HOE LAAT HET IS l DONDERDAG 28 JUNI 1934 DE LEmSCHE COURANT V1CKDC BLAD. PAG. 11 BINNENLAND PROV. STATEN VAN ZUID-HOLLAND. Herziening subsidie-regelingen. Na de algemeene beschouwingen bepleit de heer Van Zadelhoff (S. D.) hand having van de subsidies aan de Volksuni versiteiten. De heer He uk els (Ged. St.) ziet geen aanleiding, waarom Volksuniversiteiten zouden moeten worden gebracht uit de groep van instellingen, welke volgens Ged. Staten buiten subsidie der provincie kun nen voortwerken. Het voorstel van Ged. Staten met be trekking tot de Volksuniversiteiten wordt met 46 tegen 21 stemmen aangenomen. Bij het voorstel van Ged. Staten tot in trekking van het provinciaal subsidie ad 720 aan het Genootschap tot bevorde ring van de koepokinenting te Rotterdam, bepleit de heer Bosman (Lib.) namens zijn partijgenoot den heer Ten Hope die verhinderd is, de vergadering bij te wo nen handhaving. Mevr. De Buy Wenninger (Lib.) is van meening, dat de vatbaarheid van pokken in den laatsten tijd weder toene mende is. Mevr. De VriesBruins (S.D.) be strijdt de voorgestelde schrapping evenals de heer Menist (R. S. P.). De heer Horst (V. D.) bepleit eveneens de handhaving van de subsidieering, in verband met de medische beteekenis van de Rotterdamsche instelling. De heer Van Boeyen (Ged. St.) ver dedigt de voorgestelde afschaffing. Indien er voor Rotterdam als havenstad bijzondere belangen zijn betrokken bij de koepokinen ting, dan ligt het in de eerste plaats op den weg van die gemeente, om die instel ling te subsidieeren. Mevr. De VriesBruins (S. D.) wijst er op, dat ten deze, Rotterdam de ge voelige plek is, die ligt in deze provincie. Het besmettingsgevaar houdt bij de grens van Roterdam niet op. Het voorstel van Ged. Staten wordt met 40 tegen 30 stemmen aangenomen. De heer Trouw (Lib.) vestigt by het voorstel, inzake geleidelijke afschaffing van de subsidies ter tegemoetkoming in de kos ten van het nijverheidsonderwijs, de aan dacht er op, dat de gemeenten Brielle, Mid- delharnis en Oud-Beyerland in moeilijks heden zullen geraken met haar nijverheids- cnderwijs, wanneer dit voorstel "wordt aangenomen. Hierna wordt gepauzeerd. Vele leden voeren hierover nog het ;woord. Het voorstel van Ged. Staten, betreffen de de nijverheidsscholen, wordt ten slotte aangenomen met 46 tegen 27 stemmen. Bij het voorstel van Ged. Staten, om het subsid'.e aan de Ver. tot opleiding van be- waarschoolhouderessen te Leiden gelei delijk ai te schaffen (1935 ƒ2000, 1936 1500, 1937 1000, 1938 500), bepleit de heer Van Eek (S.D.) handhaving op een peil van 2000, onder opmerking, d?t des tijds 4000 subsidie van de provincie werd genoten. Spr. wijst er op, dat deze school een al gemeen karakater draagt; zij is als het ware de bakermat van alle bewaa 'schooi- cnderw.jjeresseii. Deze nuttige instelling dient ook de or de provincie te worden be schermd. Spr. dient een amendunent in. om het subsidie blijvend op 20ï9 te stal len. De heer Hoist (V.D.) steunt dit amen dement. Bij totale schrapping zou het in ternaat dat bij c e?e instelling een zeer be langrijke rol steelt, moeten wr.ien opge heven. De heer H e u k e 1 s (Ged. St.) bestrijdt het amendement. De vereeniging zelf neemt genoegen met ƒ21800 (n.l. 2000, verminderd met 10 pet. wegens bezuini ging). Bovendien draagt de gemeente Lei den thans 975 per jaar bij, waarop de vereeniging aanvankelijk niet heeft gere kend. Ook zijn er sinds eenigen tijd andere inrichtingen voor neutrale opleiding van bewaarschool onderwijzeressen in deze provincie, evenals bijzondere, die geener lei subsidie genieten. De heer V a n E c k wijzigt in zijn amen dement het bedrag 2000 in 1800. Het amendement-Van Eek wordt met 45 tegen 25 stemmen verworpen; het voorstel van Ged. Staten wordt z.h.s. aangenomen. Nadat ook nog enkele andere voorstel len tot vermindering van subsidie zijn aangenomen wordt de vergadering te 5 uur verdaagd tot vandaag elf uur. HEFFING VAN BELASTING VAN DE DOODE HAND. De Minister van Financiën heeft een Nota van Wijzigingen op dit wetsontwerp inge diend, strekkende: 1. om de door den minister toegezegde wijziging in het wetsontwerp tot wijziging van de Registratiewet 1917, daartoe strek kende, dat coöperatieve en andere vereeni- gingen niet langer met het kapitaalrecht van art. 46 en volgende dier wet zullen worden belast, reeds in het thans behan delde wetsontwerp, waarmede het samen hangt, op te nemen. 2. Om door wijziging van art. 31 van het ontwerp uit te sluiten, dat bij het verval len van de belasting op het vermogen in de doode hand, het registratierecht op de coö peratieve en andere vereenigingen in den thans bestaanden vorm automatisch her leeft. De minister geeft cr de voorkeur aan de wijziging in de Registratiewet niet aan een termijn te binden. T. z. t. kan dan nader worden overwogen of, en zoo ja, welke ver anderingen bij het vervallen der belasting op het vermogen in de doode hand in de regeling der belasting van coöperatieve en andere vereenigingen moeten worden aan gebracht, INTERNATIONALE TENTOONSTELLING VOOR HANDEL EN INDUSTRIE STAD TILBURG 1934. Hedenmiddag om 12 uur is de Internatio nale Tentoonstelling voor Handel en In dustrie Stad Tilburg 1934 officieel geopend. De minister-president dr. H. Colijn, die toegezegd had de tentoonstelling te zullen openen, was, doordat hij tegenwoordig moest zijn in de Eerste Kamer, verhinderd aan die toezegging gevolg te geven. De ope ningsplechtigheid werd thans verricht door Z. Exc. Mr. M. P. L. Steenberghe, minister van economische zaken. Om half twaalf werd de minister aan de woning van zijn familie te Goirle gehaald door de Commissie van Ontvangst en van daar naar de tentoonstelling geleid. Op het kleurig gepavoisseerd en met een pracht van bloemen versierde voorterrein van de tentoonstelling stonden padvindsters en padvinders-verkenners en welpen en haie opgesteld. In de kunstafdeeling werden de officieele gasten ontvangen. De heer S. Majoie, voorzitter van het da- gel ijksch bestutu: der tentoonstelling sprak een woord van welkom. Hoezeer het ook het comité spijt, dat Z. Exc. de minister president dr. Colijn door ambtsbezigheden is verhinderd deze plechtigheid te verrich ten, wordt deze spijt welhaast veranderd in vreugde niu het deze omstandigheid is, die den nieuwen minister van economische zaken als eerste officieele daad laat ver richten de opening van deze tentoonstelling die is opgezet met het doel het economisch herstel te dienen. Wij heeten U hier in het bijzonder welkom, Excellentie Steenberghe, thans als minister te midden van hen, met wie gij als industrieel hebt verkeerd. Uw aanwezigheid in het Kabinet is ons een waarborg, dat van regeeringszijde de aan dacht zal blijven gevestigd op Brabant en haar industrie. Spr. dankte den Commissaris van de Ko ningin, mr. van Rijckevorsel, die steeds zijn volle medewerking heeft gegeven aan het comité. Vervolgens heette spr. het gemeentebe stuur welkom op zijn eigen grond, dien het welwillend ter beschikking stelde van het comité. De heer Maj olie verzoekt ten slotte den minister thans de tentoonstelling te willen openen. De minister van Economische Zaken, Mr. M. P. L. Steenberghe opende daarna de tentoonstelling met het uitspreken van een rede. Hert is thans honderd vijf en twintig jaar geleden, dat Koning Lode wijk Napoleon aan Tilburg stedelijke rechten verleende en dit feit is de naaste aanleiding geweest voor de demonstratie der Brabantsche industrie, die wij thans om ons heen zien. Ik zie die demonstratie als een nieuw bewijs van de activiteit en van den wil tot onderlinge sa menwerking dier industrie eigenschap pen, die inzonderheid in tijden als wij thans doormaken, erkenning en waardeering ver dienen. Waar het grootendeéls de industrie is, die Noord-Brabant heeft groot gemaakt, heeft deze provonoie ook ruimschoots haar deel gehad in de moeilijkheden, die de Ne- derlandsche nijverheid na de bioei-periode, die tot 1929 duurde, thans in zulk een ster ke mate ondervindt. Die moeilijkheden zijn, en dit zeker bij U, bekend; ik zie er van af hier meer te geven dan enkele aanduidin gen. Onder den invloed van overmachtige gebeurtenissen voltrekken zich overal in de wereld groote veranderingen van diep gaande, structureele beteekenis. Waartoe die veranderingen tenslotte zullen leiden; wanneer weder een toestand van even wicht zal worden bereikt dit zijn vragen, die wij met onze beperkte kennis thans nog niet vermogen te beantwoorden. Het in ternationaal handelsverkeer is ten diepste geschikt en zal zich, wellicht sterk inge krompen, langs andere banen moeten be wegen, dan in het verleden. Meer dan vroe ger is onze nijverheid aangewezen op den afzet in het eigen vaderland. Onze export is in zeer vele gevallen tot kleine afmetin gen teruggebracht; soms bijna geheel weg gevallen. Wij hebben deze, naar mijne mee ning voor de geheele wereld betreurens waardige, ontwikkeling niet gewild, in tegendeel met de bescheiden krachten die ons gegeven zijn, getracht te remmen, doch moeten haar als feit aanvaarden en er de noodzakelijke consequenties uit trekken. De Regeering heeft hert als noodzakelijk gezien, dat het Nederlandsche bedrijfsleven zich instelt op een veel lager niveau dan men in de jaren die achter ons liggen, als normaal is gaan beschouwen. Wij moeten ons vertrouwd maken met de gedachte, dat die jaren in werkelijkheid niert normaal waren en een verleden ver tegenwoordigen, dat waarschijnlijk niet meer terugkeert; althans niet in afzienba- ren tijd. Doch naast die noodzakelijkheid van aan passing van ons bedrijfsleven op een be langrijk lager peil, naast de noodzakelijk heid om niet te versagen, om alle bestaan de middelen te benutten en nieuwe wegen te zoeken, al mogen die wegen dan smal en gering in aantal zijn, stond en staat de an dere noodzakelijkheid, om ons bedrijfs leven te behoeden voor ineenstorting. De maatregelen op agrarisch gebied en de in- voer-contingenteering zijn van dit inzicht het uitvloeisel. Zij moesten genomen wor den en zy zijn en worden genomen, doch zij mogen niet zoo ver gaan, dat zij de be- drijfsaanpassing tegenhouden. Dat dit een weg vol moeilijkheden en gevaren is, waarbij elke stap gezette en ernstige over weging verdient, waarbij op zich zelf groote, maar bijzondere belangen soms moeten wijken voor algemeene, zal duidelijk zijn. Daarnaast stemt het tot groote voldoe ning, dat ook eigen initiatief tot vernieu wing en samenwerking'zich meer en meer ontplooit. Daarbij staat Noord-Brabant zeker in de voorste rijen. Na het verblij dend initiatief, ontplooid op theoretisch gebied door de oprichting van het Econo- misch-Tedhnologisch Instituut in deze zelf de stad, zien wij thans de daad dezer tentoonstelling, die tot stand kon komen zonder dat een beroep werd gedaan op fi- nancieelen steun van overheidswege. Gaar ne en onomwonden spreek ik voor dit ini tiatief mijn groote waardeering uit. Ik wensch het uitvoerend Comité der Tentoon stelling Stad Tilburg 1934 toe, dat zijn werk met Gods hulp goede vruchten zal dragen voor Noord-Brabant in het bijzonder en voor het Nederlandsche bedrijfsleven in het algemeen. Burgemeester Vonk de Both verklaarde het hoogelijk op prijs gesteld te hebben, dat in zijn gemeente het initiatief werd genomen tot hert houden van een grootse he tentoonstelling. Om drie uur werden de poorten van de tentoonstelling voor het publiek geopend en passeerden de eersten van de honderd duizenden bezoekers die de stad Tilburg verwacht de tourniquets. TELEFOON-BOODSCHAPPENDIENST. Haarlem de primeur. Men meldt uit Haarlem aan de „Msb.": Het Haanlemsche telefoonnet heeft# de primieur gekregen van een nieuwigheid. Met ingang van 1 Juli wordt een telefoon- boodsohappendienst ingevoerd, welke ten doel heeft, bij afwezigheid of verhindering van telefoonabonné's voor hen bestemde of van hen afkomstige boodschappen op te nemen of deze per telefoon, per telegram of per brief door te geven. Iedereen kan er aan deel nemen, die telefoon heeft. Ook in de openbare spreekcellen kan men gebruik maken van den boodschappendienst, daar de kosten door middel van in deze cellen aanwezige incasso-automaten kunnen wor den voldaan. Een telefoonabonné, die voor korten tijd afwezig is, b.v. met vacantie, kan opgeven naam en telefoonnummer te noteeren van degenen, die tijdens zijn af wezigheid hebben opgebeld. Bij zijn thuis komst wordt hem dit dan medegedeeld, of het wordt hem desgewensoht per brief, telegram of telefoon medegedeeld. De abonné kan zelfs verzoeken korte mede- deelingen, die voor hem bestemd zijn te noteeren. Ook kan hij aan den boodschap pendienst opdragen een korte boodschap aan een aantal telefonisch aangeslotenen door te geven. Men kan zich op den dienst albormeeren voor 2.40 per half jaar of per tijdvak van zeven dagen.kan men zich op geven en betaalt dan 15 cent voor elke op dracht. Bovendien bedragen de kosten voor het noteeren van namen 21/, cent en voor het opnemen of doorgeven van mededee- lingen 20 cent. Extra kosten voor brieven, telegram enz. zijn natuurlijk ook voor reke ning van den abonné. Haarlem heeft hier van de primeur. In Utrecht heeft men iets dergelijks, maar in anderen vorm. Daar werkt men met den z.g. informatietoon, welke echter aanleiding geeft tot verwar ring, zoodat de boodschappendienst daar op een misluikkig is uitgeloopen. Met dit nieuw systeem hoopt de Rijkstelefoondienst meer succes te hebben. DE AARTSBISSCHOP OP „DE LIEBAARD". Dinsdag j.l. bracht Z.H. Exc. de Aarts bisschop van Utrecht, Mgr. Jansen een be zoek aan het werkkamp der jongere werk- loozen van de St. Josephsgezellen-vereeni- ging op hert Kolpings vacantie-oord „de Liebaard" te Baarn. De Aartsbisschop was vergezeld van deken van den Hengel uit Hilversum en zijn secretaris. Op de „Liebaard" werd hij ontvangen door den centraal-praeses der St. Josephs- gezellen-vereeniging, rector Th. van Galen en pater P. Biesta O.P., den Liebaard-prae- ses. In zijn welkomstwoord tot Mgr. sprak de centraal-praeses zijn vreugde uit over de belangstelling van het hoogste kerkelijk gezag voor het werk onder de jongere werkloozen. Sympathiek sprak de Aartsbisschop daar op de jongere werkloozen toe. Als bewijs van zijn medeleven met het werk van de St. Josephs-gezellen-vereeniging voor de jongere werkloozen was hij gaarne zich persoonlijk op de hoogte komen stellen. Hij vertrouwde, dat deze arbeid op de „Lie baard" de moreele kracht der werkloozen ten goede zou komen. Vol belangstelling bezichtigde de Bisschop vervolgens de in richting van het huis en voltooide werk- objecten. Hij bezocht achtereenvolgens de timmerlieden in hun werkloods, de smeden- bankwerkers en de tuinlieden. Onder luide toejuichtingen van de jonge werkloozen verliet Mgr. de Liebaard. Het was een blijde dag voor de jongere werk loozen en de leiding op de Liebaard. „Msb." AANNEMERSBOND BESPREEKT FUSIEPLANNEN. Gisterochtend is in de groote zaal van de „Doelen" te Rotterdam de jaarlijksche algemeene ledenvergadering van den Ne- derlandschen Aannemersbond begonnen, op welker agenda als voornaamste punt is vermeld het voorstel van het hoofdbestuur om te geraken tot een fusie met den Pa troonsbond voor de Bouwbedrijven in Ne derland. Een commisie uit de beide bonden heeft, als bekend, een rapport uitgebracht, waarin zij tot de conclusie komt, dat nau wer samengaan der beide bonden ge- wenscht en mogelijk is, en voorts dat de aangewezen vorm voor deze samenwer king is een algeheele samensmelting der beide bonden tot een eenheid. De vergadering stond onder leiding van den voorzitter, ir. 'W. M. T. Thijssen uit Amsterdam. De crisis, zoo zeide ir. Trijssen in zijn overzicht van het vereenigingsjaar, heeft vraagstukken opgeworpen, die in om vang omgekeerd evenredig zijn aan het werk in den tegenwoordigen tijd. De in stelling van bedrtffsraden achtte het hoofdbestuur nog niet urgent. Men wilde liever eerst eens aanzien hoe dit instituut elders werkt. Het 60 millioen-plan is een lichtpunt voor het bouwbedrijf. Spr. schetste de be teekenis van de fusie; er zijn ruim 800 gemeenschappelijke leden in beide bon den. Na deze uiteenzetting van den voorzit ter over de fusie, werd dit agendapunt aan bespreking onderworpen. De heer J. J. Cos uit Voorburg, onderschreef de door het hoofdbestuur geopperde technische be zwaren tegen de wijze waarop de commis sie de fusie denkt. Hij meende, dat eenheid inwendig toch niet stand kon houden. Voor gesteld is immers reeds het hoofdbestuur te splitsen in een economische en een so ciale afdeeling. Spr. uitte de vrees, dat tengevolge van de voorgestelde progres sieve heffing de contributie, tal van groo te leden zullen bedanken, om zich wel licht in een andere organisatie te hereeni gen. Men zou dan nog verder van huis zijn. Spr. diende een motie in waarin het hoofd bestuur wordt verzocht elk lid afzonder lijk te vragen of men na de fusie lid denkt te blijven. Het is dan beter te zien welke gevolgen de fusie zal hebben. De afgevaardigde van Gouda zeide, dat zijn afdeeling met het principe, der fusie niet kan meegaan. Zijwilde het voorstel terugzenden naar het hoofdbestuur ter na dere overweging. De afgevaardigde van Leiden zeide de fusieplannen te steunen. De heer Cos ver tolkte dan ook niet de meening van de af deeling. Spr. zeide, dat men over de be zwaren moest heenstappen en zich uit spreken voor het principe der fusie. De meening der afdeeling Amsterdam is streven naar eenheid. Men maakt zich druk over de details der uitvoeringsmoge lijkheden, waardoor het principe op den achtergrond raakt. De afgevaardigde zei de, dat zijn afdeeling de bezwaren van de hoogere contributie wel voelde, maar zij achtte deze van ondergeschikt belang. Spr. drong er bij de vergadering op aan het principe te aanvaarden. De heer H. A. Looyen, die als lid van het hoofdbestuur de fusiebesprekingen had meegemaakt, zeide dat onderling vertrou wen en overleg noodig zijn. De Aannemers- bond wordt door de fusie niet verkocht aan den patroonsbond. Spr. schetste de hou ding van beide bonden tegenover de werk lieden. Hij hekelde scherp eenige karak tertrekken van den Patroonsbond. Hij ein digde met de woorden: „Weest op uw hoede". De afdeeling Alkmaar bleek sterk voor fusie te zijn. Een tweede afgevaardigde van Gouda wees er op, dat een bouwpatroon nooit over aannemersaangelegenheden kan oordeelen. Dit brengt in rayons, waar lang niet alle patroons aannemers zijn, bezwaren met zich. Spr. betreurde het, dat men thans den Aannemersbond wil gaan begraven. Hij bepleitte uitstellen van het principebe sluit. Tot leden van het hoofdbestuur zijn ge kozen de heer H. L. J. Kreté te 's-Herto- genbosch, W. van Leeuwen te Wassenaar en G. H. de Kinkelder te Arnhem. De voor zitter en nog een bestuurslid werden her kozen. Allen namen de benoeming aan. Tegen den middag is de vergadering tot Donderdag verdaagd. Na den middag hebben de leden een tochtje gemaakt naar Gouda en de Reeu- wijksche plassen. „Hbld." PRINSES BLIJFT LANGER IN ENGELAND. Prinses Juliana, die aanvankelijk het voornemen had twee weken te Londen door te brengen, heeft thans besloten haar verblijf met nog circa een week te ver lengen. H. K. H. zal daarom tot het einde van de volgende week de gast van prin ses Alice en den graaf van Athlone in het Kensington Palace blijven, om dan naar Nederland terug te keeren. ».Tel." DE R. K. HOOGESCHOOL TE TILBURG. MgT. prof. dr. Th. Goossens tot ree tor-ma gnificus benoemd. Door het Curatorium der R. K. Handels- hoogeschool, hoogeschool voor economische en sociale wetenschappen, werd voor het studiejaar 1934/35 benoemd tot Rector- Magnificus Mgr. prof. dr. Th. Goossens en tot Secretaris van den Senaat prof. dr. F. A. Weve. De Katholiek-Democratische Partij. Het partijbestuur der Katholiek-Demo cratische Partij verzoekt ons hert volgende mede te deelen: „Sinds geruiimen tijd was er een ernstig conflict ontstaan tusschen de leiding der Katholiek-Democratische Partij en de be sturen van enkele Katholieke vakorgani saties, welke leden hunner vereenigingen die tevens lid waren der K.D.P. hebben ge royeerd om hun lidmaatschap dezer poli tieke party. Dit geschil had reeds zoodani- gen omvang aangenomen, dat van vele zijden der belanghebbenden aandrang op het 'bestuur der K.D.P. werd uitgeoefend, om naast de thans bestaande nieuwe katho lieke vakorganisaties op te richten. Tijdens het congres der K.P.D., dat op 2 en 3 Juni te Arnhem is gehouden, heeft deze aange legenheid een onderwerp van ernstige be raadslaging uitgemaakt. Er werd evenwel besloten om een desbetreffende uitspraak van het Hoogwaardig Episcopaat van Ne derland af te wachten. Het partijbestuur der K.D.P. had zich namelijk bij uitvoerig schrijven van 17 April j.l. tot het Hoog waardig Episcopaat gewend en de ontstane moeilijkheden blootgelegd en aan diens oor deel onderworpen. D.d. 14 Juni is bij het partijbestuur der K.D.P. een schrijven in gekomen van Mgr. J. D. J. Aengenent, bis schop van Haarlem, namens het Hoogwaar dig Episcopaat, waarin werd medegedeeld: „dat het oprichten van nieuwe R. K. vak organisaties de goedkeuring van het Hoog waardig Episcopaat ndet kan wegdragen". Het partijbestuur der K.D.P., kennis ge nomen hebbende van dit schrijven en over wegende, dat 't de herhaaldelijk uitgespro ken wensch is van Z. H. den Paus, dat de katholieken bij hun sociale actie de leiding der bisschoppen zullen aanvaarden, heeft besloten, om zich bij deze uitspraak neer te leggen en heeft diens volgens aan zijn af- deelingsbesturen en aan al zijn leden op gedragen om van verdere pogingen te dezer zake af te zien en de plannen, welke reeds in vergevorderde staat van voorbereiding waren, volledig op te geven. Daar intusschen aan hert royement als lid van een vakvereeniging moreele en met het oog op eventueele werkloosheid ook finan- cieele bezwaren voor den betrokkene zijn verbonden, stelt het partijbestuur zich voor, om bij eventueele gevallen den getroffene individueel met raad en daad ter zijde te staan". ZEG ZE MAAR GERUST IEDER KATHOLIEK behoort abonné te zijn op een Katholiek Dagblad, en dit Is voor LEIDEN en OMGEVING „De Leidsche Courant". Een leder die ons een abonné (voor minstens drie maanden) aanbrengt, zullen wij gelegenheid geven te kunnen zien hoe laat het is. Wij zenden hem (haar) onderstaand klokje.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1934 | | pagina 11