaat het de rubber ondernemer goed, dan profiteert zoowat ge heel Indië ervan, omdat deze cultuur niet bepaald is tot één eiland, zooals bijv. sui ker. Rubber wordt alom in den Archipel gevonden en het zijn niet alleen de Euro- peesche plantages, die de voordeelen in den zak steken, maar ook de millioenen inlan ders, die er eigen rubberboomen op na houden. Men moet niet vergeten, dat de toepassingsmogelijkheden voor rubber prac- tisch ongelimiteerd zijn en dat de vraag naar dit product staag zal toenemen. De ergste vijanden zijn de geregenereerde rub ber en de synthetische rubber. De gerege nereerde rubber kan slechts verband hou den met de werkelijke rubber, want het ge regenereerde product is een hèrbewerking van gebruikte rubber. Bij een bepaald rub- berverbruik behoort dus ook een maximale productie-mogelijkheid van het verbruikte en weer op te lappen materiaal. Indien men op een gegeven moment synthetische rub ber zou weten te maken tegen een prijs, die lager ligt dan het ruwe product en met dezelfde goede eigenschappen, ja dan zou den wij voor de toekomst van de rubber vreezen. Rubber echter kan langs natuur lijken weg zóó goedkoop worden geprodu ceerd en het laatste woord omtrent plant- materiaal, opbrengst per eenheid van op pervlakte en dus van kostprijs is nog lang niet gesproken, zoodat wij het onwaar schijnlijk achten, dat ondernemers met een synthetisch product de gelden zouden dur ven opbrengen, die voor de fabrieken noo dig zouden zijn. Daarom is het dan ook een der eerste vereischten om rubber zoo goedkoop moge lijk voort te brengen en niet in te gaan op de verzoeken van hen, die te spoedig rijk willen worden, en daarom het restrictie- percentage hoog willen opvoeren. Men heeft met drie dingen te rekenen. Ten eerste het groote productie-apparaat ten opzichte van de huidige behoeften; ten tweede met de groote voorraden in de ach ter ons liggende tijden van overproductie gevormd en ten derde met de propaganda voor het rubberverbruik. Het te groote productie-apparaat ten opzichte van de hui dige vraag heeft geleid tot de bestaande restrictie, waarbij voorzit om met de hier boven aangegeven normen, de productie te doen aanpassen aan het verbruik. Daarbij hoort ook een aanplant-ver bod. Dit verbod is gegeven; tot 1938 mag niemand zijn rub ber-aanplant ver grooten of zijn areaal met geselecteerd materiaal buiten vast omlijnde normen voorzien. Indien de restrictie na 1938 zal worden voortgezet, zal men de kwestie van expansie nader onder de oogen hebben te zien. Waar rubber zes jaar noo dig heeft om in tap te kunnen komen, kun nen niet eerder dan in 1944 nieuwe boomen tot de productie bijdragen. Men moet het dus tot imnstens 1944 doen met de huidige productiepotentialiteit en men moet zor gen, dat de vraag in den tusschentijd vol doende wordt geprikkeld, ook door het zoe ken naar nieuwe toepassingen voor het product. Vandaar punt 3, het maken van efficiente propaganda hiervoor. Nu de voorraden. Deze bedragen circa 360.000 ton meer dan noodig is om op de huidige verhoudingen over voldoende stocks te kunnen beschikken. Het zijn deze groote surplusvoorraden, die den rubberprijs be letten om op een behoorlijk niveau vrij sta biel te blijven. Vandaar, dat er in rubber een overmaat van speculatiezucht aanwezig is, die dan eens tot hooge, dan weer tot la ger noteeringen aanleiding geeft. Het Am- sterdamsch Effectenblad heeft de methode aan de hand gedaan om deze surplusvoor raden uit de markt te nemen. Zij kunnen worden opgekocht door een Comité, dat met de restrictie-autoriteiten in verbinding staat en welk Comité de toezegging krijgt, "dat het restrictie-percentage zoodanig wordt gesteld, dat per jaar minstens 90.000 ton rubber op de voorraden zal worden ingeloopen. Op die wijze kan deze voor raad in vier jaar zijn verdwenen, terwijl zij, die dien voorraad uit de markt hebben ge nomen, geen risico loopen. Voor dit denk beeld is ongetwijfeld iets te zeggen; het is echter ook mogelijk, dat dit surplus op na tuurlijke wijze uit de markt verdwijnt. Hebben producenten de overtuiging, dat de restrictie op juiste wijze wordt doorge voerd, dan zullen de huidige lage prijzen tot het verleden behooren en dan heeft het voor hen waarde om extra-voorraden aan te houden, welke goedkoop verkregen zijn. Hoe vindt je ra'n nieuwe japonnetje? Beeldig! Schattig! Prachtig! Ik ga direct twee van m'n landhui- ren verkoopen, om *t straks te kunnen beta len. (Marius). RECHTZAKEN HAAGSCH GERECHTSHOF. Het Gerechtshof heeft heden arrest ge wezen in de zaak van J. G. van T., gewe zen directeur van het Centraal Bureau voor de afgifte van bewijzen van rijvaar digheid te 's-Gravenhage, die door de rechtbank aldaar wegens het opzettelijk gebruik maken van een valsch geschrift is veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf. Het hof legde thans deze straf geheel voorwaardelijk op met een proeftijd van drie jaar. De tuinman J. B. G., uit S t o m p w ij k, is door den politierechter, wegens mishan deling veroordeeld tot 15.subs. 30 da gen. Het vonnis werd bevestigd. De tuinman A. M. S., uit Wassenaar, is wegens diefstal van een rijwielbelasting- merk door den politierechter veroordeeld tot 1 maand gevangenistsraf. Het Hof be vestigde dit vonnis met verbetering van gronden. De 25-jarige koopman A. J. M. uit Lei den is door de Haagsche Rechtbank vrij gesproken van de hem ten laste gelegde oplichting tegen welk vonnis de officier van justitie hooger beroep heeft aangetee- kend. M. die door de Crisis Zuivel Centrale was uitgesloten van de levering van z.g. zacht vet, trachtte langs een omweg toch in het bezit van dit vet te komen. Hij wendde zich daartoe tot een fabriek te Zaandam, die hij orders gaf, welke rechtstreeks aan de klanten moesten worden afgeleverd. Deze afleveringen zouden dan onder rem bours geschieden. Zoodra de expeditie-onderneming te Lei den in het bezit van het vet was, kwam M. mot de mededeeling, dat hij verder zelf voor de aflevering zorg zou dragen en hij nam alsdan de paketten tegen betaling van het verschuldigde bedrag in ont vangst. Bij onderzoek is gebleken, dat geen van de geadresseerden, die allen in de omge ving van Leiden woonden, ooit dit vet bij de fabriek hadden besteld. Op zekeren dag werd door een contro leerend ambtenaar van de Crisis Zuivel Centrale het bedrog ontdekt. Na getuigenverhoor betoogde de advo caat-generaal dat M. aan de fabriek gefin geerde namen van afnemers heeft opgege ven en dat hij zoodoende clandestien in 't bezit van het vet is gekomen. Evenwel is gebleken, dat de partij, in de dagvaarding vermeld, niet is afgeleverd; deze toch is in beslag genomen en op dien grond is M door de rechtbank vrijgesproken en spr. meen de, dat de vonnis onder de gegeven om standigheden geacht moet worden juist te zijn gewezen. De verdediger mr. Averbeck voerde o.m. aan, dat zijn cliënt dezen weg had geko zen, ten einde te voorkomen, dat de fa briek rechtstreeks met zijn klanten in con tact zou komen. Pleiter meendee dat hier geen sprake kan zijn van wederrechtelijke bevoordeeling. Arrest 8 Mei a.s. SPORT AUTOMOBILISME DE RALLYE NAAR MAROCCO. Nederlandsche equipe te Brussel gestart. Gisteren is de Rallye naar Marocco be gonnen. Behalve te Brussel zijn de deel nemende wagens vertrokken van Parijs, Londen, Berlijn, Warschau, Rome en Sfax. In de Belgische hoofdstad is de eenige in deze Rallye startende Nederlandsche equipe vertrokken ml. Pieter Bon en de Wit met Ford. Via Straatsburg, Bazel gaat het naar Parijs en van Parijs weer naar Genève. Van Genève wordt gereden naar Bordeaux en men hoopt Vrijdag as. te Gibraltar aan te komen. De afstand van Brussel naar Gibraltar bedraagt 3741 K.M. Zaterdag vindt vervolgens een hellings- rit te Tanger plaats, terwijl Zondag de etappe TangerMeknes wordt gereden. Op Maandag 29 April vindt een accekeratie- proef plaats en op 30 April, 2 en 3 Mei woredn de laatste etappes gereden n.1. MeknesMarrakech, MarrakechAgadir en AgadirCasablanca. De afstand in Europa en in Afrika teza men bedraagt ongeveer 6000 K.M. BILJARTEN WERELDKAMPIOENSCHAPPEN DRIE BANDEN. Maandag zijn te Algiers de wereldkam pioenschappen over drie banden begonnen, waaraan deelnemen Lagache (Frankrijk), Europeesch kampioen, Puigvert (Spanje) wereldkampioen 1934, Miro (Spanje), Za- man (België), Davin (Frankrijk), Groente man (Nederland), Aeberhard (Zwitser land) en Toledano (Afrika). De resultaten van de eerste partijen lui den: 0.561 0.499 INGEZONDEN STUKKEN Mijnheer de Redacteur. In uw geëerd blad van 20 April jl komt een verslag van de gehouden vergadering van den Bond vtn Z.-HolL Kleine Kweekers afdeeling Noordwijk voor, in we'.k verslag een onjuistheid voorkomt vermoede!ijk: door den verslaggever verkeerd begrepen) waar het verslag zegt: „De manier waarop het rra betaald moet moet worden had spr. liever anders gezien en wel dat de bollen, welke het einddoel bereikten, waren belast Dit plan heeft spr. destijds verdedigd (voorgesteld niet) doch werd als (minderheid) niet aangenomen. Het woord minderheid moet zijn meer derheid. Ik verzoek u dan ook beleefd, dit abuis te oorrigeeren en te publiceeren. Het is juist van belang te weten, dat er voor de te nemen maatregelen 1934 de Regeering twee plannen zijn voorgelegd, een plan minderheid, wat het thans uitgevoerde plan is, en een plan meerderheid, wat een kwee- kersbelang was, en het rechtvaardigste, daar dat plan tegemoet kwam aan degenen die een slechte oogst hadden. Dit was ook oorzaak van de tamelijk felle aanval onzerzijds aan de Regeering, vorige week, daar steeds met de kweekers niet voldoende rekening wordt gehouden, waardoor juist de kleine bedrijfjes het meest door worden gedupeerd. U bij voorbaat dankend, Hoogachtend, P. v. d. NOULAND. Werkloozenzorg te Voorhout. Voorhout, 23 April 1935. L. Z. U allen hebt in een der vorige weken in de courant onder het opschrift „De doods klok luidt" gelezen, dat er vele bedrijven in groote moeilijkheden verkeeren, doch hierop willen wij niet reageeren. Wij wil den de belangstelling van de ingezetenen van Voorhout vragen voor het motto „De noodklok luidt'Zooals u lezers wel zult weten hebben de gemeentenaren van Voorhout reeds drie jaren de gelden bij eengebracht, welke noodig zijn geweest, om de christelijke werkloozen gedurende de wintermaanden bijeen te brengen in het Parochiehuis, waardoor zij in de gele genheid werden gesteld van 's morgens 9 tot 12 en van 1 y. tot 4 uur, zich bezig te houden met schaak-, dam- of kaartspel, om zoodoende hun eenige afleiding te be zorgen in de dagelijks terugkeer ende werkloosheid. Wij zijn tot heden in staat geweest hen 's morgens een kop koffie en een pijp tabak te verschaffen. Deze afge loopen drie winters zijn wij successievelijk met medewerking van de tooneelvereeni- ging „Adolf Kolping" en de R. K. muziek- vereeniging „St. Cecilia", zoo gelukkig ge weest, een extra versterking der kasmid delen te verkrijgen. Doch de zoo noodige hulpbronnen beginnen zoo allengs op te drogen en nu zijn wij aangewezen om in de toekomst te trachten een reservekas te vormen, vóór de wintercampagne begint, want anders zullen wij het mooie sociale werk op diezelfde wijze niet kunnen blij ven voortzetten. Om de ingezetenen en ook de collectrices eenigszins te ontlasten, hebben wij in de afgeloopen jaren in den zomer de wekelijksche collecte gestaakt, doch, nu de buitengewone ontvangsten tot een minimum zijn beperkt, meenden wij te moeten besluiten, om de collectrioes eens in de maand, en wel de laatste week, gedurende de zomermaanden bij u aan te laten kloppen. U zult toch wel beseffen dat wij allen den socialen plicht hebben, om de zoo langdurige werkloosheid eenigszins te verlichten, door de gelegen heid te scheppen, hierin althans eenige af wisseling te brengen, waardoor bevorderd wordt dat de droefgeestige gedachten zich omzetten in genoeglijk spel of gezel lig gekout. Niemand uwer zal toch het standpunt kunnen innemen, dat dit mooie werk op den achtergrond moet worden gebracht, om daardoor eenige levensmiddelen aan de gezinnen der werkloozen te kunnen verstrekken. Wij ontveinzen het niet, dat daaraan in vele gezinnen behoefte be staat, maar hebben toch de volle overtui ging, dat wij ook het moreele peil der menschen moeten hooghouden, daar toch het spreekwoord „een mensch leeft niet van brood alleen", ten volle bewaarheid wordt. Wij hopen en vertrouwen, dat u door het zooveel mogelijk steunen dezer collectes het Werkcomité in staat zult stel len in den aankomenden winter, enkele malen een extra verschaffing van levens middelen aan de vele behoeftige gezinnen te kunnen verstrekken. Wij meenden goed te doen, u allen nog eens een volledige uiteenzetting te geven van de werkzaam heden van het Werkcomité en vertrouwen dan ook, dat u allen de collecte geduren de de zomermaanden vooral goed zult ge denken. Bij de volle medewerking uwerzijds kunt u er verzekerd van zijn, dat dit door het comité ten zeerste zal worden gewaar deerd en door de werkloozen op hoogen prijs zal worden gesteld, omdat daaruit blijkt dat gij medevoelt met het leed der groote werkloosheid. Dus Gemeentenaren van Voorhout aan u is het om deze daad van naastenliefde te stellen. Het Werkcomité. 50 64 38 64 0.731 0.593 JENNY KASTEIN TE KOPENHAGEN. Gisteravond is de Nederlandsche zwem ster Jenny Kastein van de H.D.Z. te Am sterdam wederom uitgekomen op de inter nationale zwemwedstrijden te Kopenhagen en wel in het nummer 200 M. schoolslag. Zij eindigde als derde in den tijd van 3 min. 16.7 sec. achte- mej. Christensen, die een tijd maakte vari 3 min. 12 sec. en mej. Nielsen weer tijd 3 min. 16.6 sec. be droeg.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 7