Gebruikt in Uw soepen HONIG's BOUILLONBLOKJES 6 voor 10 cent DE SCHAT IN HET OUDE HOLLAND WOENSDAG 10 OCTOBER 1934 DE LEIDSCHE COURAN VIJFDE BLAD. - PAG. 18 GEMENGDE BERICHTEN JONGEN DOODGEREDEN. Onder vrachtauto geraakt. Omstreeks 12 uur is gisterenmiddag op de Paul Krugerlaan, hoek Chr. de Wett- slraat te Den Haag, de 15-jarige S., wonende in de Beijerstraat, die per rijwiel was, door tot nu toe onbekende oorzaak overreden door een vrachtauto. De knaap, die een schedelfractuur bekwam, bleek bij aan komst van den Geneeskundigen Dienst reeds te zijn overleden. Het stoffelijk over schot is naar het R. K. ziekenhuis aan het Weeteinde vervoerd. ERNSTIG AUTO-ONGELUK. Twee inzittenden gewond. Gisternacht is de 33-jarige J. M., uit Heerlen op den rijksweg VenloNijmegen nabij Velden met zijn auto tegen een boom gebotst. Vermoedelijk tengevolge van het feit, dat een tegenligger niet dimde, is M. met zijn wagen van den weg geraakt. Mevr. S. uit Hoensbrook, die bij den heer M. in de auto zat werd zwaar gewond; zij kreeg o.m. een toaLswervelfractuur. Evenals de heer M., die eenige ribben had gebroken, is zij naar het R. K. Ziekenhuis te Venlo overgebracht. De auto werd totaal vernield. In den loop van den dag kon de heer M. gisteren naar zy woning te Heerlen wor den vervoerd. De toestand van mevr. S. wordt evenwel hopeloos geaoht. TJANKSCHIP GEZONKEN. Tengevolge van een hevigen stormvlaag is op 10 K.M. ten Z.O. van Urk het tjalk schip „Rehoboth", groot 69 ton, afkomstig uit Deventer en op weg van Amsterdam naar Kampen, geladen met anthraciet, ge zonken. De opvarenden, de schipper E. Klein uit Deventer, zijn vrouw en een kind van 9 weken konden met groote moeite gered worden door de sleepboot „Tina" van ka pitein Wagenmaker uit Groningen, die door middel van een sloep verbinding met het scheepje wist te verkrijgen. EEN PAARD OP VISITE, liet sloeg den boel kort en klein. Een paard van den landbouwer W. D. te Ridderkerk verliet de weide, wandelde het Hoofd op, zag een keukendeur open staan van de woning van R. en stapte bin nen. Doordat de bewoners even afwezig waren had het dier vrij spel. Het beurde zijn kop wat hoog op en stootte daardoor tegen een plank met keukengerei. Met groot geraas kwam de geheole voorraad naar beneden. Hierdoor werd het paard schrikachtig en begon links en rechts om zich heen te slaan, met het gevolg, dat ta fel, stoelen, theemeubel, kachel enz. wer den vernield. Na veel moeite is het den inmiddels ge waarschuwde bewoners met omwonenden gelukt het dier naar buiten te krijgen. Van de keuken was toen niet veel meer over dan een ruine. TWEE PERSONEN VERDACHT VAN BRANDSTICHTING GEARRESTEERD. Gistermorgen te 7 uur brak brand uit in een perceel in de Vrolikstraat te Amster dam. Toen de motorspuit en de ladderwagen van de Achtergracht en de motorspuit van de Dapperstraat korten tijd later voor het bewuste perceel, waar een groenten- winkel wordt gedreven door O. de W., ver schenen, behoefden zij al geen dienst meer te doen. De winkelier en zijn vrouw waren al druk aan het blusschen en met een paar emmers water kon het gevaar bezworen worden. Het viel onmiddellijk op, dat de brandweer hier met een ongewoon geval te doen had. In het sousterrain waren een houtbetimmering van den schoorsteen, vloerplanken en een divan door het vuur aangetast, doch ook op de beletage was een bed in brand geraakt en er werden in titaal vijf brandhaarden aangetroffen, ter wijl de woning naar petroleum rook. Het bleek, dat de brandhaarden rijkelijk voor af met petroleum waren begoten. Een en ander was voor de politie aanleiding een nader onderzoek in te stellen. De justitie werd gewaarschuwd en de officier en de rechter-commissaris mr. Meihuizen, bene vens de politie-deskundige dr. Van Ledden Hulsebosch verschenen weldra ter plaatse. De winkelier De W. en zijn vrouw werden, verdacht van brandstichting, gearresteerd. Zij ontkennen echter alle schuld; de man voerde aan, dat hij bezig was geweest het vuur te blusschen. Hoe het ontstaan was, konden noch de man, noch de vrouw zeg gen. Voorts was een 15-jarige zoon in de woning, die echter sliep, toen de brand uitbrak. De inboedel was op beurspolis verzekerd tot een bedrag van 2000. Beide verdachten zijn ingesloten in het politiebureau aan de Linnaeusstraat. DRIELING GEBOREN. Voor de eerste maal is in het St. Anna- Paviljoen te Amsterdam een drieling ge boren. Het zijn de zustjes Barbara, Martha en Hendrika Daals. Moeder en dochters maken het uitstekend. De drieling aanschouwde het levenslicht Maandagavond resp. om zes uur, half ze ven en vijf minuten over half zeven. De oudste, Barbara, weegt vier pond, dan volgt Martha met 3 1/2 pond, terwijl de jongste, Hendrika, maar twee pond weegt. RECHTZAKEN EEN GERUCHTMAKENDE STRAFZAAK Tegen den vroegeren commissaris van Politie te Hengelo Onder groote publieke belangstelling stond voor de Almelosche rechtbank te recht de heer J. C. D., commissaris van politie te Hengelo (O.) wegens valschheid in geschrifte. De commissaris heeft op 1 Mei van dit jaar wegens gezondheidsrede nen ontslag gevraagd, welk ontslag intus- schen, hangende deze zaak, nog niet ver leend is. Sinds dien datum doet D. echter geen dienst meer. Volgens de dagvaarding heeft D. als lei der van een politiecursus te Hengelo val- sche begrootingen ingeleverd aan het be stuur van den R.K. Politiebond St. Michael te den Bosch, in dezen zin, dat de inkom sten te laag werden opgegeven en de uit gaven te hoog, waardoor een tekort ont stond, dat door genoemden Bond gedekt werd in den vorm van een subsidie. President van de rechtbank is mr. Leen- dertz. Er zijn verscheidene getuigen gedag vaard. De verdachte, die verdedigd wordt door de advocaten mr. Noyon en Baak uit En schedé, heeft zeven getuigen a décharge doen oproepen. Bij het verhoor van verdachte erkent deze de begrootingen ingezonden te heb ben. Hij verklaarde inderdaad de daarin genoemde uitgaven gedaan te hebben en het bedrag der tekorten ontvangen te heb ben, De president toont uit de begrootingen oan, dat het aantal cursisten lager is op gegeven, dan het in werkelijkheid was. Het doel daarvan was voor de subsidie in aanmerking te komen. De president betwij felt of D. werkelijk vier uur per week les heeft gegeven, waarop verdachte ant woordt, dat hij daaronder ook rekende, 't nakijken van het schriftelijke werk en het corrigeeren. Alles wat hij deed voor den cursus wilde hij betaald hebben. Pres. tot verdachte: „U voelt toch wel de strafbaarheid der handeling als u een te kort dat niet bestaat nochtans declareert?" Verd.: „Ik kan bewijzen, dat ik het ook niet eens was met de vaststelling van het subsidie". Op een vraag van den officier, mr. Wolf- son, erkent D., dat de beide cursussen over de jaren '32 en '33 hem een vrij aanzien lijk voordeel opleverden. Als getuige werd vervolgens gehoord A. F. Peterse, hoofdagent van politie te Hen gelo, die mede leider van den cursus was, en die verklaart, dat hy de commissaris vaak genoeg gewezen heeft op het incor recte van zijn handelingen. Steeds wees getuige op het gevaar als de zaak uit zou komen, waarop verdachte dan onverschil lig antwoordde en op een keer zeide: ezel, ben je niet wijzer! Getuige vertelt verder, dat de uitgaven geflatteerd moesten worden en de inkom sten gedrukt om het tekort te krijgen. Het geld dat hij als deel van 't subsidie een maal voor zijn medewerking aan den cur sus ontvangen heeft, zijnde 48 gulden, heeft hij niet willen accepteeren. Hij heeft dit geld langs een omweg naar den bond teruggezonden. President: „Waarom langs een omweg?" Getuige: „Omdat ik den commissaris niet aan den kaak wilde stellen". Volgens deze getuige heeft de commis saris hem bewogen om een lager aantal cursisten dan er in werkelijkheid waren in te vullen op de begrooting, omdat er anders geen subsidie gegeven zou worden door den R.K. Politiebond. Getuige heeft voor het opmaken der begrooting opgege ven twee lesuren ner week, doch de com missaris tweemaal 2uur. President: „Zijn er leerboeken aange schaft?" Getuige P.: „Wel enkele, maar dat ging steeds op rekening van de gemeente. De hoeken, die op de begrooting voor den Bond staan, zyn niet uit de cursusgelden betaald. Het verhoor van de vele getuigen de charge heeft den geheelen middag en avond voortgeduurd. Gisteravond om half elf was de rechtbank nog steeds bezig met de be handeling van de zaak. Tenslotte eischte de officier van justitie, mr. H. W. Wolfson, een gevangenisstraf van drie maanden. Internationaal oplichter. De rechtbank te Alkmaar heeft gisteren den z.g. journalist F. R. wegens oplichting gepleegd te Bergen, Bloemendaal en L e i- d e n tot 1 jaar gevangenisstraf veroordeeld. De officier van justitie had tegen dezen internationalen oplichter drie jaar gevan genisstraf geëischt. KANTONGERECHT TE ALPHEN Door het kantongerecht te Alphen a. d. Rijn werden de navolgende verstekvonnis- sen gewezen: wegens overtreding van de motor- en rij wiel wet M. J. v. d. M. te Rot terdam 2 subs. 1 week tuchtschoolstraf; K. S. 10 subs. 4 dagen met toewijzing van civiele vordering ad 10 aan A. v. D. te Alphen; C. J. te Boskoop, F. B„ P. P. te Nieuwkoop allen 2 subs. 1 dag; J. M. S. Den Haag 24 subs. 1 dag; C. B. 5, subs. 2 dagen en 1, subs. 1 dag; H. J. te Ter Aar 3 x 2, subs. 1 dag; overtreding van art. 426 Wetb. v. Strafrecht G. K. te Noor den 10 subs. 10 dagen; Invaliditeitswet overtreding J. J. K. te Zevenhoven 11 x /I subs. 11 x 1 dag; Art. 314 wetboek van strafrecht A. v. E. te Alkemade 2 subs. 1 dag; Overtreding van de overordening op de Stoomvaart in Z.H. N. de V. te Hazers- woude ƒ2 subs. 1 dag; Visscherijwetover- treding C. J. L. te Den Haag ƒ2.50 subs. 1 dag; G. W. id. ƒ4, subs. 2 dagen met ver beurdverklaring v. h. vischtuig Art. 461 UIT DE RADIOWERELD Programma's voor Donderdag 11 Oct. Hulzen, 1875 M. 8.00 Gramofoonpl. 10.00 Uitz. v. d. morgen vergadering tot herd. v. d. Afscheiding van 1834 (opening door dr. H. Colijn). 12.15 N.C.R.V.-Harmonie-orkest. I.30 Uitz. v. d. Middagverg. tot Herd. v. d. Afscheiding van 1834. 5.00 Handenarbeid v. d. jeugd. 5.30 Pianorecital. 6.30 Causerie. 7.14 Gramofoonpl. 7.30 Journ. Weekoverzicht. 8.00 N.C.R.V. Kleinorkest 9.00 Causerie. 9.30 Vaz Dias. 9.40 Chr. Gem. Zangvereen. „Jehaleël". 10.4011.45 Gramofoonpl. H i 1 v e r s u m, 301 M. AVRO-uitzending 8.00 Gramofoonpl. 10.00 Morgenwijding. 10.15 Gramofoonpl. 10.30 Ensemble Rentmeester. II.00 Voordracht. 11.15 Vervolg ensembleconcert. 11.45 Vervolg voordracht. 12.00 De Minstreels en Gramofoonpl. 2.00 Gramofoonpl. 2.30 Vioolrecital. 3.00—3.45 Naailes. 4.00 Voor zieken en ouden van dagen. 4.30 Gramofoonpl. 4.45 Radio-tooneel v. d. jeugd. 5.30 Omroeporkest. 6.30 Sportpraatje H. Hollander. 7.00 Vervolg Omroeporkest. 7.30 Engelsche les. 8.00 Vaz Dias. 8.05 Gramofoonpl. 8.15 Concertgebouw-orkest o.l.v. B. Walter, m.m.v. S. Prokofieff (piano). 10.30 Gramofoonpl. 11.00 Vaz Dias. 11.1012.00 Uit Carlton, Amsterdam: Orkest van Dinteren. Droitwich 1500 M. 10.3510.50 Morgenwijding. 11.05 Lezing. 11.25 Gramofoonpl. 11.50 Voor de scholen. 12.10 Rutland Square en New Victoria Orkest. I.20 Gramofoonpl. 2.25 Voor de scholen. 3.20 Vespei 4.10 Gramofoonpl. 5.05 Orgelconcert. 5.35 Het Victor Olof Sextet. 6.20 Berichten. 6.50 Cembalomuziek. 7.10 Lezing in het Duitsch. 7.40 Gramofoonpl. 7.50 Lezing. 8.20 „Herbstmanöver", operette van Kal man. 9.20 Pianoduetten. 9.50 Berichten. 10.20 Korte Dienst 10.35 B.B.C.-Orkest. a 1.35 Voordracht. II.3512.20 Joe Loss en zijn Band. wetb. v. strafrecht W. B. te Ter Aar 1 subs. 1 d.; J. H. te Waddinxveen 1 subs. 1 dag; Spoorwegwet J. J. l'A. 2.50 subs. I dag. Overtreding algemeene politiever ordening der gemeente Alphen W. D. te Leiden 2, subs. 1 dag; Art. 424 wetb. v. Strafrecht C. P. 5 subs. 2 dagen; Leer plichtwetovertreding W. Ph. Z. te Wou- brugge 5 subs. 2 dagen; G. W. te Ter Aar 3 subs. 2 dagen. Waar geen woonplaats is vermeld wonen veroordeelden te Alphen aan den Rijn. Radio-Paris, 1648 M. 7.20 en 8.20 Gramofoonpl. 12.50 Pascal-orkest. 7.05 Gramofoonpl. 9.05 „Toi et moi", operette van Simons. Kalundborg, 1261 M. 11.201.20 Concert o.l.v. Nielsen. 2.00 Zang en piano. 2.204.05 Concert uit rest. „Wivex". 7.30 Symphonieconcert. 9.5011.50 Dansmuziek. Keulen, 456 M. 5.45 Concert. 9.50 Vocaal concert. 10.20 Gramofoonpl. 11.20 Orkestconcert. 1.202 05 Gramofoonpl. 3.20 Concert uit Leipzig. 4.35 Vocaal Concert. 6.20 Vocaal concert m.m.v. leden v. h. Omroeporkest. 7.30 „Rund ums Mittelmeer", spel met gramofoonmuziek. 8.30 Beethoven's Septet op. 20. 9.5011.20 Humoristisch programma. Rome, 421 M. 7.30 Gramofoonpl. 8.0.5 Symphonieconcert. 9.2011.20 Populair concert en dansmu ziek Brussel, 322 en 484 M. 322 M.: 1.50 Beiaardconcert. 12.20 Omroeporkest. 1.302.20 Gramofoonmuziek. 5.20 Kamermuziek. 8.20 Symphonieconcert m.m.v. orkest en solisten. 10.3011.20 Gramofoonpl. 4.84 M.: 12.20 Gramofoonpl. I.302.20 Salonorkest. 5.20 en 6.35 Gramofoonpl. 8.20 Salonorkest. 8.50 Cabaret. 9.35 Omroeporkest. 10.3011.20 Mandolineconcert. Deutschlandsender 1571 M. 7.35 Operettemuziek uit Frankfort. 9.20 Berichten. 9.50 Causerie. 10.05 Weerbericht. 10.20 Declamatie en muziek. II.0511.50 Dansmuziek. Gemeentelijk Radiodistributiebedrijf en de R.O.V. Radio-Centrale. Derde programma. 8.0011.20 Hamburg. 11.2012.20 Kalundborg. 12 20—14.20 Brussel Fr. 14.2015.20 Kalundborg of Luxemburg. 15.2017.20 Deutschl. sender. 17.20—18.20 Brussel VL 18.20—19.20 Keulen. 19.2021.50 Luxemburg. 21.5022.10 Boedapest. 22.10afl. Weenen of Luxemburg. Vierde programma 8.208.50 Parijs Radio. 11.05—19.50 North Reg. 19.3020.00 Locale uitzending. Sport praatje door den heer J. G A. Janssen (.journalist). 20.00—afl. North. Reg. FAILLISSEMENTEN Uitgesproken: J. J. Wiekhart, weduwe van C. van der Eist te Voorschoten; cur.: mr. C. Croon. Opgeheven: N. Venn. WindekT.echt en Co., Inv. Bouwmaatschappij den Haag en kantoor te Wassenaar. LEEST DE ADVERTENTIES IN UW DAGBLAD. FEUILLETON. (Een geval uit de practijk van Wil. J. Sanders, detective), door. UDO VAN EWOUD. 17) Daardoor werd het mogelijk de overvloe dige watermassa's in het regenachtige jaar getijde te loozen, waardoor overstroomin gen werden vorokomen. Het moerassige Weeskeland werd bovendien herschapen in vruchtbaar weiland, tot groote voldoening van de bevolking, die den Molenvliet van zooveel beteekenis achtte, dat zij hem „Flutrinnc" noemde. In verbinding met een vijver was deze Molenvliet tevens in staat een korenmolen van waterkracht te voorzien, een omstandigheid, waarvan nog heden ten dage profijt wordt getrokken. Dat ook „Meister Meiner" tevreden was over het werk der Hollanders, bewijst het feit. dat hij hun opdroeg een Duitsche stad in de nabijheid van het slot te vestigen. De Nederlandsche kolonisten wisten daar op vele burgers uit Silezië, zoowel als uit Holland, die zich in hun geboorteland niet meer op hun gemak gevoelden, te bewegen naar het Weekseland over te komen en nu breidde het kleine dorp, dat zich hier onder bescherming van den slotheer mid delerwijl ontwikkeld had en o.m. reeds op het bezit van een eigen kerkje en 'n pre diker kon bogen, zich spoedig uit tot een stadje met een marktplein en regelmatige straten. Den Hollandschen ondernemers, die zich hier eveneens blijvend vestigden, werden als blijk van waardeering verschil lende voorrechten verleend. Zoo mochten slechts zij of hun kinderen tot schout en schepenen van de stad worden benoemd, terwijl hun voor eeuwig een deel van de gerechtsboeten zou worden toegekend. Waarschijnlijk was het aantal overtredin gen in die dagen echter niet van zoo heel omvangrijken aard, want onze langenoo- ten verkochten deze rechten reeds aan an deren nog vóór de plaats officieel tot stad was verheven. Toen Meinhard von Querfort op 29 Sep tember 1297 tijdens zijn verblijf in Elburg het plaatsje stadrechten verleende, wist hij de ondernemende kolonisten niet Ijeter te ceren dan door de nieuwe stad den naam Holland te geven. Eerst 400 jaar later heeft zich de naam Preussisch Holland ingeburgerd. Dit stukje geschiedenis heb ik verteld om ook de lezers eenigszins vertrouwd te maken met de ons zoo na liggende omge ving, waarin het vervolg van het raadsel der verborgen schat zich afspeelde. Ik vond voorts nog in een der boekjes vermeld, dat de eenige platte grond van het oud „Hol land", welke van 1659 dateerde, in het Staatsarchief te Königsberg werd bewaard en van een Hollandsche verklaring was voorzien. Naar het heette, zou deze platte grond geteekend zyn door een Holland schen bouwmeester van den Grooten Keur vorst Friedrich Wilhelm, die zijn jeugd in ons land doorbracht. Dit laatste leek mij vooral van belang, omdat deze plattegrond ons bij de nasporingen van de verborgen schat belangrijke diensten zou kunnen be wijzen en ik peinsde er juist over hoe wij dit document in ons bezit zouden kunnen krijgen, toen plotseling een hand op mijn schouder werd gelegd. Tegelijkertijd zei een mij zeer goed bekende stem: „Dat lijkt mij niet onbelangwekkende lectuur, Miel, Als je ze straks missen kunt, moet je mij ook eens inzage van die boek jes geven." „Met genoegen", antwoordde ik, Sanders want deze was het over mijn schou der de hand toestekend. „Er is werkelijk nog iets uit te leeren; een stukje interes sante geschiedenis, dat men ons op de schoolbanken onthouden heeft en dat ik toch belangrijker acht den alle roemruchte veldslagen, waarvan men ons de data heeft trachten bij te brengen, te zamen.... Maar vertel me nu eerst eens waar je gezeten hebt. Ik heb met het middagmaal op jullie gewacht, maar van Dobben schijnt de op winding van den afgeloopen nacht nog steeds niet te boven." „Ik heb hem laten wekken", antwoordde de detective, „en wat je eerste opmerking betreft, kan ik je meedeelcn, dat ik een verkwikkende wandeling om den stads muur heb gemaakt. Naar mij verzekerd werd, is dat een uitstapje, dat als eerste vermeld staat op het programma van el- ken vreemdeling, die de plaats bezoekt." Hoewel ik zelf niet zou hebben kunnen zeggen, wat tot dit wantrouwen aanleiding gaf. verdacht ik er Sanders van, dat hij my iets verzweeg en dat zijn wandeling rond den stadsmuur niet het eenige doel was van zijn vertrek uit het hotel. Ik in formeerde echter niet verder, eenerzijds, omdat ik uit ervaring wist, dat mijn vriend mij toch niet wijzer zou maken, wanneer hü daarvan de noodzakelijkheid niet inzag, anderzijds, wijl op dit oogenblik Van Dob ben zich bij ons voegde. Ook hem scheen de rust goed te hebben gedaan; hij was althans weer geheel de oude, toen hij min of meer luidruchtig een kellner om de spijskaart verzocht en daarna ons de ver zekering gaf, dat „het spel nu weer kon beginnen". Zwijgend gebruikten wij gedrieën het midagmaal en daarna trokken we ons te rug op de kamer van Sanders, om het af schrift van 't document, dat Van Dobben in zijn bezit had, eens wat nauwkeuriger te bestudeeren. Dit document maakte in de eerste plaats melding van de burcht „Pazlok", dat door een breede gracht van de stad gescheiden was. Recht tegenover den Westelijke to ren van deze burcht, waardoor de ingeze tenen zich beschermd waanden, op een af stand van ongeveer 500 a 1000 M. bevond zich de woning van Abraham Floriszoon, die het eerzame vak van lakenwever bleek te hebben uitgeoefend. De woning was, volgens de beschrijving, als alle huizen in dien tijd uiterst primitief ingericht; zij bestond eigenlyk slechts uit een houten op trekje. dat een ingang bood aan de Noord zijde. Dit huis was, zoo schreef Abraham Flo risz. sedert de stichting van Holland door zijn voorvaderen bewoond en zeker zou hy geen reden hebben gehad naar het vader land, dat hij niet kende, terug te koeren, wanneer de Ruiteroorlog, die in het be gin der 16e eeuw het stadje bedreigde, hem niet genoodzaakt had de vlucht te nemen. Van dien ruiteroorlog gaf het document een uftvoerige beschrijving. Ook in die da gen kende men reeds een Poolsche corri dor, welke een doorn in het oog was van de Duitsche orderidders, die o.m. een vas ten zetel hadden in Preussisch Holland, waar een leenheer gevestigd was. Toen in het jaar 1511 Albrecht, een spruit uit het Huis der Hohenzollerns als zoodanig be noemd werd, scheen er voorloopig een ein de te zullen komen aan het dreigende oor logsgevaar met Polen. Albrecht toch stond bekend als de afstammeling van een vre delievend vorstenhuis, dat zich vooral in Brandenburg reeds zeer verdienstelijk had weten maken. Spoedig bleek echter, dat ook deze leenheer niet van plan was het vroeger door de Polen veroverde gebied rustig in haden van zijn buren te laten. Hij weigerde openlijk tegenover den Pool- schen koning de vereischte eeden af te leggen en toen hij bovendien pogingen aan wendde om door het werven van lands knechten uit het Duitsche rijk zijn strijd krachten te vermeerderen, behoefde aan den aard van zijn gevoelens jegens den na- buurstaat niet meer te worden getwijfeld. Toch duurde het nog eenige jaren voor het tot een openlijken strijd kwam. rvolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1934 | | pagina 18