HULP IN NOOD KOOPT PER AUTOMIAT J. GUSSENHDVEN W.F.DOESWIJK DREIN DRENTEL EN PIET PRIKKEL ZATERDAG 9 JUNI 1934 DE LEIDSCHE COURANT VIERDE BLAD. PAG. 15 AUTOM AATi Zondagsadres Zondagsadres Zondagsadres UW ADRES voor Vleesoh, Garnalen Croquetten, Salades en Gebak is Banketbakkerij Noordeinde 23 A. G. EPSKAMP Industrie- en Huisfotograaf J. C. WIJNEN Leeuwenheekstr. 4 b/d Pasteurstr. Van 8—22 uur te ontbieden bij U thuis, bjj Vereenigin- gen, Partijen, enz. 1021 Alle fotoartikelen verkrijg baar en films ontwikkelen, afdrukken en vergrooten. Oude Rijn 2 Telf. 411 Versche slagroomgebakjes Speciaal wafels Geopend van 9'/rt1/, uur verder per Chocolade- Automaat LELIESTRAAT 10 Melk, Boter, Kaas en Fijne Vleeschwaren. Zondag open van 8—12 uur LOTING VOOR DEN DIENSTPLICHT. Dinsdag a.s., 12 Juni 1934, om 2 uur na middags, zal in een der grafelijke zalen te 'a Gravenhage en wel in de z.g.n. Rolzaal (Binnenhof 8) de loting voor den dienst plicht plaats hebben voor de lichting 1936. Tot deze lichting komen in het algemeen te behoor en zij, die in 1936 20 jaar oud wor den, m.a.w. die in 1916 geboren zijn. Deze jongelieden moeten zich in Januari 1935 voor den dienstplicht laten inschrijven. Dat nu al voor hen geloot wordt, houdt voor namelijk verband met de aanmelding voor de vooroefeningen. De aanwijzing van degenen, die gewoon dienstplichtige moeten worden, geschiedt eerst later in a'lphabetische volgorde. De loting dient om te bepalen, bij welken naam in het alphabetisch register deze aan wijzing zal beginnen. Men neemt daartoe het alphabetisch register van Amsterdam van een vorige lichting. Ditmaal is daar voor bestemd het register van de lichting 1933. In dit register staan vermeld 7001 ingeschrevenen. Er zijn nu evenveel lo tingsbiljetten gereed gemaakt, waarvan elk biljet het nummer draagt van een dezer in geschrevenen. Een paar dagen vóór de lo ting controleert de lotingscommissie of al deze nummers overeenstemmen met het register. Dan worden de biljetten onder de oogen van de commissie opgerold, in rin getjes gestoken, nog eens nageteld en ver volgens in de lotingsbus gedeponeerd; de bus wordt verzegeld en van al deze hande lingen wordt proces-verbaal opgemaakt. Bij de loting wordt dit proces-verbaal voorgelezen; dan wordt de gedeeltelijk uit glas bestaande bus, terwijl zij nog verze geld is, gedraaid, waardoor de biljetten ter dege dooreen worden gemengd. Hierna worden de zegels verbroken, de voorzitter neemt één biljet uit de bus, leest het num mer voor, dat op het biljet vermeld is, en laat het aan het publiek zien. Is ook dit geschied, dan wordt het bij de loting aan wezige register van Amsterdam opengesla gen en naam en geboortedatum bekend ge maakt van dengene, die onder dit nummer ingeschreven staat, het publiek wordt in de gelegenheid gesteld, met eigen oogen het register in te zien en hiermede is dan de loting weer voor een jaar gereed. Wat vroeger eenige weken duurde in een groot aantal districten, duurt thans op één cen traal punt niet veel langer dan een kwar tier. Wat kan men nu dadelijk na de loting uit den uitslag afleiden? Om dit te ver klaren. nemen wij den uitslag van de in 1933 gehouden loting voor de lichting 1935. Er kwam toen uit de bus nummer 3817 en dit bleek het nummer te zijn van De Meij, Theodorus Marinus, geboren 28 April. Dit beteekende, dat voor de lichting 1935 in elke gemeente of groèp van gemeenten de ingeschrevene, die denzelfden naam draagt en op denzelfden datum geboren is, lotings nummer 1 krijgt. Is er zoo iemand niet, dan valt nummer 1 ten deel aan hem, die al phabetisch op den drager van dezen naam volgt. Wie alphabetisch op nr. 1 volgt, krijgt nr. 2 en zoo vervolgens; de letter A wordt geacht aan te sluiten bij de letter Z en dientengevolge krijgt hij, die het eerst onder de letter A ingeschreven staat, het nummer, volgende op dat van hem, die het laatst onder de Z werd ingeschreven. De geboortedatum speelt alleen in zoo ver een rol, dat bij volkomen gelijke na men de volgorde wordt bepaald door de ge boortedatums. Eerst ruim een jaar na de loting, als de inschrijving, het verleenen van vrijstel lingen wegens broederdienst en de keu ring achter den rug zijn, kan worden uit gemaakt wie van de ingeschrevenen als gewoon dienstplichtige zullen moeten die nen. De loting alleen verschaft dus nog geen volkomen zekerheid hieromtrent. Maar toch kan er, als de uitslag van de loting bekend is, wel eenige voorspelling worden gedaan. In de eerste plaats staat het vast, dat zij, wier namen alphabetisch volgen op den uitgeloten naam, vöor het meerendeel moeten dienen, voor zoover zij niet worden vrijgesteld of afgekeurd. En voorts, dat men degenen, die vrij zullen zijn, moet zoeken onder de ingeschreve nen, wier namen in het alphabetisch regis ter zullen komen vóór den uitgeloten naam. Het vorig jaar, toen De Meij de uitgelote naam was, kon bijvoorbeeld iemand met den naam Meder of Van Maren wel er op rekenen vrij te zijn, en konden anderen, die Moor, De Vries, Zuiderhof, Bron, Evers, De Jong enz. heeten, zich wel voorberei den op een aanwijzing tot gewoon dienst plichtige. In de laatste jaren was het on geveer 10 a 14 procent, dat vrij lootte. Deze procenten zoeke men dus onmiddellijk vóór den uitgeloten naam. Hoever men daar voor moet teruggaan, is voorloopig niet nauwkeurig te bepalen; het hangt ook af van de getallen personen, die onder de verschillende letters worden ingeschreven en die onderling zeer uiteenloopen. De let ters B, H, K en S tellen gewoonlijk de meeste ingeschrevenen, de letters I, Q, U, X en Y daarentegen de minste. De Rolzaal, waar de loting wordt gehou den, is een ruim vertrek, waar plaats is voor een groot aantal belangstellenden. Ge woonlijk maken velen van de gelegenheid gebruik om de loting, die in het openbaar plaats heeft, bij te wonen. Op het Binnen hof komende van de zijde van de Hofstraat, bevindt men zich schuins tegenover den ingang van de Rolzaal. De lotingscommissie bestaat uit de heeren mr. R. W. J. C. de Menthon Bake, raads heer in den hoogen raad, M. Belzer, luite nant-generaal, lid van het hoog militair ge rechtshof, en Th. Sanders, directeur van de staatsloterij. Plaatsvervangers zijn mr. J. van Heerde, oud-administrateur ter gemeente-secreta rie van Amsterdam, J. G. Leverland, luite- nant-generaal-tit. b.d., en mej. J. M. J. GEMENGDE BERICHTEN TREIN TEGEN STOOTBLOK Verschillende reizigers licht gewond Aan het Staatsspoorstation te Den Haag is Vrijdagmiddag te kwart voor vier een uit Utrecht aangekomen trein tegen het stootblok opgeloopen. Door den schok kwam een reiziger, de 44-jarige heer P., met zijn hoofd te vallen tegen een knop van de verwarmingsinstallatie, waarbij hij door glasscherven boven zijn oog werd ge wond en voorts eenige lichte kneuzingen opliep. De heer P. werd door den G. G. D. naar de ooglijdersinrichting overgebracht. Eenige andere reizigers bekwamen ver wondingen van zeer lichten aard; zij kon den zich op eigen gelegenheid huiswaarts begeven. STOOMTREILER GEZONKEN De bemanning gered Te IJmuiden is draadloos bericht ont vangen, dat dè stoomtreiler IJM 123, ge naamd Gerard, in zinkenden toestand op de visscherij is aangetroffen, doordat de schroefas was gebroken. De stoomtreiler Rotterdam van de V.E.M. heeft de beman- nning aan boord en zal hen overbrengen op den haringlogger Cornelis de Boer, daar dit vaartuig naar huis gaat. SMOKKELAUTO ONDER VUUR Bestuurder niet herkend Bij het Limburgsche dorpje Well is Donderdag weer een smokkelauto gesigna leerd. Ondanks dat ambtenaren op ver schillende plaatsen hebben getracht den ra- cenden auto door schoten tot stilstand te brengen, is dat niet mogen gelukken. De chauffeur, die zijn gezicht totaal on herkenbaar had gemaakt, wist levend aan de kogels te ontkomen. POGING TOT DOODSLAG. Man en vrouw met een slagersmes gestoken. De bij de politie ongunstig bekend staan de koopman D. v. G. te Groningen onder hield reeds langen tijd relaties met een ge huwde vrouw. Het gevolg hiervan was, dait deze vrouw en haar man reeds eenige maanden gescheiden leefden. De vrede werd weer hersteld, toen de vrouw be loofde zioh niet meer met v. G. te ziuilen bemoeien. Toen de man hoorde, dat zijn vrouw toch weer met v. G. uitging heeft hij haar gevolgd en aan de Oranjesin gei te Groningen waar zij in een auto van v. G. zou stappen, met een mes gesneden en ook v. G. met een groot slagersmes ge wond. De dader de 33-jarige slager v. d. H. is overgebracht naar het hoofdbureau van politie en zal worden vervolgd wegens po ging tot doodslag. INBRAAK TE ST. OEDENRODE Tijdens de feestelijkheden ter eere van het gouden priesterfeest van deken van Erp te St. Oedenrode, zijn inbrekers de woning binnengedrongen van de landbou wersfamilie v. d. H., aan den Boschweg. Het gezin had juist de hoeve voor enkele oogenblikken onbeheerd gelaten om de festiviteiten in het dorp bij te wonen. Bij thuiskomst ontdekte men dat alles over hoop was gehaald. Een aanzienlijk bedrag aan geld en verschillende gouden siera den en eenige kisten met eieren bleken ontvreemd te zijn. De politie werd van het gebeurde op de hoogte gesteld, maar tot heden leverde haar onderzoek geen resul taat op. „Vad." RIJWIELDIEF GEPAKT. Woensdagavond ongeveer 11 uur toen v. d. H. te Bussum bij zijn grootmoeder in de Aohtermeulenlaain vertoefde hoorde hij, dat er iemand was. Hij snelde naar buiten en zag dat het rijwiel van zijn zuster ver dwenen was. Tegelijkertijd zag hij dat iemand met groote snelheid den hoek Ach- tenmeuilenüaanHuizerweg omreed. H. greep een fiets en reed den dief na, die hij eenige straten verder wist in te halen. H. pakte het rijwiel af en bleek hierover zoo in zijn 6ohik te zijn, dat hij den dief los liet en naar de politie toog, bericht de „Msb.". Toen deze van den diefstal hoorde, trok zij er met motor en zijspan op uit en wist op den Nieuwen Rijksweg naar Amsterdam een persoon aan te houden, die overeen kwam met het signalement van den dader. De man werd naar het hoofdbureau van politie overgebracht en geconfronteerd met H. De verdachte gaf op G. S. te heeten, 24 jaar oud en in Amsterdam te wonen. Hij ontkende iets met den rijwieldiefstal uitstaande te hebben. Later, nadat hij in gesloten was gaf hij toe het rijwiel te heb ben medegenomen, doch met de bedoeling het weer langs den weg te plaats. De politie onderzoekt in hoeverre de ver dachte schuldig is aan de verschillende an dere rijwieldiefstallen welke te Bussum en omgeving den laatsten tijd zijn gepleegd. S. is voor den Offiaier van Justitie ge leid. A. Meijer, lid van cfe Tweede Kamer der Staten-Generaal en lid van den gemeen teraad van Rotterdam. Secretaris is V. H. Laforêt, hoofdcommies bij het departement van defensie, en ad junct-secretaris C. de Wilde, administra tief ambtenaar le klasse bij de staatsloterij. RAADSLID, DAT BIETEN STAL. De marechaussee te Biervliet heeft, naar de „Middelb. Crt." meldt, vier lieden gear resteerd, die zich schuldig gemaakt had den aan diefstal van voederbieten bij gebrs. L. te Driewegen (Z.-Vl.). Een der gearresteerden is het S.-D. gemeenteraads lid J. D. Elke hunner had een zak voeder bieten gestolen. Twee der mannen werden door de marechaussee op heeterdaad be trapt en aangehouden, de andere twee wer den nadien opgespoord. Naar het blad vernam waren de mannen vermoedelijk op smokkelen uit, doch toen het weer hiervoor te „mooi" bleek, gaven ze dit voornemen op en namen „en pas sant" de man een zak bieten mede. Er kwamen den laatsten tijd meer dief stallen voor op Driewegen (Z.-Vl.). IN PLAATS VAN HET DIPLOMA DE GUMMISTOK Zooals elk jaar was 't ook gisteravond een vroolijke drukte voor de Tymstra H. B.S. in de Sweelinckstraat te Den Haag, aldus meldt het „Vad.", waar vele jongens en meisjes op de uitslagen van de eindexa mens wachtten. Natuurlijk waren de jon gelui niet in hun gewonen doen; de zenu wen spraken een woordje mee, want daar binnen werd in de leeraarsveradering be slist over het lot der scholieren. De zenuwachtigheid van deze ex-H.B. S.'ers sloeg weldra over in een uitgelaten stemming. Zoover ging 't zelfs, dat de jon gens in een lantaarnpaal klommen en er even later een fiets in heschen. Begrijpe lijk onder algemeene hilariteit van de toekijkende jeugd. Een surveilleerende agent heeft hierna om de orde in de Sweelinckstraat te her stellen, de motorpolitie gewaarschuwd, die niet al te eerbiedig ontvangen werd. Een van de Jongens werd in zijn zijspan mee naar het bureau genomen. Niet lang daarna, is het weer tot een treffen met de politie gekomen. Toen kwam juist een groepje jongelui de deuren der H.B.S. uitgestormd met het diploma in de hand, dat hun door den heer Tymstra was overhandigd. Plotseling ontstond er voor de school een handgemeen met de politie mannen. Een jongen vocht met het di ploma in zijn zak met een agent en kreeg een fikschen klap met den gummi stok, waarna hij geboeid haar het bureau werd gebracht. De leeraren, die tot .hun ontsteltenis hun jongens met de politie zagen vechten, wil de tusschenbeide komen, doch zij werden met de gummistokken op veiligen afstand gehouden. Den leeraar in de Nederlandsche taal echter, den heer Maatje, rekende de politie in. Hij ging denzelfden weg, als zijn leerling.naar het politiebureau. Kort daarop is, naar wij vernamen, de heer Tymstra, de directeur der school, met verscheidene andere heeren, waaronder enige leeraren, eveneens naar het bureau gegaan, om te protesteeren tegen het op treden der politie. Wat ls het akelig stil ln Parijs. Wat een wonder. De eene helft is in de Stavisky-affaire gearres teerd en de andere durft zich uit angst niet te vertoonen. (Bouillabaisse). De „Postjagers te voet" op weg naar Indië. Damascus-Bagdad. Vain de jonge Nederlanders E. Greidanus en F. vam Heijniirugen, die vrijwel zonder middelen van bestaan op weg zijn van Ne derland naar Nederlandsch-Indië, vervolgt eerstgenoemde het reisverhaal, dat eindig de met de aankomst van het tweetal, in een auto van een transportonderneming, welke relaties onderhoudt met de Irac Petrol Company, van Tripolis te Damascus. Aan de garage wordt ons medegedeeld zoo vervolgt Greidanus zijn aan het Pers bureau Vaz Dias gezonden reportage dat we den volgenden morgen om zeven uiur present moeten zijn, zoodat we ons vroeg ter ruste begeven, daar er van sla pen de eerstvolgende 48 uur wel niet veel zal komen. Hoewel we precies op tijd aanwezig wa ren, had het vertrek niet eerder plaats dan anderhalf uur later, wat ons eerlijk gezegd nog meeviel. De wagen, waarin we den tocht gaan maken, is een zes cylinder Hud son, voorzien van extra zware banden tegen de vernielende werking van het heete, scherpe zand en de steenen. De uitwer king daarvan op het rubber is verbluf fend. Ik zag auto's uit de woestijn komen met banden, waar de flarden bijihingen. Zij liepen grootendeels op het canvas. De wagen bleek goed in orde te zijn met uitzondering van de remmen, die echter in de woestijn niet bepaald noodzakelijk zijn. Damascus ligt vlak op den rand van de eigenlijke woestijn, een enorme uitgestrekt heid, waar geen droppel water te vinden is. Van een weg was direct na het verlaten der stad dan ook geen sprake meer. Ge lukkig is de ondergrond hard, waardoor geen gevaar aanwezig is voor blijven ste ken. Toch is het rijden inspannend, daar doorloopend op diepe kuilen en richels ge let moet worden. Niettegenstaande dat bereiken we na ongeveer twee uur de meest vooruitge schoven Fransche post, waar onze paspoor ten werden afgestempeld en de chauffeur ons vertelt te willen wachten op een paar vrienden. Wij hebben daar niets op tegen en gaan een praatje maken met den dienst- doendert officier. Van hem vernemen we veel interessante dingen. Het fortje is hier gebouwd, omdat het de laatste plaats is waar het nog mogelijk is water te pompen. Doortocht is alleen veroorloofd op Dins dag en Vrijdag en dan moeten bovendien de auto's vanuit Damascus voor elf uur 's morgens gepasseerd zijn; wie later komt wordt niet meer doorgelaten. Dit houdt verband met het veilig maken der route door een convooi militairen een vracht wagens, bewapend met machinegeweren, diaar er nog altijd groepjes uit hun stam gestooten Bedouinen zijn, die graag op roof uittrekken. Ook wordt iedere ver trekkende wagen geregistreerd, evenals het aantal en de namen der passagiers, ten einde aan de andere zijde te kunnen con troleeren of alles veilig doorgekomen is. Mocht er een wagen zijn blijven steken, dan is dat direct bekend en kan hulp wor den uitgezonden. Ondertusschen hebben zich heel wat wa gens bij de post verzameld en wordt het tijd den tocht voort te zetten. Het is elf uur. We besluiten dan ook niet langer te wachten en starten in een groep van vijf. Al gauw zijn de andere vier ver vooruit, aangezien onze motor kuren begint te ver toonen. Dat wordt zelfs zoo ernstig, dat we genoodzaakt zijn een onderzoek naar de oorzaak in te stellen, die snel gevonden is. De verdeel er blijkt een beurt noodig te hebben, waarna het euvel hersteld wordt. Voor benzine-gebrek behoeven we niet bang te zijn; we hebben op de treeplanken twee groote extra tanken, die voldoenden inhoud hebben voor een anderhalf maal zoo lange reis. In den beginnen is het terrein nog vol richels en kuilen, doch langzamerhand wordt het vlakker, am even later over te gaan in de mooiste racebaan, die men zich denken kan. Aan één stuk doorrijden blijkt onmogelijk en om drie uur besluiten we een korte rust te nemen en een paar uur te slapen. Als het tijd is om verder te laan is onze chauf feur haast niet wakker te krijgen, hoewel mijn maatregelen daartoe nogal doortas tend zijn. Alles verloopt echter zonder on gelukken en 's ochtends vroeg bereiken we het Irak - pascontrolestat ionVan een nieuwe rust is geen sprake. Bagdad is nog maar enkele uren verwijderd en we voelen ons weer in de bewoonde wereld, als we het reeds voltooide stuk van den weg tusschen bedde plaats betreden. Dan echter heeft plotseling de catastrophe plaats, waaraan geen van ons ook maar een oogeniblik ge dacht heeft. Als we met vrij groote snel heid een smal bruggetje naderen, ver schijnt onverwachts aan den andere kant een zware vrachtwagen. Aangezien de Chauffeur van dezen laatsten dichter bij is, heeft hij de voorrang en handelt daar ook naar, het zenuwachtig gestie uleeren van onizen ohauufeur niet begrijpend. Midden op de brug snellen beide wagens recht op elikaar iin, op het laatste oogenblik nog zooveel mogelijk uitwijkend. Zij schuiven met de zijkanten in elkaar. Daar wij het lichtste zijn, worden we op zij geschoven, nemen de leuning en het dikke steenen brughoofd mee en blijven nog net hangen, half op de brug, half op den berm. Dat we niiet naar beneden zijn gevallen, is me nu nog een raadsel. Alweer had een goede ster over ons geschenen, want geen van allen hadden we eenig letsel, behalve de bestuur der, die een paar snij wonden aan de han den de glassplinters van de voorruit had opgeloopen. De wagen was aan de voor zijde en den rechter zijkant volkomen ver nield en in elkaar gedrukt. Het speet ons voor onzen Syrisahen chauffeur, die een prettig mensdh was gebleken. Hulp van onze zijde kon niet gelboden worden, zoo dat we met een anderen wagen door zijn gereden. Binnen het uur was Bagdad niet langer een toekomstdroom.... OPZIENBARENDE ONTDEKKING. 50 K.G. waterstof is voldoende om een jaar lang geheel Italië van electriciteit te voorzien. De professor in de chemie, Ferml, heeft in de koninklijke academie van Lincei in tegenwoordigheid van het koninklijk paar een nieuw experiment voor atoomsplit sing gedemonstreerd, waardoor hij een nieuw radio-actief element heeft verkre gen door atoomsplitsing. De uitvinding van den professor is in zooverre iets nieuws, dat hij door splitsing van uraan een nieuw element heeft ver kregen, waarvan een gram een energie zou hebben van 60.000 K.W.U. Deze ener gie staat gelijk met een warmtebron van ongeveer 52 millioen calorieën. Aangezien de omzetting van een gram waterstof in helium ongeveer 200.000 K.W. zou ople veren, terwijl reeds 50 K.G. waterstof vol doende zou zijn om de 10 milliard K.W.U. electrische energie te verschaffen, welke Italië per jaar noodig heeft, zal de prac- 55. Nou, daar waren Piet en Drein goed afgekomen. Ze I 56. Gelukkig was er in de buurt een huis, waar niemand n vroegen aan iemand een fiets te leen en besloten naar hun scheen te wonen, daar er geen menschen te zien waren, dorpje terug te trappen. Drein trapte en Piet stond op de Piet en Drein klommen door het venster naar binnen. Maar step. Maar toen ze een uurtje gefietst hadden, kon Drein nauwelijks zat Piet aan de tafel rustig een brief te schrijven, niet meer en ging wanhopig aan de kant van de weg zitten. I of er kwam een meneer binnen, die heel erg boos was.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1934 | | pagina 15