iroag iz april N.V. v/h A. WAALS DINSDAG 10 APRIL 1934 DE LEIDSCHE COURANT EERSTE BLAD. PAG. 2 BAROMETER. TELEGRAFISCH WEERBERICHT naar waarnemingen verricht in den morgen van 10 April 1934, medegedeeld door het Kon. Ned. Meteorol. Instituut te De Bildt. Hoogste barometerst.: 772.5 te Akureyri. Laagste barometerst: 747.9 te Breslau. Verwachting tot den avond van 11 April: Zwakke tot matige Zuid-Westelijke tot Zuid-Oostelijke of Oostelijke wind, ge deeltelijk bewolkt, schijnlijk weinig of geen regen, kans op lichte nachtvorst, overdag iets zachter. De depressiekern, die gisteren over ons land was gelegen, heeft zich in Oostelijke richting verplaatst en bevindt zich thans boven Oost-Duitschland. Zij vult meest snel op. Intusschen heeft zij vooral in Duitsch- land vry veel regen (ook onweer) ge bracht; München had 15, Dresden 11 en Berlijn 10 m.m. In ons land tapte Gronin gen met 7 m.m. de grootste hoeveelheid af. Er verschijnt thans weer een nieuw mini mum over de Golf van Biscaje en Zuid- Frankrijk. Het minimum zal waarschijnlijk voor het weer ten onzent van groote be- teekenis worden. Bij krimpende wind zal de bewolking en ook de regenkans afne men. Vermoedelijk zal eenige nachtvorst voorkomen en overdag de temperatuur stijgen. Over Usland handhaafde zich het maximum, het breidde zich naar Midden- Scandinavië uit. Ten gevolge van deze hooge drukontwikkeling groeide de lucht drukgradiënt over Z.-Scandinavië, zoodat het over Denemarken flink uit het Oosten stormde. Krachtige winden worden voor- loopig nog aangetroffen over Schotland, de Golf van Biscaje en Midden-Duitschland. Over bijna het geheele waarnemingsgebied is verder de temperatuur gedaald, plaatse lijk zelfs vrij veel. Slechts over Noord- Scandinavië, IJsland, de Faroër en hier en daar over Groot-Brittannië steeg- zij. LUCHTTEMPERATUUR Temperatuur des middags te half drie 8.4 gr. C. LICHT OP VOOR FIETSERS e.a. Van Dinsdagnamiddag 7.19 uur tot Woensdagmorgen 4.43 uur. HOOG WATER Te Katwijk: op Woensdag 11 April v.m. 12.22 uuur en nam. 12.59 uur. STADSNIEUWS BUITENGEWONE MISSIE-AVOND. Zooals onze lezers uit een advertentie in het nummer van vandaag kunnen z komt de bekende witte pater dr. B. Zuure Zondagavond in de Kleine Stadszaal een causerie houden over „het hartje van Afri ka". Deze pater is een deskundige op het gebied van nikkers en is voor degenen, die trouwe luisteraars naar de radio zijn, geen onbekende. Tegen den civielen prijs van 10 ets. zult u worden meegevoerd in de oerwouden van het Zwarte Werelddeel, dat u op het witte doek wordt voorgetooverd, en u zult de vreemde geluiden hooren die weerklinken in de maanlichte nachten langs den evepaar, in den vorm van neger zangen. Of de pater zelf zal zingen en zoo ja, of dat een attractie zal zijn, durven wij niet te zeggen. K. J. M. V. „St. Peter Kanis". Vorige week werd in het Eigen Huis een gezellige ledenbijeenkomst gehouden, die zeer geslaagd is. Woensdag 11 April komt Kap. Dorbeck in het Eigen Huis spreken over: „De N.S.B. in Nederland". Wij ver wachten alle leden. Zondag 22 April als slot van het winter seizoen, een dansavond in den Foyer der Stadsgehoorzaal; aanvang 8 uur. Het geheel onder leiding van den heer S. P. Wielinga. Leidsche Burgerwacht. Men verzoekt ons mede te deelen, dat de leden van de Leidsche Burgerwacht slechts toegang hebben tot den propaganda-avond op 18 April aa. op vertoon yan het pro gramma, zoodat lidmaatschapskaarten niet voldoende zijn. Programma's zijn aan te vragen: Da Costastraat 43 en Jan Lieven- straat 10 vóór 13 April aa. De Wethouders van Financiën en van Sociale Zaken zijn, wegens uitstedigheid, verhinderd morgen spreekuur te houden. WEGENS STERFGEVAL HAARLEMMERSTRAAT 114-130/136. VACANTIE-CURSUS VOOR ZUID-AFRIKAANSCHE STUDENTEN. Omtrent de bijeenkomst van gisteren kunnen we nog het volgende mededeelen: Na de openingsrede van prof. van Oven werd het woord gevoerd door dr. H. D. van Broekhuize, gezant van de Unie van Zuid- Afrika, die wees op de groote rol, die de Eerste Universiteit van Nederland in de geschiedenis van het land heeft gespeeld, doch ook in die van Zuid-Afrika. In dit verband noemde spr. dr. Herman Coster, die van Leiden uit naar Transvaal is vertrokken. Velen die thans in Zuid-Afrika een voor name plaats innemen, hebben in Leiden gestudeerd. Wij zijn een jong volk, aldus spr., en men zou hier in Holland zeggen, ons komt nog pas kijken, groote eerbied heeft spr. echter voor de vele groote geleerden, die de eeuwen door aan deze Universiteit heb ben gestudeerd. Doch al zijn wij jong, aldus spr., toch zijn wij trotsch op onze natie. In onze jonge natie staat de rechtspraak zeer hoog, maar vergeet niet, aldus spr., dat ook in Ned. recht en de rechtbanken ontzet tend hoog staan. Spr. hoopte, dat de gasten uit Zuid- Afrika hunne kennis hier zullen verrijken, hun karakter versterken en hun vader landsliefde verhoogen. Mannen van sterk karakter, die hun vaderland liefhebben, aldus spr., hebben we in Zuid-Afrika noodig. Zuid-Afrika bestaat uit twee nationali teiten, maar beiden hebben elkaar noodig en schouder aan schouder moeten beide groepen staan om Zuid-Afrika tot hoogen bloei te brengen. Deze samenwerking houdt ook in, dat men elkanders taal be grijpt en zoowel het Zuid-Afrikaansch als het Engelsch kan spreken. Ook voor aan staande juristen is zulks dringend noodig. Ten slotte sprak hij de beste wenschen uit voor het welslagen van den cursus. Hij hoopte, dat deze zal medewerken tot een innige samenwerking, tot een goede toe komst van Zuid-Afrika en hij wekte den Zuid-Afrikaansche deelnemers op het hunne te doen om de vlag van het jonge Zuid-Afrika hoog te houden. Prof. dr. G. A. van Poelje, directeur-ge neraal van het onderwijs aan het departe ment van onderwijs, hierna het woord nemend zeide, in de eerste plaats namens den minister van onderwijs en namens de Ned. Regeering getuigenis af te leggen van de groote belangstelling die de regee ring voor dezen vacantie-cursus voor Zuid- Afrikaansche studenten heeft. Sedert de Imperial Conference van 1926 staat het vast, aldus spr., dat het Britsche wereldrijk is samengesteld en dat het be staat uit een aantal souvereine staten. Hieruit is voortgesproten, dat wat wij in Holland met droefenis meenden verloren te zijn gegaan, maar dat weer herleefde, namelijk de zelfstandigheid van Zuid- Afrika, en daarmede dus ook de opkomst van een Zuid-Afrikaansch recht. Spr. wees vervolgens op den invloed, die er van het Roomsch-Hollandsch recht ook op het Zuid-Afrikaansch recht uitgaat en spr. schetste de beteekenis van een vacantie- cursus als deze welke vruchtdragend zal kunnen werken, zoowel voor het zelfstan dig Nederland als het zelfstandig Zuid- Afrika. Al zijn er op cultureel weten schappelijk gebied nog wenschen die, als gevolg van den huidigen tijd, nog onver vuld moeten blijven, zoo hoopt spr„ dat het aan de jeugd gegeven zal worden, de ver wezenlijking van deze wenschen te zien. Spr. sprak ten slotte de hoop uit, dat het bij dezen eersten juridisohen vacantie- cursus voor Zuid-Afrikaansche studenten niet zal blijven en dat deze eersteling, in het belang van een goede samenwerking, nog door velen gevolgd zal worden. Handelsregister K. K. W ij z i g i n g. 5538. N.V. Visscherij-Maat- schappij Orion, Katwijk a. Zee, v. Wasse- naerkade 25. Uittr. Dir.: K. Haasnoot Jr., Katwijk a. Zee. Uittr. Comm.: A. Parle- vliet, Katwijk a. Zee en A. van Duyvenbo- de, Katwijk a. Zee. N. Dir.: A. van Duyven bode, Katwijk a. Zee. N. Comm.-Seer.: D. vain Duyvenbode, Katwijk a. Zee. N. Pres. Comm.: P. van Duyvenbode, Katwijk a. Zee. Het overzicht der vervoeropbrengsten van de N.V. Noord-Zuid-Hollandsche Tram weg Maatschappij gedurende Maart 1934 33 (ongecontroleerd) geeft de volgende cij fers: Schevenrngen Leiden, KatwijkNoord- wijk (incl. Stadslijn Leiden) in 1934 ƒ88.318; Leiden (Station)Haarlem (Stat.) in 1934 ƒ25.134; Amsterdam—Zand voort ƒ75.361; Stadslijnen Haarlem ƒ46.415; Tram-Buslijnen en veren in Waterland ƒ22.491. Totaal ƒ257.713. In 1933 totaal 294.707. Scheveningen. Leiden, Katwijk-Noord- wijk (incl. Stadslijn Leiden) per dagkm. in 1934 ƒ69.83; Leiden (Stat.)—Haarlem (Stat.) per dagkm. ƒ27.03; Amsterdam— Zandvoort per dagkm. 86.82; Stadslijnen Haarlem per dagkm. ƒ62.39; Tram-Buslij nen en veren in Waterland per dagkm. ƒ14.51. Totaal in 1933 ƒ58.29 per dagkm. PROF. 3. HUIZINGA TE ROME. De Romeinsche correspondent van het „Handelsblad" meldt: Daartoe aangezocht door het Instituto Italiano di Studi Germanici bevindt zich sedert eenige dagen te Rome onze welbe kende historicus, professor Jan Huizinga. Het doel der reis was het houden van een conferentie in de gehoorzaal van genoemd Instituut. Uit de eene Romeinsche confe rentie zijn er evenwel twee geworden. Toen de steeds ijverige directie van het Neder- landsch Historisch Instituut van het voor nemen van prof. Huizinga hoorde, vertrok er onmiddellijk een brief naar Leiden met verzoek ook voor een Nederlandsch gehoor een lezing of causerie te willen houden. Deze eerste voordracht, die meer het ka rakter droeg eener causerie, heeft plaats gevonden op Woensdag 4 April in de groo te bibliotheekzaal van het Nederlandsch Instituut. Professor Huizinga sprak er voor een ge hoor van ongeveer honderd landgenooten over „De ontwikkeling van het moderne geestelijk verkeer voor zoover die valt in de periode 1650 tot 1750". Onder de toe hoorders merkten wij op den Nederland- schen gezant en mevrouw Patijn, dr. Hei mans, secretaris van het gezantschap der Zuid-Afrikaansche Unie bij het Quirinaal, den prelaat Noots, generaal der Praemon- statenserorde, welke in zekeren zin België vertegenwoordigde, mgr. dr. B. Eras, mgr. dr. J. Olaf Smit en verder vrijwel de ge heele Nederlandsche kolonie. De uiterst boeiende causerie, die hoewel in een lich ten vorm gegoten blijk gaf van een ver bluffende, bijna overweldigende feitenken nis en van een ongemeene gave om het verband te zien tusschen schijnbaar op zich zelf staande omstandigheden, werd met een uiterst warm applaus ontvangen en gaf later onder de toehoorders aanleiding tot levendig, maar zeer welwillend commen taar. Ieder was verrukt over den doorge- brachten middag. Op Donderdag 5 April heeft de confe rentie in het „Istituto Italiano di Studi Ger manici" plaats gevonden. In het mooie ge bouw, dat verrijst in het midden van de in uitbundige lenteweelde pralende Villa Sciarza, was een uitgezocht gezelschap bij een. Talrijk was de Nederlandsche kolonie wederom vertegenwoordigd met aan het hoofd Z. Exc. en mevrouw Patijn. Voorts merkten wij enkele van de toonaangevende Italiaansche geleerden op, Z. Exc. senator Gentile, Z. Exc. Gioacchino Volpe, tal van professoren der Romeinsche Universiteit. Ditmaal sprak professor Huizinga in de Italiaansche taal, die hij zeer klaar en dui delijk en met juiste accentueering uit spreekt, over „De vorming van het Neder landsche intellectueele type". In deze zeer gedegen en diepgaande conferentie ging spreker den opbouw na van het Nederland sche karakter, voornamelijk in den zin van geestelijk karakter, uit Romaansche en Germaansche invloeden. Hij schetste daar toe de ontwikkelingsgeschiedenis eerst van het Romaansch-Germaansche Bourgondië, daarna van ons vaderland, wees op de cal vinistische en de erasmiaansche invloeden en gaf ten slotte een algemeene karakte ristiek van het Nederlandsch-nationale wezen. Een zeer geestige weerlegging van de uitingen des heeren Keiserling was, in dit verband en in de zaal van dit gelukkig niet exclusief op Duitschland georiënteerde instituut ter bestudeering der Germaansche beschaving, zeer op haar plaats en leidde tot hartelijk applaus tijdens de rede zelf. Aan het einde werd professor Huizinga door alle aanwezigen, die tot zeer uiteen- loopende nationaliteiten behoorden (veel Duitschers en Scandinaviërs) een warme ovatie gebracht Ook de pers heeft aan het verblijf van professor Huizinga in de Eeuwige Stad veel aandacht gewijd. Het „Giornale d'Ita- lia" bevatte op den dag vóór de conferentie een buitengewoon, prijzend artikel over de werkzaamheid van „den Nederlandschen Burckhardt" (een definitie die ons overi gens niet bijster gelukkig schijnt). In dit artikel van volle twee kolommen druks en geillustreerd met een portret werden voor al de verschillende publicaties en wel in het bijzondeh „Herfsttij der Middeleeuwen" en „Erasmus" uitvoerig besproken. Het is ons bekend, dat men reeds sedert eenigen tijd werkzaam is aan een Italiaansche ver taling van het eerste werk, die verschijnen zal op initiatief van het Instituut voor Ger maansche Studiën. Gistermiddag waren twee jongens op het terrein van „De Landbouw" aan den Rijns- burgersingel aan het spelen, toen eens klaps de stoomkraan in de fabriek werd opengezet en de 10-jarige M. H. uit de Prinsenstraat den heeten stoom over het linkerbeen kreeg. In het Acad. Ziekenhuis werd hij behandeld. Hedenmorgen te half elf is er in het motorschip Chri-Jo, liggende in het Utrechtsche Veer brand in de roef uitge broken, waar men met een steekvlam aan het werk was. Met eenige emmers water is het vuur gebluscht. NIEUWE VERKEERSORDENING. Afsluiting wegen voor rijverkeer. In ontwerp is verschenen een nieuwe verordening op het verkeer te land. Dit is het resultaat van een raadsbesluit, dat da teert van 18 Jan. 1928, doch waarvan de be handeling door den stadhuisbrand werd vertraagd. Een studiecommissie werd gevormd, be staande uit de heeren T. Groeneveld en J. Wilbrink, A. L. L. Gathier, hoofd eener bijzondere school, G. E. E. Kuijntjes, con sul van den A.N.W.B., den adjunct-direc teur der gemeentewerken, den inspecteur van politie, belast met de afdeeling Ver keer en den secretaris van de commissie voor strafverordeningen. B. en W. kunnen zich grootendeels met het ontwerp ver eenigen. Het uitgangspunt voor het ter hand ne men van de herziening van de verordening op het rijden was de omstandigheid, dat deze verordening, dateerende van 1912, se dert haar vaststelling op talrijke punten is gewijzigd en aangevuld, waardoor de over zichtelijkheid van de verordening grooten deels verloren is gegaan. Dit klemt te meer doordat de bepalingen van de bestaande verordening, behoudens enkele meer op zichzelf staande voorschriften, gesplitst zijn in die, betreffende het rijden met voer tuigen en die ten gevolge heeft, dat tal van bepalingen twee malen in de verordening voorkomen. Bovendien ligt het voor de hand, dat, aangezien het verkeer sedert 1912 op ongekende wijze in omvang is toe genomen, de onderhavige verordening niet meer op de hoogte van den tijd kan zijn, zoodat ook uit dien hoofde algeheele her ziening daarvan alleszins noodzakelijk is. Samenvattend. Voorts bestaat het bezwaar, dat de be staande verordening slechts op een gedeel te van het verkeer betrekking heeft zij het ook een zeer belangrijk gedeelte n.l het rijverkeer; wenschelijk is o.i. een ver ordening, welke zooveel mogelijk alle door de gemeente uitgevaardigde voorschriften, die het verkeer in deze gemeente beheer- schen, omvat. Met het bovenstaande als uitgangspunt is nu een geheel nieuwe verordening ont worpen, welke hieronder is opgenomen en waaraan wij den naam verordening op het verkeer te land zouden willen zien gege ven, daarin de ruimere strekking tot uiting- brengende, vergeleken bij de bestaande verordening op het rijden. Voorts is bij de samenstelling van de verordening uitgegaan van een geheel nieuwe indeeling van de verschillende voorschriften, welke zooveel mogelijk in afdeelingen bijeengevoegd zijn, op grond van het onderdeel der materie, hetwelk zij betreffen. In het ontwerp zijn in de bestaande re gels tal van wijzigingen aangebracht en zijn verschillende nieuwe voorschriften op genomen, waarvan de wenschelijkheid door de practijk is aangetoond. De uitbreiding van de verordening heeft er toe geleid, dat enkele bepalingen, welke thans in de verordening op de straatpoli- tie zijn vervat, in de nieuwe Verkeersver ordening dienen te worden opgenomen, ter wijl één bepaling uit de verordening op het rijden naar die op de straatpolitie moet worden overgebracht. Een ontwerpveror dening tot wijziging van laatstgenoemde verordening met het oog daarop is mede hierna opgenomen. Omtrent één punt van meer principieele beteekenis merken B. en W. vooraf het een en ander op, n.l. omtrent de regeling van de geheele of gedeeltelijke afsluiting van wegen voor het rijverkeer. Hierop hebben betrekking de artt. 7, 8, 9, 24, 24bis, 25, 26 en 26 bis van de bestaan de verordening op het Rijden, waarin de straten zijn opgesomd, welke voor het rij verkeer met de verschillende categorieën vervoermiddelen geheel of gedeeltelijk zijn gesloten, dat met het stelsel, dat de raad over deze wegafsluitingen in alle détails zelf beslist, moet worden verdient het des kundige element op dit punt meer naar vo ren te brengen en een regeling te treffen, waarbij een grootere soepelheid ten aan- van de totstandkoming, wijziging of ophef fing van de wegafsluitingen dan - thans wordt verkregen. Daarbij zij er op gewezen, dat bij de tegenwoordige samenstelling van den raad, welke geheel naar 4e stroomingen in de politiek geschiedt, het min of meer van het toeval afhangt, of er personen in zitting hebben, die met de techniek van de verkeersregeling van welk vraagstuk de ingewikkeldheid toeneemt, naarmate de in tensiteit van het verkeer grooter wordt, en welke in een oude stad als Leiden, met haar tallooze smalle straten en bruggen, bijzondere moeilijkheden biedt door stu die of practijk eenigszins nader bekend zijn. Wegafsluitingen. In overeenstemming met hetgeen te de zer zake in vrijwel alle groote en middel- groote gemeenten in ons land reeds is ge schied, zou de meerderheid dus het vaststellen van de wegafsluitingen willen zien overgelaten aan B. en W., echter met dien verstande, dat dit college daartoe niet overgaat, dan na het hooren van een spe ciale commissie. Deze Verkeerscommissie zou kunnen bestaan uit 5 leden, te weten 3 raadsleden en 2 buiten den raad staande personen, die op het gebied van het ver keer als deskundig kruinen worden be schouwd. Het geringe aantal leden geran- deert een vlotte werkwijze, terwijl het con tact met den raad door de in de commissie te benoemen raadsleden wordt bewaard en verder van het deskundige element bui ten het gemeentebestuur profijt zal wor den getrokken. De directeur der gemeente werken en de commissaris van politie wa ren aan deze commissie als adviseurs toe te voegen, terwijl zij de bevoegdheid dient te hebben, desverlangd nog aan anderen advies te vragen. GEMEENTEL. AANKONDIGINGEN. Hinderwet. Burgemeester en Wethouders van Lei den brengen ter algemeene kennis, dat door hen de beslissing op het verzoek van Jac. Raar om vergunning tot het oprichten van een drukkerij in het perceel Levendaai No. 25, kad. bekend Sectie E. No. 1354 is verdaagd. A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN, Burgemeester. VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden, 10 April 1934. AGENDA LEIDEN. Woensdag, R. K. Rijtuig- en Wagenma- kerspatroonsvereeniging „St. Jo seph", Kring Leiden, Concordia, 4.30 uur. Donderdag. Prop. Club „Dr. Schaepman", eerste lustrumviering, Foyer van Den Burcht, 8.15 uur. Vrijdag. 20.15 uur Ned. Reisvereeniging voor Katholieken „Den Burcht". De avond-, nacht- en Zondagsdienst der apotheken wordt van Maandag 9 tot en met Zondag 15 April a. s. waargeno men door de apotheken: G. F. Reijst, Steen straat 35, telef. 136 en A. J. Donk, Doeza- straat 31, telef. 1313. Och mijnheer stuur me direct een gas fornuis? Ben driepits of vierpits mijnheer. En soms in luxe uitvoe ring? Weet ik niet; be paalt u dat zelf maar. 't Is voor m'n scheerwater. (Dublin Opinion) De meerderheid meent, dat de inschake ling van deze commissie mogelijke bezwa ren tegen het geven van de door haar voor gestelde bevoegdheid geven van de door haar voorgestelde bevoegdheid aan B. en W. voldoende ondervangt. Overigens be hoeft de werkkring der commissie niet tot de hier bedoelde wegafsluitingen te wor den beperkt, doch ware haar een ruime re adviseerende taak met betrekking tot het verkeer, dus niet alleen waar het de verkeersverordening geldt, toe te kennen. Het komt de commissie voor, dat zij als zoodanig hier ter stede nuttig werk zal kunnen verrichten. Een ontwerpverorde ning, regelende de samenstelling en den werkkring van de onderhavige commissie, is hierna onder ni opgenomen. De minderheid der commissie heeft tegen de hier voorgestelde regeling bezwaar. Zij is van meening, dat in den raad voor de wegafsluitingen steeds groote belangstel ling en toch ook wel kennis van zaken be staat en ziet derhalve geen grond om de bevoegdheid des raads in dezen aan B. en W. over te dragen. De meerderheid merkt hiertegenover op, dat de in den raad bestaande deskundigheid in de Verkeerscommissie tot haar recht kan komen en dat overigens h.i. de instelling van die commissie aan eventueele verdere bezwaren alleszins tegemoet komt. Gistermorgen is aan den Opperwacht meester F. J. van Beest van het 6e Regi- ment-Veld-Artillerie alhier op plechtige wijze de zilveren medaille voor 24-jarigen dienst uitgereikt. Het regiment stond daartoe aangetreden onder commando van den Kapitein Laman- Trip. Voor het front van de troep spelde de Hoofd-Instructeur Majoor Wilmar den ju bilaris de eere-medaille op de borst, waar na hij met een toepasselijk woord werd ge- lukgewenscht voor de overigen als voor beeld gesteld. Gistermorgen is de 42-jarige mej. Ph. v. d. G. op den Oude Rijn uitgegleden en in het water terecht gekomen. De 19-jarige Joh. Tegelaar, die aan den overkant liep, sprong gekleed te water en bracht de dren kelinge behouden op het drog_\ MUZIEK. Chr. Oratoriumver. „Con Amonr'. Voor haar eerstvolgende Oratorium-uit voering heeft bovengenoemde vereeniging in studie genomen „Saul" van Georg Frie- drich Handel in de bewerking van Frie- driech Chrysander. Dit boeiende werk met zijn dramatisch gegeven vraagt behal ve koor en orkest, de medewerking van een vijftal solisten en een jongenskoor. De bezetting van bet orkest is grooter dan ge woonlijk bü Handel-werken: naast hobo's, fagotten, en trompetten wendt Handel, voornamelijk in den beroemden treur- marsch bij Saul's dood, ook fluiten en ba zuinen aan. Bij de begroeting van den over- winnenden David worct het zingen der vrouwen begeleid door klokkenspel. Verder zijn, zooa's altijd bij werken van dezen componist, cemrale (v'eugeJ* en orgel in de orkestbezetting opgenomen. Het koor heeft naast solisten en orkest een mooie en dankbare taak in dit werk.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1934 | | pagina 2