26ste Jaargang DINSDAG 19 FEBRUARI 1935 No. 8044 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN PAUS PIUS XI VOORNAAMSTE NIEUWS. BINNENLAND S)e £cid^elu(2oti^mu DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling; Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop: 0.50 DIT NUMMER BESTAAT UIT VIER BLADEN. I DE RIJKSMIDDELEN. Doordat Nederland hoe langer hoe meer aangedaan wordt door de crisis, moet de regelmatige bestudeering van de Rijks middelen leiden tot een inzicht omtrent de conjunctuur in ons land. De verdere exponenten van het conjunctuur-onder zoek zijn de loop der werkloosheid, de in- en export, annex onze betalingsbalans, ten minste om ons tot de hoofdzaken te bepa len. De Rijksmiddelen kunnen beschouwd worden als een barometer van de natio nale koopkracht. Het spreekt vanzelf, dat het resultaat van de eerste maand weinig zegt en ook weinig zeggen kan. Het .be langrijkste vinden wij de raming der in komsten door de Regeering. Het 1/12 der 1934-raming bedroeg 32.209.791.en voor 1935 heeft men zich ingesteld op een bedrag van 33.179.166,66 hetgeen 870.000.ongeveer méér is. De Regeering ziet derhalve het jaar 1935 hoop voller in dan 1934. Waarop deze meening gebaseerd is, ontgaat ons. Wij zouden zeg gen, dat de regeeringspolitiek om naar een lager levensniveau aan te sturen, onver biddelijk zou moeten leiden tot mindere rijksinkomsten, tenzij de Overheid offi cieel heeft willen zeggen: „Nederland moet versoberen, doch de Regeering zélf denkt daaraan niet; wij hebben juist méér mid delen noodig". Nieuwe indirecte belastin gen zijn niet ingevoerd; enkele bestaande daarentegen verhoogd en ten deele is hier uit de hoogere ramingen te verklaren. Belangrijk hooger zijn de rechten op den invoer geraamd en wel van 6255.208. tot 8.125.000, hetgeen een maandelijksche vermeerdering beteekent van 1.870.000. Dit is bevreemdend. Nederland wil zoo veel mogelijk in het eigen land voortbren gen teneinde hiermede de werkverruiming te dienen. Indien de nationale koopkracht daalt, wil een hoogere binnenlandsche voortbrenging zeggen een verminderden invoer, aannemende, dat de vreemde gren zen niet voor het Nederlandsche product worden opengezet, hetgeen niet aan te ne men is, gezien de voortschrijdende neiging tot zelfgenoegzaamheid. Een hoogere re- geeringsraming doet ons afvragen: ziet zij de koopkracht stijgen?ziet zij een ver ruimde internationale handel of verwacht de Regeering een groot succes van de han delspolitieke onderhandelingen? Een koop krachtstijging zou moeten blijken uit de raming der omzetbelasting. Deze wordt getaxeerd op hetzelfde bedrag als over 1934 het geval was en het handhaven hiervan, gezien het treurige resultaat in de practijk (in 1934 werd aan omzetbelasting circa 27 millioen minder ontvangen dan werd geraamd), doet wel vermoeden, dat de Re geering in allen geval niet rekent met een verdere daling van ons nationale inkomen en met een verdere neiging tot versobe ring. Voor het handhaven der vorige ra ming zouden twee gedachten kunnen be staan; n.l. het feit, dat de techniek der omzetbelasting zooveel beter geworden is, dat er meer zal kunnen worden uitgehaald dan in 1934 mogelijk was (vanwege het gebrek aan routine bij de autoriteiten) en ten tweede, zooals gezegd, dat de koop kracht der massa zal stijgen. Natuurlijk is de eerste factor mogelijk. Maar een meer efficiente inning der belasting leidt onge twijfeld tot inkrimping der aankoopen. De omzetbelasting is niet populair, gelijk des tijds de tiende penning van Alva en wij kennen er die liever niets koopen dan de omzetbelasting te moeten betalen! Van daar, dat vele winkeliers deze belasting voor eigen rekening nemen, wat wil zeg gen vermindering van de winstmarge voor de middenstand en dus verdere versobe ring voor die categorie. De accijnzen op gedistilleerd, op bier, op suiker zijn lager geraamd, voor deze drie circa 335.000.per maand; de Regeering verwacht van de accijns op tabak maande lijks 250.000 meer, terwijl de wijn slechts een fractie méér in het laadje zal brengen 40.000). De couponbelasting is ƒ117.000 per maand minder geraamd, vermoedelijk als gevolg van de talrijke conversies en het gaan naar een lager rente-niveau. Over de andere indirecte belastingen behoeven wij niet te spreken; deze zijn te incidenteel en de ramingen beteekenen vanzelfsprekend een slag in de lucht. De Regeering is dus zeer optimist ge weest over het 1935-verloop. Wij zullen hebben af te wachten, wat de practijk zal brengen. Het jaar heeft zich niet slecht in gezet. In Jan. j.l. werd geind ƒ31.199.530,54 tegen 25.554.075,44 in Januari 1934, wat circa 5.6 millioen meer is. Bij de raming V In memoriam Den 17den Februari is 't de eerste verjaar dag geweest van het overlijden van Koning Albert I van België. Een dag van nationale rouw voor het Belgische volk. Het Belgische volk herdacht dezen dag met weemoed en liefde, om daarna weer fier het hoofd te verheffen, gesteund door de herinnering aan de groote daden van den ontvallen beminden souverein. Het is goed, dat een volk zijn groote doo- den levendig houdt in zijn herinnering. Het is goed, dat een mensch de dooden, die hem in zijn leven een weldaad zijn ge weest, blijft gedenken. Degenen, die voor ons in het leven goed zijn geweest, door him voorbeeld, door hun offers mogen door ons na hun dood niet worden vergeten. De christelijke plicht van dankbaarheid stelt hier zijn eischen! Maar ook heeft het op ons eigen geeste lijk leven een verheffenden en veredelen den invloed, als wij, de dooden niet verge ten. De zwarte aarde, waaronder de lijkkist worde bedolven, worde niet tegelijkertijd geworpen over het beeld van den overle dene in onze herinnering! Wij treuren niet over de dierbare doo den, als zij die geen hoop hebben. Maar wel gaan onze gedachten naar hen uit. Het verlies van onze dierbaren drukt ons niet neer in neerslachtigheid. Maar wel blijft onze liefde voor hen in het hart leven en zal deze zich uiten in de zooveel mogelijk daadwerkelijke beleving van het Christelijk dogma over de Gemeenschap der Heiligen Te midden van het haastige, vluchtige leven wilden wij 'n oogenblik stilstaan bij dit „in memoriam". ad 33.179.166,66 bleven de inkomsten on geveer 2 millioen ten achter. Het is ty peerend, dat de toevallige posten bijna zonder uitzondering een groot surplus te zien gaven, zooals rechten en boeten van registratie, rechten en boeten van zegel, successie-rechten, terwijl ook de accijns op zout, suiker en tabak de raming overtrof fen. Dit is ook het geval met de coupon belasting; de rijk vloeiende Januari-cou- pons zijn daarvan de oorzaak. In latere maanden zal niet onbelangrijk minder wor den geind. De omzetbelasting bleef 2.6 millioen beneden de raming en de invoer rechten gaven met 1.3 millioen eenzelfde beeld te zien. De directe belastingen toonden voor Januari 1935 een ontvangst aan van 26.234.625.41 tegen f 30.327.598,22 in Ja nuari 1934, hetgeen een vermindering van circa 4 millioen beteekent. BOMAANSLAG OP GEBOUW VAN MAATSCH. HULPBETOON. In den afgeloopen nacht is op het ge bouw van Maatschappelijk Hulpbetoon te Rotterdam een soort bomaanslag gepleegd. Om half 3 werden de bewoners in de om geving van dit gebouw, dat aan het Ach terklooster grenst, opgeschrikt door een hevigen slag. Politie snelde toe en vond een uit elkaar gesprongen stuk gasbuis, dat in een luikje, dat dient voor luchtver- versching van den kelder, was geplaatst. Deze gasbuis was uit elkaar geslagen. De schade, die daardoor was aangericht is ge ring. Een aantal ruiten van het gebouw is gesprongen. Onmiddellijk arresteerde de politie 3 mannen, die in de omgeving op verdachte wijze rond slenterden. He denmorgen is nog een vierde persoon aan gehouden. De mannen behoorden tot een communistische vereeniging en men ver moedt, dat zij met de ontploffing van de namaakbom een demonstratie hebben be oogd. De mannen ontkennen echter iets met de explosie te maken te hebben. Niet temin worden zij in arrest gehouden. Een officier van de artillerie-inrichting aan de Hembrug zal een onderzoek instellen naar de springstoffen, die zijn gebruikt. Hoe de stoffen tot explosie zijn gebracht heeft men niet.kunnen vaststellen. Vermoedelijk is een lont gebruikt. WAKEND OP DE ROTS De donkere rookwolk, welke opkringelde uit de schoorsteen boven de Sixtijnsche Kapel, verkondigde op het middaguur van den 6 Februari 1922, dat een nieuwe Paus gekozen was. Een enorme menigte was op het St Pietersplein saamgestroomd. In de Sixtijnsche Kapel zat de nieuwe Paus onder zijn baldakijn, terwijl die boven de andere kardinalen waren neergelaten. Wat zal er op dat moment in zijn hart zijn omgegaan? De Paus heeft het nooit verteld, hoe het hem op dat oogenblik te moede was. Vol gens ooggetuigen speelde om zijn lippen een gelaten glimlach, de glimlach van het blijmoedig gebrachte offer. Beheerscht en kalm antwoordde Z. H. op de vragen van den voorzitter van het H. College, Kardinaal Vanutelli of hij de benoeming aanvaardde, eraan toevoegend, dat hij zijn eerste zegen wilde geven vanaf de buiten-loggia van St. Pieter. Sedert Rome in 1870 aan den Paus was ontroofd, had deze plechtige zegen steeds in de St. Pieter plaats gehad, als protest tegen de wederrechtellijke toeeigening van de Kerkelijke Staat. 's Pausen eerste daad was een daad van vrede en verzoenings-gezindheid. Zijn eerste encycliek „Ubi arcano Dei" wees aan den wereld den weg aan om den vrede te vinden. Het is onmogelijk de indrukwekkende arbeid, door den Paus, in de thans dertien jaren van zijn Pontificaat verricht, kort en toch volledig samen te vatten. Op alle terrein van het Kerkelijk leven heeft Z. H. het initiatief genomen tot een verjongde en vurige actie. Op de rots van Petrus staande, doorvorscht 't oog van den ervaren Alphenklimmer de verre, in nevel versluierde toekomst. Iedere stap, in deze onbekende bergstreek, iedere beslissing, wordt rijpelijk overwogen met de scherpe, wikkende en wegende redeneering van den geleerde. Maar is, op goede gronden het besluit genomen, dan weet de Paus geen aarzeling meer. Treffend is zijn karakter geschetst door Baron Beyens, die zoo vaak in de gelegen heid was Z. H. van nabij te leeren ken nen: „Pius XI is een denker, die in zijn gedachten opgesloten is; langzaam soms in zijn beslissing, zorgvuldig het voor en tegen overwegend, geen enkel detail of bron van informaties verwaar- loozend. VI Maar als de beslissing dan eenmaal is gevallen, is Hij onwankelbaar om ze ten volle door te voeren. Een realisti sche geest en een man van actie, die alle gebeurtenissen op den voet volgt, met alle mogelijkheden rekening houdt, doch steeds gereed staat om de momen- teele kansen aan te grijpen, wijl Hij weet, dat verloren gelegenheden nooit terugkeeren". Als een stoere en geoefende gids leidt Hij de toevertrouwde kudde langs de ra vijnen en gapende afgronden van verder felijke moderne leerstellingen. Krachtig klinkt zijn oproep in „Quadragesimo Anno" tot schepping van een nieuwe orde; ver trouwend en prijzend dringt zijn woord tot ons door in de „Casti Connubii". Bij de encycliek „Quas Primas" werd in 1925 het feest van Christus' Koningschap ingesteld. In verschillende zendbrieven werd de her- eeniging met de Schismatieke Grieksche Kerken met liefdevolle hoop en verlangen besproken. In 't geheel werden twaalf encyclieken door Z. H. den Paus tot nu toe uitgevaar digd. In de missie werd door Hem een nieuwe weg ingeslagen door de wijding van zes Chineezen en één Japannees tot Bisschop. Een grootsche Missie-tentoon stelling werd te Rome gehouden, een Mis sie-Zondag ingesteld. Zijn warme belangstelling voor het Rus sische volk toonde de Paus door een hulp actie ter leniging van de hongersnood en door de stichting van een Russisch College te Rome. Tijdens de Jubeljaren van 1925 en 1933 werd een bijna niet te tellen schaar van heiligen en zaligen aan het eere-legioen der Kerk toegevoegd. Vooral in het Buiten gewoon Heilig Jaar 19331934 wilde de Paus met een feeststoet van nieuwe heili gen den Jubileerenden Verlosser omrin gen. Onder de heiligverklaarden was onze landgenoot Petrus Canisius. Met acht landen werden concordaten ge sloten, waarvan het concordaat met Italië, onverbrekelijk verbonden met het Verdrag van Lateranen, het gloriepunt van 's Pau sen leven is. De onderhandelingen werden goeddeels door den Paus persoonlijk ge voerd en duurden van 4 October 1926 tot het blijde welslagen op 11 Februari 1929. Sedert dien historischen dag regeert de Paus wederom als vrije vorst over het minimaal kleine staatje, onafhankelijk van eenige aardsche macht. De naam van Pius XI zal steeds verbon- BUITENLAND. Belgische socialisten willen Zondag te Brussel betoogen ondanks uitdrukkelijk verbod. (2de blad). Toespitsing van de spanning tosschen het Vaticaan en Duitschland. (2de blad). Twee vrouwen te Berlijn onthoofd we gens landverraad. (2de blad). Uitspraak in het Amerikaansclie goud clausule-proces. (2de blad). BINNENLAND. De minister van Soc. Zaken heeft een commissie van advies ingesteld, als bedoeld in art. 8 van de Bedrijfsradenwet (kerncom missie voor den landbouw) (1ste blad). Een soort „bom"-aansIag op het gebouw van Maatschappelijk Hulpbetoon te Rotter dam. (1ste blad). OMGEVING. Regeeringscommissaris Val star opent "Narcissententoonstelling te Sassenheim. (4e blad). Wetsontwerp tot hereeniging van Zoeter- meer en Zegwaart. (Ie blad). den blijven met het Verdrag van Latera nen; zijn naam zal minstens even sterk ver bonden zijn met het apostolaat der leeken. Het leeken-apostolaat geen dag of uur laat het Hem los. De „Katholieke Actie", zooals een andere term luidt, ziet de Paus als het meest geëigende middel om de, in het heidendom wegzakkende, we reld voor Christus den Koning te verove ren en te heroveren. Van 19221934 telde men aldus prof. dr. Alph. Steger aan toespraken, brie ven en encyclieken, waarin het onderwerp meer of min uitvoerig behandeld wordt: in 1922 vier, in 1923 zeven, in 1928 tien, in 1929 zeven-en-twintig, in 1930 zeven, in 1931 negen-en-twintig, in 1932 elf, in 1933acht-en-veertig. Te zamen in 183 documenten van betee- kenis, heeft de H. Vader verklaard, dat niets Hem zóó zeer ter harte gaat, niets Hem zóóveel zorg en ook zóóveel voldoe ning verschaft, als de deelneming der Ka tholieke leeken aan het apostolaat tot uit breiding van het Godsrijk op aarde. Mogen ook in ons land zeer en zeer velen den oproep van Christus5 Plaatsbekleeder hooren en zich van ganscher harte over geven aan deze wereld-omvattende, menschheid-reddende opdracht. ^auselijke zegen vanaf de loggia der St. Pieterskerk. BEDRIJFSRADENWET LANDBOUW. Commissie van advies ingesteld. De minister van Sociale Zaken heeft in gesteld een commissie van advies, als be doeld in art. 8 van de Bedrijfsradenwet (kerncommissie voor den Landbouw). In deze commissie is benoemd: tot lid, tevens voorzitter: prof. mr. A. C. Josephus Jitta, hoogleeraar aan de Tech nische Hoogeschool, te 's-Gravenhage; tot leden: A. C. de Bruijn, voorzitter van het R.K. Werkliedenverbond in Nederland, te Utrecht; W. Drees, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, te 's-Graven hage; mr. A. M. Engels, administrateur bij het Departement van Sociale Zaken, te 's-Gravenhage; ir. J. H. J. Huygens, hoofd inspecteur van den Arbeid te Haarlem; H. Kruithof, voorzitter van het Christelijk Nationaal Vakverbond in Nederland, te Utrecht; C. van der Lende, secretaris van het Nederlandsch Verbond van Vakver- eenigingen, te Amsterdam; A. Masten broek, referendaris bij het Departement van Sociale Zaken, te 's-Gravenhage; mr. W. Rip, directeur van het Bureau van den Christelijken Boeren- en Tuindersbond in Nederland, te 's-Gravenhage; B. M. Takens, landbouwer, te Meeden; mr. A. F. L. M. Tepe, wethouder van de gemeente Leiden te Leiden; Jac. Vos Antz., landbouwer, te Roosendaal; prof. mr. C. W. de Vries, hoog leeraar aan de Nederlandsche Handelshoo- geschool, te 's-Gravenhage. Aan.de commissie zijn toegevoegd, on derscheidenlijk als secretaris en adjunct secretaris, de secretaris en de adjunct-se cretaris van den Hoogen Raad van Arbeid.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 1