ASMRIN MAANDAG 19 NOVEMBER 1934 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD. - PAG. 9 GEMENGDE BERICHTEN JUFFROUW AANGEREDEN. Aan verwondingen bezweken. Op den Rijksweg MaastrichtVaals is de 37-jarige huishoudster van de familie Ploum te Gulpen, mej. Alice Cloubet door een auto. afkomstig uit de provincie Noord - Holland aangereden en ernstig gewond. Tijdens het vervoer naar het ziekenhuis te Maastricht is het slachtoffer overleden. KIND OVERREDEN EN GEDOOD. Het 10-jarig zoontje van den heer Wind werd door een auto te Excloermond over reden. Eenige uren later is het kind aan de verwondingen overleden. DOOD ACHTER HET STUUR. Zaterdagavond stopte voor den gesloten overweg te Bilthoven een auto. Toen de afsluitboomen geopend werden bleef de auto staan. Toen het wat lang begon te duren gingen eenige personen zich over tuigen wat er aan de hand was. Tot hun groote schrik ontwaarden zij dat de be stuurder dood achter het stuur zat. Een hartverlamming had waarschijnlijk een einde aan zijn leven gemaakt. Het bleek te zijn de heer Cuperus, directeur van de firma B. Cuperus, drukkers en uitgevers te De Bilt. DE AVONTUREN VAN EEN DRONKEN AUTOMOBILIST. Een dronken automobilist te Amster dam heeft Zaterdagavond te ongeveer 8 uur Overtoom en Amstelveenscheweg on veilig gemaakt. Met groote snelheid vol gens sommige ooggetuigen ongeveer 80 K.M. reed hij, terwijl hij het stuur niet meester was en de wagen hevig slingerde, langs de Overtoom. Eeh dame, die niet spoedig genoeg voor dezen roekeloozen rijder kon uitwijken, werd aangereden. Zij kwam er nog betrekkelijk goed af: eenige ontvellingen en gescheurde kleeren waren het resultaat. De auto snelde intusschen voort en reed den Amstelveenscheweg op, waar hij in aanrijding kwam met een an deren auto. Ook dit liep wonder boven wonder goed af. De dolle rijder kwam ein delijk, tot staan op de Schinkelkade, waar hij tegen een boom reed. pit redde'hem waarschijnlijk het leven, daar hij anders de Schinkelkade zou zijn ingereden. De auto werd geheel vernield. De dron ken bestuurder kwam er zonder verwon dingen af. De motorpolitie, die hem reeds achtervolgde, heeft hem veilig en wel op geborgen in een der cellen van het bureau Overtoom. Nadat hij zijn roes op het bureau had uitgeslapen en nadat van zijn heldendaden proces-verbaal is opgemaakt, is hij weer op vrije voeten gesteld. VIER WEGWERKERS AANGEREDEN. Uitzicht door rook van tramlocomitief belemmerd. Zaterdagmorgen heeft onder Marsum nabij Leeuwarden een ernstig ongeluk plaats gehad. De vier gebroeders Diebes, Haje, Jolle en Pieter Jossen, wonende te Sneek werden op dezen weg, waaraan zij reparaties verrichtten door de auto van den handelsreiziger H. Vogelsang uit Huizum overreden. De heer V. haalde met zijn auto de stoomtram, "welke te omstreeks tien uur uit Leeuwarden was vertrokken, in. Tengevolge van de rookontwikkeling van de locomotief zag de heer V. de mannen niet, met het noodlottig gevolg, dat zij alle vier door de auto werden aangereden. De wagen moet met vrij flinke' vaai*t hebben gereden, want hij reed eerst een waarschuwingsbord omver, en ging daar na over een hoop steenen heen. Wiebe Jossen kreeg de ernstigste ver wondingen. Hij is per auto naar het zieken huis overgebracht, waarbij hij begeleid werd door zijn broer Pieter, die zoo goed als niet werd gewond. De toestand van Wiebe is zeer zorgwekkend. Haje en Jolle kregen minder ernstige verwondingen. Beiden zijn per auto van de marechaussee naar hun woning te Sneek overgebracht. De auto, die de aanrijding veroorzaakte, kreeg geen schade. De be stuurder, die geen verwondingen heeft be komen, is gearresteerd. ERNSTIG JACHTONGELUK. Jager door schot uit eigen geweer getroffen. In den Ooy bij Nymegen heeft Zaterdag namiddag een jachtongeluk plaats gehad. De heer G., gemeente-secretaris van Ub- bergen-Beek, was met eenige heeren op jacht in de weilanden van den Ooy. Hij had het geluk een haas te treffen. Toen hij het dier naderde, bleek het nog niet geheel dood te zijn, zoodat hij het met de kolf van zijn geweer wilde afmaken. Toen nij zulks deed, ging plotseling het geweer af en werd hij door een schot in het onder lichaam getroffen. Hij leed veel bloedver lies. Onmiddellijk werd dr. v. Hasselt uit Beek gewaarschuwd, die hem dadelijk per brancard naar het Liefdegesticht te Beek liet overbrengen. De inmiddels ook te hulp geroepen chirurg dr. C. ten Horn oordeelde operatief ingrijpen noodzakelijk. De kogel is verwijderd. Gisteravond was de toestand naar omstandigheden niet al te ongerust stellende. Er is alle hoop op behoud. OUDE VROUW DOOR KOLENDAMP VERSTIKT. Zaterdagmorgen te 5 uur werd de Haar- lemsche politie gewaarschuwd, dat zich in het perceel Bakenessergracht 50 een geval van kolendampvergiftiging had voorge daan. Ofschoon de Ongevallen-dienst met een zuurstofapparaat aanstonds ter plaatse was, mocht hulp niet meer baten. Het slachtof fer was de 80-jarige weduwe W. v. B.R., die met haar dochter dit huis bewoont. Vrijdagavond te 10 uur begaf zij zich ter ruste en in haar kamer brandde een kachel. Reeds toen hing er een lucht van ko lendamp. Des nachts om 3 uur schrok de dochter wakker, half versuft door kolen damp. Zij wist echter nog een raam te openen en zag dat haar moeder nog leefde. Verder kon zij zich alleen herinneren, dat zij een zwaren bons hoorde en haar moe der op den grond zag liggen. Zij had de tegenwoordigheid van geest, om nog een buurvrouw te waarschuwen. Hulp voor de moeder kon echter niet meer baten. Het stoffelijk overschot is naar het St. Elisabethsgasthuis overgebracht. BOTSING TUSSCHEN MOTOR- EN ROEIBOOTJE. Opvarenden gered. Gisterfiacht omstreeks vier uur kwam een roeibootje, waarin twee personen wa ren gezeten op den Amstel te Amsterdam ter hoogte van Amstelrust in botsing met een motorbootje. De inzittenden van het roeibootje vielen te water, doch konden worden gered. Van een en ander werd aangifte gedaan bij het bureau Pieter Aertzstraat, die pro ces-verbaal heeft opgemaakt. SCHOENMAGAZIJN UITGEBRAND. Gistermiddag is te Apeldoorn het schoe nenmagazijn van den heer W. L. Verbeek, gevestigd aan den Arnhemschen Weg 137 gedeeltelijk uitgebrand. De brand is waar schijnlijk ontstaan door het omvallen van een brandende petroleumkachel. De vrij willige brandweer uit Apeldoorn en uit het buurtschap Eendracht hebben het blus- schingswerk verricht. De schade wordt door verzekering gedekt. roet Oranjeband cn Boyerkrul» Feeds Uw ouders gebruikten het DE PSEUDO-BROEDER NOG STEEDS ZOEK. De gearresteerde niet als de dader herkend. Zaterdagmorgen is de 28-jarige A. uit Houthem, die, zooals reeds eerder gemeld, verdacht werd van het plegen van oplich tingen van burgers in enkele plaatsen in Noord-Limburg voor een totaal van 4000, geconfronteerd met enkele inwoners van Horst. Tot groote verbazing van de justitie heeft deze confrontatie van den verdachte met de gedupeerden echter uitgewezen, dat men vermoedelijk den verkeerde gearres teerd heeft. Niemand van de opgelichte be woners der plaats heeft A. als den pseu- do-broeder herkend. Hiermede is een nieuwe wending in de zaak gekomen. Ongetwijfeld zal de echte dader van dezen voorsprong gebruik heb ben gemaakt. Zooals reeds eerder werd vermeld, zal hij wellicht naar Duitschland zijn vertrok ken, De 28-jarige A. uit Houthem werd door de marechaussee van Hoensbroek Vrijdag gearresteerd, toen hij te Houthem verbleef, totaal onbekend van de vele verdachtma kingen aan zijn adres. .De man is Zaterdag weer op vrije voe ten gesteld. UIT DE OMGEVING ALKEMADE. Geboren: Helena Johanna, d. van A. van Zanten en E. G. van der Klugt Ja cobus Nicolaas Mala, z. van J. N. Turk en G. A. Hölscher Cornelis Joannes Se- verus Willebrordus, z. van H. L. Huigsloot en A. M. Klein Hendrica Alida Apolo- nia, d. van J. L. Koek en A. M. Heemskerk Petrus Henricus, z. van J. J. Hoogsn- boom en A. G. van der Meer. Getrouwd: J. M. Akeboom en M. A. van der Meer. Overleden: G. Raaphorst 68 j., echt genoot van G. Schalk. OUDEWETERING. R.K. Tooneelvereeniging. Woensdag 21 Nov. a.s. geeft de R.K. Tooneelvereeni ging „St. Theodulfus" de eerste uitvoering van dit seizoen in Hotel Van den Bosch. Het programma vermeldt het bekende stuk „Heb ik mijn kind gedood", naai* de be werking van Frits van Duinen. Wij twijfe len er niet aan of de opvoering van dit stuk, dat in tallooze plaatsen van het land reeds met groot succes is opgevoerd, zal ook hier met waardeering worden ontvan gen. UIT DE RADIOWERELD Programma's van Dinsdag 20 November. Huizen, 1875 M. KRO-uitzending. 4.00—5.10 HIRO. 8.00 Morgenconcert. 10.00 Gramofoonplaten. 11.30 Godsdienstig halfuurtje door pas toor Perquin. 12.15 Lunchconcert op Gramofoonplaten. 2.00 Vrouwenuurtje. 3.00 Modecursus. 4.00 Afgestaan aan de HIRO. 5.10 „Die lustigen Weiber von Windsor". 6.00 Het KRO-orkest. 6.40 Cursus Esperanto. 7.15 Dr. J. A. M. v. Staay over de cor poratieve ordening in de practijk. 7.35 KRO-Kamerorkest. 8.00 Vaz Dias en KRO-Kamerorkest. 8.15 Gramofoonplaten. 8.45 Klavierrecital door Emest Schelling. 9.05 B. E. Schauwer over de nieuwe kunstijsbaan te Amsterdam. 9.15 Het KRO-orkest. 10.00 Vervolg klavierrecital. 10.10 Gramofoonplaten op verzoek. 10.30 Vaz Dias en de KRO-boys. Hilversum, 301 M. AVRO-uitzending. 5.306.00 VPRO. 8.00 Gramofoonplaten. 9.00 Ensemble Rentmeester. 10.00 Morgenwijding. 10.15 Gramofoonplaten. 10.30 Ensemble Rentmeester. 11.00 Kook- en bakpraatje. 11.30 Gramofoonplaten. 12.00 Omroeporkest. 2.00 Vioolrecital. 3.00—4.00 Kniples. 4.15 Gramofoonplaten. 4.30 Radio-Kinderkoorzang. 5.00 Voor kleine kinderen. 5.30 Jeugdhalfuurtje v. d. VPRO. 6.00 Kovacs Lajos en zijn orkest. 6.55 Het Prager Strijkkwartet. 7.30 Engelsche les. 8.00 Vaz Dias. 8.05 AVRO's Zorgverdrijvingsbedrijf: Ge varieerd programma. 9.30 „Ann en Harold", hoorspel. 10.00 Omroeporkest m.m.v. M. Rodriguez (cello). 11.00 Vaz Dias. 11.1012.00 Uit „Caland", Rotterdam: Het orkest „Ormenda". Droitwich, 1500 M. 10.3510.50 Morgenwijding. 11.05 en 11.20 Lezingen. 11.40 Gramofoonplaten. 11.50 Voor de scholen. 12.10 Het Broadhurst Septet. I.20 Birmingham Hippodrome-orkest. 2.25 Voor de soholen. 4.50 MacGibbon-kwartet. 5.35 BBC-Dansorkest. 6.20 Berichten. 6.50 Koorconcert. 7.10 Fransche dialoog. 7.40 Gramofoonplaten. 7.50 Lezing. 8.20 BBC-orkest. 9.30 „Soft lights and sweet music", ge- var. programma. 9.50 Berichten. 10.20 Causerie. 10.40 Bridgewater-kwintet. II.30 Voordracht. 11.3512.20 Lew Stone en zijn band. STOMPWIJK. Een cadeau voor de Raadszaal. Binnen korten tijd komt de Stompwijksche weg af en zal de officieele opening plaats heb ben. Het plan bestaat om aan den Raad der gemeente een cadeau aan te bieden, bestemd voor de raadszaal. Gedurende de eerstvolgende dagen zullen enkele heeren, die zich daarvoor beschikbaar stellen, aan de dankbare bewoners van den Stomp- wijkschen weg, een gave komen vragen voor dat geschenk bestemd. „R a d i o-P a r I s", 1648 M. 7.20 en 8.20 Gramofoonplaten. 12.20 Symphonieconcert. 9.05 Gevar. programma. 10.50 Dansmuziek. Kalundborg 1261 M. 11.201.20 Concert uit rest. „Wivex". 2.354.35 C. Rydahl's orkest, 7.50 Fragm. uit „Prinz Methusalem" van Joh. Strauss. 8.30 Hoorspel. 8.55 Italiaansche muziek. 9.35 Pianorecital. 9.55 Omroeporkest. 10.2011.50 Dansmuziek. Keulen. 456 1>L 5.20 Gramofoonplaten. 6.35 Orkestconcert. 11.20 Omroepkleinorkest. 12.35 Gramofoonplaten. 1.35 Orgelconcert. 3.20 Omroepkleinorkest. Omroep 6.20 Gevar. concert. 7.35 Omroepstrijkkwartet. 8.20 Voordracht. Hierna: Berichten. Rome, 421 M. 8.05 Oprette „Die schone Risette", van Leo Fall. B r u s s e 1 322 en 484 M. 322 M.: 12.20 Gramofoonplaten. 1.302.20 Omroeporkest. 5.20 Salonorkest. 6.50 Gramofoonplaten. 7.35 dito. 8.20 Heyermansherdenking m.m.v. het Symphonieorkest. 10.3011.20 Gramofoonplaten. 484 M.: 12.20 Salonorkest. I.30 Gramofoonplaten. 2.20 Pianorecital. 5.20 Symphonieconcert. 6.35 Gramofoonplaten. 6.50 Zangvoordraoht. 7.05 Orgelconcert. 8.20 Kamermuziek. 8.50 Pierné-concert. 9.35 Salonorkest. 10.3011.15 Gramofoonplaten. Deutschlandsender, 1571 M. 7.35 Concert door strijkkwartet en solis ten. 8.20 „Front unter Tage", hoorspel. 9.20 Berichten. 9.50 Actueele causerie. 10.05 Scheepsweerbericht. 19.2011.20 Dansmuziek uit München. Gemeentelijk Radiodistributiebedrijf te Leiden. 3e Programma. 8.0012.20 Een der Duitsche zenders. 12.20—14.20 Brussel (Fr.). 14.3515.20 Kalundborg of Luxemburg. 15.2017.20 Deutschl. sender. 17.20—19.35 Brussel (VI.). 19.3520.20 Deutschl. sender. 20.20—22.20 Brussel (Fr.). 22.20afloop Stuttgart. 4e Programma. 8.208.50 Parijs Radio. II.0517.35 Londen Reg. 17.3518.20 Droitwich. 18.2019.20 Deutschl. sender. 19.2020.20 Londen Reg. 20.2021.50 Droitwich. 21.50afloop Londen Reg. (Wijzigingen voorbehouden). ZOETERMEER—ZEGWAART. Tot versterking van de kas. Lag het in het voornemen van het Plaatselijk Cri sis-comité om Woensdag 21 November a.s. een collecte te houden tot verstreking van 1 haar kas, door omstandigheden wordt deze thans gehouden op Woensdag 28 dezer. In den loop dezer week zullen huis aan huis inteekenlijsten worden bezorgd. Een op wekking zooveel mogelijk naar vermogen te geven is overbodig. Ieder kent zijn plicht hierin! Het plaatselijk comité mag niet teleurgesteld worden. FEUILLETON. LIEFDE IN HET OERWOUD Naar het Engelsch door J. VAN DER SLUYS. (Nadruk verboden.). 6) „Maar natuurlijk, sir George, zal ik u naar Buba brengen. Het zou al heel onhof felijk van mij zijn, om mademoiselle over te leveren aan de genade van de wilder nis en bovendien uw broer is mijn vriend geweest." „We zullen u oneindig dankbaarn begon Mannering, maar de ander viel hem in de rede. „Het is absoluut niet de moeite waard, mijn vriend. Het genoegen is volkomen aan mijn kant". Hij wierp een snellen blik op Honor, ter wijl hij die woorden sprak en glimlachte. Het meisje voelde, hoe haar hart weer on rustig begon te kloppen, hoewel ze bij zich zelf redeneerde, dat het onzin van haai was, om zich van haar stuk te laten bren gen, door zulk een gewone beleefdheids- phrase. Ze keek naar Mannering. Hij scheen volkomen op zijn gemak te zijn met den man, en ze trachtte haar onrust en angst van zich af te zetten. Maar het was haar niet mogelijk. Legrand praatte en vertelde vol animo en het leek alsof hij zich voortdurend tot lar wendde, als om zich te overtuigen, dat zij luisterde. Het was misschien niets anders dan de aangeboren hoffelijkheid van zijn volk, maar het meisje had een ge voel, alsof zijn oogen steeds de hare zoch ten, of hij trachtte door te dringen tot het diepste van haar ziel en schatten wilde, hoeveel ze waard was. En Legrand vertelde goed, heel goed. Het scheen, dat hij overal geweest was, in Abessinië, bij het Tsaadmeer, in Timboek- toe. Hij was met het vreemdelingenlegioen in dex Sahara geweest en was één van de drie overlevenden van een expeditie, die van hitte en dorst omgekomen was, ten Zuiden van Bilma. Hij was in Terrkana op de olifanten jacht geweest en had daar ge vochten tegen de slavenhandelaars. Hij had overal op olifanten gejaagd, zelfs op den dwergolifant in Liberia. Hij had in de Hooglanden jacht gemaakt op leeuwen en zeldzame antilopen; hij had ademlooze uren doorgebracht onder een schitterende ster renhemel, terwijl hij met een vinger aan den trekker elk oogenblik verwachtte de gesluierde Toearegs aan den horizon te zien verschijnen en dagen gesmacht in de heete, verschroeiende woestijn, waar be- driegelyke luchtspiegelingen hem lafenis uit een mijlenver verwijderde bron had den beloofd. Honor luisterde geboeid en ze begon zich af te vragen, wat het eigenlijke beroep van dezen avontuurlijken zwerver was. Dat was niet op te maken uit zijn verhalen en ten laatste, na het verhaal van een wapen feit van het vreemdelingenlegioen, vroeg ze hem op den man af: „Bent u in militai ren dienst, monsieur?" „Geweest", antwoordde hij lachend. „Ik geniet niet langer de weelderige soldij van één sou ffer dag. Drie jaar lang heb ik dat volgehouden en toen heb ik hen., eh.... verlaten." „U bent zeker gedeserteerd, bedoelt u?" vroeg ze. Legrand lachte weer. „Ik heb volbracht wat zoo velen trachten te volbrengen en waarin zoo weinig slagen. „Maar hoe kwam u er bij dienst te ne men bij het legioen?" vroeg Mannering. „Dat is iets, monsieur, dat men nooit vraagt aan de mannen van het legioen. Er zijn honderden redenen, waarom men zich voegt bij deze broederschap van de daad en de mijne was er één, die vele mannen daartoe drijftMaar later ging ik naar een school, om mijn opvoeding te vol tooien." Ze keek hem nieuwsgierig aan en een zonderlinge gedachte welde in haar op en terwijl hij een nieuw humoristisch verhaal begon over zijn wederwaardigheden in de stad van de oude Caesars, staarde ze naar zijn slanke handen, die opophoudelijk speelden met de vier gouden ringen aan het koord om zijn hals. Haar onrust werd nog vermeerderd, toen ze bemerkte, dat hij meer en meer het woord tot haar begon te richten. Zyn ma nier van doen werd steeds vertrouwelijker. Als hij haar aankeek, wat hij herhaalde lijk deed, leek het, of er iets liefkoozends in zyn blik was en in zijn oogen glinster den twee kleine, dansende lichtjes. Man nering scheen de verandering in den an der niet op te merken. Hij luisterde ge boeid naar de avontuurlijke verhalen en scheen volkomen onbewust te zijn, van wat daar onder zijn oogen gebeurde. Legrand praatte steeds door, springend van het eene onderwerp op het andere. „Afrikadat is de moedér van het echte wilde leven. Er is geen land, dat te vergelijken is met Afrika. Amerika is een land van lawaaiige drukte en goedkoope hartstochten, waar menschenbloed gemunt wordt tot dollars. In Europa is op alle na tuurlijke neigingen één Duitsch woord ge schreven: „Verboten". Maar hier is niets verboden. Bloed is leven en geen dollars; en alles is hier nog, zooals het was in het primitieve begin van de wereld. Als een man gedood wordt, dan zorgen de gieren voor zijn begrafenis. Als een vrouw be geerd wordt, dan koopt de man haar, voor zooveel stuks vee, en als hij sterk is en de stam zwak, neemt hy haar, zooals de man nen de vrouwen namen in het gouden ver leden." Hij lachte, alsof een vermakelijke ge dachte bij hem opkwam. „Het is een zonderling idee, dat u, ma demoiselle, als u hier geboren was, ge kocht en verkocht zou kunnen worden voor een aantal melkkoeien of een ivoren slagtand, of dat iemand in den nacht kwam aansluipen en Honor stond op. Ze vond de wending, die het gesprek nam, niet bijster aantrek kelijk en ze besefte plotseling hoe hulpe loos Mannering en zij waren in de han den van dezen man. Maar 2e liet niets blij ken van angst en zei lachend: „Monsieur Legrand, ik zal zeker geen ivoren slagtand waard zijn, indien ik nog langer opblijf. Het is een vermoeiende dag voor me geweest. U zult me zeker wel wil len verontschuldigen. Goeden nacht." Voor ze uitgesproken had, was Legrand overeind gesprongen. Ze had een gevoel alsof hy verwachtte, dat ze hem haar hand zou toe steken, maar ze deed het niet en nadat ze Mannering ook goeden nacht had gewen^cht, liep ze langs Legrand naar de kleine groene tent en ze overpeinsde de gebeurtenissen van den dag. Haar intuitie zei haar, dat Legrand niet te vertrouwen was, een slecht, gewetenloos man. En haar onrust werd sterker, toen ze dacht aan de lange reis naar M.Buba, die nog voor hen lag. In de wildernis zouden zij en Manne ring hulpeloos zijn in de handen van Le grand en zyn dragers. Mannering was geen krachtige natuur, die den strijd tegen een sterkeren tegenstander lang kon volhou den, en als het mogelijk was geweest, zou ze met hem gevlucht zijn. Maar dat be hoorde nu eenmaal tot de onmogelijkhe den, en het eenige, wat ze doen kon, was afwachten, hoe alles zich verder zou ont- knoopen. Het was laat, toen zij zich ter ruste legde en nog later, toen ze in slaap viel, en zelfs haar slaap werd verontrust door angstige droomen. Huiverend werd ze wakker en hoorde een stem buiten haar tent iets roe pen, in het Swahili. Ze kon duidelijk hoo- ren wat er gezegd werd, maar ze begreep lang niet alles, want ze kende de taal slechts gebrekkig. Slechts de beteeken is van een paar woorden wist ze. Toen ving ze het woord „vrouw" op en ze begreep, dat de spreker bezig was bevelen te geven met betrekking tot haar. Daarop klonk de stem van een inboorling die op lachende toon antwoord gaf: „Ayweh Bwana Legrand." Dat antwoord maakte haar duidelijk, wie de eerste spreker was, en 2e glipte onhoor baar naar buiten. Het was heel vroeg in den ochtend, het begon al te schemeren. Vlak bij de tent was een groot vuur, waar bij een paar inlanders stonden te praten en een van hen de Swahili hoofdman, wien Legrand zoo juist zijn bevelen had gege ven. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1934 | | pagina 9