26ste Jaargang DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN WOENSDAG 30 JANUARI 1935 No. 8027 S)e £cid4cli£(Boti/fcc!/nt DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij voornitbetafïng: Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 1 GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop: 0.50 DIT NUMMER BESTAAT UIT VIER BLADEN. De gelegenheid maakt den dief. Ja zoo is 't ook met de gelegenheid, welke in onzen tijd zoo heel wijd open staat, de gelegenheid, om arbeidskrr?hten te betalen beneden de grens van een rechtvaardig loon of zelfs heelemaal niet te betalen. Ook deze gelegenheid maakt heel wat dieven! Dieven, die wel niet in de gevangenis zullen komen er worden trouwens be trekkelijk maar heel weinig dieven uit onze samenleving opgepikt! doch die desniettemin schuldig zijn aan oneerlijk heid, zich hebben vergrepen aan goederen, welke een ander toebehooren. Neen wij rekenen natuurlijk niet onder de dieven die werkgevers, die noodgedwongen absoluut nood gedwongen loonen uitkeeren, waarvan zij moeten weten en ook feitelijk weten, dat deze te laag zijn, geenrechtvaardige belooning vormen voor den geleverden arbeid, geen behoorlijk bestaan schenken aan den arbeider. Neen, wie doet wat hy kan, om zijn onderneming en het bedrijf, waartoe deze behoort, gezond te maken, maar daarin niet slaagt hem behoeft zeker niet per se een verwijt te treffen, nis hij de arbeiders in zijn onderneming niet behoorlijk betaalt. Ons staan voor den geest werkgevers, die, hoe slecht de toestand in hun onder neming ook moge zijn, toch nog wel een minimum rechtvaardig loon, een „ethisch minimum", aan hun arbeiders zouden kunnen betalen, maar het niet dóen, omdat deze arbeidskrachten op de arbeidsmarkt goedhooper zijn te krij gen: de wet van vraag en aanbod, waar door men komt tot wat de een kwalifi ceert als „zaken zijn zaken" en de ander terecht diefstal, moreel kwaad- noemt! Wij hebben gelezen een resolutie, aan genomen op een vergadering van den Bond van Jonge Liberalen, deze week ge houden. Bedoelde resolutie luidt als volgt: De Bond van Jonge Liberalen spreekt zich in algemeenen zin uit te gen het volontairstelsel, dat niet in de laatste plaats in overheidsdienst (b.v. gemeente-secretarieën) een ab- normalen omvang heeft aangenomen, van onvoldoende waardeering getuigt voor den arbeid van het opgroeiend geslacht en in strijd is met diens eco nomische belangen en het belang van staat en maatschappij, doordien op deze wijze niet steeds de besten komen op de plaatsen, die slechts door de besten behooren te worden bezet; noodigt de werkgevers en werkne mers in de particuliere bedrijven en de vrije bedrijven uit, dit stelsel zoo veel mogelijk tegen te gaan, vraagt van de overheid, voorzoover het den overheidsdienst betreft, maatregelen tegen dit voortschrijdend euvel. Die Jonge Liberalen leggen hier wel den vinger op een wonde-plek. In den goeden ouden tijd kenden we ook het stelsel van volontairs. Jonge lieden, die feitelijk nog niets of weinig praes- teerden, die in ieder geval op kantoor of werkplaats meer leerden, dus meer ontvingen, dan zij aan nuttigen arbeid gaven, heette men volontairs en zij ver dienden niets, kregen wel 'ns een klein „zakgeld", maar ook kwam het voor, dat ze moesten „toe-betalen". In den hoog conjunctuur-tijd toen het geld niet op kon! is het heel anders ge gaan. Toen werden jonge menschen, die pas begonnen, vaak al aanstonds gesa larieerd. De depressie heeft ons nadien weer het volontair-stelsel teruggebracht, maar niet in den ouden vorm. Nu worden vaak gehonoreerd, als waren 't volontairs, volsla gen of althans reeds veel nuttigen arbeid praesteerende werkkrachten. Dat mag niet, tenzij als het absoluut niet anders zou kunnen. Als het anders kan, is deze wijze van doen oneerlijk, ge lijk te stellen met diefstal. De Kerkvervolging in Mexico Door de Kerkvervolging in Mexi co is het kaf van het koren ge scheiden en het bloed der Marte laren 7,al ook daar weer het zaad zijn voor een nieuwe Christenheid. Uit onderstaande bijdrage blijkt, dat ook uit de kerkvervolging in Mexico tenslotte nog iets goeds wordt geboren. Onder de regeering van Calles en zijn zedelijk zeer minderwaardige ministers werd de anti-godsdienstige wetgeving van 1917 in alle scherpte doorgevoerd. Dit ge schiedde hoofdzakelijk onder den invloed van de communistische arbeiderspartij in de afzonderlijke staten, doch sedert 1925 ook door de centrale regeering. Naast Cal les was de communistische minister van Arbeid, Morones, de hoofdschuldige. Terwijl de regeering de Kerk vervolgde, begunstigde zij op alle mogelijke wijze de door haar in het leven geroepen „Mexi- caansch Orthodox Katholieke en Apostoli sche Kerk", van den afvallige Joachim Pe rez. Ook de Protestanten werden door de regeering bevoordeeld. Terreur. Sedert 1925 werden door Calles alle ka tholieken uit den Staatsdienst ontslagen. Wat van de katholieke pers nog over was werd het voortbestaan onmogelijk ge maakt. Den lOen Februari 1926 wees de advo caat-generaal op de anti-godsdienstige strekking van de wetgeving en den 13en Februari deelde Calles aan de autoriteiten mede, dat overeenkomstig deze aanwijzin gen de wet moest worden nageleefd. Thans werd het aantal zielzorgers tot een mini mum beperkt. Kerken, kloosters, alle ka tholieke scholen, seminaria en liefdadige instellingen werden gesloten of voor we reldlijke doeleinden ingericht en vaak gruwelijk ontwijd. De buitenlandsche priesters en kloosterlingen liet Calles on der menschonteerende en schandelijke be handeling uit het land verbannen. - In Fe bruari 1926 werden alle kerkelijke goe deren verbeurd verklaard en vervielen zij aan den Staat. Vooral in deze periode tel de de Kerk talrijke bloedgetuigen, honder den hebben met hun lichaam de toegang tot de kerken voor de soldaten versperd. Op den 2en Februari 1926 richtte de H. Vader een schrijven aan het Mexicaansche> Episcopaat, waarin Z. H. protesteerde te gen de onrechtvaardige behandeling van de Katholieke Kerk, terwijl hij de richt lijnen aangaf voor het doorvoeren van de Katholieke Actie. De 31 Bisschoppen van Mexico publi ceerden toen een gemeenschappelijk her- 'derlijk schrijven tegen de vervolging van de Kerk en de hervorming van de be staande wetgeving. Om hechten tegenstand te kunnen bie den sloten de vijf groote katholieke bon den zich aaneen tot een „Liga ter verdedi ging van den godsdienst". Als tegenmaat regel verscherpte Calles de artikelen van het Wetboek van Strafrecht, dat met 31 Juli in werking trad. Deze strafbepalingen verbieden onder de zwaarste vrijheidsstraffen en geldboe ten, ambtelijke handelingen van buiten landsche en door den Staat niet erkende priesters het godsdienstonderricht als mede de stichting en het besturen van la gere scholen en bijzondere scholen door geestelijke of godsdienstige organisaties. Verder werden verboden de nederzet tingen van Orden en Congregaties, het af leggen van kloostergeloften, en de oplei ding van religieusen. Bijzonder zware straffen werden vastgelegd voor openlijke of persoonlijke kritiek door geestelijken op de wetgeving van de centrale regeering, enz. enz. De Kerk leeft in de catacomben. Een beroep van de bisschoppen werd door het Congres verworpen, „omdat de bisschoppen geen burgerrecht bezitten" en daarmede ook het recht niet hebebn om een petitie in te dienen. De Mexicaansche bis schoppen bevonden zich in een zeer kri tieke positie. De regeering eischte van de priesters hun inschrijving als gewoon burger, doch de bisschoppen konden hierop niet ingaan, omdat dit rechtstreeks in strijd was met de rechten der Kerk. Anderzijds konden zij de priesters wegens uitoefening van hun ambt zonder goedkeuring van den Staat ook niet aan de meest woedende vervol ging blootstellen. Derhalve zagen zij zich gedwongen om op den 25en Juli.1926 voor geheel Mexico alle godsdienstige oefenin gen waaraan priesters medewerkten te verbieden. Calles liet alle kerken en bij de kerk behoorende gebouwen in beslag ne men. De bisschoppen werden verbannen, gevangen genomen, of wanneer zij zich verborgen hadden, als misdadigers ver volgd. „Overtredingen" van deze afschuwelijke wetgeving werden bestraft met zware boeten, gevangenisstraffen, martelingen of dood. De 5000 priesters bleven op enkelen na volharden. Zij gaven de voorkeur aan verbanning .gevangenis df dood. De weini ge priesters die door den Staat werden toegelaten, werd het bijna onmogelijk ge maakt om hun ambt uit te oefenen. Zoo bleef het volk van de zielzorg verstoken. De kerk van Mexico leefde voort in de catacomben. Als ware helden bleven de priesters in het geheim, vaak vermomd, hun geestelijke bediening uitoefenen. Zij ontvingen van Rome bijzondere voorrechten en dispensa ties en ondervonden alle mogefcjke steun van de leeken. Met heldenmoed verdedig den de geloovigen hun geloof en hun gees telijke leiders. Priesters, kloosterlingen en leeken gingen onbevreesd de dood in. De meesten werden zonder eenigen vorm van proces door militaire „gerechtshoven" of door de politie terechtgesteld. Zij stierven met de kreet op de lippen: „Viva Christi Rey" „Leve Christus Koning"- Van de ka tholieke jeugdvereenigingen stierven meer dan 100 leden den marteldood. In 1926 al leen reeds 147 priesters Katholiek verzet. In de hoogste nood werd door de katho lieken onder leiding van de „Liga ter ver dediging van de godsdienstvrijheid" een boycot ingezet van de staatskassen, han del, verkeer, loterij, theaters, bioscopen, openbare scholen, liberale bladen en za ken van anti-godsdienstige personen. De katholieken onthielden zich van ieder genotmiddel en van alle vermaak, terwijl zij zich slechts in de meest noodzakelijke levensbehoeften voorzagen. Er werd open lijk rouw gedragen door zwarte vlaggen en zwarte kleeding. Ondanks de vermaningen van de bis schoppen kwam het gekwelde, vertwijfelde volk ter verdediging van den godsdienst en van zijn eigen bestaan in'opstand tegen de regeering. Tegen deze „Libertadores" d.w. z. bevrijders nam de regeering zeer stren ge maatregelen onder voorwendsel, dat zij tegen een onwettige beweging optrad. Deze vrijheidsbeweging faalde echter totaal, want de Ver. Staten leverden haar geen wapenen. Toen President Calles aftrad had zijn duivelsche godshaat het reeds zoover gebracht, dat de Kerk reeds bijna niet meer in staat was om nog eenig opvoedend werk te verrichten, daar de Kerk zelf ge heel machteloos was gemaakt. Calles had zijn woord gestand gedaan: „Zoolang ik president ben zal de wetgeving van 1917 van kracht blijven". Doch Cal les had ook iets bewerkt, wat zeker niet zijn bedoeling was geweest: door zijn ver volging was in alle standen en groepen van de bevolking een machtige opbloei waar te nemen van het godsdienstig leven. Hij had Kerk en geloovigen tot een boven- menschelijke heldenmoed gebracht. Slechts met groote smart en innige ver eering kunnen wij denken aan de Marte laren van Mexico, die als bloedgetuigen stierven voor God en Zijn H. Kerk. ADVERTENTIEDAGBOEK. En vandaag 1 kies, die hol is En 1 kwelling is geweest En 1 zenuw, die van streek is En 1 vroolijk afscheidsfeest. Daarna 1 leuk, Engelsch juffie Met 1 muzikale band, En 1 pijp, waarin aroma En wij allemaal content. 1 Bouillonblok in 1 sauskom Bij ons op de tafel thuis, En 1 mooie bovenwoning Heel dicht bij 1 ziekenhuis. En 1 drukwerk, 1 biscuitje En 1 stukgesprongen hand, 1 Incasso, 1 verkoudheid En 1 rekening-courant. En 1 film in 1 theater, Welke amusant voor U 1 Siroop voor 1 die griepig 1 Muziek non-stop-revue. En 1 heele massa meubels, Die 1 koopje allemaal En 1 oproep, wie 1 schuld heeft, Wat 1 menschelyke kwaaL De tabriekbrand te Culemborg De meesterknecht gearresteerd. Het nablusschingswerk van den brand in de fabriek der firma B. van der Tak en Co. te Culemborg, heeft den geheelen nacht voortgeduurd. Ook hedenochtend was de brandweer nog ter plaatse. De autoriteiten hebben in verband met de eigenaardige ontdekking van een bran dende kaars op een zolver hedenmorgen ter plaatse een uitvoerig onderzoek inge steld. Wij vernemen, dat in verband met het vermoeden van brandstichting hedenmor gen vroeg reeds een arrestatie heeft plaats gehad. De politie arresteerde namelijk den ma gazijnmeesterknecht van de sigarensorteer- derij H. De man werd van zijn bed ge licht; hij was een der weinigen, die na het uitbreken van den brand niet naar de plaats des onheils is gekomen. Omtrent de ontdekking van een bran dende kaars temidden van krullen, waar uit de opzet van brandstichting is komen vast te staan, vernemen wij nog het vol gende: Te ruim 6 uur gisteravond had de por tier-nachtwaker als gewoonlijk zijn ron de door de fabriek gedaan. Hij had toen nergens iets verdachts opgemerkt. Korten tijd later is de brand uitgebroken en deze woedde eerst het felst op een zolder. De portier-nachtwaker, die na gewaar schuwd te zyn, onmiddellijk de brandweer alarmeerde, ontdekte toen aan den ande ren kant van het gebouw eveneens op een zolder de brandende kaars. Deze was gezet tusschen een hoeveelheid houtwol, welke een oppervlakte besloeg van onge veer 4 decimeter in het vierkant. Daarom heen lag zeer veel brandbaar materiaal als hout, tabak en andere voorraden. De portier riep onmiddellijk den rechercheur van politie van Bergen-Henegouwen, die zich met hem naar den zolder begaf. De rechercheur constateerde, dat de kaars brandde, waarna hij het vuur doofde. Dit geschiedde juist op tijd, want wanneer de ontdekking eenige minuten later zou zijn gedaan, dan zou zeker ook in dit gedeelte van de fabriek, dat thans behouden is ge bleven, brand zijn uitgebroken. De kaars .was niet langer dan, nog ongeveer 4 cen timeter, en het zou nog slechts even ge duurd hebben voordat de vlam van de kaars het houtwol zou hebben bereikt. De commissaris van politie, de heer Berkel, heeft hedenmorgen op het terrein van den brand een uitvoerig onderzoek in gesteld. Bij het afzenden van dit bericht duurde het onderzoek nog voort. Ook de burgemeester, de heer IJ. Keestra, die gisteravond en gedurende een groot ge deelte van den nacht by den brand aan wezig was en leiding heeft gegeven bij het blusschingswerk, was vanmorgen weer vroeg ter plaatse. In den loop van den dag wordt het parket uit Utrecht te Cu lemborg verwacht. Tot zoolang blijft de gearresteerde M. voorloopig in arrest. Graanmalerij te Bathmen afgebrand Het geheele dorp stond in gloed Hedennacht is door onbekende oorzaak brand ontstaan in de groote maalderij- graanhandel van de Bathmensche Coöpe ratieve Landbouwvereeniging te Bathmen. Toen de brand ontdekt werd, stond de windmolen reeds in lichter laaie, terwijl spoedig de vlammen, door afstortingen van het rieten molenomhulsel, oversloe gen naar de naast de molen gelegen kunst- mestloodsen, en het graanpakhuis. De brand was zoo hevig, dat het leheele dorp in gloed werd gezet. De brandweer kon tegen de vlammenzee niets uitrichten, en hield zich slechts bezig met het trachten te behouden van ,de belendende perceelen, wat mede dank zij de gunstige windrich ting gelukte. Slechts de kantoren en de machineka mer van het gebouw bleven behouden. In deze afdeelingen ontstond echter groote waterschade. Alles was verzekerd. Heden morgen werden reeds maatregelen getrof fen tot het oprichten van een hulpgebouw, teneinde het bedrijf te kunnen voortzetten VOORNAAMSTE NIEUWS. BUITENLAND. Duitsche wet tot regeling van de over dracht van het Saar-bestuur. (2de blad). Pressard, de vroegere procureur der Fransche republiek, gecompromitteerd lu de Stavisky-zaak, plotseling overleden. (2de blad). De V. Staten van Amerika treden niet toe tot het Haagsche Hof. (2de blad) BINNENLAND. Een zware brand, vermoedelijk door brandstichting veroorzaakt, legde te Cu lemborg een sigarenfabriek in de asch. (Gem. Ber. 3de blad en 1ste blad). Ernstig tramongeluk te Middelharnis. (lste blad). Graanmalerij te Bathmen door zwarcn brand vernield, (lste blad). Dertig stuks vee omgekomen bij boer- derijbrand te Bathmen. (lste blad). SPORT EN WEDSTRIJDEN. Het wereldrecord 3000 M. hardrijden op de schaats door Langendijk en later door Ballangrud te Davos verbeterd. (4de blad). 30 stuks vee omgekomen Bij boerderij brand te Scherpenzeel. Gisteravond is door onbekende oorzaak brand uitgebroken in de boerderij van den heer N. Donker, te Scherpenzeel. Hel vuur, dat ontstaan was in de stallen, greep met razende snelheid om zich heen. De stal was spoedig één vuurzee. Dertig stuks vee kwamen in de vlammen om. Zes koeien, een paard, twee kalveren en een stier wist men nog te redden. Drie koeien moesten echter wegens de hevige brand wonden, die zy hadden opgeloopen worden afgemaakt. Het woonhuis bleef gespaard doch de inboedel werd ernstig beschadigd, De schade wordt door verzekering ge dekt. BINNENLAND „NEDERLANDSCHE REISVEREENIGING VOOR KATHOLIEKEN". Een reLs naar Rome. De „Nederlandsche Reisvereeniging voor Katholieken", de door het Hoogwaardig Episcopaat kerkelijk erkende organisatie van het Katholiek Toerisme, heeft het plan, in de a.s. Paaschvacantie een groote „Jeugd-Rome-Reis" uit te schrijven voor R. K. Jongelingen van 1621 jaar. R. K. Studenten, leerlingen van R. K. Middel bare en technische scholen en Gymnasia, leden van R. K. Jongelingenvereenigingen, enz. Het reisplan is volkomen naar den geest dezer reis opgemaakt: de jongelui zullen te Rome logeeren in het Pauselijk Pel grimshuis in de Citta Vaticana; de Eeuwige Stad wordt onder de speciale leiding van Eerw. Hollandsche Paters, te Rome geves tigd, bezichtigd; de reis is niet vermoeiend, met nachttreinen wordt niet gereisd. Het begin- en eindpunt der Reis is Nij megen: vertrek 18 April e.k.; de reis duurt tien volle dagen, de reissom bedraagt 87. De reis gaat derde klasse. Het hoogtepunt is natuurlijk een parti culiere audiëntie bij Z. H. den Paus. De reis staat onder de technische leiding van een der geroutineerde leiders der,, Ne derlandsche Reisvereeniging voor Katho lieken", den heer J. de Vos te Maastricht, die reeds meermalen voor de Vereeniging groote reizen naar de Eeuwige Stad leidde. De Vereeniging heeft op het gebied der Rome-reizen gevestigde reputatie en er varing: in de laatste jaren voerde zy meer dan 500 Katholieke Toeristen daarheen; zij verzorgde ook in 1934 de groote Reis der Derde Orde. Contingenteeringen. De Staatscourant van gisteravond no. 20, bevat Kon. besluiten, waarbij de contin genteeringen van den invoer van de vol gende goederen worden verlengd: onder- kleeding; petten en baretten; gort van alle soorten; huishoudelijk glaswerk; manufac turen; stoffen en weefsels van wol en half- woL

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 1