26ste Jaargang No. 8001 DAGBLAD VOOR LEIDENEN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN ZATERDAG 29 DECEMBER 1934 DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij Tooruitbetaling: Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 F GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop: 0.50 BIT NUMMER BESTAAT UIT VIJF BLADEN WAARONDER GE ÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD. Van a tot z onwaar. Onder ons kan verschil van meening be staan natuurlijk. En wij geven dan ook in onze kolommen steeds gaarne plaats aan hen, die een van de onze afwijkende mee ning willen uiten. Natuurlijk met inacht neming van eenige algemeen onder ons geldende regels van behoorlijkheid. Maar als dat verschil van meening zóó wordt geuit als in het weekblad van de Kath. Democr. Partij „Onze Vaan" door iemand uit Leiden (wiens naam wij hier maar niet zullen noemen), 't is toch wel héél erg! Hij zegt van zichzelf, dat hij „harde noten" kraakt. Was dat maar zoo! Hij ver telt eenvoudig dingen, die van a tot z onwaar zijn! Wij zullen dit even laten zien. Misschien herinnert men zich, dat de ge meenteraad van Leiden bij de behande ling van de begrooting is meegegaan met een voorstel van B. en W., om de post „Schoolkindervoeding" met een bepaald bedrag te verminderen. De R.-K. Raads fractie heeft aan dat voorstel toen haar stem gegeven onder de verklaring, dat de bezuiniging zou kunnen worden gevonden zonder dat de schoolkindervoeding kwa litatief en kwantitatief zou worden ver minderd. En toen later bleek, dat tenge volge van de bezuinging de schoolkinder voeding wél werd ingekrompen, is de R.-K. Raadsfractie op dat besluit teruggekomen. En wat is er toen gebeurd? De schrijver in „Onze Vaan" vertelt het: Gedeputeerde Staten weigerden toen een verhooging van subsidie en kwa men op een genomen besluit bij de behandeling der begrooting niet terug. Dacht de raadsfractie wellicht, dat men met Gedep. Staten gerust een spelletje kon spelen? Eerst door Ged. Staten laten goedkeuren een verlaging en even later mededeelen, dat de Raad zich vergist heeft, en of men nu wellicht genegen is samen te deelen, n.L ƒ5000.teruggeven? Zoo vertelt die schrijver in „Onze Vaan". En de waarheid is, dat Gedeputeerde Sta ten, toen de R.-K Raadsfractie vasthield aan haar wensch en niet wilde wijken, de gevraagde verhooging van subsidie wel geheel hebben toegestaan, wel terug zijn gekomen op een genomen besluit! Het ge volg daarvan is, dat .óók als onze in lichtingen juist zijn in 1935 de vereeni- ging „Schoolkindervoeding" een subsidie van de gemeente zal ontvangen tot een be drag, hetwelk zij zelf wenscht en noodig acht. Ziehier de waarheid. Juist en precies andersom als verteld wordt! Men zal 't met ons eens zijn, dat 't ons hindert, met een opponent, die zóó klaar blijkelijk onwaar is, den degen te kruisen. Wij volstaan dan ook verder, met te con- stateeren, dat ook in een ander deel van zijn artikel door dien schrijver eenige be weringen worden gedaan over Leidsche gemeentepolitiek die om het zacht te zeggen niet geheel en al juist zijn. Wij schenken er verder geen aandacht aan. Wat ons echter het meest hindert, is het slot van het artikel, waarin wordt opgewekt tot strijd onder de bede: „God helpe ons hierbij". Gods hulp wordt in geroepen, om anderen, en speciaal geloofs- genooten, te bestrijden met onwaarheid. Dat treft ons, in alle oprechtheid verklaard: pijnlijk. AANBESTEDING. Ged. Staten van Zuid-Holland hebben aanbesteed het onderhouden van de wegen Wassenaar Noordwijk Noord-Holland- sche grens; Ringvaart Haarlemmermeer polderHillegomde Zilk; Sassenheim Piet GijzenbrugNoordwijkerhout; Rijs wijkDe Vink en VoorschotenDen DeyL gedurende het jaar 1935. Laagste inschrijver was P. C. Langeveld te Hardinxveld voor ƒ22.445. BINNENLAND BESTRIJDING VAN DE DWERG PARTIJEN NOODIG? ERNSTIGE BEZWAREN GEOPPERD De uitsluiting van z.g. vrijgestelden draagt een hatelijk uitzonderingskarakter Aan het voorloopig verslag der Tweede Kamer over het wetsontwerp tot wijzi ging en aanvulling van de Kieswet, de Provinciale Wet en de Gemeentewet, is o.m. het volgende ontleend: Bij verscheidene leden bestaat in 't al gemeen bedenking tegen Het nemen van wettelijke maatregelen tegen bestrijding van kleine partijen. Deze leden vestigden er de aandacht op, dat welhaast alle par tijen klein zijn begonnen. Verscheidene daarvan hebben zich tot partijen van een zekeren, sommige zelfs van grooten om vang uitgezet. Omgekeerd zijn in den loop der jaien ook groote partijen tengevolge van splitsing of doordat haar aanhang verminderde, tot kleine afmetingen terug gebracht of zelfs geheel verdwenen. Niemand aldus de hier aan het woord zijnde leden zal kunnen volhouden, dat in het algemeen genomen de stem, welke die partijen of partijtjes elk voor zich zich hebben doen hooren, niet het hare heeft bijgedragen tot de ontwikkeling van het staatkundig leven in ons land en tot de vorming van de politieke constellatie, welke wij thans kennen. Worden de klei ne partijen in haar voortbestaan en ont- wikkkeling belemmerd, dan zal de voort gang van de boven geschetste wisselwer king worden tegengehouden en een ver starring van de thans groote partijen plaats hebben, welke aan het politieke le ven niet ten goede kan komen. Eenige leden konden in de hierbedoel- de maatregelen niet veel anders zien dan een toegeven aan het verlangen van de groote politieke partijen om ten koste van de kleine partijen haar macht en die ha- rere leiders te vergrooten. Neiging tot splitsing Verscheidene andere leden achtten met de Regeering het treffen van maatregelen als hier bedoeld noodzakelijk. Zij wezen erop, dat het karakter van een groot deel van het Nederlandsche volk de neiging met zich brengt tot splitsing in kleine, zelf standig optredende groepen met denkbeel den. welke min of meer van die der ove rige groepen afwijken. Weliswaar treft men overal ter wereld grootere of kleinere groepen aan, welke zich, met voorbijzien van de groote lijnen in het staatsbestuur, op concrete punten, niet zelden door eigenbelang gedicteerd, yereenigen; in Nederland doet dit ver schijnsel zich wel in bijzonder sterke mate voor. Een kiesstelsel, dat geen rekening houdt met deze nationale eigenaardigheid, dient te worden gecorrigeerd, opdat wor de voorkomen, dat die eigenaardigheid tot uitwassen leidt, welke het politieke le ven bederven en de grondslagen van dat stelsel aantasten. De voorgestelde waarborgsom. Het stellen van den eisch, dat bij de in diening van een lijst een waarborgsom wordt gestort, welke verbeurd is, indien op die lijst niet een bepaald aantal stem men wordt behaald, vond bedenking bij sommige van de leden, die in het alge meen tegen het nemen van maatregelen ter bestrijding van kleine partijen gekant waren. Naar de meening van deze leden is trouwens de poging, op deze wijze het voortbestaan dqp kleine partijen te bemoei lijken, tot onvruchtbaarheid gedoemd. Im mers, met het tegengaan van het indienen van lijsten door kleine groepen houdt men die groepen zelf nog niet in bedwang. Vele andere leden daarentegen achtten de gedachte, dat een rem moet worden aangelegd aan het indienen van lijsten, welke geen kans hebben het voor 'n zetel benoodigde aantal stemmen te verzamelen zeer gezond. Het gevolg toch van de aan wezigheid van zoogenaamde snipperlijsten is, dat bij elke verkiezing voor het opma ken van den uitslag een betrekkelijk groot aantal stemmen verloren gaat. Daardoor wordt het beeld, dat de samenstelling der volksvertegenwoordiging van de politieke constellatie in den lande behoort te geven, verdrongen. Verscheidene leden wezen er op, dat de eisch, waaraan moet worden voldaan, wil men recht hebben op het terug ontvangen van de gestorte gelden, wel zeer hoog is gesteld. De werking van dit middel moet niet zijn, dat elke nederlaag in den stem busstrijd met een-boete wordt gestraft. De opvatting der Regeering, dat het ge- wenscht zou zijn door het lidmaatschap der Tweede Kamer het optreden als volksvertegenwoordiger van door kleine partijen gecandideerden onmogelijk te maken, werd door verscheidene leden met klem bestreden. Deze leden ontkenden de juistheid van de vooropgestelde gedachte, dat het vertegenwoordigd zijn van een aantal kleine partijen ten onzent een be hoorlijke functionneering van het parle mentaire stelsel onmogelijk maakt. Voordeel van de aanwezigheid der eenlingen. Een voordeel van de aanwezigheid van een aantal eenlingen in de Tweede Kamer noemden sommige leden het, dat deze op bepaalde oogenblikken bij het uiten van hun gevoelen onafhankelijker kunnen zijn dan de leden der Kamer, die rekening moeten houden met het oordeel van niet geheel gelijk denkende geestverwanten, hetgeen aan de gedachtenwisseling een zekere frischheid kan geven. Verscheidene leden stelden hiertegen over, dat de aanwezigheid in de Tweede Kamer van de vertegenwoordigers van een niet onbelangrijk aantal kleine par tijen wel degelijk de zegenrijke werking van het parlementaire stelsel belemmert. De arbeid der Volksvertegenwoordiging wordt vertraagd door de redevoeringen, welke de genoemde vertegenwoordigers zich verplicht achten over schier elk on derwerp te houden. Daarbij zijn de groe pen, welke hen hebben afgevaardigd voor een groot deel zóó klein, en zóó weinig op het algemeen belang gefundeerd, dat deze vertegenwoordigers geen verant woordelijkheid voor den gang van zaken gevoelen of zouden kunnen dragen. In strijd met de grondwet? Uitvoerige beschouwingen werden ge wijd aan de wijze, waarop de Regeering zich voorstelt het door haar beoogde doel te bereiken. Vele leden achtten het in het ontwerp vervatte voorstel, het verkrijgen van driemaal den kiesdeeler als voorwaarde te stellen voor het verwerven van een ze tel, in strijd met art. 82 der Grondwet. De wetgever is niet bevoegd, ïetgeen met w'skundige nauwkeurigheid evenredig te verdeelen is opzettelijk en met voorbe dachte rade niet evenredig te verdeelen. Andere leden stelden op den voorgrond, dat op zich zelf het voorstel van de regee ring veel aantrekkelijks heeft. Bovenal heeft het dat voordeel, dat het recht op haar doel afgaat. Intusschen bestond er ook hier voor de hier in de laatste plaats aan het woord zijnde leden aanleiding tegenover het hier besproken voorstel een groote reserve in acht te nemen. Deze leden achtten het niet een vaststaand feit, dat een regeling als de onderhavige met de Grondwet in strijd is. Zij stellen echter de vraag, of het nu op zeer ernstige gronden de grondwet tigheid van dit voorstel betwist wordt, gaan aanbeveling verdient het terug te nemen, wijl vooral in dezen tijd zelfs de schijn van grondwetschennis angstvallig behoort te worden vermeden. Andere leden verklaarden in dit ver band vooral daarom ook tegen het voor stel der regeering bezwaar te hebben, wijl dat naar hun meening door het stellen van een te hooge grens zijn doel voorbij streeft. Op deze wijze toch zullen ook vrij krachtige poliiteke groepen uit het parle ment worden geweerd. Een andere oplossing voor gesteld. Vele leden, waaronder zich ook bevon den, die tegen het voorstel der Regeering zoowel aan de Grondwet ontleende als andere bezwaren hadden te berde ge bracht; vestigen de aandacht op de moge lijkheid van een andere oplossing in dien zin, dat het land in enkele, bijv. drie, vier of vijf, zoo mogelijk even groote kies districten wordt ingedeeld. Van andere zyde verklaarde men zich ook met een indeeling van het land in kiesdistricten niet te kunnen vereenigen. De uitsluiting van z.g. vrij gestelden. Ook het voorstel tot uitsluiting van z.g. vrijgestelden van het lidmaatschap van de lagere publiekrechtelijke colleges ontmoette bij vele leden bedenking. Deze leden wezen er op, dat dit voorstel een terugkomen beoogt op een nipt zoo heel lang geleden door de Tweede Kamer met 48 tegen 30 stemmen benomen beslissing. Het gaat zelfs nog verder dan het destijds niet aanvaardde voorstel, dat zich bepaal de tot bezoldigde bestuurders, terwijl thans alle bestuurders in de uitsluiting worden begrepen. Naar de meening der hier aan het woord zijnde leden draagt de op dit stuk voor gestelde regeling een hatelijk uitzonde ringskarakter. Immers, naast die door die regeling getroffenen zijn er zoovele ande ren, die meermalen als lid van een publiek college voor beslissingen komen te staan, waarbij het algemeen belang met de par ticuliere belangen, welke zij hebben of vertegenwoordigen, niet in overeenstem ming is. Men denke bijv. aan commissarissen van bepaalde maatschappijen, aan grondspecu- lanten, bouwondernemers, vergunninghou ders. Gaarne zouden deze leden zien, dat de regeering een uiteenzetting zou geven, waaruit kan blijken, welken omvang het door haar onderstelde kwaad heeft. Eenige der hier aan het woord zijnde leden meenden, dat ook tegen dit onder deel van het ontwerp grondwettelijke be zwaren bestaan. Vele andere leden achtten het voorstel, al is de redactie wellicht voor verbetering vatbaar, juist. Plaatsvervanging. Enkele leden meenden van de gelegen heid dat een wijziging van de .Kieswet aanhangig is, gebruik te mogen maken om aandacht te vragen voor de bezwaren, verbonden aan het systeem van plaatsver vanging, dat thans geldt. Het werkt niet bevredigend, in zooverre het voor de op volging een bepaalden persoon aanwijst, waarbij uiteraard van het toeval afhangt of de plaatsvervanger den uitgevallene in derdaad naar behooren kan vervangen. EERSTE KAMER. De agenda van gisteren bevatte enkele wetsontwerpen, die er niet zonder beraad slaging zijn afgekomen, maar toch zijn aanvaard. De voorzitter, de heer de Vos van Steen- wijk, sprak tot besluit van dit jaar de vol gende woorden: Wederom wenkt het eind eens jaars. 1935 dient zich ras aan. Zulks stort overvloedig sprake uit aan gaande het voorbijsnellen der jaren. Der tijden God, Die de jaren voor Zich henen strooit, gelijk de landman het koren, en in Wiens oogen duizend jaren zijn als de dag van gisteren, als een nachtwake, schenke Ministers, Kamerleden, Griffiers en wijders allen, die hier werkzaam zijn, een geze gende uitgang van het oude jaar, en be kwame ons voor de taak, welke ons in het nieuwe wacht. ADATCI OVERLEDEN. Een rechtsgeleerde van grooti vermaardheid. Na een ongesteldheid van eenige maan den is in de Boerhave-kliniek te Amster dam gisteren overleden de Japansche di plomaat H. Adatci, een internationaal rechtsgeleerde van groote vermaardheid, oud-president van het Permanente Hof van Internationale Justitie en tot zyn dood rechter van dit Hof. Met den heer Adatci is een geleerde en diplomaat heengegaan, welke niet alleen in de rechtsgeleerde wereld een groot aan zien genoot, doch welke ook op tal van belangrijke posten zijn land onschatbare diensten heeft bewezen en bij verschillen de internationale conferenties een voor aanstaande positie heeft ingenomen. De heer Adatci heeft den leeftijd van 64 jaar bereikt. Bij de eerste vergadering van den vol kenbond was hy eerste plaatsvervangend gedelegeerde van Japan en vervolgens op alle andere volkenbondsvergaderingen ge volmachtigd gedelegeerde van Japan. Gedurende enkeie jaren vertegenwoor digde de thans ontslapen staatsman zijn land in den volkenbondsraad, waar bij de functie vervulde van rapporteur over de kwestie der minderheden. Ook was hij ver tegenwoordiger van zijn land bij het Inter nationaal Arbeidsbureau en in 1923 presi deerde hij de algemeene arbeidsconferen- tie. Sinds Juni 1924 was de heer Adatci lid van het Permanente Hof van Arbitrage, terwijl hy voort lid was van talrijke ge leerde genootschappen, met name van de Academie van Japan. Sinds 1924 is hy lid van het Instituut voor Internationaal Recht. In 1930 werd de heer Adatci gekozen tot rechter in het Permanente Hof van Inter nationale Justitie en in 1931 tot president van dit hooge rechtscollege. Hiermede had deze voortreffelijke jurist en diplomaat de bekroning van zyn schit terende loopbaan. De heer Adatci was een beminnelijk mensch, die zich gedurende zijn verblijf in Den Haag vele vrienden heeft gemaakt. Hij was in de diplomatieke en regeeringskri.n- gen een zeer geziene persoonlijkheid. Zijn verscheiden zal groote ontroering wekken, niet alleen in ons land, maar ook in alle andere landen, waar men gelegenheid had zijn uitnemende gaven te leeren kennen. VOORNAAMSTE NIEUWS. BUITENLAND. Nieuwe credleten geweigerd aan het so cialistisch bewind van Gcnéve. (2de blad). Het proces tegen den moordenaars van Kirof. (2de blad). Viruly te Batavia aangekomen. (Luchtv. 2de blad). Zwarte pest in China. (Buitenl. Ber. 2de blad). BINNENLAND. Ontploffing bij brand in een schoenfa briek te Waalwijk, waarbij enkele arbei ders werden gewond. (Gem. Ber. 2de blad). CRISISSTEUNBESCH1KKING 1934 XXVm (BLOEMBOLLEN). De minister van Economische Zaken, ge let op de artikelen 3, lid 1, onder g, en 8 van de Landbouwcrisiswet 1933 en de arti kelen 2, 3, 4 en 6 van de crisissteunbe- schikking 1933 en artikel 4 van de crisis- monopoliebeschikking, heeft besloten: te erkennen als producenten van crisis- producten alle in Nederland gevestigde te lers van bloembollen als bedrijf, bloem bollenexporteurs en bloembollenhandela ren, voor zoover dezen als zoodanig zijn aangesloten bij de Stichting Ned. Sierteelt centrale, gevestigd te 's Gravenhage; uit het landbouwcrisisfonds aan de pro ducenten van crisisproducten, hierboven genoemd, steun te verleenen tot een be drag van ten hoogste voor bollen van: a. Hyacinthen 600.000 b. Vroege tulpen 400.000 c. Darwin, Mendel-, Late en alle andere tulpen 600.000 d. Narcissen 300.000 ten einde hen voor het overschot aan le verbare, in Nederland geteelde bloembol le^, dat aan het einde van het handels seizoen niet door den handel is opgenomen, tegen inlevering te vergoeden 85 pet. der minimumprijzen voor de onderscheidene soorten bloembollen, zooals deze prijzen zijn vastgesteld in artikel 5, onder C. b. bloembollensaneeringsplan 1934 (Export), juncto artikel 15 bloembollensaneerings plan 1934 (Exportbeschikking). De Staatscourant van gisteravond bevat het reglement steun bloembollen, waarin de nadere bijzonderheden zijn geregeld KARAKTERISTIEK. Aalberse peetoom. In het Kameroverzicht, dat de „N. Rott. Crt." gaf van den laatsten begrootingsdag vóór de Kerstvacantie stond o.m. dit te le zen: „De Kerstgave, gelijk minister Slo- temaker de Bruine de strekking van den nieuwen post van twee millioen bestempelde, ontmoette uiteraard geen verzet, al hebben de heeren Hiemstra en Loerakker er 'n enkele opmerking over gemaakt. De heer Aalberse zat er met het gezicht van een peetoom bij". Het is grappig gezegd, dit laatste. Maar het is ook en vooral karakteristiek. Wy weten niet met welk een gezicht mr. Aalbers „erbij zat". Maar wanneer de „N. Rott. Crt." met hare typeering heeft willen te kennen ge ven, dat de Kerstgave een der vruchten is van den aandrang, door de katholieke frac tie bij monde van haar voorzitter uitge oefend, om het lot der werkloozen zooveel doenlijk te verzachten, dan is dit onge twijfeld juist. ,.Tijd". DE KATHOLIEKE KANTOOR- EN HANDELSBEDIENDEN. Nieuwjaarsactie. Onder het motto „Niemand kan ontken nen, dat de economische crisis tal van mo gelijkheden ten zeerste heeft beperkt. Maar wel moet worden ontkend, dat overal alle mogelijkheden zouden ontbreken", heeft het hoofdbestuur van den Nederlandschen Roomsch-Katholieken Bond van Handels-, Kantoor- en Winkelbedienden „Sint Fran- ciscus van Assisië" in samenwerking met de Nederlandsche Vereeniging van Chris telijke Kantoor- en Handelsbedienden zich dezer dagen met een algemeene circulaire tot de patroons gewend met verzoek perio dieke verhooging per 1 Januari as. te overwegen, alsmede het tot standbrengen van een salarisregeling.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1934 | | pagina 1