25ste Jaargang
DONDERDAG 22 MAART 1934
No. 7767
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
NA HET OVERLIJDEN VAN
DE KONINGIN-MOEDER
VOORNAAMSTE NIEUWS.
Ste Êeid^elieSoii/fca/nt
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij Yoonrïtbetafing:
Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal
Franco per post 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
▼ooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, ,met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent.
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. II
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be-
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, Luur «tl
verhuur, koop en verkooD: 0.50
DÉFILÉ
Op last van H. M. de Koningin laat de
waarnemend grootmeester van H. M. de
Koningin-Moeder bekend maken, dat a.s.
Vrijdag van 9 uur v.m. tot 6 uur n.m. ge-
genheid zal zijn om een laatsten groet te
brengen aan het stoffelijk overschot van
H. M. de Koningin-Moeder, dat daartoe in
gesloten kist in de vestibude met openge
slagen deur van het Paleis Lange Voorhout
zal worden geplaatst.
DE UITVAART
Het uur waarop de stoet Dinsdag vain
het paleis op het Voorhout zal vertrekken,
staat nog niet vast, maar waarschijnlijk
zal het 11 uur zijn.
Naar voorloopig wordt gemeld kan de
aankomst van de volgende vorstelijke per
sonen voor de bijzetting van het stoffe
lijk overschot van H. M. de Koningin-Moe
der worden verwacht:
Hertog Adolf Frederik van Mecklen
burg, Prins Eugenius van Zweden, Prins
Josias en Prins en Prinses Max v. Waldecq-
Pyrmont, Prins George van Waldeck-Pyr-
mont en de Prins en Prinses van Wied.
De kist, waarin het stoffelijk over
schot van de Koningin-Moeder zal wor
den bijgezet, is een eenvoudige kist van
blank eikenhout in de was, naar z.g. En-
gelsch model, d.w.z. met een gebroken lijn
en ter hoogte van de schouders het breedst.
In deze kist wordt een looden, met wit
satijn bekleede en gecapitonneerde kist
geplaatst.
De staatsiekist heeft verzilverd beslag
en schroeven in den vorm van kronen.
Het lijk zal niet worden gebalsemd.
Naar wij vernemen is voorloopig vastge
steld, dat aan de plechtige bijzetting van
het stoffelijk overschot van wijlen H. M.
de Koningin-Moeder zal worden deelgeno
men door een bataljon marinetroepen uit
Den Helder met de stafmuziek en de tam
boers en pijpers en door een compagnie ma
rinetroepen uit Amsterdam, welke waar
schijnlijk de eerewacht zal vormen bij de
Nieuwe Kerk te Delft.
Omtrent het militair escorte van den be
grafenisstoet komt ons ter oore dat circa
1000 man hieraan zullen deelnemen. De af
zetting van den weg zal gedeeltelijk door
militairen, gedeeltelijk door politie geschie
den.
DE AANGIFTE VAN OVERLIJDEN.
Hedenochtend om kwart over 10 uur
heeft op het stadhuis te Den Haag de of-
ficieele aangifte van het overlijden van H.
M. de Koningin-Moeder plaats gehad.
Daartoe begaven zich de Minister-presi
dent, dr. H. Colijn, en de Minister van Ju
stitie, mr. van Schaik, op het bovenvermel
de uur naar het stadhuis, waar in de kamer
van den burgemeester en in diens tegen
woordigheid de plechtigheid plaats had.
Als ambtenaar van den Burgerlijken
Stand fungeerde de oud-wethouder, dr. W.
W. v. d. Meulen.
Nadat de aangifte was geschied werd de
acte voorgelezen en door de ministers en
dr. v. d. Meulen geteekend.
De overlijdensacte luidt als volgt:
Heden den twee en twintigsten Maart
negentien honderd vier en dertig versche
nen voor mij, Ambtenaar van den Burger
lijken Stand der Gemeente 's Gravenhage:
Zijne Excellentie Meester Josephus Ro-
bertus Hendricus van Schaik, oud twee en
vijftig jaren, Minister van Justitie, en Zijne
Excellentie Doctor Hendrikus Colijn, oud
vier en zestig jaren, Minister van Staat, Mi
nister van Koloniën, Voorzitter van den
Raad van Ministers, beiden wonende te
's Gravenhage, die verklaarden, daartoe ge
machtigd door Hare Majesteit Koningin
der Nederlanden, dat op den twintigsten
Maart negentien honderd vier en dertig,
des morgens ten zeven ure en vijf en veer
tig minuten te 's Gravenhage is overleden:
Hare Majesteit Adelheid Emma Wilhel-
mina Theresia Prinses van Waldeck en
Pyrmont, in den ouderdom van vijf en ze
ventig jaren, wonende te 's Gravenhage,
geboren te Arolsen, weduwe van Zijne Ma
jesteit Willem Alexander Paul Frederik
Lodewijk Koning der Nederlanden, dochler
van Zijne Doorluchtige Hoogheid Georg
Victor Vorst van Waldeck en Pyrmont en
Hare Doorluchtige Hoogheid Helene Wil-
helmine Henrietta Pauline Marianne Prin
ses van Nassau, beiden overleden.
Hiervan is deze akte opgemaakt, die over
eenkomstig de Wet is voorgelezen.
(Get.) J. R. H. VAN SCHAIK.
(Get.) H. COLIJN.
(Get.) v. d. MEULEN.
BIJZETTING TE DELFT.
De commissaris van politie te Delft heeft
gistermiddag eenige mededeelingen gedaan
omtrent de regeling van het verkeer op den
dag der begrafenis van de Koningin-Moe
der. De stoet, komende van Den Haag, zal
hoogstwaarschijnlijk den nieuwen rijksweg
volgen en Delft binnenkomen over de nieu
we provinciale brug, vandaar gaan langs
Nieuwe Plantage, Noordeinde, westzijde,
Oude Delft, westzijde, Nieuwstraat, Cama-
retten achter het stadhuis om, Markt schuin
naar Oudemanhuissteeg, kerk. Op de Markt
zal het corps mariniers een eerewacht for-
meeren en verder de ruimte zooveel moge
lijk vrij worden gelaten voor het publiek.
Het verkeer per as zal in de binnenstad
vroegtijdig worden stopgezet. Aan niemand
zal toestemming worden verleend voor het
aanwezig hebben van vaartuigen in de
grachten, waarlangs de stoet komt.
De spoorwegen zullen op den dag der
begrafenis voor-en volgtreinen doen rijden;
de spoorwegtunnel aan de zijde der Coen-
derstraat wordt dien dag afgesloten. Het
publiek zal niet van de zijde van den Van
Leeuwenhoeksingel naar 't station kunnen
komen, wèl dit in die richting kunnen ver
laten. De toegang tot 't station is langs de
Houttuinen, op het voorplein van het sta
tion worden controledoorgangen gemaakt
eenige kiosken geplaatst voor kaartverkoop.
Reizigers naar Rotterdam zullen toegang
tot den trein krijgen door den tunnel, die
naar Den Haag door den ingang aan de
Noordzijde van het station.
De busdiensten van en naar het Westland
zullen hun eindpunt krijgen op het Hugo-
plein. Behoudens een bijzondere regeling
geldende voor de journalisten, fotografen,
filmoperateurs e.d. dient ieder, die om wel
ke reden ook toegang verlangt tot het afge
zette gedeelte in het bezit te zijn van een
door den commissaris van politie te Delft
afgegeven bewijs van toegang. Er dient dus
rekening mee te worden gehouden, dat, in
dien men een plaats heeft gehuurd, men
daar tijdig dient te zijn, want na de afzet
ting zal niemand zonder speciale toestem
ming kunnen passeeren.
BUTTENLANDSCHE DEELNEMING.
Onder de vele bewijzen'van deelneming,
door H. M. de Koningin ontvangen, bevin
den zich telegrammen van den koning van
Siam, den president van Portugal, van Co
lumbia, van San Salvador, van Mexico, van
Guatemala, van Chili, van Peru en van
Tsjecho-Slowakije, den regent van Honga
rije, den president van Spanje, den koning
en de koningin van Denemarken, den ko
ning der Belgen, den president van Litauen,
den koning van Zweden, den president van
Oostenrijk, den koning van Egypte, den kei
zer van Japan, den president der Vereenig-
de Staten van Amerika, den bondspresident
van Zwitserland, den president der Fran-
sche republiek, den president van Duitsch-
land, de koning en de koningin van Enge
land, den koning van Bulgarije, den presi
dent van Polen, dien der Dominicaansche
republiek en dien van Cuba, den vorst van
Monaco, den president van Haïti, den
kroonprins en kroonprinses van Noorwe
gen, den ex-koning van Spanje, den hertog
de Guise, koningin Elisabeth van België en
van den kroonprins en kroonprinses van
Zweden.
PAUS PIUS XI
AAN KONINGIN WILHELMINA.
Men seint uit Vaticaanstad aan de
„Msbd.":
Zoodra de H. Vader door bemiddeling
van Zijne Excellentie Monseigneur Schiop-
pa het droevige nieuws, van het overlijden
van H. M. de Koningin-Moeder vernam,
heeft Z. H. de Paus een telegram van rouw
beklag gezonden aan H. M. de Koningin.
De Kardinaal-Staatssecretaris heeft tele
grafisch zijn deelneming betuigd aan Z.
Exc. den minister van Buitenlandsche Za
ken.
ROUWZITTING VAN DEN
LEIDSCHEN GEMEENTERAAD
Gistermiddag te kwart over 5 kwam de
gemeenteraad in een spoedeisohende ver
gadering bijeen ten einde de nagedachtenis
van wijlen Koningin Emma te herdenken.
De publieke tribune was stampvol, tot
zelfs in den gang stonden belangstellenden,
bijna alle ambtenaren der gemeente.
Afwezig met kennisgeving waren de
heeren Bosman, Eikerbout en Simonis (zon
der kennisgeving de heer v. Weizen, com
munist. De SJD.A.P. was voltallig aanwe
zig).
Terwijl allen zich onder plechtige stilte
van hun zetels verhieven, sprak vervolgens
de voorzitter de volgende rede uit:
Dames en Heeren,
Ik meende te voldoen aan een wensch
van de leden van dezen Raad en tevens aan
een door mij zelve gevoelde behoefte, om U
samen te roepen om voor ons allen de ge
legenheid te scheppen van de gevoelens te
doen blijken, die het betreurde heengaan
van de Hooge Vrouw, die een zoo beteeke-
nisvolle plaats in ons volk heeft ingenomen,
bij ons allen heeft opgewekt. Een zegen
Gods deed Haar meer dan een halve eeuw
geleden in ons midden komen en dankbaar
gezegend door alle Nederlanders keert Zij
tot den Hemelschen Vader terug, een droef
heid om Haar gemis in ons hart achterla
tende, waarin wij berusten. Wij berusten
daarin met innige danikaarheid voor het
edele en schoone dat heel Haar leven en
streven ons deel deed worden zoolang Zij
onder ons toefde en dat bij ons achterblijft
na Haar verscheiden.
Geen grootscher levensbaak werd op
grootsohere wijze ten volle volbracht dan
die welke Koningin Emma, de Regentes, de
Koningin-Moeder zich stelde, toen Zij Haar
ziel aan ons volk verraadde.
Wat behoef ik, sprekende voor U, die
allen korter of langer getuigen waart van
Haar regeeren, van Haar moederlijke zor
gen voor de Prinses en Jonge Koningin,
van Haar daden van mensohlievendheid aan
zieken, zwakken en troostbehoevenden be
wezen, van Haar veelvuldige belangstel
ling in en medeleven met het volksleven
in al zijn verscheidenheid, wat behoef ik
U aan de tallooze bewijzen, die wij daar
van bezitten, te herinneren. Van uit alle
hoeken borrelen die herinneringen op in
bladen en gesprekken om tezamen die hel
dere schoone stroom te vormen, die het
leven van de Koningin-Moeder door Neder-
land's geschiedenis leidt.
Deze gemeente had ruimschoots haar deel
in die gaven, die Haar warm voelend hart
Haar over ons volk deed uitstrooien. Tal
looze malen hadden wij het voorrecht van
Haar bezoek, hetzij aan onze gemeentelijke
instellingen, onze ziekenhuizen, onze Uni
versiteit, onze industrie of bij andere ge
beurtenissen van stedelijk belang en het
smart ons diep die te moeten missen.
Bij al die gelegenheden was ieder die
Haar zag, die Haar mocht spreken onder
de bekoring van Haar van vriendelijkheid
tintelende oogen, Haar groote kennis van
de zaken waarvoor Haar belangstelling
spontaan was wakker geworden, Haar takt-
volle hartelijkheid. Schoon en indrukwek
kend was dit samengaan van Koninklijke
Hoogheid en lieftallige minzaamheid. Diep
ontroerend is het die beminnelijke figuur
van ons te zien gaan.
Diep is de wonde die geslagen is in ons
volk, maar boven de daardoor in ons zei
ven gewekte droefenis gaat ons medelijden
uit naar Haar, die treurt aan de baar van
een Moeder aan wie Zij zoo oneindig veel
te danken heeft, die Haar zoo trouw ter
zijde stond als kind en later, toen Zij, nu
de Grondwet het zoo verlangde, de zoo
zware taak van regeeren op die jeugdige
schouders moest leggen. Het is juist in die
langdurige periode van het leven dier
Hooge Vrouw, waarin Zij ons Koningin-
Moeder was, dat de edele trekken van Haar
karakter zoo zeer tot het volk spraken en
nog meer tot uiting konden komen, bevrijd
als Zij toen was van de regeeringszorgen.
Voor Hare Majesteit de Koningin is dit een
zeer zware slag, dien God Haar moge hel-
J pen dragen en die wij slechts kunnen ver-
j lichten door Haar van ons mede voelen de
overtuiging te schenken. Hartelijk en van
innige oprechtheid zijn onze gevoelens van
deelneming in de smart die Hare Konink
lijke Hoogheid Prinses Juliana en Zijne
Koninklijke Hoogheid den Prins der Neder
landen bezielt, nu hun gezin zich zulk een
liefelijk lid ziet ontvallen.
In God's heerlijke en barmhartige be
scherming zij ons Vorstenhuis ootmoedig
opgedragen.
Ik wil U, Dames en Heeren, voorstellen
het College van Burgemeester en Wethou
ders te machtigen om aan deze onze ge
voelens uiting te geven aan H. M. de Ko
ningin, Haar Gemaal en Hare Dochter.
Hiertoe werd besloten.
De vergadering was hiermede geëindigd.
DEELNEMING VAN DE
LEIDSCHE UNIVERSITEIT
Curatoren der Rijksuniversiteit te Lei
den deden gisteren door den pedel ten pa-
leize van H. M. de Koningin een adres
van rouwbeklag afgeven van den volgen
den inhoud:
Mevrouw,
Met ctiepe ontroering wenden wij ons tot
Uwe Majesteit, om bij het onherstelbare
verlies, clat Haar en het geheele Neder-
landsche volk in rouw gedompeld heeft,
de bewijzen der deelneming van het Col
lege van Curatoren der Rijksuniversiteit
te Leiden aan te bieden.
Het betreurenswaardige overlijden van
Hare Majesteit Koningin Emma wekt bij
ons College weemoedige herinneringen,
teruggaande tot de jaren van het Regent
schap, toen reeds Nederlands oudste hoo-
geschool, door veelvuldige en onverbreek
bare banden aan het stamhuis van Uwe
Majesteit verknocht, mocht bogen op de
warme belangstelling en de bijzondere zorg
der thans ontslapene. Bij de diejie droef
heid, die Wij ordervinden, strekt het ons
tot troost nog bij een der laatje bezoe
ken van wijlen Hare Majesteit de Konin
gin-Moeder de onmiskenbare bevestiging
te hebben mogen ontvangen, hoezeer
Hoogstd er zeiver voor onze Universiteit zoo
onschatbare gevoelens zich tot in de laat
ste tijden onverzwakte hebben gehand
haafd.
Moge de Almachtige aan Uwe Majesteit
en Haar doorluchtig gezin Zijn onontbeer-
lijken steun deelachtig doen worden om dit
onverwachte en smartelijke verlies te dra
gen.
Van Hare Majesteit de gehoorzame
dienaars en getrouwe onderdanen.
(get.) A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN,
VocziUer.
(get.) P. J. IDB.NBURG, Secretaris
meiden, den 21 Maart 1934.
Ook de Senaat der Rijksuniversiteit te
Leiden zond een i -ïef van roawbekiag.
VASTSTELLING HOFROUW.
De „Staatscrt." van gisteravond bevat het
volgende reglement houdende vaststelling
van den hofrouw, uitgeschreven bij gele
genheid van het overlijden van H. M. de
Koningin-Moeder:
Art. 1. De hofrouw zal worden gedragen
door H. M. de Koningin, Z. K. H. den Prins
der Nederlanden, H. K. H. Prinses Juliana
der Nederlanden, de dames en heeren, be-
hoorende tot het Huis van H. M. de Konin
gin, tot dat van wijlen H. M. de Koningin-
Moeder, van Z. K. H. den Prins der Neder
landen en van H. K. H. Prinses Juliana der
Nederlanden.
art. 2. Deze rouw zal worden gedragen
gedurende 10 weken en verdeeld in:
a. 5 weken zwaren rouw;
b. 3 weken halven rouw;
c. 2 weken lichten rouw.
art. 3. De wijze van dragen wordt be
paald als volgt:
a. zware rouw:
de heeren dragen in burgerkleeding klee-
dingstukken van zwarten stof, zwarte hand
schoenen, zwarten hoed, voorzien van een
zwart lakenschen band, die als de hooge
hoed wordt gedragen dan op 4-cm van
den bovenrand moet worden aangebracht.
De heeren van het civiele huis, in cos-
tuum en de heeren van het militaire huis,
in uniform zijnde, dragen op het midden
van den linker bovenarm een effen band
van zwart krip, breed 7 y? cm, zonder rozet.
Cocardes van het hoofddeksel, epauletten,
c.q. schouderbedekkingen, nestels, degen-
of sabeldragons, én de decoraties der hee
ren van het civiele en militaire huis, moe
ten in zwart krip gehuld zijn.
De dames dragen zwarte stoffen zonder
garnituren, zwarte handschoenen en zwarte
waaiers. Het dragen van alle soorten van
bont is geoorloofd.
Officianten in costuum, zoowel als het
personeel in livrei, tot een der bovenge
noemde hofhoudingen behoorende, dragen
zoowel binnen als buiten het paleis
een effen band van zwarte krip, breed 7 y,
cm zonder rozet op den linker bovenarm.
De heeren van het civiele huis daartoe
gerechtigd, mogen den blauwen rok dragen,
mits voorzien van een zwarten band als
bovengenoemd op den linker bovenarm.
b. Halve rouw:
De heeren dragen in burgerkleeding klee-
dingstukken van zwarte stof, loodkleurige
of grijze handschoenen, zwarten hoed, voor
zien van een zwart lakenschen band, die
als de hooge hoed wordt gedragen tot op
de helft der hoogte moet zijn aangebracht.
In costuum of uniform wordt een zwarte
band als bovengenoemd om den linker bo
venarm gedragen.
De dames dragen dezelfde stoffen als bij
zwaren rouw is bepaald (bovendien ook
fluweelen stoffen); loodkleurige of grijze
GRATIS
Zij, die zich per 1 April a.s. wenschen te
abonneeren op „DE LEIDSCHE COU
RANT", ontvangen de voor dien datum
verschijnende nummers gratis.
DE DIRECTIE.
DJT NUMMER BESTAAT UIT VIER
BUITENLAND.
Hitler over de Duitsche grenzen. (2de
blad).
Lord Rothermere bepleit teruggave van
vroegere Duitsche kolonies. (2de blad).
Een uitgebreide spionnage-affaire in
Frankrijk. (2de blad).
handschoenen; de sieraden en de waaiers
zwart, grijs of wit.
c. Lichte rouw.
De heeren dragen zwarte, grijze of witte
kleedingstukken, grijze of witte handschoe
nen, zwarte of grijze hoeden (stroohoeden
ook geoorloofd).
De band om den hoed en om den linker
bovenarm zooals bij halven rouw is be
paald.
De dames dragen zwarte, gr ij ze, witte of
paarse stoffen (waaronder ook zijde en flu
weel gerekend wordt).
Wanneer de dames kleedingstukken van
zwarte stof dragen, is het bij dezen rouw
geoorloofd ook grijze of witte handschoe
nen, witte of gekleurde linten en sieraden,
benevens gekleurde waaiers te dragen.
Bij het dragen van grijze, witte of paarse
stoffen worden grijze handschoenen gedra
gen, terwijl de linten, de sieraden en de
waaiers zwarts.grijs of wit moeten zijn.
De rouw zal ingaan op 22 Maart a.s.
PERSOONLIJKE HERINNERINGEN.
In de „Maasbode" schrijft oud-minister
Aalberse:
Zóó zal Koningin Emma bij ons volk blij
ven voortleven.
Wij hebben Haar gekend als jonge Ko
ningin vol gratis, ai? Koningin -Vuiuv e en
Regentes, geëerd alom. Maar een kwart
eeuw lang is Zij geweest, ook voor ons,
de Koningin-Moeder. De voortreffelijke
Moeder van onze Koningin, maar een moe
der ook voor ons volk, deelend in zijn lief
en in zijn leed vooral.
Hoevele lieve herinneringen rijzen bij
ons op bij het doodsbed van deze edele
Vrouwe. Hoe zou men ze thans eens open
lijk onder woorden willen brengen. Maar
daar is een schuchterheid tegenover zoo
ruim gegeven vertrouwen, die veel spre
ken verbiedt.
En toch, hoe denk ik ook thans, wat ik
zoo vaak dacht na een onderhoud met
Haar: och ware het mij geoorloofd, dat
eens in een volksvergadering mee te dee-
len; hoe zou de reeds diep gevoelde eerbie
dige vereering voor deze edele Vorstin in
enthousiaste liefde overslaan!
Het was gebruik, dat de Ministers, be
halve de gewone ontmoetingen, elk jaar
hun opwachting maakten bij de Koningin-
Moeder. Dat was dan geen vorstelijke col
lectieve audiëntie, waarop ieder enkele mi
nuten werd aangesproken, neen, het was
een bezoek in den namiddag, waartoe
ieder afzonderlijk werd uitgenoodigd. En
daarin werd dan een gesprek gevoerd van
den hak op den tak, niet maar van vraag
en antwoord, maar waarbij Zij hare in
zichten meedeelde. Het begon steeds heel
huiselijk met een praatje over de kinde
ren, en men stond verbaasd, hoe Zij nog
van een vorig bezoek alles onthouden had
en belangstellend informeerde, hoe deze
met de studies vorderden, en of gene al
examen gedaan had. Zelf vertelde Zij dan
allerlei aardige bijzonderheden over de klei
ne Prinses en heel haar diepe Grootmoe
derlijke liefde glansde uit haar oogen. Over
opvoeding gaf Zij opvattingen te kennen
van verstandige flinkheid en diep inzicht
in de teere kinderziel. Dan kwam als
vanzelf het gesprek over de bleekneusjes,
de uitzending van kinderen naar buiten, en
den grooten vooral moreelen zegen van ge
zonde volkswoningen. Wat daaromtrent op
zoo ruime schaal van regeeringswege werd
gedaan, had Hare warme belangstelling en
instemming. Natuurlijk kwam cok st~~ds