BRIEVEN OVER ONS GELOOF VRIJDAG 14 DECEMBER 1934 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD. - PAG. 9 1 HET GEZAG IN DE KERK VAN CHRISTUS - 2 Over het oppergezag over alle geloovigcn, dat Christus zelf aan den Apostel Petrus be loofd en gegeven heeft. In dezen brief nog niet de bewijzen van die feiten. Al leen een beschouwing over de vooraan staande plaats, welke de H. Petrus onder de Apostelen innam. Ja, Paul, nu over Petrus! Je schreef mij, dat je erg verlangend uitziet naar de be wijzen, dat Christus aan Petrus het opper gezag over alle geloovigen heeft gegeven, omdat je Protestantsche collega, „over dit punt altijd zanikt". Paul, je bent toch hard- leersch: ik heb je de vorige keer al geka pitteld, omdat jè geschreven had, dat die van Donk je zoo „doorzaagde" over die gezagskwestie en nu heb je het weer over zijn „zaniken". Neen, beste, dat is niet de goede geest! Die Protestantsche collega heeft een ernstige belangstelling voor ons Geloof; hij is niet als vele Protestanten, die niets over onze Leer willen haoren en, dan gehéél zonder reden, fel anti-katholiek zijn. Dat moet je in hem waardeeren en vooral moet je op prijs stellen, dat hij juist over de groote punten, welke de Protes tanten van het katholicisme scheiden, méér wil weten. En het antwoord op de vraag of Christus zelf in Zijn Kerk sommigen tot gezagsdragers heeft aangesteld, is zoo'n punt, is een der belangrijkste punten zelfs! De vorige keer heb ik je bewezen, dat Christus Zelf inderdaad aan een groep uit Zijn leerlingen: het college der Apos telen, gezagsmacht over de anderen heeft gegeven. Nu ga ik een begin maken met de behandeling van het tweede, uiterst be langrijke „leerstuk" dat ik je al aankon digde: Christus zelf heeft aan één van die Apostelen, aan Petrus, de opperge- zagsmacht over allen beloofd en ook gegeven. Laat ik je vooruit zeggen: met het bewijs voor deze hoogst belangrijke stelling kom ik vandaag niet klaar, sterker nog: ik kom tot het eigenlijke bewijs niet eens toe! Want tevoren wil ik je wat meer vertellen over den H. Petrus, den Apostel, waar het hier om gaat! Kijk eens, voor de Protestanten, die de H. Schrift, hun eenige geloofsbron, als alles-beslissend aanvaarden, is Sint Petrus iemand, waar zij zooals één van hen zelf eens schreef eigenlijk een beetje mee „zitten": Hun bewering omtrent hetgeen over Petrus in de H. Schrift staat is, dat hij, nu ja, zeker wel wat op den voorgrond treedt. Maar, zeggen zij, dat komt omdat Petrus de oudste was van de Apostelen en ook omdat Petrus een geweldig vurig ka rakter had: hij was zóó geestdriftig, dat hij nu eenmaal altijd een beetje de leiding wil nemen en het woord voeren en zoo komt het zeggen zij dat het lijkt of hij wer kelijk de leiding 'had; maar in werkelijk heid, zoo beweren ze, blijkt daar eigenlijk niets van. Waarlijk, Paul, 't is heusch een beetje érg onbegrijpelijk, hoe zij dat kun nen volhouden. Let wel, ik zal 't vandaag nog niet eens hebben over dé „groote teksten" waaruit blijkt dat Christus Zelf waarlijk aan Petrus de leiding over allen heeft gegeven. Ik wil vandaag nu alleen maar eens met je in ons „Canisius-bijbel- tje" zien, welke plaats Petrus onder de Apostelen innam! Allereerst: was Petrus inderdaad de oud ste der Apostelen? De oudst-geroe- p e n e was hij zeker niet, want de Evangelist Joannes verhaalt, dat twee leer lingen van Joannes den Dooper, namelijk Andreas (de broer van Petrus) en een an dere, vóór Petrus door Jezus geroepen wer den. 1) Verder is het in 't geheel niet be wezen, dat Petrus de oudste in jaren was. Wel blijkt duidelijk uit de H. Schrift, dat Petrus zeer spontaan en vurig van karakter was (denk bijv. aan zijn spontane houw naar het oor van Malchus. aan zijn sprong uit het schip om Jezus tegemoet te gaan over de golven, aan zijn: „Heer ik ben bereid met U gevangenis en dood in te gaan!" enz.) maar nu moet je je Protes- tansche vriend eens eerlijk laten zeggen of die vurigheid alléén voldoende verklaart, wat ik je nu schrijven ga. Om te beginnen dit: zoo goed als overal In de Evangelieën, waar Petrus tegelijk met anderen wordt vermeld, wordt h 1.1 het eerst genoemd; Petrus staat bij opsommingen der Apostelen op de eerste plaats. De volgorde der andere Anostelen is telkens min of meer afwisselend, wat hen aangaat letten de Evangelisten niet op eenige on derlinge rangorde maar zij zorgen altijd dat Petrus het eerst genoemd wordt: zoo: „Petrus. Jacobus, Joannes, Andreas, Phi- lippus" 2) enz. of: „Petrus, Andreas, Ja cobus, Joannes, Philippus" enz. 3). Uit het feit, dat de volgorde der andere Apostelnamen wisselt, blijkt dat deze „Apostellijsten" door de Evangelisten niet volgens den leeftijd der opgenoemden zijn samengesteld, zoodat Petrus ook niet daaraan zijn vermelding als eerste te dan ken zou kunnen hebben, dat hij de oudste zou zijn geweest! Daarenboven noemen de Apostellijsten van Marcus en Mattheus den verrader Judas het laatst, daarmee ongetwijfeld te kennen gevend, dat deze ongelukkige de minste onder de Apostelen was; volgt daar dan niet uit, dat zij door Petrus het eerst te noemen wilden aange ven dat zij hém den voornaamste der Apos telen achtten? Maar het frappantste: de Evangelist Mattheus zegt,, als men 't goed bekijkt, uitdrukkelijk, dat Petrus de voor naamste was. Immers hij schrijft: „De na men der twaalf Apostelen zijn: De eerste Simon, die Petrus wordt genoemd, Andreas zijn broer, Jacobus, zoon van Zebedeus" enz. 4). Ongetwijfeld bedoelt de Evangelist met dit woord „de eerste": de voor naamste want de oudst-geroepene was Petrus, zooals wij zagen niet, en evenmin deed, zooals wij ook zagen, de leeftijd er iets -.garde der opsomming; daar enboven gaat de Evangelist niet door met: de tweede was, de derde was enz., hetgeen hij zeker had gedaan als dat „de eerste" '1 was als het begin van een gewone on^iling. Het college der Apostelen wordt voorts herhaaldelijk aangeduid als „Simon (Pe trus) en zijn gezellen", of: „Petrus met *e elf' of: „Petrus en de apostelen". Welke reden zou de H. Schrift hebben om dit zóó aan te duiden als Petr-us niet de voornaam ste der twaalf was? Vervolgens is het opmerkelijk, dat in de Evangelieën eigenlijk heel weinig over eenig optreden van de andere Apostelen wordt gesproken; een enkele van hen zegt of vraagt eens wat, maar als 't over optre den van de Apostelen gaat, komt bijna al tijd Petrus op den voorgrond. Al aanstonds toen C h r i s t u s Petrus zag, gafHjj hem (Hij deed dit bij hem alleen) een nieuwen naam: ,,Gij zjjt Simon, de zoon van Jona, gij zult Cephas (in 't Latijn: Petrus, d.i. steenrots) worden genoemd". Uit Petrus' scheepje is het, lat Christus predikt en tot hem alleen zegt Hij in 't bijzonder: „Vrees niet, van nu af zult gij menschen gaan vangen". 7). Toen Jezus in Caphar- nauw was, ging HijinPetrus' huis. 8) De belasting-ontvangers, die van Jezus twee drachmen belasting wilden hebben, ver voegden zich daarvoor bij Petrus. Om aan het geld voor beider belasting te komen, wrochtte Christus het wonder dat de eerste visch welke Petrus zou van gen een geldstuk zou inhouden. 9) Chris tus bad speciaal en apart voor Petrus opdat zijn geloof niet zou bezwyken en hij draagt dan Petrus speciaal op, zjjn broe ders (d.z. de Apostelen en de overige leer lingen) later in het geloof te versterken. 10) Bij het laatste Avondmaal wascht Jezus eerst de voeten van Petrus. 11) De vrouwen, die op den Paaschmorgen aan het graf kwamen kregen van den En gel de opdracht Jezus' Verrijzenis te bood schappen :,aan Zijn leerlingen en aan Pe trus" 12). Speciaal dus moesten zij het aan Petrus melden. En de verrezen Jezus ver schijnt aan Petrus vóór Hij zich aan de an dere Apostelen toonde. 13) Dit alles zijn feiten, welke de Evangelie- en ons verhalen als geschied vóór Jezus' hemelvaart. Voor den tijd daarna geeft de H. Schrift nog veel meerdere en zeer over tuigende teksten, waaruit blijkt dat Petrus weet, dat hij het zichtbaar opperhoofd der Kerk is en dat ook de anderen dat weten en zich daarnaar gedragen. Maar daarover zal ik je later uitvoerig schrijven, wanneer wij de eigenlijke bewijzen van zijn aan stelling door Christus hebben behandeld. Je moet nu collega van Donk de Schrif tuurplaatsen, die ik je hierboven noemde, eens voorleggen en hem vragen, in alle op rechtheid te zeggen, hoe hij verklaren kan, dat Petrus zulk een, blijkbaar door Chris tus Zelf gewilden, voorrang boven de Apostelen inneemt, indien hij, als rechtge aard Protestant, Petrus' oppergezag loochent! Hij zal dat niet kunnen verkla ren noch uit Petrus leeftijd (want dat hij de oudste was blijkt nergens) nóch uit het feit dat Petrus de eerst-geroepene was (want dat feit is.... heelemaal geen feit, zooals wij zagen), noch uit Petrus vurig, hem op den voorgrond dringend tempera ment, want Jezus Zelf heeft hem, zonder dat hij zich opdrong, herhaaldelijk op bij zondere wijze geëerd, zooals uit het boven staande blijkt. Neen, een redelijke verklaring van die feiten is alléén: Petrus zou ééns zijn, na Christus hemelvaart, het zichtbaar opper hoofd van Zijn Kerk, waarvan Christus Zelf het onzichtbaar Opperhoofd zou blij ven. Daarom heeft Jezus Christus van 't begin af te kennen gegeven, dat Hij Petrus als de voornaamste beschouwde, daarom hebben de andere Apostelen en leerlingen zich van den aanvang af als het ware ach ter Petrus geschaard! Hoé Jezus Petrus dat oppergezag over Zijn geheele Kerk heeft beloofd eerst en later ook werkelijk gegeven, daarover schrijf ik de volgende maal! 1) Jo. 1, 35-41; 2) Mare. 3, 17, 18; 3) Mt. 10, 2, 1; 4) Mt. 10, 2; 5) Marc. 1. 36; 6) Jo. 1. 42; Mare. 3, 16; 7) Luc. 5, 1-10; 8) Mt. 8, 14; 9) Mt. 17, 26; 10) Luc. 22,32; 11) Jo. 13, 16; 12) Mare. 16, 7; 13) Luc. 24,34. Correspondentie-adres: Mr. A. Diepen- brock, Seminarie Hageveld, Heemstede. GEMENGDE BERICHTEN DOOR AUTO AANGEREDEN EN GEDOOD Gisteravond omstreeks zeven uur heeft even buiten Weert, dichtbij de Maas poort een ernstige aanrijding plaats ge had, waarbij een 64-jarige weduwe om 't leven kwam. Een personenauto, bestuurd door den heer F. Groeliker, reed dichtbij de Maas poort de 64-jarige weduwe, mevr. A. P. Smulders aan. De bestuurder had de vrouw niet zien loopen. Mevr. S. was op slag dood. Haar stoffelijk over schot is naar het St. Jansziekenhuis te Weert overgebracht. ECHTPAAR AANGEREDEN Gisteravond zijn op de Loolaan te Apel doorn, ter hoogte van den Daendelsweg, de heer en mevr. Foks, terwijl zij ter plaatse, den weg overstaken, door een vrachtauto van den heer Schreuder uit Hliversum aangereden. Na de aanrijding botste de wagen nog tegen een boom aan, die afknapte en werd daarbij zwaar be schadigd. De bestuurder kwam er wonder boven wonder zonder noemenswaardig letsel af. De heer en mevrouw Foks werden naar het ziekenhuis overgebracht, Mevr. F. bleek er het ergst aan toe te zijn, zij had een gevaarlijke hoofdwonde bekomen. De heer F. kon na verbonden te zyn weer huiswaarts keeren. SPOORWEGARBEIDER DOOR TREIN GEGREPEN Gistermorgen is de spoorwegarbeider F. de Graaf tijdens het verrichten van werk zaamheden bij den overweg te West woud (N.H.) door den trein, die om kwart voor tien vandaar naar Hoorn vertrekt over reden. Zwaar gewond werd hij opgenomen en een nabij gelegen woning binnengedragen. Het slachtoffer werd eenigen tijd later op medisch advies naar een ziekenhuis vervoerd. BENAUWD AVONTUUR VAN URKER VISSCHERS. Zes dagen hulpeloos op zee. Uit Urk wordt aan de „Tel." gemeld: Woensdag is hier binnen gebracht het motorschip UK 95 schipper P. Baarsen. Het schip heeft met een defecten motor zes dagen op de Noordzee rondgedreven. Aaangezien reeds den tweeden dag de etensvoorraad verbruikt was, had de be manning vier dagen gebrek geleden. Woensdagnacht was het met drie koppen bemande schip uit Terschelling vertrokken ter vischvangst op de Noordzee. De bedoe ling was om een dag te visschen en dan naar Amsterdam te gaan om de vangst te verkoopen. Het schip was ongeveer twee uur stoo- men uit den wal toen plotseling de motor weigerde. Het bleek dat de krukmetalen warm geloopen waren. Getracht werd om zeilende de kust te bereiken, maar dat bleek onmogelijk, het scheepje dreef steeds verder uit de kust. Zondagmorgen bevond men zich op een diepte van 40 vadem. Voedsel had men niet meer en redding scheen uitgesloten. Zondagavond stak een hevige wind op zoo dat de fok scheurde en er in 't geheel niet meer gezeild kon worden. Een der leden van de bemanning opper de toen het denkbeeld om te trachten de lagers van den motor te versterken met leer. Een drijfriem werd aan stukken ge sneden en een stuk daarvan werd in de krukmetalen gelegd. De motor werd aan gezet en gelukkig, hij liep. Na een kwartier was echter het leer verbrand. De opvarenden moesten een uur wachten voor het ijzer voldoende afge koeld was om een nieuw stuk leer in te leggen. Vijf en twintig maal moest dit werk herhaald worden eer men zoover ge komen was dat men Dinsdagnacht de lichtjes van de andere Urker visschers kon zien. Al het leer aan boord was opgebruikt en het schip kon niet verder. Door middel van fakkels trachtte de uit geputte bemanning de aandacht te trek ken van de zich nog op grooten afstand bevindende schepen. Gelukkig bemerkte men aan boord van de UK. 202, schipper L. Kramer, de noodsignalen. Onmiddellijk werd het net ingehaald en zoo snel moge lijk voer de UK. 202 naar het in nood ver- keerende schip. Groot was de verbazing van de beman ning der UK. 202 toen men bemerkte dat de signalen van een makker afkomstig waren. Ook de UK. 68, schipper Romkes, kwam te hulp. Enkele mannen stapten over en verschaften allereerst eten aan de uitgehongerde visschers van de UK. 95. Terwijl de doodelijk vermoeide mannen, na te hebben gegeten zich ter ruste bega ven, werd het schip door de beide motor- botters op sleeptouw genomen en na een tocht van een-en-twintig uur behouden op Urk binnengebracht. Schipper Baarsen vond het al voldoende dat de redders hem in Terschelling brach ten, maar hoewel het hun twee nach ten visschen kostte wilden de schippers Kramer en Romkes daar niet van hooren. Het is slechts te danken aan het feit dat het die zes dagen en nachten betrek kelijk mooi weer is geweest dat het schip behouden is. Moordaanslag in Rotterdams Chineezenwijk De dader gevlucht. Gisteravond heeft in de Chineezenwijk te Rotterdam, op Katendrecht, een Chinees een landgenoot van hem met een revolver neergeschoten. Het drama gebeurde omstreeks acht uur en speelde zich af in de Delistraat voor pand 18, waar een restaurant is gevestigd. Het slachtoffer is de 36-jarige Bo Tang Sai, uit de Katendrechtschestraat. De dader die wist te ontkomen, heeft het slachtoffer in den onderbuik geraakt. Een kogel is aan de voorzijde binnenge drongen en heeft aan de achterzijde het lichaam weer verlaten. Het slachtoffer is naar het ziekenhuis aan den Coolsingel overgebracht waar direct operatief is in gegrepen. Het slachtoffer was gehuwd met een Hollandsche vrouw en had drie kin deren. De dader en het slachtoffer hebben op straat staan praten en toen is plotseling het eerste schot gevallen. Na het eerste schot rende de getroffene het restaurant binnen, achtervolgd door den dader. In het restaurant was een aantal Chineezen aanwezig, die echter allen op de vlucht sloegen, daar de dader nog eenige schoten loste. De dader is daarop op de vlucht ge slagen. Gezegd werd, dat de dader vermoede lijk het perceel Delistraat 40 was binnen gevlucht, in welk pand een groot aantal Chineezen verblijf houdt. Door de politie werd hier onmiddellijk een onderzoek in gesteld en werden verschillende Chinee zen meegenomen naar het posthuis op den Linker Veerdam. Bij hun verhoor, dat met behulp van een tolk geschiedde ontken den allen iets van de zaak af te weten. Men bleef dus, zooals dit gemeenlijk in Chineezen-zaakjes het geval is, in het duis ter tasten. Het onderzoek wordt nog steeds j voortgezet, van den dader heeft men ech- j ter nog geen spoor kunnen vinden. De getroffene en zijn vrouw waren reeds geruimen tijd geleden gewaarschuwd, dat de man gevaar liep. Men brengt op Ka- tendrecht deze moordaanslag in verband met een Chineezen-moord, die dezen zo mer in de Edisonstraat heeft plaats gehad. In hoeverre dit juist is valt echter zeer moeilijk na te gaan. Het slachtotffer zou laat in den avond nog gehoord worden. De dader te Amsterdam aangehouden? In verband met den moord zijn op het Centraal Station te Amsterdam dadelijk posten uitgezet, om den vluchteling, in dien hij zich in de hoofdstad vertoonde, onmiddellijk aan te kunnen houden. Zoo werd trein na trein afgewacht, doch geen verdachte Chinees werd gezien Tegen 12 uur trof de politie echter drie zonen van het Hemelsche Rijk op het Stationsplein aan, die niet in Amsterdam thuisbehoorden. Een van hen droeg de be kende roode pinda trommel, de tweede was een handelaar in dassen en de derde een zeeman. Het drietal werd ..aar het bureau Warmoesstraat overgebracht waar zij door een inspecteur werden gehoord. Ze bleken vrij goed Engelsch te verstaan. De pindaman vertelde, dat hij uit Utrecht kwam, de tweede zou volgens zijn verkla ringen te Den Bosch zijn geweest, en hun verklaringen waren, voor zoover dit thans kon worden nagegaan, tamelijk nauwkeu rig en geloofwaardig. De derde echter, de zeeman, was minder pertinent in zijn verklaringen. Zijn herin neringsvermogen liet hem blijkbaar zoo nu en dan in den steek. Hij zou, vertelde hij, in gebroken Engelsch, pas „van zee" zijn gekomen. Hij gaf toe gisteravond in Rotterdam te zijn geweest. Telefonisch zijn uit Rotterdam nadere gegevens door de politie opgevraagd. Het bleek, dat de dader waarschijnlijk door zijn jaszak heen een revolverschot zou hebben gelost. In de jaszak van den dader moest dus een kogelgaatje zijn. Het is wel merkwaardig, dat ook in den jas van den gearresteerden Chinees zich een zak bevindt, met geschroeide randen. Hij be weert echter, dat dit door een sigaret is gekomen. De papieren van het drietal bleken, voor zoover zij die bij zich hadden meestal bewaren zij hun paperassen in hun boar- ding-hoixse in orde te zijn. Op den zeeman is ook een brief gevon den met de mededeeling, dat hij niet meer aan kon monsteren. Het is niet onmogelijk, dat deze tijding oorzaak is van de schiet partij. Tegen 12 uur is nog een vierde Chinees aangehouden die met den trein uit Rotterdam kwam. Ook hem is een ver hoor afgenomen. De Chineezen zijn inge sloten en zouden hedenmorgen op trans port gesteld worden naar Rotterdam om nader te worden verhoord. DE GASVERGIFTIGING TE ALKMAAR. In verband met de gasvergiftiging aan de Bleekerskade te Alkmaar, waarvan wij reeds melding maakten, heeft de corr. van het „Handelsblad" een onderhoud gehad met den directeur van den Ontsmettings- dienst, den heer W Voorthuysen. Deze deelde mede voor een raadsel te staan. De ontsmetting is, als altijd, geschied door den j heer Dokter, hoof don tsmetter, bijgestaan door den heer Nieman, ontsmetter, en zij hebben zich precies gehouden aan de Rijksvoorschriften. De juiste hoeveelheden cyaan-natrium en zwavelzuur werden ver- werkt, zooals zij dit nu reeds tien jaar lang deden. Voordat de woning weer voor de bewo- ners wordt opengesteld, wordt door den i hoofdontsmetter en dat is ook in dit ge val gebeurd een chemische reagens ge- i nomen. Deze wijst aan, dat er geen gas meer aanwezig is. Daarna wordt het per- ceel nog zestien uur open gehouden. Het is eveneens de gewoonte, dat de buren worden gewaarschuwd, om tijdig hun wo ningen te kunnen verlaten. Den volgenden morgen wordt gewoonlijk gelegenheid ge- geverf om de woning opnieuw te betrek ken. De eenige mogelijkheid is, dat er ergens een gashaardje is blijven nestelen, of dat er in strijd met de voorschriften le vensmiddelen door de bewoners in het huis zijn achtergelaten, waarvan dan later wellicht is gebruik gemaakt. Vast staat wel, dat de Alkmaarsche ont- smettingsdienst volgens voorschrift en ge woonte gewerkt heeft; dat er in dit geval niets anders is geschied dan honderden keeren tevoren gebeurde en dat de Alk maarsche ontsmettingsdienst dan ook niet in staat is, een afdoende verklaring te ge ven. EEN ONTAARDE VADER. Men meldt uit Tiel aan het „Vad.": De politie heeft dezer dagen aangehou den zekeren M. G., die verdacht wordt zyn 4-jarig kind ernstig te hebben mishan deld. Beide onderarmen van het kindje en een sleutelbeen zijn gebroken. Het kind is naar het ziekenhuis vervoerd. De vader is naar Arnhem vervoerd en daar opge sloten. De verzorging van de overige leden van het gezin, de moeder en een kindje van twee maanden, is opgedragen aan de wijk verpleging te Tiel. urr DE OMGEVING HILLEGOM. Verkoopiitgen. Gisteravond had In Hotel Sistermans ten overstaan van Nota ris Van Arkel te Haarlem de verkoop bij gunning plaats van: Het Woon- en Winkel huis met schuur, tuin en boomgaard aan de Hoofdstraat no. 122 te Hillegom, groot 6.30 A. In hoogste bod gebracht op 9000, ge mijnd op 2000 door den heer Th. Bosse te Heemstede. Verder in Hotel Flora ten overstaan van Notaris Jhr. Grotenhuis v. Onstein te Nieuw Vennep van: 1. Het Woonwinkelhuis aan de Haarlem merstraat 27 alhier met schuur, groot 4.10 A. In hoogste bod gebracht op 4600; ge mijnd door den heer A. Leliveld op 200. 2. Een perceel Tuingrond in den Oost- einderpolder, groot 1.23.25 H.A. In hoogste bod gebracht op 1850, niet gemijnd. Combinatie 1 en 2 gemijnd op 3 door den heer M. J. van Beelen, alhier. KATWIJK AAN DEN RIJN. Tuinbouw. De laatste dagen was er weer eenige vraag uit het buitenland voor het product bloemkool waardóór de prijs direct iets opliep alhierwel de maat van het product feitelijk erg klein is en het woord reuzen momenteel geen betrekking heeft op de maat. Betaald werd voor de eerste soort van 5.30 tot 7.60, voor de 2e soort van 2.30 tot 3.40. Met uien ging het de laatste dagen slecht. Het is voor dit artikel geen goed weer. Men durft niet in voorraad te kopen uit vrees voor bederf. Een beetje winterweer zou den prijs onge twijfeld ten goede komen. Thans wordt be taald van 1.40 tot 2.10 per 100 K.G. Er zijn dit seizoen veel uien die de vereischte maat niet hebben. Oorzaak hiervan is de droogte van den af geloopen zomer. Voor peen blijft er goede vraag, thans voor waschpeen en de prijs is zeer bevredigend. Voor de beste kwaliteit wordt van 0.90 tot 1.15 per kist van 20 K.G. betaald. Grove peen, Korte Friesche gaat voor 0.60 tot 0.70 per 100 K.G. Voor selderieknol- len in goede kwaliteit is redelijk vraag. Deze worden betaald met 2.40 tot 3.50 per 100 knollen. Ook groene kool, een echt winterproduct, gaat vlug weg tegen 2.40 tot 3.50 per 100. Roode kool brengt van 4.60 tot 6.50 in de 1ste soort op, gele kool, iets lager, gaat voor 3.50 tot 5.10 per 100. KATWIJK AAN ZEE. Zwartewag. De Afdeeling Wegen en Verkeer van den B.B.N. deelt mede, van het Gemeentebestuur van Katwijk aan Zee op een desbetreffende vraag bericht te heb ben ontvangen, dat dezer dagen zal worden aangevangen met de werkzaamheden ter verbetering van den Zwarte weg, die de verbinding vormt tusschen Noord wijk en Katwijk aan Zee. De verbeteringswerken betreffen het ge deelte onder laatstgenoemde plaats, waar van de toestand aanleiding tot klachten gaf. LISSE. Geboren: Bastiaan, zoon van B. Dub beldam en van W. Advokaat Simon Ni- colaas Gerardus Maria, zoon van G. H. Kroon en van P. M. E. Berkhout Johan na Pietronella, dochter van W. Westerla- ken en van A. Boogerd Hendrik Theodo- rus, zoon van H. van der Voort en van J. M. van der Lans Margaretha Cornelia, dochter van J. J. van Stijn en van C. Nieu- wenhoven Grietje dochter van A. van Pijpen en van J. Bloemendal Jacob, zoon van A. G. Schalk en van A. van den Boo- gert Maria Carina, dochter van P. C. Storm en van J. M. van Dalen. Gevestigd: A. Th. Schippers uit Schiedam M. G. van Velzen uit Hille gom G. W. Norenberg geb. Tans uit Rotterdam H. M. Vissers uit Mijdrecht Vertrokken: J. H. A. G. Bolder naar Haarlem Wed. L. Bakker en dochter naar Purmerend C. M. Nieuwenhuijs naar Deventer.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1934 | | pagina 9