De politieke toestand in België
26ste Jaargang
DONDERDAG 31 JANUARI 1935
No. 8028
S)e £eid4eh£(£oti/fca/rit
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling:
Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal
Franco per post 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent.
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be-
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkoop: f 0.50
DIT NUMMER BESTAAT UIT
VIER BLADEN.
Meer werk!
't Is al zoo herhaaldelijk betoogd, dat de
samenleving genezen kan worden door
productieven, loonenden arbeid.
Zeker, als we in Nederland voor een
jaar alle werkloozen aan het werk zouden
kunnen zetten, dan zouden we daardoor
niet ons land uit de wereld-crisis hebben
getrokken. Helaas niet!
Maar we zouden wel voor dèt jaar al
thans de gevolgen van de crisis voor velen
hebben verzacht en ook velen over de hen
omringende moeilijkheden hebben heen-
geholpen misschien voor goed.
Het kapitaal, het geld, voor dat werk
uitgegeven, zou hebben gerouleerd en door
die roulatie een nuttig effect hebben be
werkt in het maatschappelijke, oecomoni-
sche leven.
Natuurlijk, er zijn ook voor het uitgeven
van geld oeconomische regels, die niet mo
gen worden overtreden, waarmede men
rekening moet houden.
Maar deze oeconomische regel is toch
wel de meest onweersprekelijke: als het
geld niet rouleert, niet rolt, verarmt de
maatschappij, ontstaat er armoede en ge
brek in breede kringen der samenleving.
En het geld moet rollen doordat er pro
ductieve, loonende arbeid wordt verricht.
De kosten der steunuitkeeringen nu als
mede een groot deel der steunmaatregelen
voor de landbouw zijn volledig onproduc
tief. Zeker, het valt niet te ontkennen dat
deze financieele steun noodzakelijk is, op
dat de menschen in het leven blijven. Dit
neemt echter niet wêg, dat de vraag ge
wettigd is, of er geen middelen bestaan
om het economisch rendement van deze
kosten op te voeren, ook al zouden hiertoe
meer geldmiddelen ter beschikking moe
ten worden gesteld.
Geld leenen, om werken te doen uitvoe
ren in plaats van steun-verleening, is een
gezonde politiek, mits daarbij de voor
waarden betreffende rente en aflossing
op den leener niet t e zwaar drukken, gun
stig zijn.
Terloops willen wij naar aanleiding van
deze laatste opmerking den wensch uit
spreken, dat ir. Bosman, die een brochure
heeft geschreven, waarin hij offers vraagt
van.de arbeiders, teneinde tot een oplos
sing van de crisis te komen, er toe moge
komen, een tweede brochure uit te geven,
waarin aan de „kapitalisten", de geld-be-
zitters worden voorgehouden de offers, die
z ij moeten brengen, hun sociale verplich
tingen in verband met de oplossing van de
crisis.
't Spreekt van zelf, dat de leen-politiek
van den gemeenteraad b.v. niet maar luk
raak mag geschieden! Een voorstel, als bij
de behandeling van de Leidsche gemeen
te-begrooting door de S.D.A.P. werd ge
daan, n.L tot uitvoering van werken ten
bedrage van 1 y~ millioen, waarbij maar
zéér weinig menschen direct geholpen
zouden zijn, waarbij de steun-uitkeering
maar met een zéér klein bedrag zou zijn
verminderd de aanneming en uitvoering
van zulk een voorstel zou de oeconomische
wanorde zelfs nog kunnen vergrooten.
De aanneming en uitvoering van zulk
een voorstel zou zeer onvoorzichtig zijn.
Hieraan willen wij echter toevoegen, dat
men óók kan misdoen aan de andere zijde,
óók kan misdoen door een te groote voor
zichtigheid!
PROVINCIALE STATEN-VERKIEZINGEN
De data, waarop dit jaar de verkiezing
van leden voor de Provinciale Staten zal
geschieden, zijn thans definitief als volgt
vastgesteld:
16 April: Drente en Overijssel.
17 April: Groningen, Friesland, Utrecht,
Noord-Holland, Zuid-Holland, Zeeland,
Noord-Brabant en Limburg.
26 April: Gelderland.
De nood in de Borinage wijst an
dermaal op de dringende noodza
kelijkheid, dat er een economische
ordening kome, die zeker zoo goed
rekening houdt met de sociale be
langen der menschen als wel met
economische rendabiliteit.
(Van onzen correspondent).
BRUSSEL, 26 Januari 1935.
De moeilijkheden voor de Regeering sta
pelen zich met den dag op. Eenerzijds heb
ben de Christen-democraten na het Con
gres van het Algemeen Christen Vakver
bond hun strijd tegen het huidig bewind
niet opgegeven, definitieve bestrijding is
slechts voor zeer korten tijd uitgesteld
terwijl anderzijds de socialisten tot
een felle oppositie zijn overgegaan, die
door stakingen en bijzonder door de drei
ging in de mijnwerkersgebieden nog geac
centueerd wordt.
Deze Belgische Regeering is de Regee
ring van de consequent doorgevoerde de-
falitie-politiek d.w.z. zij heeft zich verplicht
tot het doorvoeren van tal van harde, im
populaire maatregelen en tot die maatre
gelen behoort naar haar oordeel ook een
verdere verlaging van salarissen en loonen,
van werkloozen-uitkeeringen, gezinstoela
gen enz. Daarover bijzonder gaat de strijd.
Deze maatregelen hebben onder de massa
zulk een deining veroorzaakt, dat de lei
ders der arbeidersorganisaties zich wel aan
het hoofd van de actie hebben moeten
plaatsen om een massa desertie naar ex
tremer zijde te voorkomen. Men beleeft
nu immers in België het merkwaardig fi
guur, dat het Christen Vakverbond lijn
recht staat tegenover zijn eigen ministers,
die het in de Regeering heeft afgevaar
digd.
Wat de socialisten betreft: hun houding
is wel bijzonder doorzichtig. Ziende in
welk een moeilijke politieke situatie de
katholieke organisaties gekomen zijn en
anderzijds bevreesd, dat de communisten
hen vele zieltjes zullen afsnoepen, zijn zij
overgegaan tot een feilen strijd tegen wat
zij noemen de „Regeering der Bankiers".
Nu is het inderdaad waar, dat bankiers
zaken een groot deel uitmaken van de
besognes, waarmede de Regeering zich tot
nog toe heeft moeten bezig houden. Maar
de socialisten verzuimen daarbij te vermel-
len, dat de eerste affaire die was van den
socialistischen Bank van Arbeid en dat
het dank zij die Bankiersregeering is, dat
daar reddend is opgetreden. Dat neemt in-
tusschen niet weg dat de leuze: tegen de
Bankiersregeering, onder de arbeidersmas
sa opgeld doet, vooral onder de mijnwer
kers van de Borinage, waar zwarte ellen
de, broodsgebrek, jarenlange verkommering
en een diepgaande ondergraving van eenig
hooger streven, van geloof en godsdienst
zin de bevolking ontvankelijk gemaakt
hebben voor de meest demagogische agi
tatie.
Het is niet alleen het totaal van crisis
verschijnselen, en de gevolgen dat bij de
oppositie de wind in de zeilen blaast en
van de bevolking van de Borinage een ge
makkelijk hanteerbare massa maakt.
Voor een groot deel is de groote werk
loosheid in de Borinage ongetwijfeld een
gevolg van de internationale wanverhou
ding tusschen kolen-productie en verbruik.
Doch een zeer bijzondere en wellicht nog
ingrijpender oorzaak is gelegen in het feit,
dat de kolenproductie in Vlaamsch Lim
burg zoo enorm is toegenomen. De mijnen
van de Kempen, eerst in onze dagen feite
lijk pas naar behooren geëxploiteerd, win
nen het in alle opzichten van de mijnen in
Henegouwen. De kolenvoorraad van de
Kempen is zeer rijk, ligt veel gemakke
lijker te bereiken, de kolenaders zijn veel
dikker, zoodat de winning veel rendabeler
is, terwijl de installaties, omdat zij van
veel lateren tijd zijn, ook veel moderner
zijn. En omdat die situatie veel beter is,
vestigen zich vanzelfsprekend de begelei
dende industriën ook in de Kempen, in de
nabijheid van de mijnen. Zoodat de Bo
rinage hoe langer hoe meer achterop raakt.
De gewone hulpmiddelen tegen crisis en
malaise helpen hier niet, hier is men ge
komen op het terrein van de economische
ordening. Contingenteeringen helpen de
inheemsche industrie wel voor een deel,
maar zij zijn van geen beteekenis voor het
ordeningsproces.
En daarom is de actie om tot scherpere
contingenteering van steenkolen in België
te komen zeker geen actie, die in de Bo
rinage veel zoden aan den dijk zal zetten.
Over heel de Belgische mijnindustrie geno
men, heeft de contingenteerings-politiek als
resultaat opgeleverd, dat er nog minder
werkgelégenheid was. Terwijl ongeveer 5
millioen ton minder werden ingevoerd,
daalde de werkgelegenheid desondanks voor
ongeveer 16.000 man. Wat dit voor de Bo
rinage beduidt, is iedereen duidelijk. En
de conclusie dringt zich op, dat er voor de
kwalen van de Borinage geen kruid ge
wassen is. De duizenden werkloozen zien
voor zich een toekomst zonder eenig uit
zicht; de ellende heeft zich voorgoed in
hun gezinnen genesteld. Wanneer zij niet
werkloos zijn, werken ze nog maar halve
dagen; is het dan wonder, dat ze zich met
hand en tand verzetten tegen iedere ver
dere verslechtering?
Men zou een hart van steen moeten heb
ben, om den nood van de mijnwerkers niet
te willen zien en wat er ook gebeuren moet,
men zou wel het allerlaatst moeten tor
nen aan het pover bestaan van hen, die
het zwaarste, ondankbaarste en gevaar
lijkste bestaan ter wereld hebben. Deze
gedachte is o,a. nog scherp naar voren ge
bracht door Koning Leopold HI, toen on
der het vorige ministerie de Broqueville
ook aan vermindering der inkomsten van
de mijnwerkers gedacht werd. Aan zijn in
grijpen was het toen te danken, dat dit niet
doorging.
Met dat al, voor de socialisten vormt de
ellende der mijnwerkers een prachtige
strijdmiddel tegen de regeering. Zij zijn
druk doende de verbittering tegen de re
geering tot kookhitte op te hitsen. Het ge
volg daarvan kan heel gemakkelijk zijn een
herhaling van de botsingen van enkele
jaren terug. Met wat nut echter? Het open
baar gezag zal zich weten te handhaven en
het wapengeweld, dat noodzakelijk ge
maakt is, zal hoogstens nog meer ellende
in de gezinnen brengen.
Zoo dringt ook bij ons in België al meer
en meer de noodzakelijkheid van een to
tale wijziging der gansche volkshuishou
ding op, en wel een wijziging op korten
termijn, wil men strakt niet voor den vol-
ledigen chaos staan en moeten erkennen,
dat men te laat komt.
Doch hoe, volgens weflk plan wil men
herordenen? De socialisten propageeren
hun plan De Man. Op de vergadering van
de Katholieke Unie, die onlangs te Brussel
gehouden is, is door een deskundig inleider
betoogd, dat dit plan-De Man op verschil
lende punten voor katholieken onaanvaard
baar is. Goed, maar waar is dan het even
concrete plan, dat voor katholieken wel
aanvaardbaar is? In alle Westersche landen
heeft men nu toch reeds verscheidene jaren
de herinrichting, de ordening der economi
sche samenleving bestudeerd. Men heeft
tenminste richtlijnen uitgestippeld. Heeft
men die in België thans ook? Of blijft men
hier ook nog maar steeds in de ruimte
zwaaien met de Encycliek „Quadragesimo
Anno"?
Men beweert, en dat wel vrij hardnek
kig, dat deze regeering wel eens spoedig
door een christen-democratisch-socialis-
tisch bewind vervangen zou kunnen wor
den. Heeft men voor een dergelijk bewind
een concreet plan voor herordening klaar?
Dat is toch het jammerlijke, dat iedereen
spreekt over ordening en Quadragesimo
Anno", doch dat op concreet gebied nog
zoo bitter weinig te doen is.
Het is niet in de laatste plaatst hierom,
dat het zoo betreurenswaardig is, dat er
zulk een herrie en verwijdering is in de
katholieke gelederen. Juist met het oog
op de naaste toekomst, die de heele wereld
voor het alternatief zal stellen: ordening
of chaos, ware het noodzakelijk dat de ka
tholieke partij in ongeschokte eenheid haar
volle kracht achter de oplossing van dit
vraagstuk zou kunnen plaatsen.
Er zal nog een tijd kennen anders, dat
men zich in België ernstig erover zal heb
ben te beklagen, dat men den dag in kra
keel over allerlei zaken heeft laten voorbij
gaan en niet gezien, dat een storm is komen
opzetten, die men dan, onbeschut zijnde,
over zich heen zal moeten laten razen.
DE ZUIVELPOLITIEK DER REGEERING
MINISTER ANTWOORDT BONDEN.
Het verspreiden van verkeerde meeningen
kan in deze tijden tot gevaarlijke
consequenties
POSITIE VOOR MELKVEEHOUDERS.
Eenigen tijd geleden hebben de Alge-
meene Nederlandsche Zuivelbond, de Ver-
eeniging voor Zuivelindustrie en Melkhy
giëne, beide te 's-Gravenhage en de Bond
van Kaasproducenten te Gouda, aan den
Minister van Economische Zaken een uit
voerig schrijven gericht, bevattende op
merkingen met betrekking tot de door ge
noemden Minister genomen maatregelen
ten behoeve van de Nederlandsche zuivel
en vleeschpositie.
Thans heeft de Minister aan genoemde
Bonden en Vereeniging dit schrijven be
antwoord, aan welk antwoord wij het vol
gende ontleend:
Als eerste en ongetwijfeld zeer voor
naam punt wijst de Minister erop, dat
adressanten in haar adres de beteekenis
van de teeltregeling en van het door de
Regeering uit de markt nemen van een ze
kere hoeveelheid vee voor de vleeschpro-
ductie buiten beschouwing hebben gela
ten, waardoor de critiek op de door den
Minister genomen maatregelen niet anders
dan zeer onvolledig heeft kunnen zijn.
Toeneming melkvee.
Als uitgangspunt voor de door den Mi
nister ten behoeve van zuivel en vleesch-
productie te nemen maatregelen zijn geno
men de tellingen welke in de laatste ja
ren zijn verricht. Aan de hand van een
aantal nieuwe gegevens, o.a. van het Boek
houd bureau der Overijselsche Landbouw-
maatschappij, is echter door den Minister
aangetoond, dat de verhoudingen in de op
grond van de tellingen gegeven cijfers juist
zijn weergegeven en dat inderdaad deze de
vrees voor een toenemende stijging van het
aantal stuks melkvee wettigen. Dat ver
wacht mag worden, dat deze stijging van
het aantal stuks melkvee ook een stijging
van de melkproductie medebrengt het
geen door adressanten was bestreden
wordt door den Minister voorts op ver
schillende gronden betoogd.
Aan bestaande maatregelen moet een
nieuwe verbonden worden, welke de zeker
heid biedt, dat niet alleen de melkproduc
tie zich niet uitbreidt, maar dat deze wordt
ingekrompen. De mate van inkrimping is
op het oogenblik niet vastgesteld.
Ter voorkoming van misverstand wijst
de Minister er echter op, dat het niet in zijn
bedoeling ligt het steunbedrag over de
totale hoeveelheid melk te verminderen,
zoodat bij gelijkblijvende vetconsumptie
in Nederland de toeslag per kilogram kan
worden verhoogd
VOORNAAMSTE NIEUWS.
BUITENLAND.
Een Nederlandsche wensch door het In
ternat. Arbeidsbureau afgewezen. (3de
blad).
Werkloosheidsinterpellatie in de Belgi
sche Kamer. (3de blad).
Complot in Mexico ontdekt (3de blad).
BINNENLAND.
Te Amsterdam zijn twee gemeente-amb
tenaren en een slager aangehouden wegens
het aannemen en geven van steekpennin
gen. (1ste blad).
SPORT EN WEDSTRIJDEN.
De R.A.I.-tentoonstelling gaat morgen
open. (3de blad).
Bij een beperking van 10 pet. zou bij de
thans bestaande verhoudingen tusschen
consumptie- en andere melk de uitkeering
met circa 15 pet. kunnen stijgen.
Bezwarcn zijn bekend.
Naar aanleiding van de door adressan
ten gemaakte opmerking, dat aan de uit
voering zeer groote bezwaren verbonden
zijn, deelt de Minister mede, dat hem deze
volkomen bekend zijn en dat het zelfs zijn
overtuiging is, dat de onderhavige beper
kingsmaatregel behoort tot de moeilijk
ste, die tot nu toe door de Regeering zijn
uitgevoerd.
Waar echter door den Minister nog niet
is vastgesteld hoe de uitvoering zal ge-
schiedéln, gaat het niet aan, zooals in het
advies is geschied, te betoogen, dat toepas
sing der maatregelen groote groepen van
bedrijven zoodanig zal ontwrichten, dat
men van de toepassing zal moeten afzien.
Een dergelijke uiting kan niet anders dan
voorbarig genoemd worden en zou er zelfs
toe kunnen leiden, dat oppositie tegen deze
maatregelen wordt opgewekt of gesteund.
Slechts indien de Regeering op den vol
len steun en medewerking van de belang
hebbende organisaties kan rekenen, zul
len de maatregelen op de beste wijze en
met de minste schade worden uitgevoerd.
Aangegeven oplossing
teleurstellend.
Met betrekking tot de middelen, welke
in het advies tot oplossing der moeilijkhe
den waren aangegeven, merkt de Minister
op, dat hetgeen hieromtrent te berde was
gebracht, hem heeft teleurgesteld.
Om den afzet in het binnenland te ver-
hoogen werd als'middel het verplicht ver
werken van' melk in brood aangegeven.
Om reeds eerder vermelde redenen o.a.
de daarvan te verwachten niet onaanzien
lijke prijsstijging van het brood kan de
Minister tot het opleggen van deze ver
plichting niet overgaan. Tot het verlee-
nen van steun aan propaganda hiervoor is
de Minister echter gaarne bereid.
Als hoofdmiddel tot oplossing der moei
lijkheden was in het advies genoemd: een
verdere beperking van de margarine. De
Minister is van meening, dat een rigoureu
ze beperking van de margarine afzetgebied
voor de boter op de Nederlandsche markt
zou vrij maken, maar dat dit met een ver
laging van den boterprijs gepaard zou gaan.
Het resultaat van deze maatregelen zal niet
zijn een betere melkprijs.
Hoewel beperking van de margarine
ongetwijfeld in het belang van de melk-
verwerkers (in hoofdzaak zuivelfabrieken)
is, hebben adressanten niet duidelijk kun
nen maken, dat dit ook het belang is van
den veehouder (boer).
De Minister merkt aan het slot van zijn
zeer uitvoerig schrijven op, dat niet is kun
nen worden aangetoond, dat by een beper
king van margarine en andere spijsvetten
de positie voer de melkveehouders in ma
terieel opzicht ook maar eenigszins zou
verbeteren, terwijl daar tegenover de las
ten aan andere bedrijfsgroepen in Neder
land opgelegd, zeer aanzienlijk zouden
stijgen.
Met het oog hierop vestigt de Minister
er de aandacht op, dat het verspreiden
van verkeerde meeningen ten deze onder
het Nederlandsche volk en speciaal onder
den Nederlandschen boer, in deze tijden
tot gevaarlijke en ook door de verspreiders
niet voorziene consequenties kan voeren.
De Minister heeft dan ook op adressanten
beroep gedaan om met hem mede te wer
ken den Nederlandschen landbouwer liet
juiste begrip der verhoudingen in deze bij
te brengen.
Afscheid
Mr. A.
v. d. Eist
Als ambtenaar van het
O.M. bij het
Leidsch Kantongerecht
Gistermiddag heeft na afloop van de
strafzitting, waarin slechts één zaak behan
deld werd, voor een groot aantal aanwe
zigen het officieele afscheid plaats gehad
van mr. A. v. d. Eist als ambtenaar van
het O. M. by het kantongerecht te Leiden,
welke functie hij bijna 36 jaren heeft ver
vuld, voor een deel tezamen met de functie
van ambtenaar van het O. M. bij het kan
tongerecht te- Alphen.
Onder de talrijke belangstellenden wa
ren o.m. de burgemeester mr. A. v. d. San-
de Bakhuyzen, de zes plaatsvervangende
kantonrechters en nagenoeg alle leden van
de Leidsche balie, benevens de ambtenaren
bij het kantongerecht te 's-Gravenhage,
die vroeger hier ter stede als volontair
werkzaam waren; verschillende notarissen
uit het kanton, de commissaris van politie
de heer Meyer en hoofdinspecteur Eskens,
de familie van mr. v.d. Eist, de leden van
het personeel bij het Parket dat gelijk be
kend met ingang van morgen bij het Kan
tongerecht te Den Haag wordt onderge
bracht (het Leidsch Kantongerecht blyft