^Iveet Hliikil PEIK&CLOPPENBURC VRIJDAG 26 OCTOBER 1934 Ut LEIUSLHE LUUK ANT DERDE BLAD. - PAG. 9 leuk staat voor een J«J_eJ_n£_J_o_n_g_e_n? „Een jasje met slobbroek en hoedje van de- zelfde sto f." Wij hebben een schitterende collectie en niet duur. STADSNIEUWS Ambtsaanvaarding prof. dr. A. E. van Arkel Rede over: Nieuwere inzichten in de Scheikunde Hedenmiddag heeft prof. dr. A. E. van Arkel, nieuw benoemd hoogleeraar in de faculteit der wis. en natuurkunde aan de Leidsche Universiteit, om onderwijs te ge ven in de anorganische scheikunde, als op volger van prof. dr. Schreinemakers, zijn ambt aanvaard met het houden van een inaugureele rede, in het groot-auditorium der universiteit, over: „Nieuwere inzich ten in de Scheikunde". I Spr. ging de veranderingen en de gevol gen voor de naaste toekomst na van de nieuwe beschouwingswijzen en nieuwe ex- perimenteele hulpmiddelen, die de schei kunde in de laatste decennia hebben be- invloed. Het eigenlijke wetenschappelijke doel der analyse, het opsporen van de bouwsteenen van alle materie de ele menten is practisch reeds bereikt. De analytische scheikunde blijft echter bij alle onderzoek onmisbaar; aan verbetering der analytische methoden wordt nog steeds ge werkt. Naast de analyse kwam al spoedig het probleem, methoden te vinden om uit eenvoudige verbindingen meer gecompli ceerde op te bouwen. Een eigenlijk eind doel bestaat hier niet. Een bepaalde grens der mogelijkheden is niet gegeven. Zelfs de voor het levend organisme zoo belang rijke vitaminen worden tegenwoordig op groote schaal uit andere stoffen bereid. Ter verklaring van de eigenschappen der verschillende verbindingen waren ech ter analyse en synthese niet voldoende, de natuurkunde moest te hulp worden geroe pen. Van bijzonder grooten invloed is ge weest de kinetische gastheorie, de thermo dynamica of warmteleer, de laatste zelf in buitengewone mate. Voortgaande zette spr. de ontwikkeling uiteen van onze kennis der atomen. In zicht in de eigenschappen der verbindin gen is eerst mogelijk geworden sedert men door het werk van Thomson, Rutherford, Bohr, Schroedinger en vele anderen een veel beter inzicht gekregen heeft in den bouw en de eigenschappen der atomen. Kossel is de man geweest, die de electro- statische aantrekking als oorzaak heeft aangewezen van de chemische binding, die ook wel heteropolaire binding genoemd wordt en waardoor het probleem terugge bracht is tot een eenvoudig probleem der electro-statica. Echter stelt de opvatting der binding als een electrostatisch verschijnsel slechts een eerste benadering van het probleem voor, welke voor een groot aantal gevallen vol komen ontoelaatbaar is met name, wanneer het gaat om.de binding tusschen twee ge lijke atomen. In deze gevallen krijgen wij een geheel-ander type van'binding, de z.g. homoiopolaire, waarvan het wezen ons eerst iets duidelijker geworden is door de ontwikkeling der golfmechanica. Het is zelfs zeer wel mogelijk, dat bij iedere verbinding de binding een gedeel telijk homoiopolair, gedeeltelijk heteropo- lair karakter draagt. Het zal de taak der toekomst zijn, uit te maken, op welke wijze in ieder speciaal geval de binding moet worden beschouwd. Intusschen brengt de golf-mechanische behandeling der chemi sche binding groote mathematische moei lijkheden mede, hetgeen ten gevolge heeft, dat het gebied der homoiopolaire binding tot nu toe hoofdzakelijk door theoretische physici bewerkt is. In de toekomst zal naast mathematische kennis ook chemische ervaring een rol moeten spelen; alleen voor chemici met een ruime mathematische ontwikkeling zal het mogelijk zijn, in dit gebied door te dringen. Voorts behandelde spr. nog eenige ex- perimenteele hulpmiddelen, ^ooals de Röntgen-analyse bij het onderzoek van kristallen en bij het onderzoek van niet ge kristalliseerde verbindingen en „amorfe" vaste stoffen. Ook de analyse met behulp van electronenstralen zal in de toekomst misschien een nog belangrijker hulpmiddel kunnen worden dan de Röntgen-analyse. Theoretische beschouwing en experiment hebben er toe geleid, dat wij ons meer dan vroeger bewust worden van de realiteit van atomen en moleculen en van de be- teekenis, die dit heeft voor het begrijpen van de eigenschappen der stoffen. Veel minder dan vroeger schrikken wij er voor terug, gebruik te maken van schematische molecuul-modellen. Spr. zeide vervolgens, dat de scheikun dige zich in de naaste toekomst meer en meer voor problemen gesteld zal zien, die voor een oplossing eens deels een dergelij ke mathematische scholing, anderzijds een vertrouwdheid met physische methoden van onderzoek zullen eischen, wanneer al thans de scheikundigen zelf hun proble men zullen willen uitwerken. Hierbij zal bij de opleiding der aanstaande chemici rekening moeten worden gehouden. Naar mijn meening zal er behoefte komen aan chemici, die een voldoende mathematische kennis bezitten om de problemen der che mische binding ter hand te kunnen nemen. Evenzeer zal er vraag zijn naar scheikun digen, die de röntgentech'.üek beheerschen: zij, die met succes in fotochemische rich ting werkzaam zullen willen zijn, zullen evenmin als de vorige groepen een behoor lijke kennis der atoomtheorie kunnen ont beren. Nu zal men misschien opmerken, dat een dergelijke opleiding niet scheikundigen doch veeleer natuurkundigen zal kweeken en dat het dus rationeeler zal zijn, deze ge bieden door physici te laten bewerken. Dit lijkt mij echter niet juist. De ervaring leert, dat de natuurkundigen zich in het alge meen minder aangetrokken voelen tot che mische problemen, evenals de mathemati cus in het algemeen minder belangstelling toont voor physische problemen. Zeer dik wijls zien wij echter het omgekeerde. Het zou niet moeilijk vallen tallooze voorbeel den aan te halen van scheikundigen, wier werk en belangstelling zich steeds meer in natuurkundige richting bewogen. Het is om deze reden, dat ik verwacht, dat de nieuwe physische chemie, zal moeten uit gaan van scheikundigen, toegerust met een behoorlijke dosis kennis van theoretische en experimenteele natuurkunde. Prof. van Arkel besloot zijn rede met de gebruikelijke toespraken. VER. TOT BEVORDERING DER BOUWKUNST De heer Herm. Martin over: „De Kunst wonderen van het oude Vlaanderen". In het Nutsgebouw werd gisteravond onder voorzitterschap van den heer C. Kil- jan de 254e vergadering gehouden van de Vereeniging tot Bevordering der Bouw kunst. **Deze eerste vergadering in het nieuwe seizoen was slechts matig bezocht. De notulen der vorige vergadering, door den secretaris, den heer Fred. A. Wempe Sr. gelezen, werden onveranderd vastge steld. Hierna was" het woord aan den heer Herm. Martin te 's Gravenhage, oud-direc teur van het Friesche Museum, die een cau serie hield over zijn ervaringen, opgedaan bij een fietstocht door Vlaanderen, waar hij verschillende oude plekjes, musea en gebouwen bezocht. Reeds de tocht erheen was bijzonder in teressant. Spr. ging-per boot van Rotter dam-over de schoone Zeeuwsche wateren naar Antwerpen. De aankomst aldaar van af de Schelde laat ons de stad zien zoo als zij slechts zelden gezien wordt. Van Antwerpen uit begon zijn tocht door het mooie Vlaanderen en meer dan b.v. bij ons heeft men daar met piëteit bewaard wat het voorgeslacht gebouwd heeft. Antwerpen is ontstaan uit een burcht, het Steen genaamd. Antwerpen is ontstaan uit de legende, dat van den handelsman, die geen tol wilde betalen, een hand werd afgehouwen, welke in de Schelde werd ge worpen. Vandaar (H)antwerpen. Spr. geeft dan eenige bijzonderheden over den oorsprong en de geschiedenis der stad, het ontstaan van diverse oude gebou wen, enz. In den 80-jarigen oorlog had Antwerpen ontzettend te lijden en de be volking liep terug tot 40.000 inwoners. De Spaansche soldaten, die geen soldij ont vingen, roofden of vernielden er voor meer dan 200 millioen gulden. In 1795 herleefde de stad, maar zoo nu en dan troffen haar nieuwe rampen. Op het oogenblik treft de wereldcrisis meer dan ooit deze stad, een der grootste handelssteden der wereld. Er heerscht in Antwerpen op het oogenblik armoe. De kunst heeft in Antwerpen steeds een vooraanstaande plaats ingenomen. Daar van getuigen de werken van de kunstschil ders Quinten Matsys, Pieter Breughel den Ouden, P. P. Rubens, Antoon v. Dijk e.a. De bouw van kerken en kloosters, veelal in gothischen of barokstijl, met dikwijls de van de Franschen overgenomen kapellen- krans (rond de kerken) trekt bijzonder de aandacht. Spr. geeft dan een nadere beschrijving van het interieur en het exterieur van den kerkbouw, waarbij zich meer en meer een decoratieve kunstuiting op den voorgrond trad. Aan de hand van lichtbeelden laat spr. dan achtereenvolgens zien Antwerpen met zijn stadhuis en gildehuizen, zijn O. L. Vr. kerk, met haar bijzonder schoonen toren. Met den bouw van dezen toren is tegelijk met den tweeden, niet afgebouwden toren in 1422 begonnen. In 1473 was de hoogte van den niet afgebouwden toren bereikt. Later werd slechts één toren verder afge bouwd. De climax, welke men in de toe neming van dezen bouw waarneemt, is wonderschoon. Spr. geeft dan een nadere beschrijving van het zevenbeukige interieur. Het inwen dige van de kerk geeft echter zooveel kunstwerken, dat men zich eerder in een museum waant. De bekende schilderijen van Rubens, de kruisoprichting en de kruisafname, trekken hier de meeste men- schen. Een nog rijker kerk is de St. Jacobskerk uit Antwerpen, waarvan de heer Martin eenige details geeft van beeldhouwwerken, getuigend van den geest van barok, die in die jaren heerschte. Spr. wijst er op, hoe telkens weer treft de logische bouw dier kerken, die zoo ge heel anders aandoen dan b.v. een Pieters kerk of een Hooglandsche kerk te Leiden. Van 'n heel ander type zijn de barok kerken, die ook in tal van plaatsen in Bel gië gevonden worden. Het interieur dier kerken doet denken aan de oud-christe lijke kerken, later weergegeven in de ba silieken. Van de profane bouwwerken geeft spr. allereerst de Groote Markt met het Stad huis van Antwerpen, gebouwd door Cor- nelis Floris in 15611565, een statig bouw werk, dat sterk aan den Franschen tijd doet denken. De Gildehuizen daarnaast zijn voorbeel den van schoone bouwvorm. Daartegenover staat de beroemde Brabo-föntein. De heer Martin brengt zijn toehoorders vervolgens naar het Museum Plantin, waar de wereldvermaarde drukkerij van Plan tin was gevestigd. Als men de wondere voortbrengselen der cultuur daar aan schouwt beseft men eerst hoe cultuurloos onze tijd is. Na het beschouwen van eenige schilder stukken uit het museum van Schoone Kunsten en daarnaast-van eenige moderne bouwwerken uit Antwerpen, voerde de heer Martin zijn gehoor naar Lier. Op den weg daarheen allerlei oude vervallen hui zen, welke een schril beeld vormen tegen ons mooi platteland. Van Lier is vooral be zienswaardig de St. Gomaruskerk. In deze kerk bevindt zich een wondermooie van zilver gedreven reliekschrijn, welke niet minder dan 800 K.G. weegt. Zeer merkwaardig in deze stad is voor al het Bagijnhof, in 1340 gebouwd en slechts geëvenaard door dat in Brussel. Hierna kwam Mechelen aan de beurt, reeds in 840 gebouwd. Hiervan werd be schouwd de beroemde St. Romboutskerk, waarvan de toren 97 M. hoog is, hoewel de oorspronkelijke opzet 167 M. was. Hier woont ook de bekende beiaardier Jef De- nyn. In de kerk treffeh beroemde schilder stukken en praalgraven het oog. Onder deze laatste b.v. die van Kardinaal Mer- cier. Na de pauze behandelde spr. nog Gent I en Brugge en ook daarvan werden inte ressante bouwwerken vertoond, terwijl de heer Martin door zijn interessante voor dracht over tal van bijzonderheden zijn gehoor ten zeerste boeide. Aan het slot van zijn causerie werd hem dan ook door den voorz. een woord van welgemeenden dank gebracht. KON. MIJ. VOOR TUINBOUW EN PLANTKUNDE. De Koninklijke Maatschappij vóór Tuin bouw en Plantkunde hield in de boven zaal van „In den Vergulden Turk" haar jaarvergadering. De voorzitter, de-heer G. F. van Jets - Godschalxoord-, -opende--de- zeer druk be zochte vergadering met een woord van wel kom. Tot lid van het hoofdbestuur werd ge kozen de heer D. T. Ruys uit Wassenaar, verder werd na herstemming de heer D. Evelyns Maarsen benoemd tot hoofdbe stuurslid (vakman). Tot eereleden der Maatschappij werden benoemd mevrouw S. KolffViruly te Baarn en de heer Jac. Smits te Nahrden. Een voorstel-NijkerkHarderwijk om tijdens de wintermaanden een reeks Tuin- bouwavonden in de afdeèlingen te organd- seeren als propaganda voor de Mij., werd aangenomen. Er zal- daarvoor 700.be schikbaar worden gèsteld uit het Tentoon stellingsfonds. Aan de afdeeling Amster dam werd toegezegd dat deze Tuinbouw- avonden slechts ééji seizoen worden ge- i houden. De afdeeling Den Haag drong, naar aanleiding van deze. propaganda-actie, aan op verlaging van contributie. Er zal door het hoofdbestuur naar de mogelijkheid hiervan een onderzoek worden ingesteld. In 1935 zal de algemeene vergadering te Aalsmeer worden gehouden, de winterbij- eenkomst te Rotterdam en de Vriendschap pelijke Bijeenkomst öp een nader te bepa- plaats. Ten slotte dankte de voorzttter de aftredende bestuursleden 's Jacob en Eveleens voor wat zij in het belang der Mij, gedaan hebben. BAKKERSVAKGROEP K. J. M. V. De vakgroep der K. J. M. V. heeft een aanvang gemaakt met den cursus. Zooals bekend, wordt dit jaar uitsluitend de luxe bakkerij Gehandeld. Het theoretische gedeelte wordt gegeven door den heer Hom, van de Ned. Gist en Spiritusfabriek. De practische cursus zal geleid worden door den heer Cornelisse uit Hilversum. Buitengewoon groot is de belangstelling der jonge bakkers voor deze vakgroep. Vier en twintig jonge bakkers nemen deel om hun vakkennis të verreiken. Twee theorieavonden zijn reeds gepasseerd en schitterend geslaagd.Ook enkele heeren bakkerspatroons hebben deze- avonden bij gewoond. De eerste practische avond zal Dinsdag a.s. aanvangen. Aangezien het aantal cur sisten te groot is voor één les moest men er toe overgaan om den praktijkavond te splitsen. De eerste les vangt aan om 7 uur tot 8.30 uur. de tweede les van 8.30 tot 10 uur. De lessen voor de praktijk worden gege ven in de bakkerij van den heer H. C. van Noort, die z'n geheele bakkerij belangloos beschikbaar stelt. De theoretische avond in het Eigen Huis der K. J. M. V. en beginnen om 8.15 uur. Jonge bakkers, die zich nog willen opge ven voor den cursus, kunnen dit nog doen bij den heer H. v. Noort Jr. Hoogewoerd 122 Jongemannen benut uw jongen tijd, de K. J. M. V. wil u hiermede helpen. Het Vaticaan en het Derde Rijk Zal het Vaticaan binnenkort spreken ROME. 20 October 1934. In de hoogste Italiaansche regeerirtgs- kringen bewaart men hier nog steeds een sterke terughoudendheid en gereserveerd heid tegenover Duitschland. Dit is nog steeds een gevolg van de gebeurtenissen van 25 Juli en het zal zeer veel moeite kos ten en nog zeer lang duren voor dit wan trouwen zal geweken zijn. Bovendien is men in Italië zeer goed op de hoogte van de wijze Waarop Duitschland zich weder bewapent. Op kerkelijk politiek terrein is Duitsch land nog steeds het zorgen-kind van den H. Stoel. Men bestudeert in het Vaticaan met groote nauwgezetheid de geschriften waarin de wereldbeschouwing van het Na- tionaal-Socialisme tot uiting komt, zoodat er haast geen enkel nieuw verschenen werk is of het wordt critisch gelezen en onder zocht. De bezorgdheid is in Vaticaansche kringen algemeen, dat uit de leer omtrent ras, bloed en bodem een nieuwe wereldbe schouwing wordt gedistilleerd, die lang zaam maar zeker in de mannelijke en vrou welijke jeugd wordt ingesijpeld. Een hooggeplaatst geestelijke deelde mij nog dezer dagen mede, dat de brochure van Georg Schott: „De twee Werelden" (Verlag Eher, München) een zeer onheilvollen in druk heeft gemaakt. Toen dezelfde prelaat onlangs zijn radio op een Duitsch station afstemde, hoorde hij tot zijn verbazing een koraal der Hitier Jugend „Heilig, heilig is het bloed!" In den laatsten tijd zijn er in de dagbla den verschillende geruchten tegengespro ken, dat de H. Stoel het Nationaal-Socia- lisme als leerstelling zou veroordeelen. Ik kan echter verklaren, dat juist het tegen overgestelde het geval zal blijken te zijn. Bij de leden of consultoren van de Congre gatie van hét H. Officie behoeft men op dit punt niet om hun oordeel tevragen: zij zijn onder eede verplicht om het stilzwijgen te bewaren. Het zou dus geen nut hebben en het zou blijk geven van een totaal gemis aan takt, wanneer men daar zijn licht zou willen, opstèken. Maar er zijn natuurlijk ook godgeleerden, die zich een algemeen oordeel kunnen vor men over de praktijk van het H. Officie en over den toestand in Duitschland. Men was van meening, dat met de veroordeeling van het boek van Rosenberg ook reeds een gedeelte van de valsche wereldbeschou wing van het Nationaal-Socialisme ge wraakt was. Op mijn vraag of men een lijst van der gelijke dwalingen zou opstellen, werd mij geantwoord, dat dit alles is samen te vat ten onder het begrip van Nationaal-Socia lisme, zooals men vroeger ook niet alle so cialistische en liberale werken verboden heeft, maar alleen het liberalisme of het Socialisme. Zoolang echter bedoelde dwaalleer be treffende wereldbeschouwing en sociale opvattingen in een staat aan het katholi cisme een zekere mate van vrijheid lieten, werd de veroordeeling soms uit opportu- niteitsgronden uitgesteld. Wanneer echter een wereldbeschouwing zooals het Natio naal-Socialisme zich in de toekomst met behulp van den staat op den voorgrond dringt ten nadeele van het Christendom, dan zal de Kerk waarschijnlijk eerder ba- sluiten om een veroordeeling uit te spre- 1 ken. In Vaticaansche kringen beschouwt men het als een zeer bezwarende omstandigheid dat men de Jeugd belet om den Zondag te heiligen en dat men systematisch een haat tegen de geestelijkheid kweekt. Het is wel zeer merkwaardig, dat de in vloed van Rosenberg in de Duitsche buiten- landsche politiek totaal verdwenen is en dat door leden van de legaties in het bui tenland reeds herhaaldelijk gewaarschuwd is voor de onberekenbare schade die Ro senbergs invloed toegebracht heeft aan de cultureele beteekenis van Duitschland in de wereld. Onder de hoogste ambtenaren van het ministerie van buitenlandsche za ken bestaat de overtuiging, dat het onmo gelijk en ook verderfelijk zou zijn om de beidé groote christelijke belijdenissen te vervangen door een wirwar van rassen theorieën. Men hoopt altijd nog, dat de christelijke godsdienstzin nog kracht en durf genoeg zullen bezitten om zich niet uit het open bare leven te laten verdringen. Het verzet der Protestanten heeft in Ro me een geweldigen indruk gemaakt: met bewondert den moed der Protestanten, maar men vreest tevens, dat de Katholie ken hetzelfde lot der Protestanten zullen ondergaan als de Bisschoppen niet onmid dellijk een concreet verdedigingsfront op richten, want binnen afzienbaren tijd zul len er toch stukken vallen. De H. Stoel denkt er niet aan om de kerkelijke straffen die door den Bisschop van Ermland, dr. Max. Kaller tegen de professoren Eschwei- ler en Baron van Braunsberg zijn uitge sproken op te heffen. Binnen enkele dagen (in November) zal dezelfde kerkvorst aan zijn Theologen ver bieden om de lessen van deze professoren bij te wonen, hetgeen wellicht aanleiding kan zijn voor een conflict met de regee ring. Tenslotte is het in hooge mate bedenke lijk, dat Berlijn er naar strelft om het woord partijpolitiek in art. 32 van het Concordaat uit te leggen als het algemeen begrip-politiek. De H. Vader heeft zelf verklaard, dat dergelijke pogingen geen punt van beraadslaging kunnen uit maken. Men wil de geestelijken terugdrin gen tot zuiver godsdienstig terrein: jeugd werk wordt reeds als politiek beschouwd: hier meent men dat een dergelijke opvat ting en uitleg haast aan ketterij grenst. Ook de rede van dr. Gröber heeft een zeer diepen indruk gemaakt: want het was ook hier bekend, dat van officieele zijde systematisch iedere „los van Rome" bewe ging openlijk en nog meer in het geheim in de hand wordt gewerkt. Ook in de buitenwereld moet dit woord van dr. Gröber grooten indruk maken, want dr. Gröber werd altijd beschouwd als de leider der Duitsche bisschoppen, die met de Nationaal-Socialistische regeering de intermediaire besprekingen voerde over het Concordaat. Wat de Saarstemming betreft houdt men hier altijd nog rekening met de mogelijk heid, dat de voorbereidingscommissie met haar werkzaamehden niet gereed zal ko men, zoodat de Status Quo door den Vol kenbond nog gehandhaafd zal worden. Mocht echter de stemming op 13 Januari doorgang vinden en gunstig uitvallen voor Duitschland, dan kan men er op rekenen, dat de Katholieken-vervolgingen eerst voor goed een aanvang zal nemen. Dan zal voor Rome ook het tijdstip aan breken om duidelijke taal te sproken. Volhouden, vertrouwen en bidden, dat zijn de woorden die de H. Vader zelf deze maand nog tot de Duitsche katholieken richtte en die de katholieken van Duitsch land in de komende maanden zullen vol brengen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1934 | | pagina 9