BRIEVEN OVER ONS GELOOF VRIJDAG 6 APRIL 1934 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD. PAG. 9 r JEZUS CHRISTUS, GODS GEZANT EN GODS ZOON. 4 Jezus Christus een Godsgezant, maar niet slechts een mensch- Godsgezant als Mozes en de pro feten: Hij was oneindig méér, Hij was waarachtig Zelf God. Hoe Hij dit van Zichzelf betuigd heeft. Jezus Christus heeft van Zichzelf gezegd, dat Hij door God gezonden was en Hij heeft dat niet alleen beweerd, Hij heeft dat be wezen, vooral door Zijn wonderen, door Zijn profetieën, bovenal door Zijn opstan ding uit het gesloten graf. God heeft door Hem deze dingen gedaan, die de kracht van alle schepselen (engelen, menschen, duivelen) te boven gaan. God heeft door die wonderen Zijn Gezant afdoende „gelegiti meerd", telkens en telkens weer getoond, dat Hij wezenlijk en werkelijk Christus tot de menschen gezonden had. Maar: Jezus Christus was méér dan een Mensch, door God gezonden, méér dan Mo zes en de profeten, menschen, die óók Godsgezanten waren: Jezus Christus was werkelijk God. „De tweede persoon der Heilige Drie eenheid, Die voor ons Mensch geworden is"Hoe is die zin in ons hoofd en ge hoor geworteld, Paul, van toen wij nog „katechismus-kinderen" waren af! Zóó heb ben wij ons die woorden eigen gemaakt, dat maar heel zelden en dan meestal nog heel vaag, hun ontzettende beteekenis: God die mensch wordt.tot ons dóór dringt! Tot nu toe heb ik in mijn brieven aan je, Paul, en heb jij in je gesprekken met je niet-katholieke kantoor-collega's dit ont zagwekkend geloofsgeheim: de Godheid van den Godsgezant Jezus C h r i s t u s nog niet aangeraakt. Maar zij hebben nu, overtuigd van de geschied kundige betrouwbaarheid der Evangeliën de waarachtigheid ingezien der veelsoor tige wonderen die God deed om den men schen te toonen, dat Christus wa"hrlijk door Hem gezonden was, om afdoende te bewij zen tenslotte, dat derhalve de leer, die Je zus Christus predikte een Goddelijke openbaring, Goddelijke waarheid is ge weest. Nu je beide collega's hiervan overtuigd zijn, komt het bewijs van Christus' God heid tegenover hen eigenlijk hierop neer: heeft Jezus Christus van Zichzelf getuigd, dat Hij waarlijk God was? Want, indien uit de Evangeliën werkelijk blijkt, dat dit zoo is, dan behoort zeker die allervoornaamste getuigenis tot Christus' leer, tot de openba ring, die God Zelf als onfeilbaar waarachtig heeft gewaarmerkt. Heeft Jezus Christus dit nu van Zichzelf getuigd? Hij heeft dit. Paul, herhaaldelijk en soms met grooten nadruk gedaan. Ook thans moet ik weer een keuze maken uit de vele teksten, welke dit aantoonen. Jezus Christus heeft Zichzelf herhaalde lijk genoemd: „Zoon Gods". Nu hebben de bestrijders van Christus' Godheid wel ge zegd: ieder mensch kan zich „zoon" of „kind" van God, zijn Schepper, noemen en Christus wilde daardoor alléén aangeven, dat Hij God als Zijn Vader beschouwde, dat Hij Zich met God, Die Hem zoo buitenge wone voorrechten van geest en lichaam had geschonken, bijzonder verbonden gevoel'!e, zooals een dankbare zoon, die zijn vader innig liefheeft. Volgens die bestrijders zou dat „Zoon Gods" dus moeten worden begre pen in o n eigenlijken zin en niet als ge tuigenis, dat Christus Zichzelf óók als God beschouwde. Deze opvatting, Paul, is niet slechts on katholiek, zij is ook volkomen onredelijk, wanneer men de Evangelieteksten in haar verband beschouwt. De benaming „Zoon Gods", die Jezus Christus Zichzelf herhaal delijk gaf, moet in den vollen, echten, eigenlijken zin worden opge vat m. a w. Jezus Christus getuig de meermalen van Zichzelf, dat Hij waarlijk God was, in we zen gel ij k aan den Vaderen den H. Geest. Neem en lees de Evange liën! Toen de Joden Jezus lastig vielen, omdat Hij op Sabbath zieken had genezen, sprak Jezus: „Mijn Vader werkt tot heden toe en zoo werk Ik eveneens" 1) Jezus wilde daarmede zeggen: wanneer Ik op den Sab bath genees, doe ik niet anders dan Mijn Vader, die na de voleindiging van Zijn scheppingswerk, ook op Z ij n Sabbath, Z ij n rustdag nog doende blijft tot behoud en bestuur der wereld. Dat Jezus Zich door dit antwoord met God den Vader gelijkstelde, hebben de Joden dadelijk begrepen zooals blijkt uit hetgeen hunnerzijds op dit ant woord volgde: „Daarom zochten de Joden nog meer Hem te dooden, omdat Hij niet enkel den Sabbath brak, maar ook God Zijn eigen Vader noemde en Zich dus ge lijk stelde met God". 2) Om nu Zijn éénheid met den Vader uit drukkelijk te betuigen, ging Jezus verder: „Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: niets kan de Zoon doen uit Zichzelf, maar alleen wat Hij den Vader ziet doen; (d.w.z. in Zijn werken is Hij volkomen één en gelijk met den Vader, hetgeen Christus nog duidelij ker zegt in wat nu volgt); want al wat Deze doet, dat doet ook de Zoon eveneens.... Want zooals de Vader de dooden opwekt en levend maakt, zoo maakt ook de Zoon levend, al wie Hij wil. Ja de Vader oordeelt ook niemand, maar heeft het oordeel geheel aan den Zoon gegeven, opdat allen den Zoon zouden eeren, zooals ze den Vader eer enWant zooals de Vader in Zich zelf het leven heeft, zoo gaf Hij ook aan den Zoon, het leven in Zichzelf te heb ben". 3) Je ziet, Paul, hier noemt Christus Zich de Zoon Gods, Die dezelfde werken doet als de Vader, Die op dezelfde wijze als de Vader het leven in Zich heeft en naar eigen welgevallen aan de dooden het leven weer geeft; Wien men gelijke eer verschuldigd is als aan den Vader, kortom die gelijk is aan God den Vader. Toen Hij Zijn apostelen de vijandige we reld inzond, gaf Hij hun als laatste troost deze woorden: „M ij is alle macht ge geven inden hemel en op aar- d e. Gaat en onderwijst alle volkeren en doopt ze in den naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestesen ziet, Ik ben met u alle dagen tot aan het einde der wereld". 4). Betuigde Christus met deze woorden niet, dat Hij was: de almachtige God, gelijk aan den Vader en den Heiligen Geest, de eeuwi ge God, Die tot het einde der wereld Zijn Voorzienigheid over de Apostelen en hun opvolgers zou uitstrekken? Toen de Hem vijandige Joden Chris+us naar Zijn Vader hadden gevraagd en er zich op beroemden, kinderen van Abraham te zijn, sprak Jezus: „Abraham uw vader, zag juichend van blijdschap Mijn dag te gemoet; (d.w.z. de dag der komst van Hem, Jezus, den Messias) hij heeft hem gezien en van vreugde gejubeld" (d.w.z. Abrahams ziel in het voorgeborchte verheugde zich toen Jezus geboren was). Maar de Joden zeiden Hem: Gij zijt nog geen vijftig jaar oud en Gij hebt Abraham gezien? Jezus sprak tot hen: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: vóór Abraham werd, ben Ik. 5) Omdat Abraham, je weet het, Paul, bijna tweeduizend jaar vóór Christus werd gebo ren, verklaart Jezus hier dus, dat Hij reeds bestond vóór Zijn menschelijke geboorte in Bethlehems stal. Wat voor een bestaan kan dat geweest zijn? Jezus geeft dit duidelijk aan door Zijn woorden; Hij zegt niet: „vóór Abraham werd, was Ik" maar „b e n I k". Daardoor betuigt Hij van Zichzelf, dat Hij een bestaan heeft dat géén verleden, maar slechts een h eden kent, een bestaan, zooals dat alléén aan den eeuwigen onver- anderlijken God eigen is. De Joden hebben dat ook begrepen, want als bij een gods lasteraar „grepen ze steenen om Hem te steenigen" 6) Nog klaarder drukte Jezus zijn vóórwe reldlijk bestaan als God uit in zijn „hooge- priesterlijk gebed" bij het laatste Avond maal: „Vader, Ik heb U verheerlijkt op aar de door het werk te volbrengen, dat Gij Mij hebt opgedragen. En nu Vader, verheerlijk Mij bij U Zelf met de heerlijkheid, die Ik bij U bezat, eer de we reld bestond". 7) Voor de rechterstoel van den hoogepries ter werd Hem door Caïphas bezworen, Zich uit te spreken, of Hij werkelijk „de Chris tus Zijn komst als Goddelijke Rechter op 't tuigde dit plechtig met de woorden: „Gij hebt het gezegd, Ik ben het. Maar Ik zeg Van nu af aan zult gij den Menschen- zoon gezeten zien ter rechterhand van de kracht Gods en Hem zien komen op de wol ken des hemels" (hiermede beduidde Chris tus Zijn komst als Goddelijk Rechter op 't einde der tijden). Daarop scheurde de hoo- gepriester in verontwaardiging zijn klee deren en verklaarde het gereohtshof hem des doods schuldig, omdat Hij „Zich tot Zoon van God gemaakt" en zóó „God ge lasterd had". Als Jezus Christus met die uitdrukking: „Zoon Gods", nu werkelijk alleen maar de oneigenlijken zin bedoeld had n.l. schep sel Gods of iets dergelijks, dan is Hem toch zeker duidelijk gebleken, dat Zijn hoor ders, de Joden, die woorden in den eigenlijken zin hebben begrepen en daaraan ergernis namen als aan een gods lastering. Dan zou Jezus Christus toch zulk een misverstand wel hebben opgehelderd en hen beter hebben ingelicht en dat zeker in het plechtig oogenblik, toen Hem bij den naam Gods bezworen werd, de waarheid te zeggen over Zichzelf. Jezus verklaart echter niet anders en gaat voor die getui genis, dat Hij de Zoon van God is, den dood in. Over twee weken, Paul, zal ik met je bezien, hoe Christus Zich ook door en bij vele Zijner daden als God toonde, en hoe ook de Apostelen Zijn Godheid hebben be grepen en beleden. 1) Jo. 5. 17. 2) Jo. 5. 18. 3) Jo. 5. 19; 21— 23; 26. 4) Matth. 28. 18—20. 5) Jo. 8. 56— 59. 6) Jo. 8. 59. 7) Jo. 17. 4. 5. 8) Matth. 26. 63—66; Jo. 19. 7. Correspondentie-adres: Mr. A. D ie- penbroek, Hageveld, Heemstede. VADERLANDSCHE LENTEBODEN - Wanneer de bloembollen- velden zich gaan kleuren, weet Holland, dat het Lente wordt De eerste schuchtere voorboden van het komende voorjaar zijn we al bijna weer vergeten: dat waren de sneeuwklokjes, de katjes en enkele andere kleine bloempjes. Hun komst beteekende nog heelemaal niet het afscheid van den winter, daarvoor her inneren we ons de strenge vorst uit vorige jaren nog veel te goed. De later bloeiende crocusjes zijn in dit opzicht betrouwbaar der, de kalender wijst dan trouwens ook lentemaand" aan. Maar wanneer de bloembollenvelden zich gaan kleuren, dan weet heel Holland, dat het definitief gedaan is met den winter. Dan is de nieuwe tijd aangebroken, dan krijgen we visioenen van nachtegalen, van zomerkleeren en van zee baden. De tijden liggen achter ons, aldus schrijft ons de A. N. W. B.-Toeristenbond voor Nederland, dat ons land het monopolie van de bollenteelt had, thans worden in talrijke andere staten met meer of minder succes tulpen, hyacinthen en narcissen ge kweekt. De vanouds beroemde geestgronden achter de duinenrij hebben echter ook m eigen land concurrentie gekregen, maar desondanks blijft de streek tusschen Wasse naar en Alkmaar in ons land bekend als het „echte bollendomein". Haarlem vormt een natuurlijke grens in dit gebied, ten noorden van deze bloemenstad vindt men in het algemeen kleinere velden, het landschap is er boschrijker, het geheel maakt een rus tiger indruk. Ten zuiden van Haarlem is zeer duidelijk te zien, dat de bloembollen een handelsobject vormen: men vindt er geweldig groote bollenschuren, veilings gebouwen en in aansluiting hieraan pracn- tige villa's die bewijzen, dat de bloembol lenteelt (althans in het verleden) een zeer winstgevende cultuur is. De eigenlijke bollenstreek. blijft voor ons dat gebied ten zuiden van Haarlem. Zeer ten ongerieve van de tien duizenden toeristen, die telken jare komen genieten van de overweldigende kleuren pracht, zijn de kweekers er in de laatste jaren toe overgegaan tusschen de velden afscheidingen van asbest of zeildoek te maken, inplaats van de veel schilderachti ger hagen te blijven aanplanten. Dit hangt weer ten nauwste samen met de weten schappelijke teeltmethoden, welke uitge werkt worden door het Laboratorium voor Bloembollenonderzoek te Lisse, dat groo- tendeels door de kweekers zelf in stand ge houden wordt. De bloeitijd. De weersgesteldheid Is natuurlijk van grooten invloed op den bloeitijd, feitelijk behoort de Tweede Paaschdag de traditio- neele „Bollenzondag" te zijn, maar vooral wanneer, zooals dit jaar Paschen zoo vroea in het voorjaar valt (1 en 2 April) ont breekt daar nogal het een en ander aan. De gele crocussen bloeien reeds in het begin van Maart, de paarse en bonte soorten volgen spoedig daarna, maar het aantal crocusvelden is toch nog te gering om er een tocht voor te maken. De vroege narcissen komen eind Maart uit, begin April volgen de eerste hyacinthen. Wanneer deze sterk geurende bloemen door het koude weer wat laat zijn, kan het ge beuren, dat hun bloeitijd samenvalt met die van de kortstelige tulpen; het is ech ter ook heel goed mogelijk, dat de hyacin then al uitgebloeid zijn, terwijl op de tul penvelden nog de groene kleur van blad en knoppen overheerscht. Een dergelijk „groen interval" stelt dan onwetende toeristen erg teleur. Geregelde berichten. Teneinde de bloemenliefhebbers zoo goed mogelijk op de hoogte te houden, zullen wij tegen het einde van elke week bekend ma ken hoe het staat met de ontwikkeling van de bolgewassen. Deze berichten worden ons verstrekt door den A. N. W. B.-Toeristen bond voor Nederland, die tijdens den bloembollenbloei in de voornaamste centra controleurs stationneert om regelmatig de velden te inspecteeren en rapporten uit te brengen, waarop de bovengenoemde be richten gebaseerd zijn. Binnenkort zullen wij eenige mooie tochten publiceeren, wel ke zooveel mogelijk door rustige deelen van de bollenstreek getraceerd zijn en waarlangs men hét meeste natuurschoon ziet. Wie in korten tijd de bollenstreek in zijn geheel wil overzien en genieten van het wondere panorama over de bloeiende vel den uit de lucht, kan gebruik maken van een der K.L.M.-vliegtuigen, welke ook dit jaar regelmatig vluchten maken boven den bloementuin langs Hollands duinvoet. Wel alle duvels, waar komt dat been vandaan. Is het van een der Brontosaurissen geval» len, of heeft -Fidelletje 't van de straat meegebracht? (Canard). GEMENGDE BERICHTEN VAN EEN AUTO GEVALLEN. Knaapje overleden. Woensdagmiddag had in de Ceintuur baan te Ginneken een ongeluk plaats, dat een jongetje van 6 jaar het leven kostte. De jeugdige L. B. klom op een aldaar staan- den vrachtauto, toen deze achteruit reed sprong hij er af en viel onder den wagen. Hierbij raakte een der remleidingen zijn lichaam. De jongen liep eenige meters verder, viel toen neer, roepende: „Ik heb zoo'n pijn in mijn buik, ik wil naar mijn bedje". Per ziekenauto werd het knaapje naar het St. Ignatiusziekenhuis overgebracht, waar bleek, dat hij inwendige kwetsuren had opgeloopen. Aan de gevolgen hiervan is hij gister avond overleden. Eén doode. Een drietal wielrijders te Zundert, dat in een levendig gesprek gewikkeld was, kwam de Prinsenstraat uitrijden, waar door zij vermoedelijk te laat den zwaren vrachtauto van de firma Aarden uit Ze venbergen opmerkten, welke uit de rich ting Sprundel naderde. De chauffeur van dezen auto trachtte nog een aanrijding te voorkomen, doch kon niet verhinderen, dat de wielrijder J. Donkers onder het voer tuig terecht kwam. Eerst nadat de auto was opgevijzeld kon de ongelukkige wor den bevrijd. In hopeloozen toestand werd het slachtoffer een nabijgelegen woning binnengedragen, waar hij binnen weinige oogenblikken aan zijn verwondingen is be zweken. LIJK OPGEHAALD. Nabij Maashees is het lijk opgehaald van den 19-jarigen A. van Dommelen. Het on derzoek heeft uitgewezen, dat v. D. Dins dag j.l. bij werkzaamheden in een bosoh bij Vierlingsbeek onvoorzichtig met vuur was omgegaan, waardoor een kleine bosch- brand was ontstaan. Sindsdien werd hij ver mist. ONDERZEEBOOT IN AANVARING MET EEN STEIGER. De K. XVII veroorzaakt het ongeval. Gistermiddag omstreeks half vier is de onderzeeboot K XVII, commandant Luite nant ter zee Eerste klasse A. H. I. Kramers, toen zij van een tocht op de reede in de haven te Den Helder terugkeerde, in volle vaart op den steiger der TexeLsohe stoom boot geloopen. Deze steiger werd vrijwel geheel vernield en omhoog gedrukt. Een vrachtauto, die op dezen steiger stond, werd eveneens omhoog gedrukt, doch kon nog in veiligheid worden gebracht. De onder zeeboot kon niet op eigen kracht weggvaren. De sleepboot Drente van het bureau Weis- muller, welke ter hulp werd geroepen, slaagde er in de onderzeeboot vlot te krij gen. De boot van Texel zal voorloopig niet bij den steiger kunnen aanleggen. Dit ver oorzaakt o.m. veel ongerief voor de auto's die voor Texel bestemd zijn. De oorzaak van het ongeval moet te wijten zijn aan een defect aan het roer van de K XVH. FABRIEKSBRAND TE GRONINGEN. Drie personen gewond. Gistermiddag te half drie is brand uit gebroken in de fabriek van de N.V. hout handel v.d. W. Kunst aan het Eemskanaal, Zuidzijde 19, te Groningen. Het vuur was ontstaan doordat vonken uit de machine terecht kwamen in de groote spaanders silo, welke een hoogte heeft van ongeveer 20 meter. Bij de pogingen, om het vuur te blusschen ontstond plotseling een zeer groo te vlam, waardoor drie personen min of meer ernstig werden gewond. Het waren de boekhouder H. K. en de arbeiders K. en R. Alle drie zijn overgebracht naar het Academisch Ziekenhuis. De brandweer die spoedig ter plaatse was, tastte het vuur, dat in den zeer brandbaren voorraad gre tig voedsel vond en fel oplaaide met vier stralen aan. Tegen 5 uur was men het vuur meester, maar de na-blussching hield nog gerui- men tijd aan. Vrijwel de geheele voor raad spaanders is verloren gegaan. Verzekering dekt de schade. In het laatste van het vorig jaar heeft in dezè silo ook een brand gewoed, waar van de oorzaak vrijwel gelijk was. BRAND TE EINDHOVEN. Door tot op heden onopgehelderde oor zaak is Woensdagavond te Eindhoven om streeks half twaalf brand ontstaan in de woning van den chauffeur W. aan de Kem- pische baan, waar de familie Verhoeve het eerst den brand bij haar buurman ontdekte. Het bevreemdende was echter, dat er op dat oogenblik niemand thuis was. Sedert Zaterdag waren de vrouw en dc kinderen op reis en de mai. zelf was sedert uren niet meer gezien en een kostganger had om half zes het huis verlaten. De brandweer drong de woning binnen en wist de schade tot enkele verdekken te beperken waarna de recherche vaststelde dat de brand moest zijn ontstaan in een luidspreker; evenwel was het radiotoestel niet meer in de wo ning en het bleek, dat het lichtnet nog volkomen intact wr«? zoodat er geen kort sluiting kon zijn geweest. De woning is onder bewaking gesteld. De recherche heeft een onderzoek aangevangen. „Vad." TWEE BRANDEN TE SOMEREN. Gisteren is de limonadefabriek van de firma T. H. Hilverda nabij Sluis 11 te So- merdh totaal afgebrand. De geheele inven taris, alsmede de machinerieën werd een prooi der vlammen. Een naast gelegen woonhuis kon behouden blijven. Verzeke ring dekt de sohade. Aan den Dertienschen Dijk onder de zelfde gemeente is heden voorts de boerde rij van A. Vereken totaal afgebrand. Een aantal landbouwgereedschappen, alsmede de inboedel, ging verloren. Vier varkens kwamen in de vlammen om. RUMOER IN DEN JORDAAN. Men meldit ons uit Amsterdam: Het is gisteravond in den Jordaam uiterst rumoerig geweest, rumoeriger, dan we dat in langen tijd in de stad hebben beleefd. De aanleiding tot dit relletje was een vergadering van fascisten in „De Pool" op het Damrak. Leden van „Antifa" een com munistische vereeniging tegen het fascisme, waren in den vooravond bezig in den Jor- daan stemming te maken. Colporteurs van dezen groep waren in grooten getale aan wezig. Luid schreeuwend venten ongeveer 100 man met anti-fascistische blaadjes. In de Anjelierstraat en omgeving werd het steeds rumoeriger. Het doel van de colpor teurs was blijkbaar een wilden optocht te form eeren om daarmee naar het Damrak te trekken en de vergadering in „De Pool" met minder vredelievende bedoelingen te bezoeken. De politie van het bureau Raam poort rukte per auto onder bevel van Com missaris H. J. W. Pijper uit. Al gauw begon het er te spannen. De buurtbewoners dron gen op. Opgeschoten jongens en zelfs vrou wen bemoeiden zich, zooals dat in de Jor- daan gewoonte is, met de zaak. Op een gegeven oogenblik werd de poli tie met steenen gebombardeerd. Dit was het sein voor een charge. Met den gummi knuppel werd de menigte uit elkaar gesla gen, rake klappen werden uitgedeeld, doch van de vuurwapenen behoefde geen gebruik te worden gemaakt. Inmiddels was een aan tal ruiters ter assistentie op komen dagen, wat wel noodig was, daar de menigte zeker tot 1000 man was aangegroeid. Het gejoel en geschreeuw duurde voort en steeds wan neer 'n groep uiteen was gejaagd, sloot zij zich elders weer aan. Nog enkele Charges waren noodig om de menigte te verspreidein. Slechts langzaam keerde orde en rust te rug, dooh nog tot elf uur moest de politie patrouilleeren. Van ernstig verzet was toen geen sprake meer. Er werd niemand ernstig gewond en ook hadden geen arrestaties plaats. De vergadering in „De Pool" is rustig verloopen en zonder noemenswaardige ge beurtenissen uiteen gegaan. VERNUFTIGE SMOKKELAARS. Kommiezen hadden zich echter uitstekend voorbereid. De „Vooruit" meldt uit Helmond: De kommiezen en de marechaussee heb ben een goeden slag geslagen: zij arresteer den twee leden van een smokkelaarstroep, op het oogenblik, dat deze een partij van ongeveer 2500 Kilogram boter in een ge- pantserden auto vervoerden! In de laatste weken was reeds eenige malen een vrachtauto gesignaleerd, waar van men reden had te vermoeden, dat hij in gebruik was bij een smokkelaarsbende. Er werden dus maatregelen genomen ten einde in te kunnen grijpen. Dit oogenblik was aangebroken, toen de bewuste wagen wederom langs de noord- Limburgsche wegen trok. Telefonisch wer den de kommiezen onder Helmond gewaar schuwd, die op hun beurt de medewerking inriepen van de marechaussee. Onmiddel lijk werd er daarop voor gezorgd, dat de weg op verschillende punten degelijk was versperd. Bovendien voorzag men zich van een auto. Weldra naderden drie auto's. De eerste en de derde waren luxe-wagens, de mid delste een vrachtauto. De kommiezen ga ven een teeken te stoppen, doch men stoor de zich niet aan deze sommatie en reed met groote snelheid voort. De ambtenaren zetten daarop de aohtervolging in. Aanvankelijk scheen het, dat zij weinig succes zouden hebben. De achtervolgde wa gens namen met gemak een paar versper ringen en de „achterrijders" zorgden er voor, dat vrijwel geen schot den vracht auto bereiken kon. Eindelijk slaagde één der marechaussees er toch in, dezen in een achterband te treffen, maarhet gaf niets: de wagen had dubbele achterwie len! Toch baatte het den heeren niet, want ten slotte stootten zij op een zoo zware versperring, dat zij het moesten opgeven. De wagens stopten en de inzittenden trachtten in allerijl een goed heenkomen te vinden. Drie of vier hunner slaagden daar inderdaad in. Twee anderen waren niet zoo gelukkig. Eén der mannen van den vrachtauto en de chauffeur van den volgwagen werden gegrepen en door de marechaussee in ar rest gesteld. De vrachtauto, die geheel gepantserd was, en de „achterrijder" werden in beslag genomen, evenals een partij van ongeveer 2500 kilogram frauduleus uit België inge voerde boter, die de lading vormde. AGENT EEN KLAP GEGEVEN. In de Laurierstraat te Amsterdam zijn gisteravond een tweetal jongens gearres teerd die bezig waren uit een leegstaand huis te sloopen wat van hun gading was. Later op den avond zag een agent weder om eenige jongens die hiermede bezig wa ren. Hij trachtte ze te arresteeren, dooh een voorbijganger gaf hem een klap op het hoofd, zoodat hij van Ce wapens gebruik moest maken. De man wist te ontkomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1934 | | pagina 9