UIT DE OMGEVING BUITENLAND zaterdag 26 januari 1935 de i.eidsche courant tweede blad. - taü. SCHIPBREUK HAUPTMANN VECHT VOOR ZIJN LEVEN BELGIE. STAKINGSGEVAAR VERMINDERD. Concessies aan de mijnwerkers. De besprekingen van den Belgischen mi nisterraad van gistermiddag, waarop de dreigende algemeene mijnwerkersstaking is besproken, wettigen de hoop, aldus de „Tel.", dat het stakingsgevaar afgewend kan worden, daar de regeering bereid is tot eenige concessies en zich niet meer zal verzetten tegen de socialistische interpel latie. DUITSCHLAND. „L\ HET BELANG VAN EUROPA'S CULTUUR." Hitler over de DuitschPoolsche betrekkingen. Bij gelegenheid van het éénjarig bestaan van het Duitsch-Poolsche niet-aanvalspact heeft de Duitsche rijkskanselier en „Fueh rer", Adolf Hitler, den Berlijnschen corres pondent van de officieuze „Gazeta Polska" een interview toegestaan. Daarin verklaart de „Fuehrer" allereerst: „Onze politiek tot achting der naburige volken stamt rechtstreeks uit de nationaal- socialistische ideologie. Wij zullen de in de afgeloopen eeuwen begane fouten niet her halen. Juist deze, onze overtuiging, vindt haar uitdrukking in reorganisatie der Duitsch-Poolsche betrekkingen, waarnaar wij hebben gestreefd". In het kort besprak hierop Hitier een aantal binnenlandsche kwesties, met name de staatshervormingsplannen door unifica tie van het rijk. Vervolgens beantwoordde Hitier de vra gen van den persvertegenwoordiger over de houding van Duitschland ten aanzien van de jongste internationale voorstellen tot het sluiten van pacten, het Oost-Locar- no- en het Middel-Europa-pact. Hitier verklaarde, dat hij zich daarover op het oogenblik nog niet kon uitlaten, daal de internationale besprekingen in deze aangelegenheid nog maar pas begonnen zijn. Hij kon slechts het volgende vaststel len: Ten eerste: Duitschland wil in vrede le ven met al zijn naburen en is bereid, in alles toe te stemmen, wat tot verwezenlij king van dit deel noodig is. Ten tweede: Duitschland zal nooit af zien van de gelijkberechtiging. Ten derde: Duitschland kan onmogelijk onder het begrip „internationale samen werking" iets verstaan, wat het land zou dwingen zulke verplichtingen op zich te nemen, welke Duitschland daarheen zou den kunnen leiden waarheen het niet wenscht te worden geleid, namelijk tot den oorlog. Over de kwestie van een eventueelen te rugkeer van Duitschland in den volken bond verklaarde Hitier, dat van dezen stap eerst sprake zou zijn. indien het Duitsche rijk volkomen gelijkberechtiging was toe gekend. „Het vroegere Duitschland had daarvan geen begrip. Wij zullen echter in geen geval de fouten herhalen, waarover onze voorgangers zich den hals gebroken hebben." Aan het slot van het interview sprak Hit- Ier zijn groote vreugde er over uit, dat hij één jaar na het afsluiten van het Duitsch- Poolsch verdrag de uitstekende ontwikke ling en de vruchtbaarheid van de nieuwe Duitsch-Poolsche betrekkingen kon waar nemen. „Het is ons gelukt, een der belang rijkste historische verbeteringen aan te brengen. Wij hebben de onjuiste meening rechtgezet, volgens welke tusschen Polen en Duitschland steeds slechts permanente vijandschap als een soort erfelijke belas ting moest bestaan. Ik verklaar het tegen deel. Ondanks alle moeilijkheden welke nog tusschen beide volken bestaan, zijn wij toch in het belang der Europeesche cul tuur verplicht tot samenwerking. Het na- tionaal-socialistische Duitschland zal alles doen, wat deze samenwerking in een vriendschap kan omzetten. De dag van heden geeft mij het recht, aan een verwe zenlijking van ons streven te gelooven." S.A.-LEDEN NAAR DE RIJKSWEER? Omtrent de a.s. reorganisatie van de SA.. jverneemt Reuter, dat daarbij de volgende beginselen in acht zullen worden geno men. Alle S.A.-leden, die een geschikten leef tijd hebben voor den actieven dienst en in aanmerking komen voor inlijving, zullen hun militairen diensttijd moeten vervul len in de rijksweer volgens de algemeen geldende militaire bepalingen. Na afloop van hun diensttijd blijven zij deel uitma ken van de S.A., die zorgt voor kazernes en voltooiing van hun opleiding. Voor de S.S. zal de reorganisatie op de zelfde wijze geschieden. Zooals reeds in het grootste deel van Duitschland geschiedt, zullen de leden van de S.A. ontwapend worden. Voor de gedemilitariseerde zone ingesteld door het verdrag van Versailles, worden uitzonderingsbepalingen uitgevaar digd. AFRIKA. DE BLOEDIGE INCIDENTEN IN OOST-AFRIKA. Italiaansch initiatief voor een gemeenschappelijke actie. Naar verluidt, heeft de Italiaansche re geering contact gezocht met de regeerin gen van Frankrijk en Engeland voor een gemeenschappelijke actie tot herstel van de grensveiligheid der Oost-Afrikaansche koloniën. Van Italiaansche zijde heeft men gewe zen op den anarchistischen toestand welke in de interne verhoudingen in Abessynië heerscht. Weliswaar versterkt en moderniseert keizer Hail Salassie zijn leger, doch de stamhoofden hebben hun eigen leger en onderlinge twisten zijn aan de orde van den dag. In het geheele land heerscht een alge meene vreemdelingenhaat welke zich spe ciaal tegen Italië en Frankrijk richt. Er is geen centraal gezag, dat tegenover de aangrenzende koloniale mogendheden verantwoordelijk blijft voor de uitvoering der met de keizerlijke regeering gesloten verdragen. AMERIKA. ROOSEVELT VRAAGT CREDIET VAN VIER MILLIARD. Voor uitvoering der groote werken. President Roosevelt heeft in een speciale boodschap aan het Congres om een crediet van vier milliard dollar gevraagd voor de komende achttien maanden. Dit crediet moet dienen voor het begin van uitvoering van zijn groot tienjarenplan voor openbare werken, uit te voeren door werkloozen. Naar men weet komt dit plan in plaats van de huidige steunvqrleening. Tevens vraagt Roosevelt om 880 millioen dollar voor voortzetting van de steunbeta ling, tot zijn plan voor werkverschaffing in uitvoering is. Hij erkent het recht van het Congres om te bepalen, hoe de toege stane gelden zullen worden gebruikt en belooft, dit recht zoo spoedig mogelijk weer aan de volksvertegenwoordiging te zullen overdragen. Roosevelt verzet zich echter tegen diegenen, die tot in details willen weten, hoe de vier milliard uitge geven zullen worden. Als reden voor die weigering geeft hij o.a., dat de werkloosheid buitengewone af metingen heeft aangenomen en dat het on mogelijk is elk werkplan diepgaand te be- studeeren. Ik hoop, aldus besluit Roosevelt, dat na de acute crisis de werkloosheid zal beginnen te verminderen. Wij kunnen dan credieten van ongeveer 500 millioen dol lar per jaar toestaan voor de uitbreiding van de ontworpen openbare werken. Hoewel de oppositie scherpe critiek oefende heeft het Huis van Afgevaardig den de aangevraagde credieten van in to taal 4880 millioen dollar toegestaan. Het wetsvoorstel is direct naar den Senaat doorgezonden. CHINA. DE GRENSGEVECHTEN. Slechts van locale beteekenis. Het Japansche departement van buiten- landsche zaken heeft aan de buitenland- sche vertegenwoordigers inlichtingen ver strekt over de gebeurtenissen aan de Mon- goolsche grens. In die inlichtingen heet het, dat de gebeurtenissen slechts plaatse lijke beteekenis hebben en dat de aange legenheid zal zijn afgeloopen, zoodra de Chineesche troepen zich hebben terugge trokken. De minister-president heeft ook den kei zer en het kabinet in dien zin ingelicht. Een demonstratieve verklaring te Moskou. Een delegatie van het roode leger uit het Verre Oosten is gisteren uit Wladiwostock in Moskou aangekomen, onder leiding van corpscommandant Gonsjarow, om deel te nemen aan het zevende congres der sov jets, dat gisteren aldaar geopend werd. Gonsjarow verklaarde aan de journalis ten: „Namens de weermacht van het Verre Oosten kan ik zeggen, dat wij volkomen bereid zijn, om in geval van een aanval de verdediging der sovjet-unie op ons te ne men. W.ij zijn thans sterk genoeg, om elk offensief te weerstaan. Elke in het Verre Oosten tegen ons on dernomen aanval zal mislukken, omdat ons leger een voldoende bescherming vormt tegen eiken 'vijandigen aanvallgr". Met het oog op Japans optreden in de Chineesche provincie Tsjahar heeft deze verklaring van Gonsjarow een demonstra tieve beteekenis. BUITEKLANDSCHE BERICHTEN. GOEDERENTREIN BEDOLVEN DOOR SNEEUWLAWINE Gevolg van noodweer in Britsch-Columbia Een goederentrein van de Canadian-Paci fic Railway is in de bergen te Cortell ten Westen van Nelson (Britsch-Columbia) ten gevolge van het daar heerschende nood weer, door een sneeuwlawine bedolven. Een speciale trein met verplegingsperso- neel is naar de plaats van het ongeval ge zonden. KOUDE LN DE V.S. EISCHT REEDS 180 DOODEN De koudegQlf, welke nu reeds een week in de Vereenigde Staten heerscht, heeft tot nu toe 180 personen het leven gekost. In dit cijfer zyn de 25 personen begrepen, die bij de overstroom in gen in het -Mississippi- gebied zijn verdronken. VAN DE „MOHAWK" GEZONKEN BIJ ASBURY PARK. Minstens 15 dooden, 36 nog vermist. Ter hoogte van Seagirt, enkele mijlen van Asbury Park in den staat New Jer sey, waar destijds ook de ramp van de „Morro Castle" plaats had, is het Ameri- kaansche s.s. „Mohawk" na een aanvaring met het Noorsche s.s. „Talisman" gezon ken, waarbij naar alle waarschijnlijkheid een aantal slachtoffers is te betreuren. Tegen ongeveer halftien Donderdagavond werd de „Mohawk" een nieuw schip van 6900 ton, dat zich op zijn eerste reis naar Vera Cruz bevond, door de „Talisman" in de flank gevaren. Beide schepen zonden onmiddellijk S.O. S.-seinen uit maar de „Talisman" deelde later mede, dat het zonder hulp te kunnen stellen. De „Mohawk" was er erger aan toe. Door de hevige botsing had de Ame rikaan een groot gat in den zijwand opge- loopen. Het schip maakt snel water en de kans op zinken werd zoo groot, dat in al lerijl besloten werd reddingsbooten uit te zetten. Bij de zware zee was dit evenwel geen gemakkelijke taak en daar het schip steeds dieper zonk, achtte de kapitein het onder de gegeven omstandigheden het best het schip aan den grond te zetten. Passagiers in doodsangst. Aan boord van de „Mohawk", die een bemanning telde van 107 koppen en 53 pasagiers vervoerde, had inmiddels ieder zich gereed gemaakt het zinkende schip te verlaten en in de reddingsbooten over te gaan. Alvorens de passagiers en de beman ning allen in de booten hadden kunnen plaats nemen, dook het schip steeds verder in de golven, zoodat de aan dek in doods angst heen en weer rennende passagiers ten deele met de zwemvesten om over boord sprongen. Behalve de „Talisman" waren op de S O.S.-seinen spoedig andere schepen ter plaatse. De „Talisman" was er in geslaagd, inmiddels de opvarenden van vijf reddings booten aan boord te nemen. Het Ameri- kaansche s.s. „Algonquin" en het s.s. „Li- mon" wisten de inzittenden van twee an dere reddingsbooten over te nemen: in to taal 38 passagiers en 58 leden der beman ning. In felle bundels gleden de zoeklichten in den stormachtigen avond over de hoogop slaande golven, de zee afzoekende naar slachtoffers, die in het ijskoude water ronddreven. 116 geredden. Het staat thans vast, dat bij de scheeps ramp minstens vijftien personen om het leven zijn gekomen. Zes en dertig opva renden worden nog vermist, terwijl het aantal geredden 116 bedraagt. Er bestaat echter hoop, dat men nog eenige van de vermisten zal vinden. Uit de verhalen van de geredden blijkt, wat zij hebben moeten doorstaan in de ijzige koude en onder hevige hagel- en sneeuwbuiten, en hoe heldhaftig het ge drag van de officieren en matrozen bij het reddingswerk is geweest. De heer Eddie de Waard uit Rotter dam, die in de laatste reddingsboot de „Mohawk" kon verlaten, vertelde in een interview met Reuter: „Ik hoorde de man nen, die in hét ijskoude water waren te rechtgekomen, om hulp schreeuwen en daarna zag ik hen voor mijn oogen ver drinken. De kapitein stond toen nog op de brug en op het dek liepen twee oude vrouwen radeloos heen en weer. Het laat ste wat ik van de „Mohawk" zag, was, dat zij met den boeg naar voren zonk. De men- schen, die overboord zijn gevallen, moesten wel omkomen, want men kon het in het water geen vijf minuten uithouden". Een flinke bemanning. Een andere passagier uitte zich in loffe lijke bewoordingen over het heldhaftige bedrag van de officieren en matrozen en zeide, dat het hieraan te danken is, dat nog zoo'n groot aantal opvarenden kon worden gered. „Ik was nog op zoo vertelde hij en bevond mij in mijn hut aan dek. Door den schok werd ik naar buiten ge worpen en zag overal huilende vrouwen en kinderen, die angstig heen en weer lie pen. Het optreden van de matrozen en of ficieren wekte echter kalmeerend. Alle matrozen bevonden zich reeds aan dek en direct werd begonnen met het strijken van de reddingsbooten. Het schip maakte toen reeds zoo snel water, dat de passagiers aan de ééne zijde van het schip door het whter moesten waden. Het reddingswerk verliep echter zoo snel, dat na vijftien minuten alle reddingsbooten gestreken waren". Een lid der bemanning deelde mede, dat twee matrozen bij de aanvaring op het voorste gedeelte van het schip doodgedrukt werden, vier anderen sloegen over boord. Toen de reddingsbooten een eindweegs van het zinkende schip waren, klonk een hevi ge ontploffing en het water spoot meters hoog op. Een veeg teeken. Een boot van de kustwacht heeft mede gedeeld, aldus United Press, dat twee lee- ge reddingsbooten in open zee werden aan getroffen. Een der booten was half met water gevuld. Een groot aantal booten zet de nasporingen naar de vermisten nog steeds voort. Een tweetal watervliegtuigen heeft vijf lichamen waargenomen, die in den Oceaan dreven en vier ledige red dingsbooten. Negen lijken van omgeko men passagiers konden worden geborgen. Omtrent de oorzaak van de ramp is nog niets bekend. De „Talisman", die minder snel liep dan de „Mohawk", verliet New York bovendien nog een uur later. Een enquête-commissie is reeds ingesteld. Hij ontkent de ontvoering Hauptmann, die in de de zitting van gis teren weer de voornaamste getuige was, streed met wanhopige energie om de jury ervan te overtuigen, dat hij onschuliig is en het zoontje kolonel Lindbergh niet heeft ontvoerd. Met groote heftigheid bestreed hij, dat hij het losgeld, dat indertijd door Lindbergh is betaald, in ontvangst zou hebben genomen. Niet ik ben de de oorspronkelijke be zitter van de 50.000 dollar geweest, riep hij met verheffing van stem uit, maar Isi- dor Fisch. Bent u ooit in Hopewell (het buiten van Lindbergh) geweest? vroeg rechter Trenchard onder ademlooze spanning. Neen, nimmer, antwoordde Haupt mann krachtig. Op de vraag van den president: Hebt u den eerstgeboren zoon van kolonel Lind bergh onfvoerd? klonk eveneens een gede cideerd en kort,, neen" van den verdachte. Tijdens dit verhoor heerschte er een doodsche stilte in de rechtszaal. De toe hoorders hingen aan de lippen van den verdachte; geen enkele beweging ontging hun; allen waren zich bewust, dat hier een man om zijn hoofd streed. Hauptmann bleef volkomen meester van zichzelf en beantwoordde de hem gestelde vragen op korte, krachtige wijze. Hij ver toonde vrijwel geen spoor van nervositeit; slechts een enkele maal zag men hem licht met de oogen knipperen. De verdachte wiens blik open en vrij door de zaal ging, vermeed het echter opzettelijk kolonel Lindbergh, die op ongeveer zeven meter afstand van hem zat, aan te kijken. Bij het verdere verhoor ontkende Haupt mann beslist, dat hij het losgeld van dr. Condon, die als bemiddelaar van Lindberg was opgetreden, in ontvangst had genomen „Ik ken dr. Condon in het geheel niet en heb hem ook nooit gezien". Over zijn betrekkingen tot Isidore Fisch gaf Hauptmann het volgende relaas: Kort voordat Isidore Fisch naar Dil schland terugkeerde, heeft hij mjj twee koffers en een doosje in bewaring gegeven, met het verzoek hierop vooral te willen passen. Ik deponeerde ze in een kast in mijn keuken, waar een bezem en andere huishoudelijke artikelen werden geborgen. Op de vraag van den rechter of Haupt mann wist wat er in de koffers en het doosje zat, antwoordde hij, dat hij tot Augustus 1934 niet geweten heeft wat zij bevatten. Onder ademlooze spanning verklaarde Hauptmann daarop het volgende: „Op een Zondag zocht ik naar een be zem. Toen ik den bezem van den haak wilde nemen, stiet ik met den steel tegen het doosje, dat in dezelfde kast opgebor gen stond. Ik bemerkte, dat ik met den steel een gat in het doosje gestooten had. Ik wilde nauwkeurig nagaan, welke scha de ik aan het doosje had toegebracht en kwam daarbij tot de ontdekking, dat er zich banknoten in bevonden. Daarop nam ik het doosje mee en borg het weg in mijn garage. Geteld heb ik de banknoten ech ter niet". Daarop ging het verhoor over op de ladder, die bij de ontvoering is gebruikt. De rechter vroeg Hauptmann of hij in staat was een ladder te maken. Spottend lachend antwoordde verdachte: „Ik ben toch timmerman!" Hebt u ook deze ladder gemaakt? vroeg Reilly daarop. Hauptmann keek even stil voor zich heen en liet daarna met een verachtelijk schouderophalen zijn blik over de houten ladder gaan. En toen klonk het kort: „Neen! Ik ben timmerman!" En inder daad, door al het gesjouw met de ladder is zij er niet fraaier op geworden en zij ziet er stellig niet uit als het werkstuk van een vakman. EEN NAZI-VEEMMOORD IN TSJECHOSLAWAKIJE Gewezen partijgenoot in een herberg neergeschoten Uit Praag wordt gemeld: Een groep van drie nationaal-socialisten onder leiding van een 26-jarige gymnastiekonderwijzeres uit Berlijn, mej. Edith Karbsbach, heeft giste rennacht op verraderlijke wijze een Duit- schen ex-nationaal-socialist, Wormys ge naamd, om het leven gebracht. Wormys was vroeger technisch directeur van het radiostation Mühlacker. Het'drietal deed zich voor als ski-enthou siasten en sloot als zoodanig „vriendschap" met Wormys. Zij begaven zich onder een of ander voorwendsel naar zijn kamer, in een afgelegen herberg nabij Pribram (in de bergen ten Z.W. van Praag) waar zij des nachts zijn lichaam met kogels door zeefd achterlieten. Vervolgens stichtten zij brand, in de hoop, dat de vlammen de spo ren van hun misdaad zooden uitwisschen. In verband met den moord heeft de poli tie een dozijn leden der Duitsche kolonie te Praag gearresteerd. Tijdens de verhoo- ren is gebleken, dat Schubert en Miiller twee der moordenaars: het derde lid der bende was een vrouw contact heb- I ben gehad met eenige in de Tsjechoslowa- kijsche hoofdstad gevestigde buitenlanders. Bij hun vlucht hebben de drie moorde naars hun auto in de nabijheid der grens achtergelaten, waar hij door de politie werd ontdekt. Vermoedelijk zijn zij vervol gens te voet naar Duitschland ontkomen. De wagen werd later door een onbekend persoon gehaald, die een volmacht bij zich zich, onderteekend met Hans Miiller. De autoriteiten hebben een onderzoek inge steld, hoe het komt, dat de betrokken po litiebeambte den auto op deze simpele volmacht heeft kunnen afgeven. HILLEGOM. Verwijdering van het eerste dek. Het tot hedèn algeheel uitblijven van vorst maakt, dat de bloembollen feitelijk te hard groeien. Het zware dek verhoogt de warm te. Daarom wordt op de tuinen reeds het eerste dek weggenomen. En dat in Januari! Verkooping. Gisteravond had in Hotel Sistermans de verkoop bij gunning plaats ten overstaan van Notaris D. Lodder al hier van: 1. Het Heerenhuis „Mare Zate" aan de Van den Endelaan 32 met schuur tje, erf en tuin, groot 4 A. 1 c.A. In hoog ste bod gebracht op f 5500; niet gemijnd. 2. De Bloembollenschuur gelegen achter perc. 1, met erf en grond, groot 6 A. 13 c.A. In hoogste bod gebracht op f 8000. Niet ge mijnd. 3. Een perceel open grond, gelegen ten Oosten van perc. 2, groot 2 A. 90 c.A. In hoogste bod gebracht op f 250, gemijnd op 14 door Mart. Koek. 4. Een perceel open grond met houten loods en uitweg naar de Hoofdstraat, groot 8 A. 40 c.A. In bod gebracht op 750; niet gemijnd. 5. Een perceel open terrein ten Zuiden van perc. 4, groot 13 A. 12 c.A. In hoogste bod ge bracht op 3000, niet gemijnd. 6. Het Woonhuis no. 94 met erf en grond, nabij de Hoofdstraat, groot 3 A. 41 c.A. In hoog ste bod gebracht op 2700, gemijnd op 800 door den heer P. J. van Keulen q.q. Combinatie perc. 2, 3 en 4, staande op 9014, gemijnd op f 10 door W. v. d. Laan q.q. Combinatie perc. 2 t.m. 5, staande op 12.024, niet gemijnd. Combinatie 1 t.m. 6, staande op ƒ21.024, niet gemijnd. Gegund: perc. 1 t.m. 5 aan A. v. d. Laan q.q., perc. 6 aan P. J. van Keulen q.q. Geboren: Hendrikus Hu'bertus, z. v. H. Th. Blom en M. H. Burbach. Theodo- rus Franciscus Maria, z. v. P. Lomemrse en M. Th Uitendaal. Johanna Margaretha, d. v. J. C. Uitendaal en A. C. Warmerdam. Ludina Johanna, d. v. M. Langeler en J. Jongkind. Sofia Cathorina, d. v. E. A. Vos en A. Beukers. Getrouwd: F. J. van der Meij en M. J. H. Stevens. A. J. J. Tonbreeker en G. C. van der Hulst. J. de Rooij en N. Soet. O v e r 1 e d e n: B. M. Lommerse, 36 jr. vr. Gevestigd: I. de Graaf en gezin, Hoofdstraat 174; P. J. Huibers, Vinkcn- dwarsstraat 12; J. Spiering en gezin. Vin kend warsstraat 12; G. Tegelaar, Weere- steinstraat 26; W. Tromp-van der Veldt, Meerstraat 43; C. Jansen, 2e Amerikadwars straat 9. Vertrokken: KI. de Niet en k. naar Scheveningen; G. C. van der Hulst, naar Amsterdam; A. ter Loo, naar Oosterhes- selen; A. J. Enthoven, naar Haarlem; C. J. Geitenbeek, naar Heemstede; A. Olij, naar Hillegersberg; A. M. Kemper, naar War- men huizen. TER AAR Het Crisis-Comité. Deze dagen hadden we het voorrecht een onderhoud te heb ben met den secretaris van het plaatselijk Crisis-Comité, die weer gaarne bereid was het een en ander mede te doelen over de werkwijze van he+ Comité in het afgeloo pen seizoen. Allereerst vernamen we, dat dit instituut gesplitst is in twee afdeelin- gen, n.l. A en B. Afdeeling A is uitslui tend voor hen die getroffen zijn door de crisis, en het andere voor de arbeiders. Af deeling B ontvangt van de gemeente een jaarlijksche subsidie van 170 gulden, en een evengroot bedrag van het N.C.C. Door de opbrengst van een plaatselijke collecte en de medewerking van 't Natio naal Comité, is afdeeling A in staat ge steld het volgende uit te deelen: 92 wollen dekens, 420 stuks onderkleeren, twee wa gons eierkolen (30.000 kg), en binnenkort zal nog uitgereikt worden 100 kg. koffie. Het aantal personen die hiervoor in aan merking kwamen bedraagt ruim 150. Comi té B heeft uitgedeeld 120 kg. kaas a 10 cent per kg., en eveneens een groot aan tal onderkleeren. De secretaris deelde nog mede dat pogingen in het werk zijn gesteld bij het N.C.C. om voor verdere uitdeeling in aanmerking te komen. Zeer tevreden was het bestuur over de dankbaarheid van hen, die wat ontvangen hebben van het comité en dit werkt heel' aangenaam. De onderlinge samenwerking met de leden van het bestuur is voortref felijk te noemen. Door de oprichting van B. zijn de arbeidersafgevaardigden uit af deeling A getreden. De secr. verzocht ons nog den dank over te brengen van het be stuur aan de gemeentenaren voor hun steun. Wij van onzen kant dankten de secretaris voor zijn gegeven en brengen 't bestuur hulde voor zijn werk. We kunnen ons zoo goed voorstellen dat zij met hun bescheiden bezit, toch nog veel hulp biedt, en erop rekent, dat het vaak veel hoofd breken kost om juist daar te deelen. waar de nood het hoogst is. Laat een ieder dit waardeeren, en hen steunen in hun dik wijls moeilijke taak. RUNSBURG. Bloemenhandel. Nog steeds teleurstel ling voor de trekkers en het ziet er. niet naar uit, dat het verloop gunstiger zal wor den. De koopkracht is geringer dan voor heen en de hooge invoerrechten, voorna melijk voor Engeland, zorgen wel dat hier geen hooge prijs besteed kan worden. Het is voor allen een bijpassen. Betaald werd voor tulpen per dozijn: El Toreador fO.lti 0.27, Gele Prins f0.130.19, La Reine f 0.90—0.13, Fred. Moore f0.100.13, Wil liam Copland f0.160.23, Prins van Oos tenrijk f 0.15—0.22, William Pitt f 0.22 0.35, Flamingo f0.080.13, Couronne d'or f 0.20—0.26, Mr. v. d. Hoeff f 0.20—0.26 Narcissen per bos f0.080.19, Hyacinthen per 100 f4.30—5.10.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1935 | | pagina 7