EEN HEILIG POLITICUS 26ste Jaargang DONDERDAG 4 APRIL 1935 No. 8082 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij Tooroitbetelmg: Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 1 GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop: 0.54 HOE SIR THOMAS MORE HET DOODVONNIS ONTVING Lord Audley stelde daarop, min of meer beschaamd, de vraag. En daarop volgde het vreeselijke vonnis Ik weet, ik weet wel, dat in vroegere dagen, zelfs Heiligen in tweeën gezaagd zijn, mannen wier aan zijn de wereld niet waard was! Toen sprak Vader zijn volle meening uit, en zei zijn rechters en betichters vaar wel, hopende, dat gelijk St. Paulus te genwoordig was toen St. Steven werd ge- steenigd, en beiden toch nu Heiligen in den Hemel waren, zoo ook hij en zij wel dra elkander daar ontmoeten mochten als gemeenschappelijke erfgenamen eener eeuwige zaligheid. In'tusschen hadden de arme Bessy en Cecy (twee kinderen van Sir More) van droefheid en 't lange wachten afgemat, vóór nog Vader den terugweg aannam, zich genoopt gezien, onder Herons ge leide huiswaarts te keeren. Was het min der gevoel of meerdere lichaamskracht, wat mij in staat stelde, met Dancey op den Towerwerf te blijven? God weet het! Vader werd over 't water teruggevoerd; mijne arme zusters moeten hem voorbij- geroeid zijn!Het eerst wat ik zag, was de bijl, met zijn scherpen kant naar hem toegekeerdmijn eerste zekerheid van zijn veroordeeling. Ik Baande mij een weg door de menigtedaar voelde ik een koude hand op mijn arm: die van den ar men Patteson (de vroegere nar van My- lord), zóó veranderd, dat ik hem nauw- lijks herkende, met een rozenkrans van kruisbessen, die hij door zijn vingers liet glijden. „Wacht je tijd af, juffer Meg!" zei hij, „als hij hierlangs komt, zal ik ruim baan voor je maken DE LAATSTE OMHELZING. Een oogenblik later: „nu, juffer, nu!" en zijn armen rechts en links slaande, maakte hij een bres in de volksdrom, door welke ik, spiesen noen hellebaarden vree- zende, heen drong, en mijne armen om Vaders hals wierp. „Mijn Meg!" riep hij uit, en drukte mij aan zijn hart, alsof onze zielen moesten samenvloeien. „God zegene u!" zei hij: „genoeg, genoeg mijn kind! Wat begint gij om zoo te schreien en mijn hart te breken? Bedenk, al sterf ik onschuldig, dat het niet zonder Gods wil is, Die, had Hij 't beter geacht, de harten mijner vij anden had kunnen omkeeren. Bezit daar om uw ziel in lijdzaamiieid! Kus allen voor mij, zóó en zóó en zóóDaarop liet hij mij weer in Dancey's armen vallen, terwijl de wachten om ons weenden. Maar ik kon hem zoo nog niet voor altoos laten glippen, geèn minuut later waagde ik een nieuwe poging, rukte mij van Dancey los. klemde mij nogmaals aan Vader, en nogmaals had den zij deernis met mij, en hielden stil, terwijl ik aan zijn haas hing. Thans ston den er zware droppels op zijn dienbaar voorhoofd, en groote tranen hingen aan zijn oogleden. „Om Christus wil, Meg!" fluisterde hij, „doe mij- niet bezwijken! je zult toch mijn laatste bede niet afslaan?" „O, neen!" riep ik uit, en liet terstond mijn armen los. „God moge u zegenen!" zei hij n,u, met een laatste kus. „Vader! Vader!" kon ik mij niet weerhouden te roepen. „De wagen van Israël en zijn rui ters!" fluisterde hij haastig, en wees met zulk een bezielden blik omhoog, dat ik op waarts zag, in de meening bijna een zali gend visioen te zien; en toen ik mij weder omkeerde, was hij weg, en ik kwam niet weer tot bezinning, voor ik mij in mijn eigen kamer terug vond, en mijne zusters mijne handen vatten. 5 Juli. 't Is alles nu afgeloopen; ze hebben het ergste gedaan.en toch leef ik nog! Daar zijn vrouwen geweest, die aan den voet van 't kruis konden staan! En de moeder der Maccabeesche broeders o, ja, ik weet het niets dan een onvergeeflijke zonde. Den 6en. Dr. Clement is bij ons geweest en zei, hoe Vader was opgegaan, zoo blij als een bruidegom, om met de onsterfelijkheid be kleed te worden. Robert heeft alles tot den einde uitge houden. Volmaakte liefde schudt de vreeze uit. Zoo deed de zijne. Den 7en. ....Mijn kostelijkste schat is dit dier bare briefje, met houtskool geschreven, het laatste, waartoe zijn hand zich zette, en waarin hij schrijft: „ik was nooit méér met uw doen omtrent mij ingenomen, dan toen gij my 't laatst vaarwel hebt gekust". Den 19en. Men heeft ons niet veroorloofd, zijn ar men, geknotten romp te begraven; maar, zoo zeker als er een zon aan den hemel is, ik wil zijn hoofd helbben, en dat nog vóór de zon opnieuw weer verrijzen zal ook. Zoo geen verstandige lui .mij ter zij willen staan, zal ik het met een nar voor lief ne men. (Margaretha heeft in den daaropvol- genden nacht inderdaad het hoofd van haar vader, dat ter bespotting op een piek naast de London Bridge was geplaatst, wegge nomen en begraven). EEN STORM VAN AFGRIJZEN. Na de ndood van Sir Thomas More brak er over Europa een storm van afgrijzen en verontwaardiging los: Niet beter kunnen we dan ook doen dan eenige uitingen weer te geven van twee vermaarde tijdgenooten, die hun meening niet onder stoelen of banken behoefden te steken. Deze getuigenissen vindt men opgetee- kend en verzameld bij Thomas Stapleton, een der eerste en zeker een der bekwaam ste biographen van Sir More. „Het is duidelijk" zegt Erasmus, „dat Tho mas More en de bisschop van Rochester Fisher zich niet aan de misdaad van hoog verraad jegens den koning hebben schul dig gemaakt; evenmin kan men hen van kwade trouw of van halsstarrigheid be schuldigen. Zij hielden zich overtuigd, dat de door hen volgehouden zienswijze recht vaardig en wettig was, roemrijk voor den koning en wettig voor den staat. Door hen, die met de regeering dweep ten, tot het uiterste gebracht, wisten zij niettemin een verstandig stilzwijgen in acht te nemen, te gelijkertijd dat zij in hun geloof en in hunne gehoorzaamheid aan de kerk en den H. Stoel volhardden. De dwingelandij van Hendrik VHI ver volgde hen met eene voorbeeldelooze woede. Intusschen heeft men meer dan eens barbaarsche volken deugden en edelmoe dige daden zien vereeren. Vermelden we nog een schitterend bewijs van bewondering voor More, door keizer Karei V geleverd. Toen die vorst de beide terechtstellin gen van Fisher en More vernam, riep hij, in tegenwoordigheid van Elliod, Engelsch gezant aan het keizerlijke hof, uit: „Indien ik in mijn staten twee zulke lichten bezat, dan zou ik liever mijn hoofdstad stormen derhand laten innemen, dan mjj van hun hulp te berooven, en vooral toe te staan, dat men op zulke onwettige wijze twee zulke groote geleerden en twee zulke eer lijke raadslieden deed sterven". DE HEILIGVERKLARING. Het zijn deze figuren, Kardinaal Fisher I en Sir Thomas More, die onze tegenwoor dige Paus tot de eer der Altaren zal ver heffen. De Riten-Congregatie heeft aan Z. H. alle bescheiden ter hand gesteld, waarvan de Paus dankte. In Zijn antwoord verheerlijkte de Hei lige Vader de schoonheid van de beide nieuwe gestalten in hun historische en hun heroïsche heiligheid. In groote trekken schetste de Paus het leven van de beide zaligen en hun heldhaftigen dood. Hij schil derde den adel en heiligen ijver van bis schop John Fisher en kanselier van de universiteit van Cambridge, die onwrik baar weigerde de geestelijke oppermacht van den koning te erkennen en blijmoedig den marteldood onderging. Een wonder baar schouwspel voor engelen en men- schen. Daarna sprak de Heilige Vader over Thomas Morus, die als groot-kanselier de tweede persoonlijkheid van het Engelsche Koninkrijk was. De Paus sprak over Thomas Morus' hoogen, levendigen en sierlijken geest, rijk aan dat bijzondere karakter, dat de Engel- schen humor noemen, een uitdrukking van blijmoedige rust, welke hij tot op het scha vot bewaarde. De man, die zoo waardig den mantel van het hoogste staatsambt droeg, legde dien liever af, dan hem met ontrouw te bevlek ken. Ook hij ging rustig den marteldood tet- gemoet, getuigend van zijn geloof en bid dend voor zijn vervolgers. Tenslotte sprak de Paus een dankwoord tot God, die Hem heeft toegestaan mede te werken tot de verheffing dezer beide martelaren, die niet alleen voor het geloof, maar in het bijzonder voor het geestelijk oppergezag en primaatschap van den Paus zijn gevallen. Aan het begin van het veertiende jaar van Ons pontificaat" aldus de Heilige Vader, „mogen Wij aldus het woord her- Tegen cumulatie Op de vergadering van de Chr. Hist. Unie is op voorstel van de afdeeling Arn hem besloten, dat het hoofdbestuur een commissie zal benoemen ter nadere bestu dering van het vraagstuk der ongewensch- te cumulatie van openbare functies en daaruit voortvloeiende inkomsten, waar over die commissie op de eerstvolgende vergadering rapport uit zal brengen. Dit is een goed besluit van de verga dering der Chr. Hist. Unie. Er wordt overdreven in de voorstellin gen van de feitelijke cumulatie. Er wordt gefantaseerd en gelogen, er wordt dema gogie gepleegd! Maar met dat al: er bestaan onge- wenschte toestanden op het terrein der cumulatie; en: er wordt te weinig gedaan, om in die toestanden wijziging en verbe tering te brengen. Dat staat o.i. vast. Men kan ook te hard roepen, dat al dat geschrijf en gepraat over cumulatie dema gogie is! Door sprekers en propagandisten van onze R.K. Staatspartij wordt o.i. wel 'ns te eenzijdig de aandacht getrokken naar de demagogische, misleidende voor stellingen over cumulatie, met voorbijzien van de werkelijk bestaande wantoestan den op dit gebied. Cumulatie, ook in beperkten omvang, is vooral in dezen tijd een ergernis. V Een vlugschrift der S. D. A. P. Wij citeeren hier uit een verkiezings vlugschrift van de S.D.A.P.: Het is de tijd van de meest groteske dwaasheden. Omdat de productie te hoog is opge voerd, omdat er te .veel is voortge bracht, lijdt de wereld thans gebrek. Hier heerscht broodgebrek, terwijl ginds het graan in de locomotieven wordt gestookt, en men er overal op uit is, de verbouw van graan kunstma tig te beperken. Voor velen is koffie thans een onbe reikbare weelde, terwijl in Brazilië mililoenen balen koffie eenvoudig in zee worden gesmeten. Inderdaad, men zegt niet te veel, wanneer men constateert, dat wij le ven in een waanzinnige wereld. Wij sociaal-democraten wijten dezen waanzin aan de anarchie van het ka pitalistische stelsel, dat alle heil ver wacht van de vrije werking der maat schappelijke krachten. Een Amerikaansch schrijver heeft het eens zóó uitgedrukt: de wereld be schikt thans over millioenen paarde- krachten, maar het is de kracht van wilde, ongetemde paarden. Het is een kracht van geweldige beteekenis, maar zoo nu en dan trekken zij in al te vu rige drift de wereld bijkans uit haar voegen. Het is daarom noodig de paarden te temmen, hetgeen beteekent, dat orde ning en planmatigheid in de plaats be- hooren te komen van het vrije spel der maatschappelijke krachten. Als men leest: „wij, Katholieken", in plaats van „wij, sociaal-democraten", dan zou hetzelfde ook door óns geschreven kunnen zijn! Wij zijn het er volkomen mee eens, dat de „vrije werking der maatschappelijke krachten" de oorzaak is van „de meest gro teske dwaasheden", die wij in dezen tijd beleven. Maar, hieraan moet tóch worden toegevoegd, dat de omstandigheden, ge schapen door den wereld-oorlog, in zeer sterke mate die vrije werking der maat schappelijke krachten ongunstig hebben beinvloed, waardoor het ellendig-droeve effect is ontstaan, dat is uitgegroeid tot een wereld-ramp. Zóó stelt men het feitelijke gebeuren gehéél juist voor. In hetzelfde strooibiljet der S.D.A.P. vin den wij verder deze bezadigde verklaring: Wij ontkennen niet, dat aanpassing noodzakelijk is. De productiekosten j heben zich nu eenmaal te richten naar de sterk gedaalde prijzen; blijvend met verlies werken is onmogelijk. Wij zul- 1 len ons ook hebben aan te passen bij internationale verhoudingen; Neder- I land mag geen duurte-eiland worden. DIT NUMMER BESTAAT UIT VIER BLADEN. VOORNAAMSTE NIEUWS BUITENLAND. De prijsopdrijving in België vermin dert. (2de blad). De Duitsche luchtvloot thans even sterk als de Engelsche? (2de blad). Eigenaardige „oplossing" van de regee- ringscrisis in Spanje. (2de blad). Stijgende opwinding in Abessynië. (2de blad). Als hij dit geconstateerd heeft, vervolgt de schrijver van het verkiezings-geschrift, dat aanpassing niet eenzijdig mag geschie den. Inderdaad! Dat mag ook niet. En er wordt dan naast den eisch van „werkverruiming op grooten schaal" waarmede wij ons, zoover mogelijk, feite lijk ook vereenigen „aanpassing ook van rente, huren, tarieven" verlangd. En wie dat wil moet stemmen op de S. D. A. P.! Deze conclusie volgt uit het voorafgaande niet met wat men kan noemen: dwingende logica! Daalt de rente niet en wel gestadig, telkens weef wat lager of over breeder terrein? Is ren te-verlaging niet een wensch, die óók leeft onder de „burgerlij ke partijen", en óók al had het eerder moeten gebeuren! den laatsten tijd bij de regeering en in de regeeringsdaden weerklank heeft gevonden. En willen de „burgerlijke partijen", wil de regeering geen huur-verlaging? Streeft de regeering niet in die richting zeer doel bewust? En mag men het streven naar tariefsver laging een monopolie, der S. D. A. P. noe men? 't Lijkt er niet op! „Inplaats van afbraak-politiek, doelbe wuste welvaarts-politiek". En daarom bij de verkiezing van de Prov. Staten in Zuid-Holland stemmen op: LIJST 7! halen, dat Onze Voorganger op den bis schopsstoel van Milaan, de heilige Am- brosius, sprak bij de terugvinding van de lichamen van de martelaren Gervasius en Protasius: „Zoo Wij zelf geen martelaren zijn, mogen Wij toch martelaren vinden". De Paus richtte tenslotte bij deze groote heilige gestalten Zijn gedachten naar hun vaderland Engeland en bad het woord van Christus, dat niet enkel een gebed, maar ook een profetie is, dat het één schaapstal en één herder worde. Op het oogenblik zijn nog 19 recht- streeksche afstammelingen van Thomas More in leven. Acht van hen dragen den naam Eyston. Zij zijn afstammelingen van den zaligen martelaar door het huwelijk van diens zoon met Anna Crisaker. Het hoofd der familie is Mr. Thomas More Eyston, die in het Hendred House te Wan tage (Berkshire) woont. De Eystons hebben onafgebroken 500 jaax dit huis bewoond. Aan dit huis is een kapel verbonden, die dateert uit de tijden van Hendrik VI. Men bewaart daar o.m. een drinkbeker van den Zaligen Thomas More, alsmede een wan delstok van den Zaligen Kardinaal Fisher. Eerste Kamer De onteigening Een ontwerp, dat de Tweede Kamer zon der moeilijkheden en met algemeene in stemming passeerde, vond in de Eerste Ka mer heden eenige bezwaren op zijn weg. Weer waren het de heeren de Savornin L oh man (C.H.) en Kranenburg (V. D.), die zich tegenover elkander vonden. Eerstgenoemde vreesde van de aan de orde zijnde wijziging van de onteigeningswet, dat het een begin was van 'n uitholling van de in de grondwet gewaarborgde rechten t.a. v. de eigendom. Deze wijziging beoogt n.l. de onteigeningsprocedure te vereenvoudigen gezien de vele onteigeningen in den laat sten tijd mede in verband met het Werk fonds. Deze vereenvoudiging zou dan be reikt worden door den wetgever bij deze procedure uit te schakelen en het advies van den Raad van State daarvoor in de plaats te stellen. De heeren de Savor nin LohmanenvanCitters (A.R.) voelden dit aan als een verzwakking van de waarborgen, die in de Grondwet gege ven worden tegen onbillijke onteigening. De heer Kranenburg V.D.) en Mi- nister Van Lidt de Jeude achtten de zaak niet van zooveel gewicht. Het was een zuiver practisch voorstel, waarachter men geen theoretische bespiegelingen moet gaan zoeken. De omstandigheden eischen deze wijziging en dit is de eenige reden, waarom zij is voorgesteld. Natuurlijk nam de „oppositie" met deze simpele afwimpeling geen genoegen, maar voldoende reden om over het ontwerp te stemmen was er toch blijkbaar h.i. ook niet. Zoodoende werd het ontwerp z. h. st. aan genomen, waarna de Kamer zich in de af- deelingen terugtrok. Wij hebben onlangs overgenomen een mededeeling van een te Berlijn zielzorg uitoefenend Nederlandsch priester, die constateerde, dat inderdaad in Duitschland door klooster-oversten zij 't dan onwetend en in ieder geval met goede bedoeling zijn overtreden de deviezen-voorschriften. En, dat dus in het optreden der politie te gen bedoelde klooster-oversten niet mocht worden gezien een kloostervervolging. Wij aanvaardden de juistheid dezer me dedeeling en loochenen die ook nu niet. Maar toch meenen wij onzen lezers ook niet te mogen onthouden de volgende me- I dedeelingen, die wij letterlijk overnemen uit het liberale „Handelsblad" van dezen morgen: In „Der Deutsche Weg", een blad voor 1 Duitsch sprekende Katholieken", van j.l. Zondag, een blad dat sinds 1934 te Olden- zaal verschijnt, en dus heel wat vrijer in zij uitingen is dan de R.K. bladen in Duitschland, lezen wij mededeelingen over de huiszoekingen van den laatsten tijd in Duitsche kloosters, waarover ook onze Maastrichtsche correspondent, die even dicht bij de Duitsche grens zit als „Der Deutsche Weg", bijzonderheden heeft ver teld. Deze schreef van een klooster te Aken, waar, al was het dan niet met baat zuchtige bedoelingen, op groote schaal ge smokkeld was; in een ander Akensch klooster zou de toestand ook niet zuiver zijn geweest. Onze correspondent voegde er echter aan toe, dat men in de huiszoe kingen veelal uitingen van Duitsch regee- rings-anti-Katholicisme ziet. „Der Deut sche Weg" schrijft nu, dat deviezensmok- kelarij het voorwendsel voor huiszoekingen in kloosters overal in Duitschland is. Het gaat zoo in zijn werk, meldt het blad: de geheime staatspolitie bezet een klooster, vaak om het pas na vele uren te verlaten; de paters en zusters worden in een zaal bijeengebracht, met het bevel te zwij gen. Onder scherpe bewaking van een aan tal politie-beambten blijven zij daar tot alles zeer grondig en streng is doorzocht, en bijna steeds zou het uitloopen op arres tatie van de overheden van het klooster. Zeven paters Redemptoristen zouden pas weer in hechtenis zijn genomen, o.a. een rector Brinokmann te Bochum, een predi ker van groote bekendheid. Men vermoedt, dat ook de provinciaal Joseph Kreuz, die sinds eenige weken „verdwenen" is, ge vangen is gezet. De zusters van een klooster te Hiltrup hebben een bedevaart naar Telgte ge maakt om te bidden dat het onheil van haar klooster afgewend zou worden; de „Gestapo", heeft dit wel toegestaan, maar een aantal rechercheurs gingen mede. Vol gens het bl^d is het allemaal niets anders dan het „zoeken" van het Katholicisme door de nat.-soc.overheid; het haalt de Christen-vervolgingen door de Romeinsche keizers er bij aan. Toch behooren zoowel Hitier als Goebbels, zoo voegt het er bitter aan toe, tot de Katholieke Kerk. Het blad geeft verder de volgende bloem lezing van anti-kath. uitingen: „Christus kan onmogelijk een Jood ge weest zijn. Ik behoef dat niet wetenschap pelijk te bewijzen: het is een voldongen feit". (Dr. Goebbels). „De Paus is een Jood, die in werkelijk heid Lippmann 'heet". („Völkischer Beo- bachter"). „De katholieken zijn de zwarte gieren van het Duitsche nationaal-socialisme en de wegbereiders van de tweedracht in het Duitsche volk. Wij zullen niet ophouden tot wij ze uit het leven van het Duitsche volk gestooten hebben" (De nat. soc. leider Amerlahn). „De Duitscher kent geen schuldbewust- zijn. Ook heeft hij niet het gevoel, in zon- de geboren te zijn. Zelfs wanneer de Duit- scher zondigt, verliest hij toch nooit het directe contact met God" (Prof. Fr. J Hauer, hoogleeraar aan de universiteit te Tubingen).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 1