Bereidt Uw jus met HONIG's BOUILLONBLOKJES - 6 voor 10 cent WOENSDAG 6 MAART 1935 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD. - PAG. 9 GEMENGDE BERICHTEN BEJAARD WIELRIJDER GEDOOD OP ONBE- WAAKTEN OVERWEG. Lijk deerlijk verminkt. Op den onbewaakten overweg aan den Zuidendijk te Dordrecht heeft gistermiddag een ongeluk plaats gehad, dat een bejaard man het leven heeft gekost. De 63-jarige wielrijder W. van der Stel uit Puttershoek bevond zich op den over weg, toen de trein uit de richting Lage Zwaluwe naderde, die te 12.02 uur aan het station te Dordrecht moest aankomen. De man werd door den trein gegrepen en on geveer dertig meter meegesleurd. Toen de trein tot stilstand was gebracht, snelden omwonenden te hulp, terwijl een trein, die even later uit de richting Dordrecht na derde, werd opgehouden, omdat men wilde nagaan, of zich daarin wellicht een dokter bevond. Dit was echiter niet het geval doch wel dra arriveerden politie en medische hulp. Het bleek toen echter, dat van der Stel onmiddellijk gedood moet zijn. Het deerlijk verminkte lijk is naar Puttershoek overge bracht. Het rijwiel was geheel vernield. Daar hel uitzicht ter plaatse vry goed is, vermoedt men, dat onoplettendheid van het. slachtoffer de oorzaak van het ongeJuk is geweest. De politie stelt overigens een onderzoek in. WAGEN VAN DEN DIJK GEREDEN. Voerman gedood. Maandag had tusschen Wolfaartsdijk en 's Heer Hendrikskinderen een ernstig on geluk plaats. Van de richting Wolfaartsdijk kwam de landbouwersknecht Braamse, in dienst bij den landbouwer Van Dijke met een wagen beladen met pakken geperst stroo aanrijden. Door onbekende oorzaak waarschijnlijk door het schrikken van de paarden reed de wagen van den hoo- gen dij'k, met het gevolg dat B. onder de pakken stroo terecht kwam. Een dokter was spoedig ter plaatse, maar deze kon niet anders dan den dood constateeren. SCHIP GEZONKEN BIJ ASSELT. Schipper en familie gered. Gistermorgen omstreeks halftwaalf is het 398 ton metende sleepschip „Flores", dat met een lading steenkolen op weg was van Ruhrort naar België, op de Maas bij Asselt (gemeente Swalmen) midscheeps aangevaren door de Duitsche Rijnaak „Maine", eveneens geladen met steenko len en op weg van Stein naar Frankfort. De aanvaring was zoo hevig, dat de „Flo res" binnen korten tijd zonk. Men slaagde er nog in het schip eenigszins naar den wal te trekken, en aan den grond te zet ten, zoodat het niet geheel onder water verdween. De opvarenden van de „Flores", namelijk de schipper, diens vrouw, vier kinderen en een knecht konden worden gered. De „Tel." meldt hierover nog het vol gende: Omstreeks elf uur ontmoetten twee slee pen elkaar in de vooral bij hoog. water ge vaarlijke bocht bij de kerk bij Asselt. De opgaande sleep, welke getrokken werd door de sleepboot „Berta", kapitein P. Meerman, zag al spoedig dat het passeeren in de bocht, waar een baggermolen lag, groot gevaar opleverde en aan de sleepen werd dan ook het sein gegeven om voor anker te gaan, hetgeen geschiedde. Het sleepschip „Maine" was inmiddels in den stroom uit den koers geraakt en botste met den boeg midscheeps tegen de „Flo res", waarvan de schipper, de heer Gerret- sen uit Vreeswijk, juist het anker liet val len. De „Flores" begon onmiddellijk te zin ken. De schipper, het gevaar waarin hij en de zijnen verkeerde inziende, zette ter stond zijn boot uit, terwijl de parlevin ker Smeet uit Buggenum, die zich in de nabijheid bevond, eveneens met zijn boot je te hulp kwam en den opvarenden bij hun pogingen om zich in veiligheid te stel len, groote diensten bewees. Toen de schippersfamilie zag, dat de „Flores" slechts langzaam zonk, begaf zij zich weder aan boord om te trachten iets van hun have in veiligheid te brengen. Dit was echter maar weinig, want weinige oogenblikken later lag het dek van het vaartuig nog slechts voor een klein ge deelte boven water. De „Flores" was het vierde en laatste schip van de sleep welke door de „Berta" getrokken werd en behoorde toe aan den heer A. Lange te Egnis (België). Men is terstond begonnen met het leegpompen en lichten van het schip, terwijl door den Rijkswaterstaat de noodige maatregelen zijn getroffen opdat de vaart niet gestremd wordt. De baggermolen, die een groot deel van de vaarruimte in beslag nam, is ter stond verwijderd. Zoowel schip als lading en huisraad van den schipper zijn verzekerd. De „Maine" liep avery aan den boeg op, doch kon nog enkele kilometers worden opgetrokken tot Kessel waar dit schip voor herstel voor anker is gegaan. De aanvaring veroorzaakte zoo'n hevi- gen slag, dat de bewoners uit de huizen snelden om te zien wat er gaande was. Het onderzoek door den Rijkswaterstaat is in vollen gang. DE „BOSCHDIJK" IN DEN STORM. Toch zelf op redding uit. Gistermiddag is het ss. „Boschdijk", een vrachtschip van de H.A.L., na een zeer be wogen reis aan de Wilhelminakade te Rot terdam aangekomen. De „Boschdijk" is op 18 Februari j.l. uit Norfolk vertrokken met een lading graan voor Antwerpen en stuk goederen bestemd voor Rotterdam. Toen het schip zeven dagen onderweg was, is het In den nacht van 26 op 27 Februari in een hevigen storm geraakt, waardoor het vrij belangrijke averij heeft opgeloopen. Tij dens den storm heeft 't schip verschillende S.O.S .-seinen ontvangen, waarvan er en kele afkomstig waren van het s.s. „Mac Gowrie", dat, zooals gemeld, met man en muis is vergaan. Gistermiddag hebben wij een onderhoud gehad met den kapitein van de „Bosch dijk", den heer S. Vlietstra, die de volgen de bijzonderheden vertelde: In den nacht van 26 op 27 Februari stond «r een hevige storm, waarvan wij zeer veel hinder hebben ondervonden. Toen wij onze eigen moeilijkheden fce boven waren en met man en macht hadden gezwoegd om onhei len te voorkomen, bracht de marconist mij een S.O.S.-bericht, dat afkomstig bleek te zijn van het s.s. „Gowrie", dat 3259 bruto ton groot was en heeft toebehoord aan de Clijdes Dale Navigation Cy. Ltd. te Glas gow. Dit telegram deed mij besluiten den koers te wijzigen en naar de plaats, waar zich het schip in gevaar bevond, op te stoo- men. De storm was evenwel van dien aard, 'lat er van een groote snelheid geen sprake kon zijn. Ons schip werd door de hooge zeeën en den krachtigen stormwind hevig heen en weer geslingerd. Hoe meer vaart, hoe grooter de kracht van de golven; voor eigen veiligheid was dus halve kracht va ren geboden. Om 12 uur 's nachts seinde de „Europa" ons een telegram ontvangen te hebben, waarin de kapitein van de „Mac Gowrie" mededeelde, dat zijn schip er zeer slecht aan toe was en dat, wanneer er niet snel hulp zou komen opdagen, de uit 26 koppen bestaande bemanning reddeloos verloren zou zijn. Het waren emotioneele momenten, zei de heer Vlietstra. Een dergelijk bericht te ontvangen terwijl men slechts een mati ge snelheid kan ontwikkelen. Onze pogin gen, het schip nog Vrijdag te bereiken, hebben helaas gefaald. Toen wij tusschen zes en zeven uur des morgens op de plaats van de ramp aankwamen, was er van de „Mac Gowrie" geen spoor meer te ontdek ken. Met zoeklichten hebben wij de zee af gezocht, wij vonden slechts eenig wrak hout als overblijfsel van het schip. Heeft uw schip veel averij opgeloo pen? vroegen wij den kapitein. Eenigen tijd heeft het geducht gespan nen. Hooge golven beukten het schip, een stortzee versplinterde een van de sloepen tegen den schoorsteen, terwijl de andere dusdanig werd beschadigd, dat wij haar overboord hebben moeten gooien. Een der sterke stalen laadbogen werd verbogen. De marconist heeft een angstig oogenblik meegemaakt, toen een stortzee de deur van zijn hut vernielde en het water alles, wat zich daar bevond, overspoelde. Hij zelf kon zich bijtijds in veiligheid brengen, maar 'n gedeelte van het meubilair en zijn bagage raakte over boord. Door aan de loefzijde olie over boord te werpen en slechts halve kracht te draaien, hebben wij verder onheil kunnen voorkomen. Alle hens was aan dek, zoo besloot de kapitein het onderhoud, om de „Boschdijk" den storm 't hoofd te kun nen doen bieden. ZWARE BRAND TE DREUMEL. Boerderij en twee hooimijten afgebrand. Dinsdagavond heeft een felle brand ge woed te Dreumel aan de Waal. Omstreeks zes uur bemerkten omwonenden, dat het dak van de boerderij van den landbouwer H. Vink aan de Molenstraat had vlam ge vat. Direct werden de bewoners gewaar schuwd, die hun kinderen, die reeds te bed lagen, in veiligheid brachten. Het vuur breidde zich snel uit en tastte ook den naastgelegen stal aan. De brandweer der gemeente, stond machteloos tegenover de vuurzee. De vonkenregen zette een groote hooimijt in brand, welke op het erf van den landbouwer K., aan de overzijde der straat stond. Weldra stond ook de hooi mijt van den landbouwer v. D. in vlam. Verdere uitbreiding van het vuur wist men te voorkomen. In den stal van den landbouwer V. kwa men om een koe, twee varkens, een hond en een partij kippen. De beide hooimijten bevatten ongeveer 15.000 K.G. hooi GEVAARLIJKE LIEFHEBBERIJ. Jongen zag graag de brandspuit werken. Te Asten heeft verleden week op den Wolfsberg een brand gewoed, waarbij de beide woningen van de wed. Stevens en haar zoon geheel in de asch werden ge legd. De bewoners, die zich reeds ter ruste hadden begeven, konden slechts ternauwer- UIT DE RADIOWERELD Programma's voor Donderdag 7 Maart. Huizen 301 M. 8.00—9.15 KRO. 10.00 NCRV. 11.00 KRO. 2.00—11.30 NCRV. 8.009.15 en 10.00 Gram. pl. 10.15 Morgendienst. 10.45 Gram.pl. 11.30—12.00 Godsd. halfuur. 12.15 Orkestconcert en Gram.pl. 2.00 Handwerkcursus. 3.00 Vrouwenhalfuur. 4.00 Bijbellezing. 5.00 Handenarbeid v. d. jeugd. 5.30 Concert door het Utrechtsch Piano kwartet. 6.43 Causerie. 7.00 Ned. Chr. Persbureau, Gram.pl. en Journ. Weekoverzicht. 8.00 Vaz Dias. 8.05 Ned. Herv. Zangkoor „Het Lied" en de Chr. Muziekvereeniging „De Bazuin". Om 9.00 Causerie en om 10.05 Vaz Dias. 10.3011.30 Gramofoonmuziek. Hilversum, 1875 M. AVRO-Uitzemding. 8.00 Gram.pl. 9.00 Omroeporkest. 10.00 Morgenwijding. 10.15 Gram.pl. 10.30 Vervolg Omroeporkest. 11.00 Knipcursus Kinderkleeding. 11.30 Ensemble Lismonde en Gram.pl. I.30 Gram.pl. 2.00 Kamermuziek door het St. Gallen- kwartet. 3.003.45 Naaicursus. 4.00 Voor zieken en ouden-van-dagen. 4.45 Hoorspel voor de jeugd. 5.30 Omroeporkest. 6.30 Sportpraatje. 7.00 Radio—Volkszang. 7.30 Engelsche les. 8.00 Vaz Dias. 8.05 Gram.pl. 8.15 Concertgebouw-orkest o. 1. v. prof. dr. W. Mengelberg m. m. v. C. Flesch (viool). In de pauze: Pianospel door E. Petry. 10.30 Disco-Nieuws. II.00 Vaz Dias. 11.1012.00 Majo Marco en zijn Dansor- kest. Droitwich, 1500 M. 10.3510.50 Morgenwijding. 12.10 Het Rutland Square en New Victo- ria-orkest 1.20 Gram.pl. 3.20 Vesper. 5.05 Orgelconcert. 5.35 Sydney Kyte en zijn Band. 6.50 Hapdel-concert. 8.20 Al en Bob Harvey in hun reper toire. 8.35 „Ambrose Applejohn's Adventure" van W. Hackett. 10.20 Korte Dienst. 10.35 De „New Aeolian Players". Radio Paris, 1648 M. 12.35 Kamermuziek. 4.20 Hoorspel. 9.05 Nat. Orkest. Kalundborg. 1261 M. 11.20—1.20 Concert uit Rest „Wivex". 2.254.05 Concert uit Rest. „Ritz". 7.20 Symphonie-concert m. m. v. orkest en solisten. 9.4511.50 Dansmuziek. Keulen, 456 M. 6.20 Orkestconcert 11.20 Kamer-orkest 3.20 Concert uit München. 5.05 Vocaal Trio en solisten. 6.50 Gram.pl. 7.30 Omroep-orkest -mannenkoor en so listen. 10.0011.20 Omroepkleinorkest. Rome, 421 M. 8.05 Symphonieconcert. Brussel 322 en 484 M. 322 M.: 12.50 Omroeporkest 5.20 Kamermuziek. 8.20 Hoorspel. 9.20 Maihler-ooncert door orkest en so listen. 10.4011.20 Gram.pl. 484 M.: 12.50 Salon-orkest. I.50—2.20 en 5.20 GranupL 6.35 Omroeporkest 8.20 Omroeporkest. 9.50 Draaiorgelmuziek. 10.05 en 10.3011.20 Gramofoonmuziek. Deutschlandsender, 1571 M. 6.50 „Der Günstling". opera van Rud. Wagner-Regeny. 9.05 Actueele uitzending. 9.20 en 10.05 Berichten. 10.2011.50 Dansmuziek. GemfpntH^k RadJnrtictHbntiehedrlJf en de R.O.V. Radio-centrale. 3e Programma. 8.058.20 Deutschl.sender. 9.2011.20 Keulen. II.2012.05 Kalundborg. 12.0512.35 Parijs Radio. 12.35—14.25 Brussel VI. 14.25—15.20 Kalundborg. 15.2017.40 Londen Reg. 17.4018.50 Leipzig. 18.50—19.20 Keulen. 19.2019.45 Op verzoek (Radio Suisse Romande). 19.4520.50 Beromünster. 20.50afloop Parijs Radio. 4e Programma. 8.058.50 Parijs Radio. 9.3510.35 Deutschl.sender. 10.35—11.05 Droitwich. 11.05—12.10 Londen Reg. 12.1014.20 Droitwich. 14.2015.20 Londen Reg. 15.2018.20 Droitwich. 18.2019.20 Parijs Radio. 10.2019.30 Weenen. 19.3020.00 Sportpraatje door den heer J. G. A. Janssen (journalist). 20.0020.20 Weenen. 20.2021.50 Droitwich. 21.5022.20 diversen. 22.2022.35 Droitwich. 22.35afloop Londen Reg. (Wijzigingen voorbehouden). nood aan het vuur ontkomen. Verschillen de omstandigheden bij dezen brand waren verdacht reden waarom de marechaussee de zaak verder uitzocht Als gevolg daar van is zij tenslotte overgegaan tot de ar restatie van den veertien-jarigen zoon van den buurman R. De jongen heeft bekend den brand te hebben gesticht omdat.hij eens graag de brandspuit zag werken. Om echter alle verdenking van zich te houden was hij bij het uitslaan van de vlammen direct op de fiets gesprongen en de brandklok gaan lui den. Ook eenige dagen te voren was een be gin van brand in dit woningencomplex ontdekt doch dat kon toen tijdig gebluscht worden. Ook hiervan bekende de knaap, dat hij de aanstichter was, evenals van den brand die daags te voren in een hoop mut- serds bij de woning had plaats gehad. De jongen werd heden ter beschikking vain den Officier van Justitie naar Roer mond overgebracht. FEUILLETON. Li-Weng-Ho, de mandarijn. Uit het Engelsch, door BEN BOLT. 'Nadruk verboden). 48) Een paar seconden later trok een der roovers aan de gordijnen van den stoel. Deze laatste werd ruw opgetild en de co lonne zette zich in beweging. Geruimen tijd later, naai- het Kathleen toescheen, wekten een plotselinge schok van den draagstoel en een gegons van luidruchtige stemmen haar uit de trieste overpeinzingen, waaraan zij zich geduren de den tocht aan had overgegeven. Lich ten flakkerden door de gordijnen, eenige malen bonsden menschen tegen den nu stilstaanden stoel en door het algemeen ge raas heen hoorde zij het scherpe gekef van honden. Ze lichtte het gordijn op en keek om zich heen. Een volksmengte van hetzelfde type als de mannen die hen gevangen genomen hadden, stond bijeengedromd; ook vrou wen waren erbij; vrouwen die opvielen door haar wonderlijken haardos. Sommi gen hadden het haar als een hoorn op zij gedraaid, anderen droegen het als een spit sen toren boven op het hoofd. Een paar dozijn lantaarns en toortsen verlichtten de gezichten om haar heen gunden haar ook een blik op een collectie armzalige wo ningen en hutten, die tezamen een onaan zienlijk dorp vormden. Ah Yeo kon zij nergens ontdekken, en terwijl haar oogen hem zochten, baande de man, die straks met. Li Weng-Ho's se cretaris gesproken had en die blijkbaar een persoon van gewicht was, zich door de rumoerige toeschouwers een weg naar den draagstoel. Hij was vergezeld van een vrouw, dik en forsch maar met een vrien delijk gezicht. Hij zei iets tegen Kathleen, waarvan het meisje echter geen syllabe begreep. Toen probeerde hij het met ge baren en daaruit maakte zij op, dat ze uit den stoel moest komen. Zij gehoorzaamde, tegelijkertijd op haar verbonden voet wij zend. De man wendde zich naar de vrouw naast hem, voegde haar een paar woorden toe en onmiddellijk nam zij Kathleen in haar armen en droeg haar weg alsof zij een baby was. XXVI. Ah Yeo verdwijnt van het tooneel. De woning waar Kathleen door de for- sche vrouw heengedragen was, was weinig meer dan een hut, een bouwsel van een vertrek zonder verdieping. De kamer was in tweeën gedeeld door een schot yan ruwe matten. Er was geen stookplaats, %maar op de harde leemen vloer brandde een hout vuurtje, waarvan de rook een zoo goed mo gelijk heenkomen zocht. Zachter dan iemand van deze vrouwe lijke kolos zou hebben verwacht, zette de gastvrouw het meisje op een ruwen stoel neer. Een oogenblik nam zij haar gast met nieuwsgierige oogen op, toen, haar ge wonden voet opmerkend, plaatste zij een krukje zoodanig, dat de voet daarop kon rusten. Kathleen dankte haar in het Chi- neesch, welke taal de vrouw blijkbaar ver stond, want ze gaf onmiddellijk antwoord, echter in een dialect, dat voor het Engl- sche meisje zoo goed als onverstaanbaar was. Daarop nam de vrouw een kroes van een ruwe plank en ging naar buiten. Toen ze enkele minuten later terugkeerde, was de kroes gevuld met geitenmelk. Ze reikte den drank aan Kathleen, die, omdat de vrouw zoo haar best deed vrien delijk te zijn, de nog warme melk aannam en er langzaam van nipte. Maar het was een heele zelfoverwinning om die lafenis tot zich te nemen.... Direct daarop werd de deur geopend en traden twee mannen binnen: Ah Yeo en de rooverhoofdman; op het gezicht van den eersten lag een eenisginzs bezorgden trek. De vrouw begroette de heuvelbewoner met een scherpe vraag. De man antwoordde op geruststellenden toon, maar de vrouw praatte rad en heftig door en daar zij zag dat Ah Yeo verstond waar het over ging, ondervroeg Kathleen hem. „Wat zegt die vrouw?" „Zij vraagt waar haar man is, en dit heerschap beweert, dat hij het niet weet, maar ik heb zoo'n idee dat hij liegt!" „Waarom?" „Omdat er op den weg hierheen een man gevallen is en zijn been gebroken heeft en ze hem hebben laten liggen waar hij is ge vallen. Als nu de man van deze vrouw niet mee terugekomen is, ligt de veronder stelling voor de hand, dat hij gewond is." '„Hebben ze hem alleen in de duisternis gelaten met een gebroken been!" riep Kathleen ontzet uit. „Och, ja", was het onbewogen weder woord. „Zoo is dat soort, dat in deze ber gen rondzwerft! Maar wat zullen we ons druk maken om 'n roover, die zonder twij fel zijn verdiende l<*on krijgt? Ik heb be langrijk nieuws met u te bespreken. Die schurk daar heeft de prijs van uw losgeld verhoogd tot drie duizend zilveren taels." „En dat is meer dan uw achtenswaardi ge meester wenscht te betalen?" infor meerde Kathleen smalend. „Neen", klonk het poeslief. „Het is nog niet het tiende van hetgeen het hem waard is om u in Pi-Chow terug te hebben, maar het is niet de bedoeling van dien schavuit om u te laten gaan. Kijk hem aan! Ziet u wel hoe hij zijn oogen geen seconde van u af heeft?" Het was maar al te waar wat Ah Yeo zei. Al den tijd, dat hij met de vrouw des huizes had gepraat, had de rooverhoofdman begeerige blikken op Kathleen geworpen en zich realiseerend wat Ah Yeo bedoelde, kreeg het meisje een kleur als vuur, om direct daarna doodsbleek te worden. „Wat wat." „Het is niet alleen mijn achtenswaardige meester, die gevoel voor schoonheid heeft", vervolgde Ah Yeo veelbeteekenend. Het meisje huiverde toen zij den bergbewo ner nog eens goed op nam en toen ging de secretaris van den mandarijn voort: „Over een half uur moet ik weggaan.." „Weggaan!" Kathleen schreeuwde het bijna uit, want hoewel zij den man uit den grond van haar hart haatte, had bij toch het gevoel, dat zijn aanwezigheid een soort van bescherming zou zijn. „Ja. Ik word verondersteld naar Pi- Chow te gaan om voor de drie duizend taels losprijs te zorgen. Ik twijfel echter of het de bedoeling is, dat ik de Yamen zal bereiken. Het lijkt mij waarschijnlijk, dat ik onderweg in de duisternis gedood zal worden." Kathleen keek hem aan met oogen vol verschrikking. Ah Yeo's manier van doen was zoo ernstig, dat zij geen oogenblik aan de juistheid van zijn veronderstelling twij felde. „Ja, en als ik gedood wordt zal er geen losprijs komen; u zult hier blijven, en nie mand zal ooit weten wat er van u gewor den is; noch mijn achtenswaardige mees ter, noch uw vader, noch de barbaar van een dokter Hij brak plotseling af, maar te laat. Het meisje had Ah Yeo's fout opgemerkt en een plotseling licht van vreugde daagde in haar blik. „Maar ik dacht dat Dokter Forsyth dood %/as?", viel zij hem vlug in.de rede. De secretaris probeerde zijn vergissing te herstellen, maar het resultaat van zijn poging was maar magertjes. „Ik was het vergeten", hernam hij, zon der zijn gewone zekerheid; „het spreekt vanzelf, dat hij dood is.... Hijkan u niet helpen." „Neen!" gaf Kathleen zacht toe, „niet als hij dood is." Maar hoewel ze het niet uitsprak, geloofde zij Ah Yeo niet langer. Dick was niet dood, zooals ze had ge dacht. En die wetenschap gaf haar nieu we kracht, vormde een prikkel om haar uiterste best te doen aan het gevaar dat van de zijde van den roover dreigde, te ontsnappen. „Maar ik kan u helpen!" vervolgde Ah Yeo rustig. „U kunt me helpen? Hoe?" (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 9